Viering van de Pastorale eenheid, 9 oktober 2005
thema: Elkanders lasten dragen, in het kader van wereldmissiemaand
Openingszang: Samen op weg
Samen op weg, zoekend naar liefde,
naast ieder ander willen staan.
Want kan een mens, zonder die ander
vreugde en vriendschap ondergaan?
Zo moeten mensen zijn voor elkaar:
een steun, een toeverlaat,
die niet verloren gaat.
Samen op weg, zoekend naar kansen,
naar elke nieuwe moog'lijkheid,
om voor elkaar leven te scheppen,
ja, Heer, maak ons daartoe bereid.
Wil bij ons zijn van uur tot uur,
ons leiden elk moment,
dat men uw kerk herkent.
Samen op weg, zoekend naar leven,
Speurend naar licht en dageraad,
Mensen vol hoop, sterk en gedreven,
Zorgzaam en goed in woord en daad,
Niemand alleen en allen tezaam,
Zo gaat de boodschap voort
Van Jezus eens gehoord.
Welkomstwoord
Lied: Cumbaja my Lord
Inleiding
God geeft om mensen.
Als in Angola mensen op de vlucht zijn voor geweld,
dan is God daar op de vlucht,
dan zit God in de miserabele vluchtelingenkampen.
Dan heeft God het ook slecht.
God wil nooit lekker warm zitten
als mensen het koud hebben.
En God wil niet rijk zijn
als er zoveel arme mensen zijn.
God gaat eerder bij de armen wonen
dan bij de mensen die het goed hebben.
Maar God laat de mensen die het goed hebben niet met rust.
Hij zegt ook tegen hen:
jullie kunnen niet warm zitten.
als zoveel mensen in de kou zitten.
En jullie kunnen niet blijven eten
als zoveel andere mensen honger hebben.
En je kunt niet net doen of er niets aan de hand is,
als zoveel mensen, zoals in Afrika,
van alles te kort komen.
Zang
Lezing: Drie zonen (Een verhaaltje uit Afrika.)
Drie vrouwen waren bezig water te putten uit een bron even buiten het
dorp.
Een oude man stond er vlak bij. Hij hoorde hoe de vrouwen aan het
opscheppen waren over hun zonen. "Mijn zoon is de knapste van heel de
school", zei de een.
"Die van mij is kampioen hardlopen. Niemand kan sneller lopen dan hij",
zei de tweede.
De derde vrouw zei niets. Haar zoon was niets bijzonders, iedereen wist
dat. Toen de emmers vol waren, liepen ze naar huis en de oude man
sjokte
achter hen aan. Opeens kwamen drie jongelui hen tegemoet.
"Hé, dat zijn onze zonen", zei een van de vrouwen. De eerste was zijn
spieren aan het losmaken, hij groette en ging hen in een drafje
voorbij. De tweede zag hen niet eens, zo verdiept was hij in eigen
gedachten. De derde liep naar zijn moeder toe, en nam, zonder wat te
zeggen, de zware emmer van haar over.
"Nou, wat vindt u van onze zonen?"vroeg de moeder van de kampioen aan
de oude man.
"Zonen?", zei hij, "Ik heb er maar één gezien."
Uitbeelding:
Lezer: Draagt elkanders lasten is een wezenlijke christelijke opdracht.
Maar naar Afrika toe, wordt die opdracht vaak vergeten.
Met een paar voorbeelden willen we dat nu illustreren.
Twee personen komen naar voren, een met een grote zak die de
schuldenlast van de Afrikaanse landen symboliseert.
Lezer: Jij, Afrikaan hebt een zware last te dragen.
Je schulden bij de rijke landen zijn reusachtig groot.
Het blokkeert elke vooruitgang in je eigen land.
Maar wij zijn niet ongevoelig voor je probleem.
Onze economische situatie staat ons toe
om je een deel van je schuldenlast kwijt te schelden.
Dan wordt de last die je te dragen hebt, een stuk lichter.
De zak wordt opengedaan en de tweede persoon neemt er een heel
klein zakje uit en samen lopen ze onder tromgeroffel naar achteren
De tweede persoon komt op met een groot kruis dat de ziekte aids
voorstelt.
Lezer Jij, Afrikaan hebt een verschrikkelijk zwaar kruis te dragen.
De ziekte AIDS verwoest talloze mensenlevens,
hele dorpen en veel families zijn erdoor ontwricht
.
Helaas kunnen we weinig doen om je te helpen.
Van de paus mogen we je geen condooms geven
en van de fabrikanten geen goedkope medicijnen.
Maar hier heb je vijf euro, koop daar maar een borrel voor
dan kun je je ellende even vergeten.
De kruisdrager krijgt 5 euro toegestopt en loopt onder
tromgeroffel naar achteren
Als derde komt een kindsoldaat naar voren.
Lezer: Jij, Afrikaan, draagt niet alleen een groot geweer
maar ook de last van je verloren jeugd,
de last van de trauma's die je opgelopen hebt,
die last weegt nog veel en veel zwaarder.
Leg je geweer maar hier neer,
dan ben je in elk geval van die last verlost.
Aan die andere last kunnen we weinig doen.
Ga maar naar huis, en als je vader en moeder vermoord zijn,
ga je maar naar een oom of tante.
Je krijgt van ons wel een zoethoudertje voor onderweg.
De kindssoldaat krijgt een lolly en loopt onder tromgeroffel
naar achteren.
Lezer: Draagt elkanders lasten is gemakkelijker gezegd dan gedaan.
Maar als we de weg van Jezus willen gaan
dan hoort daar wezenlijk bij dat we begaan zijn met elkaar,
dat we zorg en aandacht hebben voor elkaar,
wereldwijd maar meer nog in onze eigen gemeenschappen.
Lied: Handen heb je om te geven
Handen heb je om te geven
van je eigen overvloed
en 'n hart om te vergeven
wat 'n ander jou misdoet.
Refrein:
Open uw oren om te horen
open uw hart voor alleman.
Ogen heb je om te zoeken
naar wat mensen nog ontbreekt
en 'n hart om uit te zeggen
wat 'n ander moed inspreekt. Refrein
Schouders heb je om te dragen
zorg en pijn van alleman
en 'n hart om te aanvaarden
wat 'n ander beter kan. Refrein
Voeten heb je om te lopen
naar de mens die eenzaam is
en 'n hart om waar te maken
dat een mens geen eiland is. Refrein
Oren heb je om te horen
naar de mens die vrede is
en 'n hart om te geloven
in een God die liefde is. Refrein
Evangelie: Lezing uit het evangelie volgens Matteüs (25,31-46)
In die tijd zei Jezus tot zijn leerlingen: "Wanneer de Mensenzoon komt
in zijn heerlijkheid en vergezeld van alle engelen, dan zal Hij plaats
nemen op zijn troon van glorie. Alle volken zullen voor Hem
bijeengebracht worden en Hij zal ze in twee groepen scheiden, zoals de
herder een scheiding maakt tussen schapen en bokken. De schapen zal Hij
plaatsen aan zijn rechterhand, maar de bokken aan zijn linker.
Dan zal de Koning tot die aan zijn rechterhand zeggen: 'Komt,
gezegenden van mijn Vader, en ontvangt het rijk dat voor u gereed is
vanaf de grondvesting der wereld. Want Ik had honger en gij hebt Mij te
eten gegeven, Ik had dorst en gij hebt Mij te drinken gegeven, Ik was
vreemdeling en gij hebt Mij opgenomen. Ik was naakt en gij hebt Mij
gekleed, Ik was ziek en gij hebt Mij gezocht, Ik was in de gevangenis
en gij hebt Mij bezocht.'
Dan zullen de rechtvaardigen Hem antwoorden en zeggen: 'Heer, wanneer
hebben wij u hongerig gezien en u te eten gegeven, of dorstig en u te
drinken gegeven? En wanneer zagen wij u als vreemdeling en hebben u
opgenomen, of naakt en hebben u gekleed? En wanneer zagen wij u ziek of
in de gevangenis en zijn u komen opzoeken?'
De Koning zal hun ten antwoord geven: 'Voorwaar, Ik zeg u: al wat gij
gedaan hebt voor een dezer geringsten van mijn broeders, hebt gij voor
Mij gedaan.'
Overweging
In Noord Afrika ligt de Spaanse enclave Melilla, omringd door hoge
hekwerken.
De afgelopen weken is het diverse keren bestormd door zo'n 2.000
Afrikanen
die hopen de enclave Europa binnen te komen en daar een beter bestaan
op te kunnen bouwen.
Voor de Spaanse en Italiaanse kust verdrinken elk jaar tientallen
Afrikanen
die met wankele bootje luilekkerland Europa proberen binnen te komen.
En fort Europa doet er alles aan om ze buiten de deur te houden.
Toch is die stroom welvaartzoekers alleen dan te stoppen
als Europa ervoor zorgt dat men het in Afrika wat beter krijgt.
Maar dit is natuurlijk gemakkelijker gezegd dan gedaan.
Economische machten kennen het woord 'delen' niet,
want delen is altijd zelf met wat minder genoegen nemen.
Nog niet zo lang is er een kwijtschelding van schulden afgesproken.
Dat klinkt natuurlijk geweldig voor de arme Afrikaanse landen,
maar er schijnen nogal wat haken en ogen aan vast te zitten
en in feite is het niet meer dan een fooitje van de rijke landen.
De problemen in Afrika zijn gigantisch.
Aids en kindsoldaten zijn in deze viering al aan bod gekomen.
Maar er zijn er nog veel en veel meer.
Als je daar naar kijkt, wordt je moedeloos.
Je voelt je machteloos en machteloosheid werkt verlammend.
Toch moeten we niet alleen naar dat sombere beeld van Afrika kijken.
We moeten ook kijken naar de positieve dingen die er gebeuren,
hoe op kleine schaal mensen zich inzetten voor een beter leven,
hoe missionarissen en ontwikkelingswerkers een helpende hand bieden
hoe met de financiële hulp van organisaties in Europa
toch allerlei activiteiten en projecten van de grond komen.
Je kunt natuurlijk zeggen: het zijn maar druppels op een gloeiende
plaat,
niettemin zijn ze heel waardevol, heel kostbaar, heel hoopgevend,
juist ook als tekenen van verbondenheid en solidariteit.
Vandaag zijn we hier samen als pastorale eenheid.
Onze probleempjes zijn natuurlijk niets vergeleken bij die in Afrika.
Toch kun je ook hier een flink aantal negatieve dingen signaleren:
hoe de kloof tussen de kerkleiders en de basis steeds groter wordt,
hoe het aantal priesters steeds maar minder wordt,
hoe de kerken leger en leger worden,
hoe hier en daar de financiële draagkracht van de parochies sterk
afneemt.
Als je alleen kijkt naar die negatieve ontwikkelingen, kun je moedeloos
worden, dan ga je twijfelen aan de toekomst van onze
kerkgemeenschappen.
Dan kun je je machteloos voelen en machteloosheid werkt verlammend.
Maar we moeten ook kijken naar de positieve dingen die er zijn:
naar de inzet van de vele vrijwilligers in onze parochies,
naar alles wat de parochianen met en voor elkaar doen.
En dan kun je zeggen: het zijn maar druppels op een gloeiende plaat,
maar alle beetjes zijn waardevol en hoopgevend.
Alleen in een positieve geest kunnen we bouwen aan de toekomst.
De pastorale eenheid is en blijft een wat vreemde constructie.
Zelfstandige parochies die toch tegen elkaar aanleunen
en de opdracht hebben elkaar te ondersteunen.
Het heeft iets weg van een gedwongen huwelijk,
toch hoop ik dat er met de jaren een gevoel van verbondenheid gaat
groeien,
dat we gaan leren elkanders lasten een beetje mee te dragen.
Want dat is van levensbelang wanneer we als levende gemeenschappen
toekomst willen hebben.
Ik hoop dat een viering als deze ook een beetje daartoe bij kan dragen.
aan een sfeer van verbondenheid
Lied:
Geloofsbelijdenis
Ik wil niet geloven
dat de sterkste altijd wint.
Ik wil geloven dat de zwakke
het recht aan zijn zijde vindt.
Ik wil niet geloven
dat angst het laatste woord heeft.
Ik wil geloven dat vertrouwen
kracht om te overwinnen geeft.
Ik wil niet geloven
dat God ons laat lijden.
Ik wil geloven in liefde
voor alle tijden.
Ik wil niet geloven
dat we nooit kunnen vergeven.
Ik wil geloven dat verzoening
het mogelijk maakt om verder te leven.
Ik wil niet geloven
dat het er niets toe doet hoe je leeft.
Ik wil geloven in God
die zin aan mijn leven geeft.
Offerandelied
Tafelgebed
Pr. Wij danken U, barmhartige Vader, getrouwe God,
omwille van Jezus, uw Zoon, onze Heer en broeder. Armen en zieken,
zondaars en wie uitgestoten waren heeft Hij van harte liefgehad;
deelgenoot was Hij in alle menselijke nood. De boodschap van zijn leven
heeft ons doen verstaan dat U begaan bent met uw mensen, en
vriendelijke zorg voor hen draagt, zoals een vader voor zijn kinderen
doet. Daarom loven en prijzen U de hemel en de aarde en verkondigen wij
uw goedheid en uw trouw. Met alle gelovigen van alle tijden heffen wij
de lofzang aan voor uw grote heerlijkheid:
Sanctus
Pr. In ieder huis staat een tafel, een tafel met stoelen, huiselijke
kring van eten en drinken, geven en nemen en deelhebben aan elkaars
lief en leed, kans op vrede en geluk, begrip en mededeelzaamheid.
Ouders die het huis bewoonbaar maken en geborgenheid geven, rust en
genoegen, schade en schande samen verwerken, tot vergeving en vrede.
Ook hier staat een tafel, een tafel gedekt met brood en wijn,
teken van mensen, die eenheid zoeken, verder dan eigen huis en haard.
Eens stond er een tafel in de stad waar Christus zijn laatste uur
beleefde.
Als leden van een gezin, riep Hij zijn vrienden aan tafel, opdat zij
voor elkaar
zouden zijn als spijs en drank zoals Hij het was voor ons.
Als teken van de Geest die Hem bezielde, nam Hij de avond voor zijn
lijden en
dood het brood in zijn handen, dankte God zijn Vader, brak het brood en
deelde
het met de woorden:
Neemt en eet hiervan, jullie allemaal, dit ben Ik, dit is mijn lichaam
dat voor jullie
gegeven wordt.
Zo nam Hij na de maaltijd ook de beker, dankte U en gaf de beker aan
zijn
leerlingen met de woorden:
Neemt deze beker en drinkt hier allemaal uit, want dit is de beker van
het
nieuwe altijddurende verbond; dit ben Ik, dit is mijn bloed, dat voor
jullie en alle
mensen wordt vergoten tot vergeving van de zonden.
Blijft dit doen om Mij te gedenken.
Zo vieren wij het verbond van God met de mensen.
Al. Als wij dan eten van dit brood en drinken uit deze beker,
verkondigen wij de dood des Heren totdat Hij komt.
Pr. Er staat een tafel gedekt, een lange, grote, wereldwijde tafel, de
tafel der mensen, broederschap van God, brood en vrede voor iedereen,
niemand vergeten, zoals God niemand vergeet.
Wij bidden God, dat wij bidden en werken in de geest van Jezus en ook
in het leven van alledag ons brood breken en delen met elkaar, dan
wacht ons een nieuwe tafel, een feest van liefde en vrede.
Dan zijn wij waarlijk kinderen van God, die terecht het gebed kunnen
bidden dat Jezus ons gegeven heeft.
Al. Onze Vader, die in de hemel zijt; uw naam worde geheiligd; uw rijk
kome; uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel. Geef ons heden ons
dagelijks brood; en vergeef ons onze schuld, zoals wij ook aan anderen
hun schuld vergeven; en leid ons niet in bekoring; maar verlos ons van
het kwade.
Pr. Verlos ons, Heer, van alle kwaad. Geef vrede in onze
dagen. Dat wij, gesteund door uw barmhartigheid, vrij mogen zijn van
zonde en beveiligd tegen alle onrust, hoopvol wachtend op de komst van
Jezus, Messias, uw Zoon.
Al. Want van U is het koninkrijk, en de kracht en de heerlijkheid in
eeuwigheid. Amen.
Agnus Dei
Communie
Voorbeden
Wij willen bidden voor hen die wetten maken. Dat zij het eigenbelang
nooit voorop plaatsen, maar zich laten leiden door het gebod van
naastenliefde.
Laat ons bidden …..
Wij willen bidden voor hen die het geloof verkondigen. Dat zij laten
blijken dat hun hart klopt voor hun diensttaak en voor de liefde tot
God en de medemens.
Laat ons bidden …..
Wij willen bidden voor hen die als missionaris hun vertrouwde wereld
verlaten om te getuigen van Gods liefde zonder grenzen.
Laat ons bidden …..
Wij willen bidden voor hen die nood lijden of op de vlucht zijn. Dat
zij mogen rekenen op de solidariteit van goede mensen en een plek
vinden waar gebouwd kan worden aan vrede en geluk.
Laat ons bidden …..
Wij willen bidden voor onze eigen samenleving. Dat zij zich niet
afsluit voor mensen die anders zijn van toon en taal, van kleur en
afkomst. Maak ons vrij van angst en open ons hart voor die medemens.
Laat ons bidden …..
Wij willen bidden, dat we de kracht krijgen om datgene te doen wat onze
christelijke opdracht is, namelijk het dragen van elkaars lasten.
Laat ons bidden …..
Slotgebed:
God, Vader van alle mensen,
we hebben hier verbondenheid gevierd,
verbondenheid met de mens ver weg in Afrika en elders in de wereld,
verbondenheid als drie parochies samen op weg.
Moge die verbondenheid ook in de toekomst daadwerkelijk ingevuld worden,
in ons medeleven en medelijden met elkaar,
in onze wederzijdse aandacht en ondersteuning.
Dat vragen wij U in Jezus' naam. Amen
Slotlied Alle mensen worden broeders
Alle mensen worden broeders
als zij naast elkaar gaan staan,
broeders, zusters, mensenhoeders,
vrij van elke eigenwaan,
samen met elkaar verbonden,
één van hart en één van geest,
helend naar elkaar gezonden,
naar de zwakken wel het meest.
Samen leven, samen werken,
samen bouwen, dag en nacht,
met de zwakken, met de sterken,
in de eenheid zit de kracht.
Allen zoekend naar de wegen
die zij samen kunnen gaan,
om de wereld hoop te geven,
op een goed en warm bestaan.
Alle mensen worden broeders,
als zij trouw zijn aan elkaar,
broeders, zusters, mensenhoeders,
samen maken zij het waar.
Hiervan blijven allen dromen,
't is de wens van alleman,
zal het daar wel ooit van komen,
blijf geloven dat het kan.