Gebeden op de tweeëndertigste zondag door het jaar

Inleiding: Op de uitkijk

Wie op de uitkijk staat voor een andere wereld staat zichzelf niet toe dat hij opgaat in wat bestaande toestand heet. Wie op het feest van vrede en geluk zit te wachten kan zich niet veroorloven in slaap te vallen, de slaap van de sleur en gewenning. Wie een vermoeden heeft van een andere toekomst, kan niet toestaan dat hij alleen bij het heden leeft. Hij moet vooruit kijken en voorzorgsmaatregelen nemen. Geen kans op feest en geluk laat hij schieten. Hij is geboeid door veel dingen en weet er van te genieten. Alleen, zijn hart en zijn ogen houdt hij open voor de toekomst: Deze tekst geeft heel goed weer waar het in deze viering om gaat: wees verstandig en kijk verder dan het heden, kijk naar de toekomst. Daar willen we even over nadenken in deze viering.

Openingsgebed:

Verborgen God, laat U vinden nu wij U zoeken. Ons leven is vaak ongewis, we voelen dikwijls ons zwak en onzeker. Geef ons de gave van het onderscheid dat we ons niet verlaten op valse beloften en de schone schijn der dingen. Maak ons leven tot een zoeken van uw wijsheid en uw kracht opdat wij de vrede en vreugde kunnen binnengaan die U bedoeld hebt voor al uw mensen. Dat bidden wij U in Jezus' naam. Amen.

Gebed over de gaven:

Verborgen God, laat U vinden nu wij U zoeken. U nodigt ons aan uw tafel om uw verbond te vieren. U roept ons om van het leven een feest van saamhorigheid te maken. Schenk ons uw wijsheid en kracht opdat wij de juiste keuzes maken en zo bijdragen aan een wereld waarin mensen vrede en vreugde kunnen vinden. Dat bidden wij U in Jezus' naam. Amen

Slotgebed

Verborgen God, wij zijn op zoek naar U maar we zullen U alleen vinden als we aandacht hebben voor de mensen om ons heen. Als we hen achteloos voorbij lopen, dan lopen we U voorbij, als we hen vergeten, vergeten we U. Schenk ons uw wijsheid en kracht om ons geluk te zoeken in het geluk van anderen. Laat niet toe dat we in slaap vallen door de sleur van alledag, maar dat we klaar staan als zich een mogelijkheid aandient om een ander wat vreugde te geven. Dan zullen wij ook binnengaan in uw vreugde, die duurt tot in eeuwigheid. Amen

Voorbede:
    Goede God, geef ons de wijsheid en de kracht
    om niemand te vergeten,
    om op een goede manier met elkaar om te gaan,
    om altijd naar elkaar te luisteren
    en aandacht te hebben voor de problemen van anderen.
    Laat ons zingend bidden

    Geef ons de wijsheid en de kracht
    om niemand te vergeten,
    om warme belangstelling voor ieders wel en wee,
    om te zoeken naar wegen om anderen blij en gelukkig te maken
    om hun verdriet niet uit de weg te gaan.
    Laat ons zingend bidden

    Geef ons de wijsheid en de kracht
    om niemand te vergeten, of uit de weg te gaan.
    om af en toe de wijste te zijn als er ruzie is,
    om even na te denken voor we wat doen,
    om op zijn tijd te kunnen zwijgen.
    Laat ons zingend bidden

    Geef ons de wijsheid en de kracht
    om niemand te vergeten of uit de weg te gaan,
    om op een verstandige manier om te gaan met verschillen die er zijn,
    om anderen, die er misschien anders over denken of er anders uit zien,
    ook de ruimte te geven zichzelf te zijn.
    Laat ons zingend bidden

    God, u bent wijs. Help ons om iets van uw wijsheid te leren.
    Mogen wij zo binnengaan in het feest dat U bedoeld hebt voor alle mensen. Amen
Teksten, gebeden, gedichten bij de tweeëndertigste zondag door het jaar.
Weest waakzaam
    Het leven is een sleur hoor je vaak zeggen.
    Alles is hetzelfde, je werk, je huishouden.
    Dag in, dag uit, steeds opnieuw,
    eten, drinken, slapen.
    Ik vind er niets meer aan.
    Je wordt er zo moe van
    en, het duurt zo lang.

    Misschien leven we in die sleur
    omdat we niets meer te wensen hebben,
    niets meer om naar uit te kijken,
    niets meer waar we warm voor lopen,
    waar we van dromen, waar we aan willen werken.
    Dan valt de dag als een nacht om ons heen.
    We zijn moe, we hebben nergens zin in,
    we zien geen zin, geen betekenis.

    Ondanks het ritme van alle dag
    zijn er mensen die vol verwachting leven.
    Mensen die vrede op aarde verwachten,
    mensen die hopen, dat het morgen beter zal gaan,
    mensen die geloven
    dat de dood niet het laatste woord heeft.

    Een man die wacht op werk.
    Een zieke die wacht op bezoek.
    Een meisje dat wacht op een brief.
    Een kind dat wacht.
    Ongeduldig, waakzaam, elke dag opnieuw,
    vol verwachting.

    Lang kan het soms duren.
    Soms twijfel je of het ooit zal gebeuren.
    Soms val je bijna in slaap, in sleur,
    maar wees dan waakzaam, blijf wakker.
    Houdt het vuur aan, de lampen brandend,
    want het zal gebeuren.
Op de uitkijk
    Wie op de uitkijk staat voor een andere wereld
    staat zichzelf niet toe dat hij opgaat
    in wat bestaande toestand heet.

    Wie op het feest van vrede en geluk zit te wachten
    kan zich niet veroorloven in slaap te vallen,
    de slaap van de sleur en gewenning.

    Wie een vermoeden heeft van een andere toekomst,
    kan niet toestaan dat hij alleen bij het heden leeft.
    Hij moet vooruit kijken en voorzorgsmaatregelen nemen.

    Geen kans op feest en geluk laat hij schieten.
    Hij is geboeid door veel dingen en weet er van te genieten.
    Alleen, zijn hart en zijn ogen houdt hij open voor de toekomst.

    Hij gelooft dat het feest van de vrede eraan komt,
    dat gerechtigheid alom gevierd gaat worden.
    Hij weet dat het leven heel mooi kan worden
    daarom houdt hij zijn lamp brandend.
Gebed
    Goede God, geef ons de wijsheid
    om op een goede manier
    met elkaar om te gaan.
    Om naar elkaar te luisteren
    en te horen wat er achter al die woorden zit.

    Geef ons de wijsheid om niet meteen te denken
    dat we het zelf beter weten.
    Om van elkaar te leren
    van alles wat we samen meemaken.

    Geef ons de wijsheid
    om af en toe de wijste te zijn
    als er ruzie is. Om even na te denken
    voor we wat doen.

    Geef ons de wijsheid
    om met alle verschillen om te gaan.
    Om anderen, die er misschien anders over denken
    of er anders uit zien,
    ook de ruimte te geven zichzelf te zijn.

    God, u bent wijs.
    Help ons om iets van uw wijsheid te leren.
    Net als koning Salomo.
    Dank u wel.
Ik geloof
    Ik geloof dat mensen goed zijn,
    al doen ze soms vreselijke dingen.

    Ik geloof dat iedereen
    tot Inzicht en Wijsheid,
    tot 'houden van' kan komen
    als de kans wordt gegeven.

    Ik geloof dat mensen goed zijn,
    wanneer wij anders gaan kijken naar elkaar
    niet met achterdocht maar met vertrouwen,
    niet uit zelfbehoud maar uit respect.

    Ik kan niet geloven
    dat 't Leven of wie dan ook
    bovenmenselijke eisen stelt,
    het onmogelijke van ons vraagt.

    Ik geloof in goede mensen:
    zoals ze zijn, om wie ze zijn.
Leer vooruitzien
    Iemand die zichzelf wijs vond, ging op reis.
    Onderweg zag hij een man bezig
    met het planten van een johannesbroodboom.
    Hij bleef staan kijken en vroeg:
    "Wanneer zal dat boompje vrucht dragen?"
    De man zei: "Over zeventig jaar."
    "Dan doe je gek", zei de bezoeker.
    "Denk jij echt dat je over zeventig jaar nog leef
    t en van de vruchten van deze boom kunt genieten?
    Wees verstandig, plant een boom die eerder vruchten geeft."
    Onderwijl was de man klaar met het planten van zijn boompje
    en keek er met genoegen naar.
    Pas daarna zei hij tot de bezoeker:
    "Mijnheer, toen ik geboren werd, waren er al johannesbroodbomen
    en kon ik ervan eten, al had ik ze niet geplant.
    Dat hadden mijn voorouders gedaan.
    Ik mag er nu van genieten,
    zonder er iets voor gedaan te hebben.
    Deze boom hier, plant ik voor mijn kinderen en kleinkinderen;
    daar kunnen ze later van genieten."
    Hij draaide zich om om weg te gaan,
    maar zei ten afscheid:
    "Wij mensen bestaan, omdat andere mensen vooruitzien.
    Op die mensen heb ik mijn hoop gevestigd,
    want door hen zullen we het redden en is er toekomst."
Wijs en aards (van Marinus van den Berg
    Wijs en mild in de oude dag
    misschien wel een wens,
    niet altijd werkelijkheid.

    We kunnen ook anders zijn.
    Anders geworden door de loop
    van ons leven.
    In de oude dag komen we oog in oog
    met onze aardsheid, onze broosheid.

    We stuiten op grenzen:
    de grenzen van onze idealen,
    de grenzen van ons lichaam.
    Die grenzen kunnen ons bedroeven.

    We kunnen het daar moeilijk mee hebben.
    Het is niet eenvoudig
    onze aardsheid te aanvaarden.

    Misschien is wijsheid:
    onze aardsheid onder ogen zien,
    omgaan met onze wonden,
    erkennen dat we broos zijn,
    niet volmaakt.

    Wijsheid is
    groeien in menselijkheid,
    met aanvaarding van onze kwetsbaarheid.
Wie is wijs?
    Er kwam naar een schoenlapperij een wijsgeer met versleten schoenen. Hij zei tegen de schoenlapper: "Maak alstublieft mijn schoenen."
    En de schoenlapper zei: "Ik ben nu de schoenen van iemand anders aan het maken en er zijn nog andere schoenen te lappen, voordat ik aan die van u toekom. Laat uw schoenen maar hier en draag vandaag dit andere paar en kom morgen terug om uw eigen schoenen."
    Toen was de wijsgeer verontwaardigd en hij zei: "Je denkt toch niet dat ik de schoenen van een ander ga dragen?"
    Maar de schoenlapper zei: "Wat voor soort wijsgeer bent u eigenlijk als u niet in de schoenen van een ander durft te staan. Een stukje verderop is nog een schoenlapper, ga daar maar naartoe, die heeft misschien meer verstand van wijsgeren.

      (Kahlil Gibran)
De klok blijven opwinden
    Er was eens in een uithoek van het land een klein, geïsoleerd Joods stadje. Er woonden niet veel mensen maar alle noodzakelijke stedelijke voorzieningen waren er wel. Want alle beroepen waren er wel vertegenwoordigd. Je had er een bakker en een slager, een smid en een klokkenmaker, een dokter en een notaris. Het stadje was er trots op dat ze alles in huis hadden.
    Maar eens gebeurde het dat de klokkenmaker plotseling kwam te overlijden en er was geen opvolger. Dat gaf een probleem. Na verloop van tijd wist niemand meer precies hoe laat het eigenlijk was, want geen enkele klok liep nog gelijk met een andere.
    En omdat ze niets aan hun klokken hadden vergaten de meesten om hun klok op te winden. Het had toch geen zin meer, dus, waarom zouden ze die moeite nog nemen. Maar er waren er ook die hun klokken wel bleven opwinden, ook al wisten ze dat ze de juiste tijd niet aanwezen.
    Op zekere dag ging er opeens het gerucht dat er een klokkenmaker op doorreis in dat stadje was aangekomen. Het ging als een lopend vuurtje rond. En alle mensen haalden hun klokken op en brachten die bij de klokkenmaker.
    Maar wat bleek toen: alleen die klokken die al die jaren waren opgewonden, die kon hij repareren. De anderen waren teveel verroest en daar kon hij niets mee beginnen.
terug naar de overweging