Mogelijke liederen
ALS GOD ONS THUIS BRENGT
Refrein:
Als God ons thuisbrengt uit onze ballingschap,
dat zal een droom zijn.
Als God ons thuisbrengt uit onze ballingschap,
dat zal een droom zijn.
Wij zullen zingen, lachen, gelukkig zijn.
Dan zegt de wereld: "Hun God doet wonderen."
Ja, Gij doet wonderen, God in ons midden,
Gij onze vreugde. Refrein
Breng ons dan thuis, keer ons tot leven,
zoals rivieren in de woestijn
die, als de regen valt, opnieuw gaan stromen. Refrein
Wie zaait in droefheid zal oogsten in vreugde.
Een mens gaat zijn weg en zaait onder tranen.
Zingende keert hij terug met zijn schoven. Refrein
UIT UW HEMEL ZONDER GRENZEN
Uit Uw hemel zonder grenzen komt Gij tastend aan het licht,
met een naam en een gezicht, even weerloos als wij mensen.
Als een kind zijt Gij gekomen, als een schaduw die verblindt,
onnaspeurbaar als de wind, die voorbijgaat in de bomen.
Als een vuur zijt Gij verschenen, als een ster gaat Gij ons voor,
in den vreemde wijst Uw spoor, in de dood zijt Gij verdwenen.
Als een bron zijt Gij begraven, als een mens in de woestijn.
Zal er ooit een ander zijn, ooit nog vrede hier op aarde?
Als een woord zijt Gij gegeven, als een nacht van hoop en vrees,
als een pijn die ons geneest, als een nieuw begin van leven.
DAG EN NACHT, HEER
(melodie: Angels watching over me)
Refrein:
Dag en nacht, Heer, waakt Gij als een herder over mij.
Dag en nacht, Heer, veilig kan ik met U zijn.
Als de dag opnieuw begint, waakt Gij als een herder over mij.
als een Vader voor Zijn kind, veilig kan ik met U zijn. Refrein
In de avondschemering waakt Gij als een herder over mij,
ik ben Uw beschermeling, veilig kan ik met U zijn. Refrein
In het duister van de nacht waakt Gij als een herder over mij.
Gij mijn toevlucht, steun en kracht, veilig kan ik met U zijn. Refrein
DE NIEUWE HEMEL EN DE NIEUWE AARDE
Refrein:
Stil maar, wacht maar,
alles wordt nieuw, de hemel en de aarde
Stil maar, wacht maar,
alles wordt nieuw, de hemel en de aarde.
Nu gaan de bloemen nog dood. Nu gaat de zon nog onder.
Nooit gebeurt er een wonder, niemand kan zonder brood.
Refrein
Daar is geen zon en geen maan. Daar zal God ons verlichten.
Daar zullen alle gezichten vol van Zijn heerlijkheid staan.
Refrein
Daar is geen dorst of verdriet. Daar zal God ons omgeven.
Daar is gelukkig leven. En het eindigt niet.
Refrein
Zingt van de eeuwige dag. Zingt voor Zijn komst en zeg amen.
Zingt voor de Heer die ons samen daar al van eeuwigheid zag.
Refrein
ER IS EEN STAD
Refrein:
Jeruzalem, stad van God,
Wees voor de mensen een veilig huis.
Jeruzalem, stad van vrede,
breng ons weer thuis.
Er is een stad voor vriend en vreemde
diep in het bloemendal.
Er is een mens die roept om vrede,
die mens roept overal. Refrein
Er is een huis om in te wonen
voorbij het dodendal.
Er is een vader met zijn zonen,
zij roepen overal. Refrein
Er is een tafel om te eten
voorbij het niemandsland.
Er is een volk dat wordt vergeten,
dat volk roept overal. Refrein
Er is een wereld zonder grenzen,
zo groot als het heelal.
Er is een hemel voor de mensen,
dat hoor je overal. Refrein
GOD LAAT ONS NIET STAAN.
(melodie: Suze Naanje)
Horen door alle woorden heen,
wensen van mensen; en wie heeft geen?
vrijheid en blijheid, wij kiezen ervoor.
Door alle lijden ging Hij ons voor!
Wie wil dat verstaan?
Spreken door alle zwijgen heen,
lijdenden strijden niet langer alleen;
machten en krachten zij winnen het niet,
omdat God in 't verborgene ziet.
Wie kijkt mensen aan?
Kijken om de horizon heen,
dromenden komen in het land van geen,
oorlog maar vrede, een pracht visioen,
zichtbaar, onzichtbaar als wij niets doen!
Wie durft op te staan?
Leven over het leven heen
stervenden erven de hemel alleen.
Alwie de grens van dood over gaat,
weet dat er al een deur openstaat?
God laat ons niet staan!
ZO VRIENDELIJK EN VEILIG ALS HET LICHT
Zo vriendelijk en veilig als het licht,
zo als een mantel om mij heen geslagen,
zo is mijn God, ik zoek Zijn aangezicht,
ik roep Zijn naam, bestorm Hem met mijn vragen,
dat Hij mij maakt, dat Hij mijn wezen richt.
Wil mij behoeden en op handen dragen.
Want waar ben ik, als Gij niet wijd en zijd
waakt over mij en over al mijn gangen.
Wie zou ik worden, waart Gij niet bereid
om, als ik val, mij telkens op te vangen.
Ik leef niet echt, als Gij niet met mij zijt.
Ik moet in lief en leed naar U verlangen.
Spreek Gij het woord dat mij vertroosting geeft,
dat mij bevrijdt en opneemt in Uw vrede.
Ontsteek die vreugde die geen einde heeft,
wil alle liefde aan Uw mens besteden.
Wees Gij vandaag mijn brood, zowaar Gij leeft,
Gij zijt toch zelf de ziel van mijn gebeden.
O, LICHT IN DE DUISTERNIS
O, licht in de duisternis,
o, licht dat verschenen is.
Verlicht ons gezicht in de nacht.
Aarde en brood en zwart is de dood.
Heer, ontferm U onzer; o, breng ons naar huis.
O, Heer, die stierf in nood,
die opsteeg uit de dood.
Breng vreugd' in 't bestaan, wees ons nabij.
Zie naar ons om, Heer Jezus, kom.
Heer, ontferm U onzer; o, breng ons naar huis.
Lam Gods, dat voor allen draagt,
de zonde van deze aard.
Wijs ons nu een weg om te gaan.
Breng ons naar huis, het Vaderlijk huis.
Heer, ontferm U onzer; o, breng ons naar huis.
JERUZALEM, MIJN VADERSTAD (melodie: Auld lang syne)
Jeruzalem, mijn vaderstad, mijn moederhuis,
wanneer zal ik U zien zoals ge zijt, de bruid van onze Heer?
Daar is geen pijn en geen verdriet, geen afgunst en geen nijd,
en angst en armoe zijn er niet, maar altijd vrolijkheid.
Daar is geen zon, daar is geen maan, geen mist, geen duisternis,
maar 't licht komt van de troon vandaan, waar de Messias is.
En zeker is geen ziekte daar, geen ongeluk, geen dood,
geen boze duivel, geen gevaar en geen gebrek aan brood.
Van alle kanten komen zij de lange lanen door,
het is een eindeloze rij, de kinderen gaan voor.
Jeruzalem, mijn vaderhuis, mijn moederstad, wanneer
zal ik U zien? Wij zijn op reis naar U en naar de Heer!
GOD DIE ONS HEEFT VOORZIEN
God, Die ons heeft voorzien en kent bij onze naam,
Die ons ten leven riep en houdt in het bestaan.
Hij heeft ons voorbestemd te lijken op Zijn Zoon,
Die mens is zoals wij en in ons midden woont.
Hij heeft Zijn eigen Zoon geen enkel leed bespaard.
Hij heeft ten einde toe Zijn geest geopenbaard.
Als God zo vóór ons is, wie zal dan tegen zijn?
Al wat ons overkomt zal hoop en zegen zijn.
Wie zal ons scheiden ooit van God ons goed en bloed.
Geen toekomst en geen dood bedreigt ons meer voorgoed.
Genadig en getrouw wil Hij mijn vrede zijn.
Geen mens die Hem weerhoudt om onze God te zijn.
U ZIJ DE GLORIE
U zij de glorie, onze God en Heer,
U zij de victorie, U zij alle eer.
Bron van licht en leven, U erkent geen dood,
ieder mens is welkom in Uw liefde groot.
U zij de glorie, onze God en Heer.
U zij de victorie, U zij alle eer.
U zij geprezen, blijvend ons nabij.
Niets valt er te vrezen, in Uw hand zijn wij.
Geef ons dan te leven in Uw hemels licht,
wil Uw liefde geven aan wie vrede sticht.
U zij de glorie, onze God en Heer.
U zij de victorie, U zij alle eer.
Licht moge stralen in de duisternis,
nieuwe vrede dalen waar geen dood meer is.
Wijs ons welke wegen heilzaam zijn en goed.
Schenk ons steeds Uw zegen, goede levensmoed.
U zij de glorie, onze God en Heer.
U zij de victorie, U zij alle eer.
HEER, WEES MIJ NU NABIJ
(melodie: Nader mijn God tot U)
Heer, wees mij nu nabij en maak mij vrij;
heet mij na leed en kruis welkom in Uw huis.
Uw licht komt na de nacht, wij leven door Uw kracht,
Heer, wees mij nu nabij en maak mij vrij.
Trouw bent U altijd door, ook in de dood.
Wanneer het avond wordt, 't leven duurt maar kort,
bent U mijn vergezicht, dat ieder mens verlicht.
Uw liefde houdt mij vast, ik ben uw gast.
Dood is mijn levenslot, Heer onze God,
is ook een nieuw begin, daar geloof ik in,
de weg die verder gaat, de weg van alle zaad,
leidt naar uw vaderhuis, mijn eeuwig thuis.
TEL JE ZEGENINGEN
Mensen kennen soms geluk en soms verdriet,
licht en duister, allebei, vergeet dat niet.
Tel je zegeningen, tel ze allemaal,
en je vindt je leven toch een mooi verhaal.
Refrein:
Tel je zegeningen, tel ze een voor een,
Tel ze allen en vergeet er geen.
Tel ze allen. Noem ze een voor een,
en je ziet Gods liefde dan door alles heen.
Als je hart vol liefde is voor iedereen,
als je vrienden hebt, dan ben je niet alleen.
Tel je zegeningen, want die zijn er veel,
en je ziet: je leven is een mooi geheel. Refrein
Als je leven af is en de dood ontmoet,
zingen wij een danklied, want zo is het goed.
Tel je zegeningen, prijs voortaan de Heer,
Zingt nu blij van hart een loflied Hem ter eer. Refrein
ALS WE HIER TEZAMEN KOMEN
(melodie: Eens als de bazuinen klinken)
Als we hier tezamen komen, in verdriet en rouw bijeen;
dan wilt U, Heer, bij ons wonen, ligt Uw mantel om ons heen,
hebt U onze hand genomen, want U laat geen mens alleen.
In dit uur om kracht verlegen, om geloof in onze nood,
zijn wij hier elkaar tot zegen, nu wij treuren om de dood.
Wijs ons allen nieuwe wegen, wees voor hem/haar nu levend brood.
U toch bent een God van leven, Die de mensen thuis verwacht;
liefde die hij/zij heeft gegeven, overleeft de donk're nacht,
blijft door alles heen geweven, bron van levensmoed en kracht.
IN ROUW EN EERBIED
(melodie: Zo vriendelijk en veilig)
In rouw, in eerbied, zie ons hier bijeen,
om troost, om kracht, Heer, om geloof verlegen.
Een mens, die dierbaar was, ging van ons heen,
maar goede God, U gaf hem/haar toch uw zegen ?
Leeft hij/zij bij U, toch zijn wij niet alleen,
zijn/haar liefde komen wij opnieuw weer tegen.
Zijn/haar leven was voor ons de moeite waard,
zijn/haar wijze woorden zullen niet verwaaien,
zijn/haar kracht en sterkte ligt in onze aard,
wij allen oogsten wat hij/zij wist te zaaien,
zijn/haar glimlach wordt in ieders hart bewaard,
en in gedachten zal hij/zij ons toezwaaien.
Zijn/haar leven werd gevoed door hemels brood,
bij lief maar ook als leed hem/haar overmande;
God, zijn/haar vertrouwen in U was zo groot,
laat hem/haar nu veilig in Uw haven landen;
U bent de levende, U kent geen dood,
draag hem/haar voor eeuwig, Schepper, in Uw handen.
BLIJF MIJ NABIJ (melodie: Abide with me)
Blijf mij nabij, wanneer het avond is,
wanneer het licht vergaat in duisternis.
Wanneer geen mens mijn hulpeloosheid ziet,
bid ik tot U, o Heer, verlaat mij niet.
Reik mij Uw hand en spreek Uw reddend woord,
wijs mij de weg en leid mij veilig voort.
Blijf mij nabij in vreugde en verdriet.
Ik heb U lief, o Heer, verlaat mij niet.
Wanneer Uw licht mij voorgaat in de nacht,
wanneer ik hoor dat U mij thuis verwacht,
dan weet ik, Heer, dat U mijn zwakheid ziet,
dan zeg ik dank, want U verlaat mij niet.
GA MEE MET ONS (melodie: Abide with me)
Ga mee met ons, trek lichtend ons vooruit
naar tijd en land, door U ooit aangeduid.
Leef op in ons, de mens die leven moet,
een die de toekomst heeft, die leeft voorgoed.
Ga mee met ons, verberg U niet altijd,
gun ons een flits, een teken in de tijd,
dat U nog leeft, nog steeds om mensen geeft
en zonder wanhoop voor de vrede leeft.
Ga mee met ons, wie zijn wij zonder U?
Een mens gaat dood aan enkel hier en nu.
Licht op in ons, wees vuur en vlam van hoop.
Houd steeds in ons de toekomst-mens ten doop.
GA MEE MET HEM (melodie: Abide with me)
Ga mee met hem/haar, trek lichtend voor hem/haar uit
naar tijd en land door U ooit aangeduid.
Breng hem/haar naar huis waar enkel liefde woont,
waar ieder mensenleven wordt bekroond.
Ga mee met hem/haar en geef hem/haar zelf Uw hand,
geleid hem/haar, Heer, tot aan de overkant;
door duister heen, naar bron van eeuwig licht,
is, zonder Uw geleide, zonder zicht.
Ga mee met hem/haar, wie is hij/zij zonder U,
draag hem/haar op handen juist wanneer hij/zij nu
op weg moet gaan voor d'allerlaatste reis:
brengt U hem/haar zelf, o, Heer, in het paradijs.
LICHT DAT ONS AANSTOOT IN DE MORGEN
Licht dat ons aanstoot in de morgen
voortijdig licht waarin wij staan,
koud, één voor één, en ongeborgen,
licht, overdek mij, vuur mij aan.
Dat ik niet uitval, dat wij allen
zo zwaar en droevig als wij zijn
niet uit elkaars genade vallen
en doelloos en onvindbaar zijn.
Licht van mijn stad de stedehouder,
aanhoudend licht dat overwint.
Vaderlijk licht, steevaste schouder,
draag mij, ik ben jouw kijkend kind.
Licht, kind in mij, kijk uit mijn ogen
of ergens al de wereld daagt
waar mensen waardig leven mogen
en elk zijn naam in vrede draagt.
Alles zal zwichten en verwaaien
wat op het licht niet is geijkt.
Taal zal alleen verwoesting zaaien
en van ons doen geen daad beklijft.
Veelstemmig licht om aan te horen
zolang ons hart nog slagen geeft.
Liefste der mensen, eerstgeboren,
licht, laatste woord van Hem die leeft.
HEER, HERINNER U DE NAMEN
(melodie: Alle Menschen werden Brüder)
Heer, herinner U de namen van hen die gestorven zijn,
en vergeet niet dat zij kwamen langs de straten van de pijn,
langs de wegen van het lijden door het woud der eenzaamheid,
naar het dag en nacht verbeide Vaderhuis, hun toebereid.
Heer, herinner u hun dromen van geluk en levensvreugd.
Laat Uw rijk nu tot hen komen, waarin ieder zich verheugt,
dat Uw licht hen zal verlichten, dat zij leven vrij en blij,
met een lach op hun gezichten, alle pijn is toch voorbij.
Heer, voltooi hen in uw leven dat alleen maar vreugde kent,
wil hun uw genade geven, U die nu hun toevlucht bent.
Heer, herinner U hun namen, steeds geschreven in Uw hand,
wil hun hoop toch niet beschamen in uw hemels vaderland.
HERINNER U DE NAMEN, GOD
(melodie: Auld lang syne)
Herinner U de namen, God, van wie gestorven zijn,
hun vreugde en hun levenslot, hun werken en hun pijn.
Temidden van hun dood zijt Gij, als licht voorbijgegaan.
en sinds die ochtend leven zij ontwaakt en opgestaan.
Door nacht en ontij gaan zij heen en nergens wijst een ster,
de aarde is zo koud als steen, de levenden zijn ver.
Maar midden in de dood zijt Gij, als licht voorbijgegaan,
en sinds die ochtend leven zij ontwaakt en opgestaan.
En aan het eind der wegen ligt het huis van brood en wijn,
daar staat de tafel aangericht, daar zal geen dood meer zijn.
Want midden in de dood zijt Gij, als licht voorbijgegaan,
en sinds die ochtend leven zij ontwaakt en opgestaan.
GIJ SCHREEF MIJN NAAM
(melodie:. Mein Herz)
Gij schreef, Heer, mijn naam in de palm van Uw hand.
Zo maak ik dan blijde de tocht door dit land.
Want trouw is steeds Jahweh, Zijn woord onderpand.
Mijn naam staat geschreven in de palm van Zijn hand.
Mijn naam staat geschreven in de palm van Zijn hand.
De Heer is mijn leven, mijn toekomst, mijn al.
Ik blijf Hem gegeven, aan Hem heel en al.
Hij voert mij zo veilig door donker en licht.
Zijn woord is mij heilig, Zijn woord is mijn licht.
Zijn woord is mij heilig, Zijn woord is mijn licht.
GIJ SCHREEF MIJN NAAM
Refrein:
Gij schreef mijn naam
in de palm van Uw hand.
Zo maak ik dan blijde
de tocht door dit land.
Want trouw is steeds Jahwe,
Zijn woord onderpand.
Mijn naam staat geschreven
in de palm van Zijn hand.
Wat brengt ons de toekomst, wat ligt in 't verschiet?
Ik maak me geen zorgen, zing liever dit lied. Refrein
De Heer is mijn leven, mijn toekomst, mijn al.
Ik blijf Hem gegeven, aan Hem heel en al! Refrein
Hij voert mij zo veilig door donker en licht,
Zijn woord is mij heilig, Zijn woord is mijn licht! Refrein
PELGRIMSTOCHT OP AARDE
Pelgrimstocht op aarde, heel ons leven door.
Wat is hier van waarde, wat een dwalend spoor?
Leven met veel vragen, zoektocht naar geluk
totdat eens zal dagen nieuw en hemels licht,
als we zijn gedragen voor Gods aangezicht.
Laat ons bij U komen in uw vaderhuis,
God van onze dromen, veilig bij U thuis,
nooit meer pijn of rouwen, nooit meer ademnood.
U blijft ons vertrouwen, nu en in de dood.
Laat ons toch aanschouwen uw genade groot.
DANK U VOOR ALLE GOEDE ZORGEN
Dank U voor alle goede zorgen, dank U voor elke nieuwe dag,
dank U dat ik, in U geborgen, bij U leven mag.
Dank U voor alle goede vrienden, dank U, o God, voor al wat leeft,
dank U voor wat ik niet verdiende, dat Gij mij vergeeft.
Dank U voor alle lieve mensen, dank U voor ieder klein geluk,
dank U voor alle goede wensen, die ik steeds weer kreeg.
Dank U, Uw liefde kent geen grenzen, dank U dat ik nu weet daarvan,
dank U, o God, ik wil U danken, dat ik danken kan.
DANK U DAT IK HEB MOGEN LEVEN
Dank U dat ik heb mogen leven, dank U dat ik heb mogen zijn,
dank U dat U mij hebt gegeven: liefde, zonneschijn.
Dank U voor alle levensdagen, dank U voor alles wat ik kreeg,
dank U dat U mij steeds blijft dragen, dank U dat ik leef.
Dank U voor alle lieve mensen, dank U, zo was ik niet alleen;
dank U, dat liefde kent geen grenzen, breekt door alles heen.
Dank U, dat U voor hen wilt zorgen, dank U, Uw liefde is zo groot,
dank U, in U ben ik geborgen, ook doorheen de dood.
WE DRAGEN JE OP HANDEN
(melodie: Alle Menschen werden Brüder)
Mens, we dragen je op handen, nooit vergeten we jouw naam
en jouw liefde zal niet stranden, in en door ons verder gaan!
Door het sterven mag je erven, word je deel van het geheim,
in de hoge hemel zul je kind van licht en leven zijn.
Mens, we vouwen onze handen bij het noemen van je naam
en we danken voor het goede dat je voor ons hebt gedaan.
Door het sterven mag je erven, word je deel van het geheim,
in de hoge hemel zul je kind van licht en leven zijn.
Mens, we strekken onze handen vol geloof uit naar elkaar
en we bidden hier tezamen: God, maak onze woorden waar!
Door het sterven mag je erven, word je deel van het geheim
in de hoge hemel zul je kind van licht en leven zijn.
HIJ HEEFT ONS NIET VERGETEN
(melodie: Gij zijt in glans verschenen)
Hij heeft ons niet vergeten, Hij schreef ons in Zijn hand.
Hij gaat met ons Zijn wegen door nacht naar morgenland.
Hij heeft ons leed doorleden, ging met ons door de dood,
Zijn lichaam prijsgegeven, gedeeld, gebroken brood.
Als Hij ons heeft gezegend, wie zal dan tegen zijn?
Hij leeft in ons Zijn leven aan nacht en dood voorbij.
Gij hebt Uw volk geroepen met U op weg te gaan.
Zoudt Gij ons niet behoeden: God-met-ons is Uw naam.
Gij hebt Uw woord gesproken, Uw ja ons toegezegd,
Uw brood met ons gebroken, Gijzelf zijt onze weg.
Zult Gij ons niet voltooien, met ons op weg gegaan
tot wij in vrede wonen, bezegeld met Uw naam?
HET ZIJN DE KLEINE DINGEN
De kleine dingen eren en de waarde ervan zien,
dat is een levenskunst, een grote gave bovendien.
Het geeft je leven kleur en brengt de blijdschap in je hart.
Het houdt je overeind in tijd van tegenslag en smart.
Refrein:
't Zijn de kleine dingen die het doen, die het doen,
't zijn de kleine dingen die het doen.
't Zijn de kleine dingen die het doen, die het doen,
't zijn de kleine dingen die het doen.
De eenvoud van je leven maakt van elke dag een feest,
gewoon en zonder klagen, ook als 't moeilijk is geweest.
Je ziet een beetje licht, als alles aardedonker lijkt,
je bent een sterke mens die onder lasten niet bezwijkt. Refrein
Genieten van het kleine geeft je hele leven glans,
het schenkt je grote wijsheid en het houdt je in balans.
Je ziet de zon verschijnen op een onverwacht moment,
je positieve geest maakt dat je steeds blijmoedig bent. Refrein
LAAT MIJ NIET LOS
God, nu U bij mij bent, laat mij niet los.
U, die mijn zwakheid kent, laat mij niet los,
in voor- of tegenspoed, armoe of overvloed.
Hoe ik ook leven moet, laat mij niet los.
U bent mijn zekerheid, laat mij niet los.
U wil ik nooit meer kwijt, laat mij niet los.
U houdt zoveel van mij, dat ik bij ieder tij
toch weet: U bent nabij, laat mij niet los.
Vervloek ik U misschien, laat mij niet los.
Wil ik U nooit meer zien, laat mij niet los.
Maakt mij een ander blind, zodat in weer en wind
ik nergens U meer vind, laat mij niet los.
Waar ik ook ga of sta, laat mij niet los.
God, kom mij achterna, laat mij niet los.
Tot ik in Uw huis ben, en ik U werk'lijk ken
en aan Uw zonlicht wen, laat mij niet los.
WAT DE TOEKOMST BRENGEN MOGE
Wat de toekomst brengen moge, ik ben veilig in Uw hand,
moedig sla ik dus de ogen naar het onbekende land,
waar gerechtigheid zal wonen, ieder mens tot leven komt.
Daar alleen wil ik van dromen, dat mijn droom nimmer verstomt.
U zult kleinen niet verstoten, wat geknakt is, breekt U niet,
nimmer is Uw deur gesloten, omdat U in harten ziet,
wetend wat er leeft in mensen aan verdriet en goede wil.
U alleen kent ieders grenzen, daarbij valt ons oordeel stil.
Hoopvol trek ik met U verder, ik weet niet waarheen het gaat,
maar U bent de Goede Herder, die mij nooit verdwalen laat;
ook al heb ik duizend vragen, moet ik zoeken naar de weg,
ik geloof: Uw licht zal dagen, dat hebt U ons toegezegd.