<
  Gebeden op de vijfde zondag van de paastijd

Inleiding:

In het evangelie van vandaag horen hoe Jezus zijn leerlingen een nieuw gebod meegeeft: het gebod van de liefde. Nu is dat gebod helemaal niet nieuw, het is zo oud als de mensheid. Zolang mensen zich in taal kunnen uitdrukken wordt het woord liefde eindeloos veel gebruikt, ook nu in onze tijd, in alle toonaarden, in allerlei variaties, met allerlei inhoud. vaak geromantiseerd, vaak ver van de werkelijkheid van het leven. Iedereen weet dat liefde heel wezenlijk is tussen mensen, maar in de praktijk van het leven wordt het toch nogal eens vergeten. Het woord liefde wordt denk ik wel veel te veel gebruikt Het is misschien wel het meest versleten woord dat er is. We kunnen niet zonder het woord, anderzijds is het soms goed om eens een ander woord te gebruiken om beter te begrijpen wat Jezus bedoeld met zijn gebod van de liefde. Daar willen we in deze viering even bij stilstaan.

Gebed:

God van mensen, onze God, maar kennen wij U wel? In uw naam praten we over liefde, maar in uw naam wordt ook liefdeloosheid bedreven. In uw naam zoeken we vrede, maar in uw naam worden ook gewelddadigheden gepleegd. Leer ons uw bedoelingen kennen, leer ons echt te luisteren naar Jezus' boodschap, dan alleen zullen wij in staat zijn uw rijk van liefde en vrede waar te maken in onze gemeenschap. Dat vragen wij U in Jezus' naam. Amen

Gebed over de gaven:

God van mensen, hier samen rond brood en wijn, vieren we verbondenheid in liefde en vrede, zoals Jezus ons heeft voorgedaan. Moge deze verbondenheid ook zichtbaar worden in ons leven van alledag, overal waar wij elkaar ontmoeten. Dat wij zo herkenbaar zijn als volgelingen van Jezus, onze leidsman te leven voor tijd en eeuwigheid. Amen

Slotgebed:

God van mensen, waar vriendschap heerst en liefde, daar laat U zich vinden. Als U in onze tijd voor velen onvindbaar lijkt te zijn, moeten wij ons afvragen of die vriendschap en liefde wel voldoende zichtbaar worden in onze manier van leven. Help ons de liefde onder elkaar te bewaren en te koesteren, opdat Jezus steeds weer tot leven komt in en door ons, tot heil van heel onze mensengemeenschap, vandaag en alle dagen. Amen

Voorbede:
    Laten wij bidden dat wij als christenen herkenbaar zijn,
    in de onderlinge liefde die wij daadwerkelijk beleven,
    in onze saamhorigheid en dienstbetoon aan de gemeenschap,
    in ons respect voor alle mensen, niemand uitgezonderd,
    in onze verdraagzaamheid en de mildheid van ons oordeel.

    Laten wij bidden dat wij als christenen herkenbaar zijn,
    in de keuzes die wij durven maken,
    in de overtuigingen die wij uitspreken en beleven,
    in de geestelijke verdieping die we nastreven,
    in de wijze waarop wij nadenken over wereldproblemen.

    Laten wij bidden dat wij als christenen herkenbaar zijn
    in de manier waarop we samen kerk zijn,
    in een levend geloof dat ons samenbindt,
    in een onverwoestbare hoop die ons in beweging houdt,
    in eerlijke liefde die ons tot elkaar voert.

    Laten wij bidden dat wij als christenen herkenbaar zijn,
    in onze zorg en aandacht voor de kleinen en zwakken,
    in onze solidariteit met de onderdrukten en de slachtoffers van geweld
    in onze houding van welwillendheid jegens vluchtelingen,
    in onze bereidheid onze welvaart te delen met de armen.

    God van liefde, wil zichtbaar worden in mensen van liefde,
    wil aan het licht komen in de kerk van Christus,
    de geloofsgemeenschap die gekenmerkt wordt, moet worden
    door grote saamhorigheid en verbondenheid in liefde.
    Dat vragen wij U in Jezus' naam. Amen
Teksten, gebeden, gedichten bij vijfde zondag van de paastijd
Horizon
    Hoe ver zal ik met je meegaan?
    Langs welke wegen zal het leven ons leiden:
    tot waar wij weten
    dat de liefde geduldig is en herbergzaam?
    Welke dalen moeten wij nog doorkruisen
    om te kunnen zeggen dat het goed was
    wat wij hier, met de stem van ons hart, zeggen vandaag?
    Maar het is goed, jouw hart weet het en het mijne ook.
    Het is goed dat wij - wat er ook gebeuren mag -
    tot elkaar geroepen zijn om samen op weg te gaan,
    toevertrouwd aan elkaars genade.
    Zo ver als het leven reiken zal,
    zul je hopen dat ik bij je thuis zal zijn
    en, gehavend misschien, bij jou rust zal vinden.
    Nog is de horizon ver,
    maar in jouw ogen is de toekomst al begonnen,
    waarin - op goede en kwade dagen -
    ik worden mag die jij hoopt dat ik worden zal.
    Blijft dat hopen, met liefde die geduldig is.
Kerk zijn:
    Kerk zijn de mensen,
    muren zijn de horizon
    en het dak dat zijn de sterren.
    God, als dat eens kon!

    Kerk heeft geen gebouwen nodig
    is als een vogel vrij.
    Torens die zijn overbodig:
    jij, jij hoort erbij.

    Kerk is niet waar mensen komen
    overal vandaan,
    kerk gebeurt waar mensen dromen
    van een nieuw bestaan.

    Stenen slijten met de jaren,
    't sterkste huis stort in.
    Liefde blijft haar glans bewaren,
    liefde overwint.

    Kerk zijn de mensen,
    muren zijn de horizon
    en het dak dat zijn de sterren.
    God, als dat eens kon!
Uit de klei van moeder aarde
    Uit de klei van moeder aarde
    is een mens tot mens gekneed,
    en God raakt hem met zijn adem
    als een vuur dat leven smeedt.

    In beton en glas en ijzer
    lijkt een mens zo breekbaar klein,
    maar de mensen mogen wijzer,
    dan de hele aarde zijn.

    Want de aarde heeft geen handen
    en de steden gaan niet dood,
    enkel mensen kunnen anders,
    enkel mensen delen brood.

    Wie zijn adem niet wil halen,
    niet wil trekken in zijn mond,
    die moet met zijn hart betalen
    want hij komt niet van de grond.

    Alle aarde is maar aarde,
    maar een mens is vlees en bloed,
    geef mij adem op mijn aarde
    die mij dieper leven doet.
Een mens
    Een mens, geboren uit de aarde
    en aan de aarde met hart en ziel
    gebonden en verliefd -
    als God hem niet met adem raakt,
    dan blijft zijn leven koud als steen
    en zijn handen missen kracht.

    Maar als hij opent hart en mond
    en zo Gods liefde in zich ademt,
    dan wordt een mens een wonder:
    zijn tong wordt aangeraakt door vuur
    en zijn woorden verwarmen de aarde -
    zijn handen krijgen kracht en dragen
    stenen voor huizen van vrede.

    Zo raakt God mensen overal
    en blaast zijn adem in ze uit:
    en mensen worden wonderen
    als hun leven gedragen wordt door liefde.
Droom
    Droom van vriendschap voor de rest van je dagen
    Droom van een einde aan alles wat scheidt
    Droom van een leven in goede gezondheid
    Droom dat armoede niet meer bestaat
    Droom van een tijd zonder oorlog en strijd
    Droom van de liefde en droom van de vrede
    Droom dat gerechtigheid overal heerst.
    Maar als je droomt, droom dan niet in je bed,
    maar met de hand aan de ploeg, en bid
    dat God je de krachten geeft om te werken
    en de moed voor je droom te sterven.
Liefde
    Liefde, daar is dat woord. Herken je het?

    Ik heb veel, weet je , ik ben rijk
    mijn kennis groeit iedere dag
    psychologisch, doorgrond ik de mens.

    Ik ben iets, vergis je niet in mij
    respecteer mij , mijn woorden kunnen je breken
    geheimen worden mij gegeven
    en mijn invloed reikt verder dan je denkt
    ik heb macht.
    Maar als er geen liefde is , is er niets.

    Ik sta er goed voor,
    met mijn middelen kan ik hongerigen voeden
    oorlogswezen een thuis geven
    verminkten laten behandelen
    als ik mij opoffer leven velen door mij.
    Maar als er geen bewogenheid is, is er niets.

    Liefde is meer dan ikzelf
    ze deelt
    ze huilt om de pijn van een ander
    liefde lijdt mee in het lijden, dichtbij - veraf.
    Liefde is nooit hard maar zoekt naar woorden is stil, verdraagzaam.

    Liefde kent zichzelf en is zeker niet blind.
    Liefde is open zelfs voor de harde mening van een tegenstander,
    ze leert van alles, uit alles en is waarheid.
    Liefde vecht, legt zich niet neer en verdooft
    maar gaat door met het hopeloze.

    Zegt ja, vaker dan nee
    en nee tegen het ja van onrecht.
    Er is veel waarom, veel niet begrijpen
    machteloosheid, aan de kant staan,
    maar eens kijk ik in de spiegel
    en zie mezelf in nieuwheid
    stralend door vredevuur -
    daar wacht ik op.

    Nu is er alleen
    hoop-geloof-liefde
    dat is genoeg.
Liefde is blind
    Liefde is altijd een beetje blind voor de fouten van anderen.
    Als echter de liefde verloren gaat
    verdwijnt ook die sympathieke blindheid.
    Je krijgt slechte ogen en je ziet ten slotte
    niets anders meer dan fouten en gebreken, lelijke dingen.
    Fouten zie je dik als de liefde dun is.
    Hou van de mensen zoals ze zijn: er bestaan geen anderen.
    Er is maar één weg naar de medemens.
    De weg van het hart.
    Alle andere wegen zijn omwegen.
    Alleen het hart heeft toegang
    tot het mysterie 'mens'.
Liefde is riskant
    Als je iets voor een ander wilt doen,
    loop je de kans dat het geweigerd wordt.
    Als je op een ander afgaat,
    is er de kans dat je bedrogen uitkomt.
    Als je iemand in vertrouwen neemt,
    kan die ander je wel verraden.
    Als je een ander helpt, riskeer je ondank.
    Als je iemand liefhebt,
    zal die ander je misschien in de steek laten.
    En toch zou dat ons niet moeten afschrikken
    om onszelf te geven.
Een oud Joods verhaal.
    Er waren twee broers. Samen bezaten ze één veld. Van de opbrengst van dat veld kreeg ieder de helft. De oogsttijd kwam. Na een hele dag gewerkt te hebben, ging ze 's avonds moe naar bed. De oudste van de twee kon de slaap niet vatten. Hij dacht: het is niet eerlijk, als ik de helft van de opbrengst krijg, daar ik alleen ben en mijn broer zijn vrouw en kinderen moet onderhouden. Daarom stond hij op, ging naar zijn deel van het veld, naam drie schoven en zette deze bij die van zijn broer neer.
    Maar ook de jongste broer kon niet in slaap komen. Hij dacht: het is niet eerlijk, als ik de helft van de opbrengst neem. Mijn ongetrouwde broer heeft een extra deel nodig om te kunnen sparen voor zijn oude dag, terwijl mijn kinderen later voor mij zullen zorgen. Daarom stond hij op, ging naar zijn deel van het veld, nam drie schoven en bracht deze bij die van zijn broer.
    Toen zij 's morgens weer op het veld kwamen, waren ze verbaasd daar ieder nog evenveel schoven had. Maar ze zeiden niets. De tweede nacht bracht elk weer drie schoven naar het deel van de ander. Ook de volgende morgen zagen ze dat er niets veranderd was. Ze waren verbaasd, maar ze zeiden niets.
    De derde nacht toen zij de schoven aan het verplaatsen waren, kwamen ze elkaar midden op het veld tegen. Toen begrepen ze wat er gebeurd was en ze omhelsden elkaar.
terug naar de overweging