Gebeden op de vierde zondag van de
veertigdagentijd
Inleiding:
De tijd van de letterlijke slavernij is voorbij.
Niemand is meer letterlijk geketend, zoals slaven toentertijd.
Toch zitten ook nu veel mensen vast, gebonden aan hun verleden, aan hun
afkomst, aan wat anderen van hen denken.
Onze samenleving is heel goed in het opplakken van etiketten,
waardoor mensen soms een goede naam hebben, soms een slechte,
zonder dat we precies weten wat de doen en denken.
We zijn geneigd om te veralgemeniseren
en hele groepen in het verdomboekje te zetten,
zonder dat we de individuen kennen.
We spreken heel gemakkelijk een veroordeling uit
en beseffen vaak niet dat we bevooroordeeld zijn
en mensen geen recht doen in hun huidige leefsituatie..
In allerlei toonaarden vraagt Jezus van ons een houding
van welwillendheid en vergevingsgezindheid,
maar dat blijft een moeilijke zaak.
Vragen we om vergeving in het drempelgebed.
Openingsgebed:
Barmhartige God,
U roept ons om het leven te delen in zorg en aandacht voor elkaar,
om ieder het goede te gunnen en waar mogelijk het goede te geven.
Help ons om als broeders en zusters naast elkaar te staan
dat we niet tegenover elkaar staan als vijanden
of onverschillig langs elkaar heenlopen.
Mogen wij groeien in verbondenheid ,
met hen die ons lief zijn maar ook met hen wier leefwijze we
veroordelen.
Dat vragen wij U in Jezus' naam. Amen
Gebed over de gaven:
Vader van alle mensen, U nodigt ons aan deze maaltijd
U wilt dat het leven een feest is van liefde en trouw,
van geven en vergeven, van dragen en verdragen.
Mogen deze gaven van brood en wijn, waarin we Jezus gedenken ons
sterken om juist als Hij mensen te zijn die Uw barmhartigheid waar
maken in de wereld van vandaag. Amen
Slotgebed:
Hoe vaak zijn we niet aan elkaar
voorbijgegaan,
liepen we een ander liever omver dan hem of haar de ruimte te geven?
God, geef dat wij de nieuwe kansen zien
om een ander weer recht in de ogen te kijken
ene thuis te komen bij elkaar.
Hoe vaak ben ik niet aan mezelf voorbijgegaan
en ging ik in op verwachtingen van anderen
zonder me af te vragen wat ik nu werkelijk wilde?
Hoe vaak heb ik niet anderen afgewezen
omdat iedereen vond dat ik dat behoorde te doen,
zonder mijn eigen geweten te volgen?
God, geef dat ik de nieuwe kansen zie
om steeds mij hart te laten spreken en thuis te komen bij mezelf. Amen
Voorbede:
God, laat uw bevrijdende aanwezigheid voelen,
overal waar mensen gevangen zitten in een sfeer van haat en nijd
en gemeenschappen verscheurd worden door vijandschap;
overal waar mensen medemensen doden
in een spiraal van geweld dat weer geweld oproept,
overal waar duurzame vrede een onmogelijke droom lijkt.
God, laat uw bevrijdende aanwezigheid voelen,
overal waar mensen vastzitten aan hun vooroordelen
waardoor zij anderen veroordelen en tekort doen,
overal waar men zo overtuigd is van eigen goedheid
dat men neerziet op medemensen die minder goed leven,
overal waar mensen de kans niet krijgen een nieuw begin te maken.
God, laat uw bevrijdende aanwezigheid voelen
aan de Maya-indianen in Guatamala,
aan alle armen en onderdrukten in Latijns-Amerika,
aan alle mensen die hongeren en dorsten naar gerechtigheid.
Mogen zij met onze hulp in staat zijn te bouwen aan een betere toekomst.
God, moge uw barmhartigheid ook de onze zijn,
moge uw bereidheid altijd te vergeven ook de onze zijn,
dan alleen kunnen we het leven delen als broeders en zusters,
dan alleen kan er vrede zijn in heel de mensengemeenschap.
vandaag en alle dagen. Amen
Teksten, gebeden, gedichten bij de vierde zondag van de veertigdagentijd
De verloren zoon
Wanneer je zó bent weggegaan:
in je eigen kracht,
wanneer je ver bij God vandaan
op liefde wacht,
Wanneer je moe en hulp'loos bent
en niemand redt,
wanneer geen 'vriend' je meer herkent
of op je let,
Wanneer je schreit om al je schuld
en eenzaamheid,
weet dan, dat God vol ongeduld
je komst verbeidt.
Wanneer je tot de reis besluit
naar 't Vaderhuis,
weet: Vader ziet reeds naar je uit
en brengt je thuis.
E. IJskes-Kooger, Een lied in de morgen
Gebed van een drugsverslaafde
Als alles donker is om me heen
als mijn hart schreeuwt naar begrip
als ik niet meer verder wil
laat me dan niet alleen.
Als ik je teleurstel,
als ik onredelijk ben
als ik weer fouten maak
laat me dan niet alleen.
Als ik je verdrietig maak
als ik niet meer wil leven
als ik ooit weer voor die afgrond sta
laat me dan niet alleen,
laat me dan niet vallen,
hou me vast.
Het nieuwe vertrek
Het feest was al weer enige tijd achter de rug. Op zo'n thuiskomst had
hij niet durven rekenen. Hij genoot van de eerste weken dat hij thuis
was: van zijn bed dat nog zachter en breder leek dan een jaar of wat
terug, van zijn boeken en cd's die allemaal als nieuw leken, van het
eten dat zijn moeder kookte, van de verhalen die zijn vader vertelde.
Maar na een paar weken was daar ook weer het nieuwe van af.
Hij had er behoefte aan elke avond na het eten even alleen te zijn. Dan
ging hij een eindje lopen door de weilanden, langs het water of door
het bos. Hij dacht aan zijn vorige reis. Die bleek uiteindelijk toch
niet zo geslaagd te zijn. Hij had wat minder royaal moeten leven en
niet meteen iedereen moeten vertrouwen. En nu zat hij zijn verdere
leven hier vast. Hij kon het zijn vader niet weer een keer aandoen om
weg te gaan. Hij kon het tegenover zijn broer niet maken. Zijn moeder
zou weer elke week bezorgd zijn kamer gereed maken voor zijn
thuiskomst. En bovendien: waar haalde hij het geld vandaan?
Elke avond werden zijn wandelingen langer. Zijn vader had het al snel
in de gaten. Op een avond was hij zachtjes achter hem aan geslopen. Hij
zag de zoon zitten op een bruggetje. Zonder iets te zeggen ging hij
naast hem zitten. De zoon keek niet op -hij wist dat het zijn vader
was. Na een kwartier samen gezeten te hebben, greep de vader in zijn
broekzak, haalde daaruit een envelop tevoorschijn, en gaf die aan de
zoon: '... Als je maar belooft weer terug te komen.'
De dag daarna vertrok de zoon weer met een volle koffer en de envelop
in zijn jaszak. De vader en moeder zwaaiden hem uit. De andere zoon
niet -die was aan het werk op het land, jaloers op zijn broer en kwaad
op zichzelf.
M. Zagers
Thuiskomen (een gebed om vergeving, een nieuw begin)
Hoe vaak zijn we niet aan elkaar voorbijgegaan,
liepen we een ander liever omver
dan hem of haar de ruimte te geven?
Dit is het moment, een nieuwe kans
om een ander weer in de ogen te kijken en thuis te komen bij elkaar.
Hoe vaak ben je niet aan jezelf voorbijgegaan,
ging je op in verwachtingen van anderen
zonder je af te vragen wat je nu werkelijk wilde?
Dit is het moment, een nieuwe kans
om je hart te laten spreken en thuis te komen bij jezelf.
Hoe vaak ben je niet aan het leven voorbijgegaan,
dacht je de zin gevonden te hebben
maar namen de vragen en de twijfels alleen maar toe?
Dit is het moment, een nieuwe kans
om uit te huilen en opnieuw te beginnen en thuis te komen in het leven.
Thuiskomen
God, we zijn wel uit Jou vandaan
maar je laat ons nooit helemaal los.
Wil je hier en nu,
maar ook in het vervolg de ruimte zijn
waarin wij thuis kunnen komen
bij onszelf en bij elkaar?
Thuiskomen: dat doe je niet alleen bij jezelf,
dat kun je ook bij een ander doen,
bij een ander die op jou staat te wachten,
die naar jouw komst uitziet,
die bij wijze van spreken de deur al open heeft staan
en de koffie heeft gezet.
Vraag: bij wie kun jij altijd thuiskomen?
En wie is altijd welkom bij jou?
In dit verband is het zinvol stil te staan
bij al die mensen in deze wereld die geen plek hebben
om thuis te komen: vluchtelingen, zwerfkinderen, enzovoorts.
Maar ook is het goed van tijd tot tijd te denken
aan al die mensen die wachten op de thuiskomst van hun kinderen,
hun ouders, hun levenspartner.. .
De verloren zoon
Zo verliet ik het huis van mijn Vader,
maar verliet ik het werkelijk?
Zijn huis heeft geen deuren of ramen,
geen muren of vertrekken.
Zijn huis is het heelal
en slechts het idee van afgescheiden zijn
schept deuren en ramen, muren en vertrekken.
Nooit kan ik verlaten wat ik altijd ben,
nooit kan verloren raken
wat in zichzelf steeds thuis is.
Als in een diepe slaap, dronken van onwetendheid,
verloor ik herinnering aan wat ik werkelijk ben.
Ik ben de zoon van de Vader. De Vader is in mij,
in de Vader ben ik, onverbrekelijk één.
Zijn rijkdom is de mijne, al wat van hem is
is van mij, scheiding is niet meer.
Het oudste in mij blijft altijd thuis,
het jongste wil verkennen wat de Vader in mij al kent.
Hier en nu plooit zich de mantel der liefde om mij heen
als ik inkeer naar mijn ware zijn
waar nimmer iets geboren werd.
Terwijl ik uitga, ga ik in, terwijl ik inga, ga ik uit.
Wie zou de zegelring van liefde kunnen breken
die zonder omtrek is?
Sandalen van liefde en mededogen
draag ik nu aan mijn voeten,
die nimmer meer vermoeid zijn
en wandelen in het Ene.
GELOOFSBELIJDENIS
Wij geloven in God, van wie de mensheid is uitgegaan
en tot wie zij, in Jezus, terug zal keren.
Wij geloven in de terugkeer tot God
door alle verloren, jongste zonen, de losbollen, de berooiden,
zo vermoeid dat ze niet anders meer kunnen
dan eindelijk op zoek gaan naar rust, naar thuis.
Wij geloven in de terugkeer tot God
door alle trouwe oudste zonen, hun plicht gedaan, nooit verzaakt,
maar boven de maakbaarheid van het leven
meer en meer de kracht van de overgave ontdekt,
en nu op weg naar rust en thuis.
Wij geloven in de terugkeer tot God
door alle vaders, moeders, zonen en dochters
die, door schade en schande wijs geworden,
van het leven hebben geleerd
niet te zwerven als de jongste zoon, niet te zwoegen als de oudste,
maar thuis te zijn en te wachten en te vieren
de terugkeer van wie verloren was.
Wij geloven in God die zo en niet anders
op ons wacht in zijn eeuwig thuis.
Amen
Ze wacht
Ze wacht op haar dochter, weggenomen door soldaten verkracht.
Ze zegt dat haar zoon terug zal komen na het einde van het gevecht.
Ze hoopt dat haar man werk heeft gekregen en nu brood en kleding koopt
Ze zal blijven staren naar de wegen, maandenlang doet zij het al.
Zolang zij kan wachten, kan zij hopen.
Niet meer wachten maakt haar bang.
Voorbede
Bidden wij
voor hen
die zich afvragen:
waar wachten wij nog op?
Dat ze mensen ontmoeten
die licht zijn aan de horizon.
Bidden wij
voor hen
die onnodig gevangen gehouden worden;
dat de vrijheid niet lang
op zich laat wachten.
Bidden wij voor hen
die een nieuw leven verwachten;
dat zij dit leven
in openheid aanvaarden
en laten groeien.
De gele linten
Een man, die juist vrijgelaten was uit de Sing-Sing gevangenis, zat
vooraan in de bus naar Miami. Hij had drie jaar 'gezeten' wegens
fraude. Toen hij de gevangenis in moest, had hij zijn vrouw gezegd dat
ze niet op hem moest wachten. Drie jaar zou vreselijk lang duren. Hij
had tijdens die drie jaar dan ook geen woord meer van haar gehoord.
Juist voor hij vrijgelaten zou worden, schreef hij een brief aan zijn
vrouw waarin hij zei dat hij op weg naar huis was. Hij schreef dat hij
het zou begrijpen als ze hem nooit meer wou terugzien, maar voegde
eraan toe: als je toch nog van me houdt, laat dan een boodschap achter.
Hij zou namelijk met de bus naar Miami door hun dorp White Dak (witte
eik) passeren en hij zou de grote eik in het centrum van het dorp in de
gaten houden. Als er een geel lint rond gebonden was, zou hij van de
bus stappen. Als er géén lint zou zijn, zou hij doorrijden en haar
vergeten.
Toen de man zijn verhaal verteld had, was de bus 'White Dak' genaderd.
Toen ze het dorp binnenreden, zei hij dat hij niet meer durfde kijken,
en hij boog het hoofd in zijn handen. Hij vroeg de chauffeur of die
naar de eik wilde zien. Tegen die tijd was de hele bus op de hoogte
geraakt van zijn verhaal, en iedereen keek vol spanning uit. Toen de
bus ten slotte de eik naderde hoorde de ex-gevangene ineens een
uitbarsting van gejuich en applaus. Hij keek uit het raampje en zag de
oude eik, die bedekt was met wel honderd gele linten...
terug naar de overweging