Gebeden op Pinksteren

Inleiding:

Na Jezus' dood zaten zijn leerlingen bijeen. Ze waren in de rouw, intens verdrietig omdat hun vriend er niet meer was, niet begrijpend waarom dingen zo gelopen waren, onzeker omtrent hun toekomst. Hoe moesten ze toch verder? Was er wel een verder voor ze? En zoals het gebeurt bij rouwende mensen, ze voerden hele gesprekken over Jezus, over wat hij gezegd had, gedaan had. En al pratend begon het tot hen door te dringen, wat hij eigenlijk bedoeld had met zijn woorden en daden. En meer nog dat zij de taak hadden om zijn boodschap verder te dragen. Niet alleen treuren maar verder gaan met wat hij begon. En wat begon als een aarzelende gedachte groeide uit tot enthousiasme. Zozeer dat ze de straat opgingen om iedereen te vertellen over hun Jezus. Toen was het Pinksteren. De titel van deze viering zou kunnen zijn: van rouwkamer tot kraamkamer. Na de rouw om Jezus' dood wordt er nieuw leven geboren, na de verlammende droefheid kwam er weer beweging. na de nacht van dood en doodsheid brak een nieuwe dageraad aan: een dag om aan het werk te gaan in Jezus' Geest. Als een symbool van dat Pinkstergebeuren wordt nu de vuurzuil aangestoken.

En we bidden: Moge het vuur van het eerste Pinksterfeest ook ons in beweging zetten, niet om vreemde talen te spreken, maar om elkaar tegemoet te gaan in die éne taal van de liefde die iedereen verstaat.
Moge het vuur van Pinksteren verwarmen waar verhoudingen tussen mensen verkilt zijn, kracht geven waar men het leven als vermoeiend ervaart, beweging brengen waar alles tot stilstand is gekomen en levend maken wie apathisch geworden is.  En als wij het vuur van Pinksteren laten uitgaan, als we de Geest van Pinksteren te weinig kans geven om ons in beweging te zetten op de weg die Jezus ons gewezen heeft, vragen wij om vergeving in het Kyrie-gezang.

Na de Kyrie:

Van rouwkamer tot kraamkamer, van duisternis naar licht. Hier ligt het kruis van Goede Vrijdag, symbool van dood, een teken van verslagen zijn, maar door Jezus' trouw tot het bittere einde ook een teken van verlossing en heil. Sinds Pinksteren is dit kruis niet langer een schrikwekkend teken maar een teken van licht voor ieder die gelooft in de weg die Jezus wees. De vurige tongen van het pinksterverhaal lieten mensen in beweging komen om dat kruis van Jezus zichtbaar en tastbaar te maken voor iedereen. Om dat een beetje te symboliseren hebben een aantal mensen in de kerk een licht gekregen. Ik nodig hen allen uit om naar voren te komen, hun licht aan te steken aan de kaarsen van de misdienaars en daarna hun licht een plekje te geven op het kruis. Intussen wij we God loven en danken voor de Geest van Pinksteren in het Gloriagezang.

Gebed:

Kom, Geest van leven Ziel van ons bestaan, Hart van het heelal,
kom, Licht van toekomst, Zicht van morgen, Inzicht voor vandaag, Toezicht op ons doen en laten, kom, Liefde voor alles en allen, Hoop van de kleinen, Geloof in het minste,
kom, Stille Roepkracht van vernieuwing en bevrijding, dring door tot achter onze huid, tot in ons hoofd en hart.
kom, Geest van menswording, help ons recht doen en vrede zoeken, en laat ons niet los, houd ons vast ten einde, ten goede.

Slotgebed:

Geest van licht en vuur, licht ons bij in ons duister opdat wij zien waar onze ogen aan voorbijgaan: de wetten die niet bevrijden, de machten die zich verstoppen, de ego's die zichzelf vergroten.
Geest van wind en storm, beziel ons in onze slapheid opdat wij doen wat wij niet kunnen: de structuren ter discussie stellen, de bestaande orde bevragen, de vrede stichten, de gerechtigheid bevorderen. Geest van levend water, maak ons vruchtbare grond, opdat Jezus' boodschap in ons tot bloei komt. Geef ons inspiratie. Geef ons kracht. Geef ons licht.

Voorbede:
    Kom, Adem van God, blaas ons leven in
    en maak ons tot mensen die handelen in uw geest,
    opdat wij uw schepping in stand houden en verbeteren.

    Kom, Kracht van God, ondersteun ons in onze zwakheid,
    versterk onze goede wil, dat we het goede willen
    voor ieder medemens en daar ook daadwerkelijk inhoud aan geven.

    Kom, Vuur van God, maak ons vurig en enthousiast,
    roep ons wakker uit de slaap van sleur en gewenning
    opdat we ons geestdriftig inzetten voor Jezus' idealen.

    Kom, Wijsheid van God, geef ons inzicht in goed en kwaad,
    geef ons een beter zicht op alles wat beter kan
    zowel in ons eigen leven als in onze samenleving.

    Kom, Stormwind van God, zet ons in beweging,
    opdat we niet passief achteroverleunen uit gemakzucht,
    dat we niet wegzakken in het drijfzand van egoïsme en zelfoverschatting.

    Kom, Licht van God, verlicht onze levensweg
    opdat wij Jezus' boodschap steeds beter gaan verstaan
    en de mogelijkheden zien om die boodschap in ons eigen leven waar te maken.

    Kom, Liefde van God, leer ons wat echte liefde betekent,
    hoe we die waar kunnen maken aan elkaar,
    niet alleen aan hen die we leuk en aardig vinden
    maar ook aan hen aan wie we een hekel hebben.
Teksten, gebeden, gedichten bij Pinksteren
LIED VAN KENNIS INKOMEN EN MACHT
    Een lied tegen de wijzen
    die wijs zijn voor zichzelf,
    die denken en bewijzen
    ten bate van zichzelf.
    dat zij zich herbezinnen
    op God die Schepper is
    en die van den beginne
    een bron van wijsheid is.

    Een lied tegen de rijken
    die rijk zijn zondermeer,
    die enkel nog bekijken
    het spel van meer en meer.
    Dat zij in deze dagen
    nog de Messias zien
    in mensen die geslagen,
    gedeerd zijn, ongezien.

    Een lied tegen de sterken
    het volk van stand en staat,
    die aan hun status werken,
    gedreven zonder maat.
    Dat zij niet tegenstreven
    de Geest van alle tijd,
    die over alle leven
    haar kracht heeft uitgespreid.

    Een lied voor alle mensen
    die hier verzameld zijn
    en die niet anders wenzen
    dan broer en zus te zijn.
    Kom armen en kom rijken
    en maak geschiedenis:
    dat wij weer leren kijken
    naar wie de minste is.

      A. Bosch
PINKSTEREN
    Er komt een tijd
    dat alle afgoden,
    de mensen aangepraat,
    zullen vallen en
    niet meer opstaan.

    Er komt een tijd
    dat jonge mensen,
    verkommerd in hun jeugd,
    zullen hongeren en dorsten
    naar een woord uit de diepte
    naar een lied van binnen.

    Er komt een tijd
    waarin de Geest
    zo ongrijpbaar als Hij is,
    mens en wereld zal vernieuwen -
    waarin het leven om zijn ziel
    wordt geëerbiedigd en geëerd -
    om God, het heilig hart.

      Peer Verhoeven
WOORDEN VLAMMEN OP
    Woorden vlammen op,
    taal viert hoogtij,
    vreugde stijgt ten top.
    Woorden, niet verstaan,
    slaan naar binnen,
    steken ieder aan.
    Machtig wordt de Geest,
    maakt het leven
    tot een vurig feest.
    Woorden geven hoop,
    scheppen ruimte,
    woorden worden brood.

      Hans Bouma
LIED VAN ROEPING: OVER EN WEER
    Verborgen vuur, een sterk vermoeden.
    Verwaaide flarden van een lied.
    Voldoende om de hoop te voeden
    op 't rijk waarin God zelf voorziet.

    Als wij in machteloze woede
    vertwijfeld vragen waar God blijft,
    komen soms mensen als geroepen
    om stem of hand van God te zijn.

    De Geest wil in de harten wonen.
    Van jong tot oud, van laag tot hoog
    spelen wij in op wat gaat komen.
    Pijlen van vrede op Gods boog.

    Wij mogen sprekend op God lijken.
    Hij brengt ons samen in een kring,
    waar wij elkaar de handen reiken:
    de laatste wordt steeds eersteling.

    De rollen zijn ons voorgeschreven:
    de koning komt als één die dient
    om machtigen de les te lezen,
    de armen delen in de winst.

    Wij scholen samen rond de Schriften.
    de weg wordt vóór ons uitgelegd,
    woorden doorbreken onze driften.
    Mens Gods, uit duister opgedregd.

    Vermenigvuldig dan de vreugde
    waarmee gij rijk gezegend zijt,
    om in de wereld te getuigen
    van liefde en gerechtigheid.

      Henk Abma
DE ZON
    De zon speelde op het mondstuk van de morgen
    de steden gingen bloeiend open
    als merktekens van leven en bestaan
    alles was zeker ten ondergegaan
    als er niet een wolk was geweest
    als niet zelf de heilige geest
    was gedaald over bloemen en mensen
    over korte dorpen en lange wensen
    over verschijnselen en over een boerenhoeve
    over een eenzame deerne
    die in een stedelijk hotel
    zich haastig kleedde met nieuwe kleren.

    Alles was anders geworden
    als niet een brok als een ijsschots
    in mijn keel was gekomen
    als niet alle gevallen en voorvallen
    naar de hemel verwezen
    terwijl de mensen te zeggen begonnen
    wij zijn voor dit bestaan gewonnen
    wij houden van de ark van de kerk
    met werkmannen, liefvrouwen en vogels genade
    het schip van de kerk
    vaart binnen de haven van de hemel
    wij houden gewoon van de wereld
    met sprekende tongen van licht
    met de dwaalstreep van de nacht
    alles was anders geworden met menselijke stemmen:

    o Heilige Geest, daal over ons neer
    vanaf de heuvels van uw kennis
    vanaf de bergen van uw wijsheid
    heilige geest, schrijf
    langs de zandwand van de tijd
    wij spreken weerbarstige woorden
    wij willen leven binnen uw aanwezigheid.

      Jan Boelens.
KOM O HEILIGE GEEST
    Kom, o Geest van heiligheid,
    die van al zo hoge zijt, ons bestralen met uw licht.
    Kom, Gij kiest de arme kant, kom,
    Gij geeft met gulle hand, kom,
    Gij hartverwarmend licht.
    Allerbeste trooster, Gij, goede gast,
    ons zo nabij, goede koelte die verfrist.
    Door U krijgt ons tobben rust,
    door U wordt de koorts geblust,
    door u tranen afgewist.
    Dring dan met uw zachte gloed
    diep door tot in het gemoed
    van wie uw getrouwen zijn.
    Waar Gij ons niet inspireert,
    blijft de mens niet ongedeerd,
    zal niets ongeschonden zijn.
    Was dan, al wat morsig is;
    drenk, wat dor geworden is;
    heel dan, wat vol wonden is.
    buig, wat star geworden is;
    koester, wat bevroren is;
    recht, wat krom getrokken is.
    Schenk uw gift in zevenvoud ieder
    die op U vertrouwt, ieder die gelovig is.
    Geef ons deugd die dienstbaar is,
    geef ons, wat ons zalig is:
    geef ons vreugd die eeuwig is.

    Jan van Laarhoven
UIT DE GRAVEN
    Uit de graven en spelonken,
    uit de diepste doodsvallei,
    roept Gods stem tot u en mij,
    wordt de geest aan ons geschonken.

    Onder uitgewiste sporen,
    uit het verste ballingsoord,
    klinkt haar levenwekkend woord
    en Zij hoopt dat wij Haar horen.

    Uit verzwegen massagraven,
    uit zoveel verloren strijd,
    uit zolang voorbije tijd,
    kweekt Zij nieuwe geestesgaven.

    oude liefde, nieuw verrezen;
    stille dromen, luid vertaald;
    wie gekruisigd werd, onthaald,
    en de diepste wond genezen.

    En de mens zal durven leven
    zonder angst voor eindigheid
    en de dood raakt uit de tijd,
    zal zich voegen naar het leven.

      Jan van Opbergen
LIED VAN DE MENSENZOON
    Zijn melodie was een duet:
    twee stemmen die tesamen zongen.
    Mensenzoon en Zoon van God,
    Zijn naam 'Jezus van Nazaret'.

    Hij zong een lied van hoop en vrede,
    van bevrijding en geloof.
    Hij zong een lied van eeuwig leven
    maar werd veroordeeld en vermoord.
    En toen gaf Hij zijn geest...

    En toen gaf Hij zijn Geest
    en zie, Hij leeft... Hij is verrezen!
    Zijn dood was niet zijn laatste woord,
    in zijn ogen, onze harten,
    leeft zijn melodie nog voort.
    Zie de wereld met zijn ogen,
    zie de mensen met zijn hart.

    Groet elkander met zijn woorden,
    loof de Vader met een lied.
    Zing zijn lied van hoop en vrede,
    van bevrijding en geloof,
    zing zijn lied van eeuwig leven,
    zonder grenzen, zonder dood.

    Want toen gaf Hij zijn Geest:
    de Geest waarin Hij heeft gesproken,
    de Geest waarvan Hij heeft geleefd,
    zijn Geest van liefde voor de Vader,
    zijn Geest van liefde voor de mens.
PINKSTEREN - OM NIEUWE GEEST
    Kom, Schepper, Geest ontsteek jouw vuur,
    in ons gedoofd door tijd en duur,
    door woorden hol en leeg gemaakt,
    door beelden los van jou geraakt.

    Herstel in ons die oude kracht
    die mensen tot bezieling bracht,
    die hen deed gaan waar niemand ging,
    die groot noemt wat nog heet gering.

    Herleef in ons met jouw geloof,
    die tegenkracht van mensenroof,
    die roept om solidariteit,
    om leven dat geen aandacht krijgt.

    Herschep in ons dat oude woord
    misbruikt voor oorlog, broedermoord;
    die Naam van God hier ooit ontstaan
    vanwege land dat moet bestaan.

    Herneem daarom jouw oudste recht:
    sta op in ons als minste knecht,
    die mens die om de ander geeft,
    misschien voor hem zijn leven geeft.
KOM, GEEST VAN LEVEN,
    Kom, Geest van leven
    Ziel van ons bestaan,
    Hart van het heelal,

    kom, Licht van toekomst,
    Zicht van morgen,
    Inzicht voor vandaag,
    Toezicht op ons doen en laten,
    kom, Liefde voor alles en allen,
    Hoop van de kleinen,
    Geloof in het minste,

    kom, Machteloos-Machtige,
    mosterzaadje,
    graankorrel
    zuurdeeg
    van onze ommekeer ten goede,

    kom, Stille Roepkracht
    van vernieuwing en bevrijding,
    dring door tot achter onze huid,
    tot in ons hoofd en hart.

    Kom, Grondige Genezer,
    geef ons nieuw terug aan onszelf
    en aan de anderen,
    doe ons elkaar zien
    met nieuwe ogen

    kom, Geest van menswording,
    help ons recht doen
    en vrede zoeken,
    en laat ons niet los,
    houd ons vast ten einde,
    ten goede.

      Jan van Opbergen
GEBED OM DE H. GEEST (van Guus Timmerman) ADEM IS LEVEN
    Je ademt leven in
    Je ademt leven uit.
    Je ademt naar anderen toe met je woorden,
    je lachen je zingen je huilen je klagen.

    Die adem, dat ben jij zelf.
    Het is jouw levensadem.
    De Geest van God is als God die uitademt naar ons toe.
    En wij mogen die Geest van God weer inademen.
    Maar je moet het zelf wel willen.

    De Geest van God, is een goede Geest.
    Hij zet mensen in beweging.
    Hij maakt mensen vurig.
    Hij zet hen in vuur en vlam.
    En wat doen ze dan, die mensen?
    Ze maken een nieuwe wereld.
    Ze troosten waar verdriet is.
    Ze geven waar gebrek is.
    Ze luisteren waar nood is.
    Ze bevrijden waar slavernij is.
    Ze zingen en dansen.
    Soms komen ze samen, dan bidden ze tot God
    en vragen opnieuw om zijn Geest.
AANROEPING
    Vlam van de Geest, verwarm ons hart
    dat wij onze naaste liefhebben.
    Vlam van de Geest, verlicht ons pad
    dat wij wandelen in de waarheid.
    Vlam van de Geest, wakker in ons aan
    de hartstocht voor de vrijheid.
    Vlam van de Geest, smeed ons samen
    tot een vierende gemeenschap.
DE GEEST
    De Geest wil mensen inspireren
    en reinigen van alle schijn
    met eindeloos geduld hen leren
    getuigend kind van God te zijn.

    De Geest wil mensen troostend leiden
    uit klamme schaduwen van dood,
    ook hen van alle pijn bevrijden
    en voeden met het hemels brood.

    De Geest zal mensen nooit beschamen,
    reikt kleingelovigen de hand,
    doorgrondt het hart, roept hen bij name,
    geleidt hen naar het Beloofde land.

    De Geest leert mensen te verwachten,
    Hij daalde neer en geeft hen hoop,
    onttroont de angsten, boze machten,
    Zijn trouw bezegeld door de doop.

    De Geest wil mensen samenbinden,
    van alle ras, en taal en tijd,
    hen helpen elkaar terug te vinden,
    door grenzen heen en wereldwijd.

    De Geest leert mensen te aanvaarden,
    bereidt een weg, bemoedigt hen,
    behoedt de kerk, bewaart de aarde,
    dat ik, Heer, zo de Geest herken.

      Jan Mobach
OVERAL KOM IK U TEGEN . . .
    Overal kom ik U tegen:
    in de mooie wolkenlucht
    in een zonnestraal, bij regen
    elke dag van U gekregen
    kinderlach en vogelvlucht.

    Alles legt U voor mij open
    ieder ding van U te leen
    door Uw landschap mag ik lopen
    op Uw gouden toekomst hopen
    reeks momenten, een voor een.

    Heel de wereld in uw handen
    toch vraagt U mijn kleine ziel
    om uw Geest te laten landen
    en uw liefde te ontbranden
    voor waar eens Uw oog op viel.

    Alles is van U gekregen
    wat ik ben en eens zal zijn
    al mijn dagen, al mijn wegen
    overal kom ik U tegen:
    Levensadem, Brood en wijn.

      Joke Verweerd
PINKSTEREN
    Pinksteren, op een zolderkamertje een groepje mensen,
    de vraag die ze bezig houdt is: hoe verder?
    Ze zitten te wachten. Waarop? Dat is niet zo duidelijk.
    Er zou een soort raadsman komen. Maar hoe? En wie?

    En dan ineens: een krachtige wind door het huis,
    een merkwaardige vlammendans op de hoofden.
    En de raadsman roept ze toe: "van je zolderkamer af,
    met het vuur op je kop de straat op! Kom in beweging!"

    Ze gingen, maar op straat kregen ze de wind tegen,
    daar stonden de sceptici, de zogenaamde allesweters.
    "Ze hebben te diep in het glaasje gekeken", klinkt het.
    Hoe praat je tegen die mensen dat ze je ook verstaan?

    En toen gebeurde er een wonder: ze werden verstaan,
    ondanks het feit dat ze hun eigen dialect spraken,
    of eigenlijk: juist omdat ze hun eigen dialect spraken,
    want dat is de taal van binnen uit, recht uit het hart.

    Als Jezus' volgelingen ook nu de taal van hun hart spreken,
    als hun getuigenis echt van binnen uit komt,
    dan kunnen ze ook nu door velen verstaan worden,
    dan zal het wonder van Pinksteren zich blijven herhalen.
PINKSTEREN
    Voor mijn oren gezegd
    onontkoombaar verstaanbaar:
    ik zal uitstorten van mijn geest
    over alle vlees,
    wat wil dit toch zeggen.

    geen angsttoren meer
    tegen verstrooiing
    voortaan een taalonderkomen,
    bevrijding van dovemansoren
    woorden toch geen bedrog

    uw geest er in gebrand
    voorgoed
    louterend licht

    geheel met de zaak verlegen
    niet dronken
    niet nuchter
    wel buiten mijzelf
    omdat gij mijn ziel
    niet aan het dodenrijk zult overlaten ja, ook mijn vlees
    zal nog een schuilplaats
    vinden in hoop

    wat wilt dit toch zeggen
    hebt u dan werkelijk met vuur gespeeld.

      Wim Ramaker
ZEVEN VLAMMEN
    Zeven kaarsen, zeven vlammen, zevenmaal vuur.

    De eerste vlam is de vlam van de liefde, die het eerst en de belangrijkste is, want God is liefde en liefde is God.

    De tweede vlam is de vlam van het leven, het leven hier, het leven straks, leven voor elkaar, het eeuwig leven.

    De derde vlam is de vlam van het licht, het licht der wereld, het ware licht, het licht in de nacht dat allen verlicht.

    De vierde vlam is de vlam van de hoop, de vlam van verwachting, de vlam die de wanhoop verdrijft.

    De vijfde vlam is de vlam van het geloof, die ziet, die ziet wat jij niet ziet, die verder ziet dan de dood.

    De zesde vlam is de vlam van het woord dat samenbrengt en vertroost, dat spreken en luisteren doet.

    De zevende vlam is de vlam van de Geest, van liefde en leven, van licht, van hoop en geloof, van Hem die alles in allen wil zijn.
GEBED OM DE GA VEN VAN DE GEEST
    Om de gave van wijsheid bidden wij.
    Dat wij de dwaasheid onderkennen
    van het recht van de sterkste;
    dat wij de waanzin te boven komen
    van de paraatheid tot geweld
    zonder overlevenden.

    Om de gave van kennis bidden wij.
    Dat wij ons intellect niet uitleveren
    aan racisten en handelaars in ongelijkheid;
    dat wij onze creativiteit niet uit handen geven
    aan de verachters van gerechtigheid.

    Om de gave van geloof bidden wij.
    Dat wij de droom niet prijsgeven
    over een mogelijke rechtvaardige wereld
    en een met respect bewoonde aarde;
    dat niet verstommen zal in ons
    het visioen van alles voor allen.

    Om de gave van geneeskracht bidden wij.
    Dat de arts in ons het wint van de beul;
    dat de liefde van de doden
    de moordenaars zal overleven.

    Om de gave van profetie bidden wij.
    Dat wij oog en oor hebben voor ongezienen en ongehoorden;
    dat wij in de minsten der mensen
    onze enige en eigen toekomst schouwen.

    Om de gave van het onderscheid bidden wij.
    Dat wij weten en scherp aanvoelen
    wat recht en slecht is, waarheid en leugen;
    dat wij onszelf mogen kennen en weten
    waar wij heersers en dienaars zijn.

    Om de gave van het enthousiasme bidden wij.
    Dat het geloof in bevrijding ons is aan te zien;
    dat het verlangen naar echte vrede
    uit onze solidariteit valt af te lezen;
    dat wij als gewone en hedendaagse stervelingen
    toch voelbaar, zichtbaar mensen van Gods toekomst zijn.

    Wij bidden
    om de zeven gaven van Gods Geest,
    omwille van de gaven
    die hier voor ons staan:
    brood en wijn voor heel de wereld.
    Herdoopt in pinkstervuur,
    voortijdig licht waarin wij staan,
    gaan wij door met breken en delen,
    om te helen wat onheelbaar lijkt,
    om te halen wat onhaalbaar schijnt:
    één wereld en vrede voor altijd.
    Zo doen wij, Jezus achterna
    en uit de Geest die Hem bezielde. Amen.
terug naar de overweging