Gebeden op de zeventiende zondag door
het jaar
Inleiding:
Deze week is in Nijmegen weer de jaarlijkse vierdaagse gelopen,
een evenement waar duizenden wandelaars van overal vandaan aan
deelnemen.
Het is een groot feest van verbroedering, niet alleen het feesten na
afloop
maar evenzeer tijdens de wandeltocht zelf.
Verbeeld je eens dat elke wandelaar de 30, 40 of 50 kilometer
helemaal op zijn dooie eentje zou moeten afleggen.
Dan was het aantal uitvallers vast en zeker 20 keer zo hoog,
misschien nog veel hoger.
Maar juist het samen op weg zijn, geeft elke deelnemer extra energie om
de eindstreep te halen,
ook als de laatste loodjes door blaren en spierpijn heel zwaar worden.
Dit geldt ook voor ons gewone leven.
Het samen op weg zijn geeft ons extra energie om door te zetten,
ook als er moeilijke tijden aanbreken.
Samen op weg zijn, betekent zorg en aandacht hebben voor elkaar,
vaak ook het delen van lief en leed.
Samen wordt het schijnbaar onmogelijk vaak toch mogelijk.
Daar willen we in deze viering even over nadenken.
Gebed:
God van het verbond,
onzichtbaar voor mensenogen
en toch te zien in mensen die goed zijn voor elkaar,
onhoorbaar voor mensenoren,
en toch te horen in woorden van begrip en hartelijkheid
die mensen uitspreken aan elkaar,
ongrijpbaar voor mensenhanden
en toch tastbaar aanwezig in mensen die weten van breken en delen, van
zorg en aandacht voor de ander.
Wees ook aanwezig in ons biddend samen zijn
en verdiep onze onderlinge verbondenheid. Amen
Gebed over de gaven:
God van het verbond,
zoals een moeder haar kinderen voedt,
zo voedt U ons in deze viering met uw woord van heil en genade,
met brood en wijn, tekenen van Jezus' liefde en trouw.
Mogen wij, gesterkt door dit voedsel uit de hemel,
in staat zijn om ons leven te breken en delen met elkaar
in een geest van hechte verbondenheid en saamhorigheid.
Dat vragen wij U in Jezus' naam. Amen
Slotgebed:
God, die toekomst schept voor mensen die trouw zijn aan uw verbond en
groeien in onderlinge verbondenheid;
die ook nu het wonder laat gebeuren dat niemand tekort komt,
waar mensen komen tot eerlijk alles samen delen.
Maak nieuwe mensen van ons dat we in ons dagelijks leven zorg en
aandacht hebben voor anderen
dat we liever wegschenken dan toeëigenen,
naar het voorbeeld van Jezus Christus, uw Zoon en onze Heer. Amen
Voorbede
Wij bidden om brood voor de velen die honger lijden,
om water voor de dorstigen, om medicijnen voor de zieken,
om beschutting tegen zon, regen en koude voor de daklozen,
om vrede voor allen die te lijden hebben onder oorlog en geweld.
Laat ons zingend bidden.
Wij bidden om liefde voor hen die veel genegenheid te kort komen,
om troost voor allen die verdrietig zijn,
om aandacht voor allen die zich eenzaam en verlaten voelen,
om verdraagzaamheid voor hen die bevooroordeeld zijn jegens anderen.
Laat ons zingend bidden.
Wij bidden om hoop voor allen die wanhopen aan hun toekomst,
om redding voor allen die door de dood bedreigd worden,
om bevrijding voor allen die verslaafd zijn en hun eigen leven kapot
maken,
om oprechte hulp voor allen die het leven op eigen kracht niet
aankunnen.
Laat ons zingend bidden.
Wij bidden om dankbaarheid bij allen die het goed hebben,
om tevredenheid bij hen die alles hebben wat hun hartje begeert,
om echte blijheid bij hen die kunnen doen en laten wat ze willen,
om de bereidheid te delen bij allen die veel bezitten.
Laat ons zingend bidden.
God, Vader van alle mensen,
wij danken U voor alle goeds dat wij ontmoeten op onze levensreis.
Geef dat ook onze reisgenoten onze dankbaarheid zien en ervaren,
omwille van Jezus Christus, uw Zoon, onze Heer. Amen
Teksten, gebeden, gedichten bij de zeventiende zondag door het jaar
Dankgebed:
God, zoals een moeder haar kinderen voedt,
zo voedt u ons in deze maaltijd met brood en wijn
en schenkt ons eeuwig leven.
u geeft ons brood uit de hemel
waardoor ons geloof wordt gevoed,
onze hoop vermeerderd
en onze liefde versterkt
Wij bidden u, wek in ons de honger naar Hem
die het levende en ware brood is
en laat ons leven van ieder woord
dat voortkomt uit uw mond.
Gedicht
Graan dat in goede aarde valt voedsel voor velen
woorden als brood waarop je kunt kauwen
en waar je je soms op stukbijt,
woorden van leven
woorden om te delen woorden, om te vermeerderen
zaaigoed van het Koninkrijk
heilig gestamel over Hem
die zichzelf geeft en niet verloren laat gaan
maar verzamelt en bijeenbrengt in het Vaderhuis
Een klein teken maar
Het is een klein teken maar,
een beetje onbeholpen:
we breken wat brood,
een hapje voor iedere mond,
terwijl wij het zelf niet kunnen:
brood zijn voor deze aarde,
voor alle mensen wereldwijd
die honger lijden
naar vrede en gerechtigheid.
Het kleine teken van
Jezus van Nazareth
die het wel gedurfd heeft
en zelf brood geworden is
voor mensen allerwegen:
een gebroken leven dat
sterker was dan de dood.
In de schaduw
van zijn verhaal
willen we nadoen
wat Hij heeft gedaan:
brood delen
op zoek naar zijn weg
want zo worden wij
het lichaam van Jezus.
Jezus
Jezus, met een menigte vrienden (ook vriendinnen)
door Galilea's dorpen en steden trekkend
heeft hij zieken genezen en verhalen verteld
over de hartstocht van de eeuwige god voor de wereld
privileges van de ontwikkelde stand telden niet voor hem
hij telde dagloners en tollenaars onder zijn gezelschap
waar gebrek aan voedsel of drank aan het licht trad
deelde hij vissen brood en wijn uit voor velen
de macht van machthebbers verachtte hij
machtelozen heeft hij de aarde beloofd
zijn thema: de toekomst van god op aarde
het einde van heerschappij van mensen over mensen
in een patriarchale wereld bleef hij de zoon
en een pleitbezorger van onmondige vrouwen en kinderen
wilden Galileërs hem soms tot koning verheffen? hij nu
ging op naar Jeruzalem: regelrecht in de val van zijn tegenstanders
in plaats van zich stil terug te trekken in het betere hiernamaals
trad hij opnieuw tevoorschijn in het bittere hier en nu
voor de lange mars door de vele doolhoven
van volken kerken en onze onheilsgeschiedenis
vaak bekruipt ons nu de angst dat hij al
lang verdwaald en verkeerd gelopen is
ontmoedigd verdwenen voorgoed misschien -
of verbreekt hij nog eenmaal (zoals eens met Pasen) de ban?
en dus vertellen we verder over hem
de verhalen van zijn rebelse liefde
die ons opwekken uit de dagelijkse dood -
en voor ons blijft: wat er nog mogelijk zou zijn.
Geloof
Geloof wil niet alleen zijn
heeft niet genoeg aan zichzelf
heeft te veel aan zichzelf
geloof zoekt altijd een samen
steekt altijd een handen uit
een gelovige is een boom
maar ook een tak ook een blad
een gelovige is een huis
maar ook een muur ook een steen
een gelovige is een gedicht
maar ook een zin ook een woord
geloof zoekt altijd een samen een warmte
geloven is samen bij God zijn
een boom van lofzang
een huis van ontmoeting
een gedicht van aanbidding
geloven alleen is
maar een stem uit het lied
een lid van het lichaam
is maar een kruimel van het brood
een flits van de bruid
is maar onvoltooid maar eenzaam zijn
geloven is wereldwijd
is een lied zijn over de aarde
een lichaam van gemeenschap
is brood zijn voor de mensen
bruid voor God.
LEVEND BROOD
Brood, levend brood,
waar je op kunt teren
je hele leven lang,
als je gelooft en hoopt
op Hem die het zal geven.
Brood, levend brood,
altijd buigzaam en veranderlijk,
dat vrede brengt en liefde,
waar hardheid heerst en onbegrip;
waar koude is en eenzaamheid;
dat hulp brengt en hoop,
waar het leven stil staat,
en is verstard.
Jij bent dat brood,
dat leven geeft aan de wereld om je heen.
Jij bent dat brood,
waar je elke dag om vraagt:
geen gewoon brood
maar met veel moeite
door jou gekneed en gevormd.
Heer, geef ons dagelijks dat brood,
want het wordt ons niet in de schoot geworpen.
HET LIED VAN JEZUS
Licht in onze ogen,
dagelijkse zon,
uitzicht veelbelovend,
glimlach om Gods mond.
Vrijheid van beweging,
richting die wij gaan,
ruimte om te leven,
zin van ons bestaan.
Brood op onze tafel,
herder die ons hoedt,
bron van levend water,
land van overvloed.
Hart van deze aarde,
dak boven ons hoofd,
blijk van Gods genade,
broeder, huisgenoot.
Vrede allerwegen,
kracht die ons vervult,
hand van God die zegent,
Jezus ons geluk.
Brood
'Brood', het klinkt bekend.
We eten het dagelijks meermalen.
We zouden er niet buiten kunnen.
Maar toch, de mens leeft niet van brood alleen.
Er is meer nodig om ons leven tot menselijk leven te maken.
Met het woord 'brood' duiden we al het brood-nodige aan,
zoals eten en drinken, kleding en onderdak.
In 'brood' benoemen we onze dagelijkse zorg
om alles wat we zo nodig hebben.
In het woord 'brood' vatten we heel ons leven samen.
Het is zelfs teken van de nieuwe wereld
zoals God die bedoeld heeft.
Geef ons heden ons dagelijks brood.
Het klinkt als een vanzelfsprekendheid,
maar tegelijk klaagt het ons aan.
Er zijn vele monden die niet gevuld worden.
Er is een ongelijke verdeling
van zoveel dat een mens nodig heeft
om te leven.
Hoe komt er ooit een rechtvaardiger verdeling?
Biddend om ons dagelijks brood
zouden we minstens dat 'ons'
eens
goed moeten overwegen.
Het brood
Het brood waar ouders voor zorgen,
het brood van troost en pijn, het brood van iedere morgen
is breekbaar als de mensen zijn.
Het brood dat kinderen vragen, het brood van vreugde en pijn,
het brood zo gewoon als de dagen is breekbaar als de mensen,zijn.
Het brood dat mensen ons geven, het brood van hoop en pijn,
het brood van oorlog en vrede is breekbaar als de mensen zijn.
Het brood dat mensen breken, het brood dat mensen zijn,
dit brood is ons taal en teken: zo breekbaar wil Christus zijn.
Gedeelde rijkdom
Op een keer ging ik met een vriend naar een afgelegen dorpje op
het Guatemalteekse platteland om met de dorpelingen te spreken over hun
hoop en geloof. In de geest van Franciscus waren we op weg gegaan,
zonder iets mee te nemen voor onderweg. Het was drie uur 's middags en
we hadden nog niets gegeten.
In een van de armoedigste hutjes gekomen, vroeg een oude vrouw ons:
'Hebben jullie al gegeten?' We zagen snel om ons heen. Op een paar
vierkante meter stonden alleen een bed, een paar stoelen, wat brandhout
en kookgerei. Ze nam twee oude tortillas (= maïspannenkoek) en warmde
die voor ons op. Wij wisten dat het hier niet gebruikelijk was om
gasten oude, opgewarmde tortillas voor te schotelen. Zodoende wisten we
dat ze geen deeg voor later had. De oude vrouw leerde ons veel. Wij,
die onderweg waren met het Woord in ons hoofd, ontdekten in haar de
kracht om armoede met ons te delen. Of was het haar rijkdom die ze
deelde?
Hemel en hel
Er was eens een jood die zijn leven lang trouw de Tora, de Wet had
onderhouden. Hij had altijd goed geleefd en gedaan wat Jahweh-God van
hem vroeg. Maar hij had één wens, namelijk dat God hem tijdens zijn
leven een keer de hemel en de hel liet zien.
En omdat hij altijd zo goed geleefd had, stond God hem die gunst toe.
En God nam hem mee en bracht hem bij een heel grote zaal. 'Dit is de
hel', zei God. De jood zag een grote zaal met tafels vol met brood. Er
stonden prachtige bloemen in de zaal en alles was even mooi. Het eten
zag er bijzonder lekker uit. Aan de tafel zaten allemaal mensen. Deze
mensen hadden stijve armen zodat ze niets van de heerlijke
broodmaaltijd naar binnen konden krijgen. De jood knikte. Hij begreep
het. Dit was de hel.
Toen gingen ze naar de hemel. En weer kwamen ze in een grote zaal met
tafels vol met brood. Ook daar was alles even prachtig en mooi en zag
alles er heerlijk uit, net zoals in de hel. En aan de tafels zaten
mensen, net zoals in de hel. En al die mensen hadden stijve armen. De
jood begreep er niets van. 'Is dat nu de hemel?', vroeg hij aan God.
Maar God zei: 'stil maar, wacht maar even'.
Toen zag de jood dat de mensen met hun stijve armen bij hun overburen
het brood in de mond stopten. Ze konden met hun stijve armen niet bij
hun eigen mond komen, maar wel bij die van hun overburen. Dat was de
hemel.
De mensen in de hel kwamen niet op het idee om elkaar te helpen; daarom
zaten ze ook in de hel en gingen ze dood van de honger. Maar in de
hemel dachten de mensen niet aan zichzelf, maar aan de anderen. En
daarom bleven ze leven en waren ze in de hemel.
De jood knikte, hij had het begrepen.
terug naar de overweging