Gebeden op de vierde zondag door het jaar.

Inleiding:

Ik las onlangs de volgende uitspraak: Liefde en mededogen zijn niet zomaar gevoelens van die of die. Het zijn de steunpilaren van het universum. M.a.w. de wereld, de samenleving, staat of valt met deze twee fundamenteel menselijke gevoelens. Liefde en mededogen, welwillendheid jegens anderen, medeleven en medelijden met anderen zijn wezenlijke voorwaarden voor een leefbare samenleving. Die waarheid was ook voor Jezus een leidraad voor zijn prediking. Dat horen we ook vandaag weer in het evangelie. Het is een levensvisie die door iedereen beaamd zal worden, ook al zullen sommigen hem soft vinden of zelfs irreëel. Het lijkt er ook op dat die levenshouding in onze tijd ook steeds meer in de knel komt. Daarom is het goed om daar vandaag even over na te denken.

Openingsgebed:

God, bij U is ieder mens welkom, hij die gerechtigheid en vrede doet en hij die zucht onder onrecht, hij die van goede wil is en hij die de klappen krijgt, hij die gelukkig is en hij die huilt van verdriet. U nodigt ieder uit te komen in uw kring van licht. Help ons om anderen welkom heten in ons midden en licht voor hen zijn. opdat wij in onze eigen gemeenschap dragers zijn van uw licht en uw liefde, vandaag en alle dagen. Amen

Gebed over de gaven:

God, wij mogen ons welkom weten aan uw tafel, de tafel van breken en delen, ons bereid door Jezus uw gezondene. Wij weten ons geroepen om wat we hier vieren waar te maken in ons leven van alledag. Help ons om steeds weer open te staan voor anderen welwillend, verdraagzaam, liefdevol. Moge zo uw licht schijnen in onze gemeenschap, vandaag en alle dagen. Amen

Slotgebed:

God, zovelen worden onder de voet gelopen, en zitten in de verdomhoek, zovelen leven in een tranendal en krijgen nooit een kans, zovelen hebben geen dromen meer en leven alleen voor zichzelf zovelen delen niet en hebben versteende harten. Maak ons weer mensen die wel het hart laten spreken. die niet van wijken weten en geen vrede hebben met ongerechtigheid Maak ons tot mensen die de tranen drogen en helpen waar geen helper is. Dat vragen wij U in Jezus' naam. Amen

Voorbede
    Laten we bidden om een kerk van zalige mensen,
    eenvoudigen van hart, meelevend met wie verdriet hebben.
    Mogen zij het kwaad van de arrogantie en de onverschilligheid overwinnen.

    Laten we bidden om een kerk van zalige mensen,
    zachtmoedig van aard, barmhartig en vergevingsgezind.
    Mogen zij het kwaad van de wraakzucht en de hartvochtigheid overwinnen.

    Laten we bidden om een kerk van zalige mensen,
    hunkerend naar gerechtigheid, bouwers aan vrede.
    Moge zij het kwaad, aangericht door onruststokers en criminelen, overwinnen.

    Laten we bidden om een kerk van zalige mensen,
    recht door zee, trouw aan hun idealen.
    Mogen zij het kwaad van de leugen en de dubbelhartigheid overwinnen.

    God, geef dat wij openstaan voor uw boodschap,
    dat wij ons heil niet zoeken in valse zekerheden
    maar in de uitdaging van Jezus' boodschap,
    opdat ook wij zaligmakende mensen mogen zijn in onze gemeenschap, vandaag en alle dagen. Amen
Teksten, gebeden, gedichten op de vierde zondag door het jaar.
Welkom
    jij die zucht onder onrecht; weet je welkom
    jij die huilt van verdriet; weet je welkom
    jij die gerechtigheid spelt en vrede doet; weet je welkom
    jij die altijd de klappen krijgt; weet je welkom
    jij die van goede wil bent:
    Kom in de lichtkring van God
    en prijs je gelukkig dat je er zijn mag.
Gebed:
    God, zovelen worden onder de voet gelopen,
    zovelen zitten in de verdomhoek,
    zovelen leven in een tranendal,
    zovelen krijgen nooit een kans,
    zovelen hebben geen dromen meer,
    zovelen delen niet
    zovelen keren zich af
    zovelen bewaren afstand
    zovelen leven alleen voor zichzelf,
    zovelen hebben versteende harten.
    Maak ons weer mensen met overvloed van leven.
    Maak ons weer mensen die van geen wijken weten.
    Maak ons weer mensen die geen vrede hebben met ongerechtigheid,
    die de tranen drogen, en helpen waar geen helper is.
Zegenbede (naar aanleiding van psalm 32)
    Gelukkig ben je als God je vergeeft.
    Gelukkig ben je als je van vergeven weet.
    Gelukkig ben je als God je toevlucht is.
    Gelukkig ben je als je openstaat voor de ander.
    Gelukkig ben je als Jezus je wegwijzer is.
    Gelukkig ben je als je elkaar wegwijs maakt
    naar het rijk van God.
Zalig
    Zalig die zegt zich te beteren, een andere weg te gaan.
    zalig die troost geeft en bemoediging brengt.
    zalig die een hand geeft aan de lamme, mond is voor de stomme.
    zalig die een melaatse opneemt in de kring,
    een vreemde aanspreekt met zijn naam.
    zalig die kan huilen, durft spreken, kan zwijgen.
    zalig die uitziet naar wat komt en niet hangt aan wat was.
    zalig die muren afbreekt en grenzen uitwist.
    zalig die gelooft in het visioen van vrede.
    zalig die zichzelf vindt en God in zijn hart.

      Peer Verhoeven, Ginds heen; Gooi en Sticht, Hilversum, 1984.
Vreugde wordt je deel
    Vreugde wordt je deel als je klein voor God durft te staan,
    want Hij brengt je tot voltooiing.

    Vreugde wordt je deel als je hen die treuren moed inspreekt
    want Hij zal je een hoop en sterkte zijn.

    Vreugde wordt je deel als je woord bevrijding brengt,
    dan ontspringt in jou nieuw leven.

    Vreugde wordt je deel als je nieuwe levenskansen schenkt,
    dan geschiedt ook jou barmhartigheid.

    Vreugde wordt je deel als je in oprechtheid leeft,
    want je zal de Heer aanschouwen.

    Vreugde wordt je deel als je hunkert naar gerechtigdheid:
    je verlangen zal verzadigd worden.

    Vreugde wordt je deel als je naar de vrede streeft,
    want je Gods trouw ervaren.

    Vreugde wordt je deel als je dienend voor de Heer getuigt,
    want je zal in God geborgen zijn.
Nieuwe leefregels
    Wanneer je vriend honger of dorst heeft,
    geef hem je deel.

    Wanneer je vriend behoefte heeft aan liefde,
    heb hem lief.

    Wanneer je vriend behoefte heeft aan een huis of aan kleding,
    geef hem een huis en kleren.

    Wanneer je vriend eenzaam is,
    houd hem gezelschap.

    Wanneer je vriend liegt,
    leg hem het zwijgen op.

    Wanneer je vriend je roept,
    luister naar hem.

    Wanneer je vriend lacht,
    lach met hem.

    Wanneer je vriend schreit,
    schrei met hem.

    Wanneer je vriend ziek is,
    haal hulp.

    Wanneer je vriend sterft,
    vergeet hem niet.
Zaligheden
    Ben je maar een 'onbeduidend' mens,
    wat hindert het: is de hemel niet van jou?

    Heb je verdriet, heb je het moeilijk?
    iemand zal je troosten, in Gods naam.

    Je bent niet agressief,
    komt te weinig op voor je recht?
    Zie onze aarde, die is ook van jou!

    Bezorgd maak je je over zoveel onrecht.
    Het maakt je tot een goed en waardevol mens.

    Ben jij altijd de eerste die vergeeft, telkens weer...?
    Men zal jou vergeven.

    En jij, kind van God, onbedorven mens,
    de hemel is om je heen.

    Er zijn telkens weer, mensen die vrede brengen.
    Zijn dat niet getuigen van Gods goedheid...?

    Vergeten we niet de geslagenen,
    de mensen die bespot worden om hun onverwoestbare droom.
    Zij zijn het toch zeker die zullen wonen in de hemel...?

      Joke van der Knaap-van den Eerenbeemt
Gelukkig
    Gelukkig de armen van geest
    die zon en maan nog zien
    de morgen blij begroeten
    en tot rust komen in de avond.

    Gelukkig de armen van geest
    die van bloem en bloesem genieten,
    de wolken volgen, vogels horen
    en samen kunnen lachen en treuren.

    Gelukkig de armen van geest
    die dankbaar zijn voor het lief
    dat ze beleven en blijven vertrouwen
    in het leed.

    Gelukkig de zachtmoedigen
    die aan den lijve ervaren
    hoe zeer het doet
    en niemand verwijten maken.

    Gelukkig de zachtmoedigen
    die de gemoederen sussen,
    mensen tot zichzelf brengen
    en onvrede uit hun harten bannen.

    Gelukkig de zachtmoedigen
    die toch weer keer op keer
    de hand aan de ploeg slaan
    en uit ruïnes huizen bouwen.

    Gelukkig de zuiveren van hart
    die lijden bestrijden,
    vechten met de pijn
    en tenslotte aanvaarden kunnen.

    Gelukkig de zuiveren van hart
    die doen wat ze kunnen,
    al het mogelijke uitproberen
    en beseffen gegéven te leven.

    Gelukkig de zuiveren van hart
    die niet leven naar de letter
    maar naar de geest van weten weet;
    in wie nood de hoop niet doodt.
Geluk (door Simone Benevides Souza)
    Geluk heb je niet zomaar,
    daar moet je iets voor doen.
    Soms gaan er heel wat tranen,
    uithoudingsvermogen en moeilijke momenten aan vooraf.
    Maar dat gaat allemaal weer voorbij.
    Dus alleen wie het niet (meer) probeert
    zal niet gelukkig worden.
    Stop jij nu al met je pogingen?
    Nee toch, je hebt nog een heel leven voor je
    om jouw geluk te verkrijgen.

    Wat is geluk?
    Voor mij betekent het houden van het leven,
    houden van jezelf
    en houden van de mensen om je heen
    zoals je ook van jezelf houdt.
    Maar jij bent zelf en jij zult altijd je beste vriend zijn.
    Daarom, doe van nu af alles voor jezelf
    wat je anders zou doen voor diegene
    van wie je het meeste houdt.

    Geluk betekent begrijpen dat we ons bestaan hebben gekregen
    om te leren en niet om te vragen.
    Hoe we ons ontwikkelen is afhankelijk van
    hoe we ons opstellen bij alles dat met ons gebeurt.
    Hoe beter we ons aanpassen aan de wetten van het leven,
    hoe gemakkelijker we het geluk tegemoet gaan.
    Geluk gebeurt onderweg,
    niet straks bij de aankomst.
    Want geluk is dynamisch en niet statisch.
    Geluk is een geestestoestand,
    onafhankelijk van materiële zaken en van andere mensen.
    Het zit in je hoofd,
    en echt niemand kan het van je weg nemen,
    alleen jijzelf!

    Daarom, aan de slag…
    Laten we gaan leven
    en van kortstondige momenten eeuwige momenten maken.
    Laten we de mensen om ons heen liefhebben en respecteren.
    Dag voor dag.
    Wees heel, heel, heel gelukkig.

      vertaling Paul ten Hacken, februari 2002
OPEN HANDEN
    Wat een geluk als je durft bekennen dat er leven is voor de mensen, die geven uit alle macht, ondanks alle onmacht.

    Wat een geluk als je durft geloven dat je handen open kunnen gaan voor iedereen en dat we onze handen kunnen leggen in de hand van een ander, in de hand van armen en rijken, van bedroefden en gelukkigen, van jong en oud, van zwart en blank. Wat een geluk als we onze handen durven ophouden.

    Daarom hou ze maar open, ook al worden ze vuil. Maak er geen vuist van. Want ze zijn gemaakt om te aanvaarden en niet om af te stoten. Hou ze maar open. Ook als ze dragen moeten, wat je niet graag opneemt.
    Hou ze open voor lief en leed, voor leven en dood. Hou ze open vol verwachting en hoop door alle teleurstellingen heen. Want het leven is sterker dan de dood, en de liefde is sterker dan de haat.
Geluk is een vluchtig ding
    Geluk is zo een vluchtig ding
    dat het onverwacht en ongevraagd
    zich even neerzet op een kind
    of wie er de gelijkenis van draagt.
    Geluk is een papieren vlieger in de lucht
    die standhoudt dankzij tegenwind.
    Geluk is een droom: een dunne draad
    verbonden met de werkelijkheid.
    Vakantie is de tijd om,
    als een kind gelijk,
    de vlieger van je dromen op te laten
    en ondanks alle tegenwind
    de draad naar het alledaagse leven
    gaaf te houden.

      Manu Verhulst
De gelukkige monnik
    Een boeddhistische monnik zat in meditatie verzonken aan de kant van een rivier, toen een van zijn leerlingen twee grote parels voor zijn voor zijn voeten neerlegde als teken van verering en toewijding.
    De monnik deed zijn ogen open, nam één van de parels en hield hem zo achteloos vast dat hij uit zijn hand gleed, de helling afrolde en in de rivier verdween. De ontstelde leerling dook de parel meteen na, maar ofschoon hij het tot laat in de avond steeds weer probeerde, had hij geen geluk.
    Tenslotte wekte, nat en uitgeput als hij was, de monnik uit zijn meditatie en zei: "U hebt de parel zien vallen. Laat mij precies zien waar hij terecht kwam, dan kan ik hem weer voor u vinden." De monnik pakte de tweede parel, gooide hem in de rivier en zei: "Precies daar".
De hemel begint thuis
    Er waren eens twee monniken. Ze hadden allebei in een heel oud boek gelezen dat aan het eind van de wereld een plek te vinden zou zijn, waar hemel en aarde tezamen kwamen. Ze besloten die plaats te zoeken en niet terug te keren, voordat ze hem gevonden hadden.
    Ze liepen de hele wereld door, overwonnen ontelbare gevaren, doorstonden alle ontberingen die zo'n tocht door de wereld maar kan opleveren en leden onder alle mogelijke verleidingen die mensen van hun doel kunnen afhouden.
    Er zou daar een deur zijn -zo stond in het boek -waarop ze maar behoefden te kloppen om bij God te komen. Eindelijk vonden ze wat ze zochten. Ze klopten op de deur. Met bevend hart zagen ze, hoe hij openging.
    Toen ze naar binnen liepen, bleken ze thuis in hun kloostercel te staan. Toen begrepen ze dat de plek, waar hemel en aarde elkaar ontmoeten, in de wereld is, op de plek die je van God gegeven is.
terug naar de overweging
>