Model voor een uitvaart zonder priester
Bij binnenkomst
Requiem aeternam dona eis, of een ander lied
Verwelkoming en inleiding
Drempelgebed 1
Vg. Samengekomen om elkaar nabij te zijn bij dit afscheid,
geloven wij in de verbondenheid van mensen,
tot voorbij de nacht van de dood,
tot aan het licht van een morgen voorgoed.
Al. Wij geven niemand aan de vergetelheid prijs,
maar blijven ons verbonden voelen
met tochtgenoten van gisteren,
die ons naar toekomst zijn voorgegaan.
Vg. Wij geloven dat hun woorden en daden
in ons midden kunnen voortleven.
Wij oogsten wat zij hebben uitgezaaid.
Al. Wij leven van wat anderen ons voorleefden.
Wij gaan wegen die anderen voor ons baanden.
Wij spreken vandaag een taal,
die mensen van gisteren ons toevertrouwden.
Vg. Wij spreken ook de taal van hun geloof:
dat voltooid kan worden wat ooit in mensen begonnen werd.
Al. Wij geloven in het woord van Jezus, Messias:
dat "wie leven deelt, leven zal vinden".
Hijzelf is ons daarin voorgegaan,
door de nacht naar morgen, voorgoed.
Vg. Wij geloven in de trouw van Hem,
Die "God-met-ons" wordt genoemd:
dat Hij toekomst en vrede zal zijn
voor allen die Hem in vrede tegemoet leefden.
Al. Wij geloven in Zijn verbond met ons,
dat zal duren tot in Zijn nieuwe hemel en aarde.
"Want zie, Hij maakt alles nieuw". Amen.
Drempelgebed 2
Vg. God, onze Schepper, wees ons nabij,
uit het stof der aarde hebt U ons gemaakt,
geboren zijn we tot een wankel en onzeker bestaan,
maar ook geroepen tot de vrede van Uw eeuwigheid.
Al. Wees ons nabij als een liefdevolle Vader,
houd ons altijd veilig in Uw handen.
Vg. Wees ons nabij, broos en kwetsbaar als we zijn.
Alle leven op aarde ontmoet zijn ondergang,
ook wij kunnen ons niet onttrekken aan de dood,
toch leeft in ons de hoop op Uw eeuwigheid.
Al. Wees ons nabij, omwille van Jezus Christus,
in Hem zijn wij Uw kinderen, de erfgenamen van Uw heerlijkheid.
Vg. Wees ons nabij, nu wij meer dan anders
de pijnlijke kanten van onze vergankelijkheid voelen,
nu de dood banden van liefde en genegenheid heeft doorgesneden.
Al. Wees ons nabij, met Uw geest en Uw kracht,
verwarm onze harten met Uw vuur en Uw licht.
Vg. Wees nabij aan deze gestorven mens,
gedenk het goede van zijn/haar aardse leven,
vul in Uw barmhartigheid aan wat onaf is gebleven
en laat hem/haar herboren worden tot Uw glorie.
Al. Wees hem/haar nabij met Uw vrede en Uw vreugde.
Geef hem/haar voor altijd een plaats in Uw Vaderhuis.
Pr.: God, onze Schepper en Vader, wil luisteren naar
onze gebeden omwille van Jezus Christus, Uw Zoon,
die ons is voorgegaan naar Uw leven in eeuwigheid. Amen.
Lichtrite model 1
Zijn plaats is leeg, althans de plaats die zijn lichaam in nam,
maar de plaats die zijn persoon had in jullie hart, die blijft hij
altijd innemen.
De verbondenheid die er was is echter blijvend.
In zijn leven is hij met velen nauw verbonden geweest,
mensen die heel dicht bij hem gestaan hebben.
Die verbondenheid willen we symbolisch weergeven
in de kaarsen rond zijn dode lichaam.
............ gaan die nu aansteken.
De eerste kaars staat voor zijn ouders die 79 jaar geleden aan het
begin van zijn leven stonden.
De tweede kaars staat voor zijn broers en zussen, voor het gezin waarin
hij is opgegroeid.
De derde kaars staat voor ......., met wie hij een nieuw leven begonnen
is, met wie hij meer dan 50 jaar lief en leed gedeeld heeft.
De vierde kaars staat voor zijn kinderen,
....................................
De vijfde kaars staat voor zijn kleinkinderen van wie hij altijd zo
veel gehouden heeft. . . .
De zesde kaars staat voor zijn vrienden- en kennissenkring, voor allen
die een plaats in zijn leven hebben gehad.
Als zevende wordt nu de paaskaars aangestoken, symbool van Jezus
Christus, in wie God zich in de wereld geopenbaard heeft. Ook die heeft
een grote plaats gehad in deze zeer gelovige mens.
God van Licht, nu het licht in haar ogen gedoofd is, nu wij die rondom
haar stonden haar niet meer onze warmte kunnen geven, bidden wij U:
ontferm U over haar, schenk haar uw eeuwig licht, de warmte van uw
grenzeloze liefde, voor altijd en immer. Amen
Lichtrite model 2
Toen zij aan het begin van haar leven gedoopt is, werd er een kaars
aangestoken aan de paaskaars, als teken dat het licht van Jezus, het
licht van God, aan haar werd meegegeven voor heel haar leven.
Dat licht heeft zij ook altijd uitgestraald naar hen met wie zij het
leven gedeeld heeft.
Ook nu gaan we eerst een kaars aansteken aan de paaskaars,
enerzijds om te danken voor alle licht in haar voorbije leven,
anderzijds om te vragen dat Gods eeuwig licht haar nu verlichten zal.
Ik nodig Jeroen en Ward uit. Jeroen zal de paaskaars aansteken en Ward
zal een kaars aansteken aan de paaskaars,
en deze symboliseert het licht dat zij zelf was.
Haar leven lang was zij een bron van licht en warmte voor haar
omgeving.
Dat willen we symbolisch weergeven in de kaarsen die rond haar dode
lichaam staan.
Ze verwijzen naar mensen die heel dicht bij haar gestaan hebben en die
zich mochten koesteren in haar licht.
Ik nodig Pim, Loes, Tom, Liz, Karin en Anna uit
om bij een van de zes kaarsen rond haar dode lichaam te gaan staan.
Zij was licht voor haar ouders, die, 84 jaar geleden, heel blij waren
met haar geboorte en altijd haar liefdevolle aandacht mochten
ontvangen. Voor hen wordt nu de eerste kaars aangestoken.
Zij was licht voor haar broers en zussen, met wie zij altijd een nauwe
band bewaard heeft. Voor hen wordt de tweede kaars aangestoken.
Zij was licht voor haar echtgenoot, .......
Altijd hebben zij bij elkaar warmte en geborgenheid gevonden, in goede
en in kwade dagen. Voor hen is de derde kaars.
Met al haar moederlijk zorg en bezorgdheid was zij ook licht voor haar
kinderen, die zoveel voor haar betekend hebben. Voor hen is de vierde
kaars.
Ook voor de kleinkinderen was zij een lieve en geliefde oma. Ook zij
kwamen graag zich even koesteren in haar warmte en hartelijkheid. Voor
hen wordt de vijfde kaars aangestoken.
Voor veel anderen is zij licht geweest:
een vriendelijke en meelevende vrouw, die iedereen een goed hart
toedroeg, met wie zij graag te doen hadden. Voor hen gaat nu de zesde
kaars branden.
God van Licht, nu het licht in haar ogen gedoofd is, nu wij die rondom
haar stonden haar niet meer onze warmte kunnen geven, bidden wij U:
ontferm U over haar, schenk haar uw eeuwig licht, de warmte van uw
grenzeloze liefde, voor altijd en immer. Amen
Lichtrite model 3
Toen hij aan het begin van zijn leven gedoopt is, werd er een kaars
aangestoken aan de paaskaars, als teken dat het licht van Jezus, het
licht van God, aan hem werd meegegeven voor heel zijn leven.
Dat licht heeft hij ook altijd uitgestraald naar hen met wie hij het
leven gedeeld heeft.
Daarom brandt er nu een kaars bij zijn foto,
enerzijds om te danken voor alle licht in zijn voorbije leven,
anderzijds om te vragen dat Gods eeuwig licht hem nu verlichten zal.
Hij zelf was een bron van licht en warmte voor zijn omgeving, zijn
leven lang. Dat willen we symbolisch weergeven in de kaarsen die rond
zijn dode lichaam staan.
Ze verwijzen naar mensen die heel dicht bij hem gestaan hebben en die
zich mochten koesteren in zijn licht.
Joris, Yvonne en Ricky gaan die kaarsen nu aansteken
Zo was hij licht voor zijn ouders, die blij waren met zijn geboorte en
altijd zijn liefdevolle aandacht mochten ontvangen. Voor hen wordt nu
de eerste kaars aangestoken.
Hij was licht voor zijn broers en zussen, met wie hij altijd een nauwe
band bewaard heeft. Voor hen wordt de tweede kaars aangestoken.
Hij was licht voor Jo, zijn echtgenote, met wie hij een nieuw leven
begon. Meer dan 40 jaar hebben zij bij elkaar warmte en geborgenheid
gevonden, in goede en in kwade dagen. Voor haar is de derde kaars.
Met al zijn vaderlijke zorg en bezorgdheid was hij ook licht voor zijn
kinderen, die zoveel voor zijn betekend hebben, zij en hun partners.
Voor hen is de vierde kaars.
Ook voor de kleinkinderen was hij een lieve en geliefde opa, bij wie
zij graag op bezoek kwamen. Voor hen wordt de vijfde kaars aangestoken.
Voor veel anderen is hij licht geweest met zijn eenvoud en
hartelijkheid. Iedereen had graag te doen met deze eenvoudige en
hartelijke mens. Voor hen gaat nu de zesde kaars branden.
Als laatste wordt nu de paaskaars aangestoken
en daarmee is de kringloop van zijn leven rond.
Tussen zijn doop en zijn dood heeft het licht van God
geschenen in zijn leven, voor hemzelf, voor zijn dierbaren.
Nu mogen we hopen dat dit licht in alle volheid en voor altijd
voor hem zal stralen in Gods eeuwig vaderhuis.
God van Licht, nu het licht in haar ogen gedoofd is, nu wij die rondom
haar stonden haar niet meer onze warmte kunnen geven, bidden wij U:
ontferm U over haar, schenk haar uw eeuwig licht, de warmte van uw
grenzeloze liefde, voor altijd en immer. Amen
Lichtrite model 4
In de 72 jaar dat hij hier in ons midden geleefd heeft
heeft hij ook veel licht ervaren, veel licht ontvangen.
Daar willen we aan het begin van deze viering even bij stilstaan
en we doen dat met het aansteken van de kaarsen die rond zijn lichaam
staan.
Bij de eerste kaars denken we eraan hoe hij het levenslicht zal aan de
Kamphoefweg, hoe hij zijn leven lang op het stamhuis van zijn ouders
gewoond heeft.
Bij de tweede kaars denken we aan het licht dat hij in al die jaren
ontving van zijn broers en zussen, de laatste ook van zijn twee
huisgenoten Truus en Frans
Bij de derde kaars denken we aan het licht dat hij ontmoette in de
neven en nichten die allemaal heel graag met ome Harrie te doen hadden.
Bij de vierde kaars denken we aan het licht dat hij vond in zijn
ontmoetingen met buren, vrienden en kennissen. Hij ging graag her en
der wat buurten.
Bij de vijfde kaars denken we aan het licht dat hij vond in zijn werk
op de boerderij, op het land, met het vee. Dat heeft hij met veel
plezier gedaan.
Bij de zesde kaars denken we aan de Peel, hoe hij een echte natuurmens
was en echt genieten kon van zijn rondjes op de fiets door de omgeving.
Bij de paaskaars denken we aan het licht dat hij vond in de kerk. Diep
gelovig als hij was, moest hij daar ook elke zondag naartoe.
Bij de paaskaars denken we ook aan het licht dat God nu voor hem is,
eeuwig licht dat door niets meer verduisterd kan worden. Dat
paasgeloof, die gelovige hoop is de rode draad van deze
afscheidsviering.
God van Licht, nu het licht in zijn ogen gedoofd is, nu wij die rondom
hem stonden hem niet meer onze warmte kunnen geven,
bidden wij U: ontferm U over hem, schenk hem uw eeuwig licht, de warmte
van uw grenzeloze liefde, voor altijd en immer. Amen
Gebed
Zang
Eerste lezing
Zang
Bijbellezing
Toespraak
Zang
Tekst/gedicht
Voorbede
Collecte en het afhalen van de prentjes
Wisselgebed 1
Onze Vader in de hemel, Vader ook van ......
die nu haar levensreis voltooid heeft.
De jaren met hun zomers en hun winters haar voorbijgegaan.
Het bloeiend voorjaar en de gure herfstwinden,
haar ogen hebben ze gezien.
En nu is zij gaan rusten in uw Vaderhuis
en is de wereld om haar heen stil geworden.
En wij, die naar haar leven omzien,
en haar daden in dankbaarheid gedenken,
vervolgen onze wegen in een wereld
die zij een beetje meegemaakt heeft.
Daarom bidden wij:
Allen: Onze Vader
Uw naam worde geheiligd.
Zij heeft U altijd geëerd in haar leven,
In groot geloof heeft zij vastgehouden aan U,
Uw naam aangeroepen in donkere uren,
U gedankt voor het goede dat zij vond in haar leven, in haar gezin.
Met woorden en zonder woorden
heeft zij naar U opgezien
en zo dikwijls het gebed gebeden dat Jezus ons geleerd heeft.
Daarom bidden ook wij:
Allen Onze Vader
Uw rijke kome, uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel.
Zo goed als zij kon heeft zij deze woorden waar gemaakt
in haar leven, in haar werken en spreken.
Wij allen hebben de vruchten ervan mogen plukken.
Het voorjaar zal opnieuw bloeien
en de zomer glanzen en rijpen in licht.
Maar hopelijk zal in de tijd die voor ons ligt,
ook bloeien wat zij in ons heeft uitgezaaid:
haar levenswijsheid, haar dienstbaarheid, haar geloof.
Daarom bidden wij:
Allen: Onze Vader
Pr. Verlos ons, Heer, van alle kwaad.
Geef vrede in onze dagen. vrede met U, vrede met elkaar,
vrede ook met de dood van deze mens die ons dierbaar is.
Dat wij, gesteund door uw geest van kracht,
hoopvol verder kunnen leven, omwille van Jezus, Messias, uw Zoon.
Al. Want van U is het koninkrijk, en de kracht en de heerlijkheid in
eeuwigheid. Amen.
Wisselgebed 2
Onze Vader die in de hemel zijt, Vader ook van ......
Als hij nog eenmaal tot ons spreken kon
zou hij dit uur wellicht tot ons zeggen: Blijf niet omzien.
Blijf niet omzien naar mijn leven van dagen hiervóór,
maar volg de richting die ik steeds gegaan ben.
Bouw maar verder aan de wereld van morgen.
Dat zou hem in dit uur ter harte gaan.
Want niet voor zichzelf leefde hij, maar voor zijn gezin. Voor zijn
kinderen (en kleinkinderen) heeft hij vaak gebeden
met de woorden die Jezus ons geleerd heeft.
Zo willen ook wij nu bidden.
Allen: Onze Vader
Uw naam worde geheiligd.
Op zijn manier heeft hij dat ook zijn leven lang gedaan,
in zijn gebeden maar nog veel meer in zijn doen en laten,
Plichtsgetrouw en gelovig als hij was
waren bepaalde waarden en normen hem heilig.
Wij willen in zijn geest verder gaan
We hopen met daden waar te maken
wat zijn woorden ooit in ons hebben opgeroepen.
Dan zal die wereld van morgen ook zijn wereld zijn.
Daarom bidden wij:
Allen: Onze Vader
Uw rijk kome, uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel.
In zijn doen en laten kwam uw rijk van vrede en liefde dichterbij,
hij maakte het tastbaar en grijpbaar voor zijn dierbaren.
We zullen ook in de tijd die voor ons lig niet vergeten
wat hij ons in het verleden hebt meegegeven,
hoe hij leven en liefde met ons gedeeld heeft.
Dankbaar bidden wij:
Allen: Onze Vader
Pr. Verlos ons, Heer, van alle kwaad.
Geef vrede in onze dagen. vrede met U, vrede met elkaar,
vrede ook met de dood van deze mens die ons dierbaar is.
Dat wij, gesteund door uw geest van kracht,
hoopvol verder kunnen leven, omwille van Jezus, Messias, uw Zoon.
Al. Want van U is het koninkrijk, en de kracht en de heerlijkheid in
eeuwigheid. Amen.
Tekst/gedicht
Zang
Laatste afscheid/Absoute
Zang bij het weggaan