Gildeviering op het feest van de H. Theobaldus,
patroon van de parochie en het gilde
op zondag 6 juli 2008
tevens gezinsviering met de stap-voor-stapgroepen

Thema: Bestaan er nog Heiligen?

De viering werd verzorgd door het St. Theobaldusgilde, de Stap voor Stap groepen en Cantiloôn

Vooraf
    Helden en heiligen Iedereen komt in z'n leven wel mensen tegen naar wie hij of zij opkijkt. Mensen die bijzonder zijn om wat ze doen of om wie ze zijn. Ook in de Kerk kom je deze mensen tegen. Soms zijn ze zo bijzonder, dat ze heilig worden verklaard.

    In de wereld om ons heen barst het van de helden. Denk bijvoorbeeld aan sportmensen, tv-helden enz. Soms kun je er van dromen net zo ver te komen, net zo te presteren als hen. Je laat je haar net knippen als hen, je kleedt je net zoals hen, je probeert te doen net zo als hen. En toch zijn dit geen heiligen.

    Je hebt mensen die een klein kind redden uit het water of iemand redden uit een brandend huis. Fantastische mensen, helden! Of die onbekende vrouw die doet wat ze kan in de sloppenwijk waar ze woont en werkt voor de mensen daar. Schitterend.
    Of 'n ziek meisje dat vecht om beter te worden van een levensbedreigende ziekte. De jongen die opkomt voor de klasgenoot die wordt gepest.

    Stuk voor stuk inspirerende, moedige mensen die ons tot voorbeeld kunnen zijn. Mensen die stuk voor stuk een lintje of medaille waard zijn!
    Zijn dit dan mensen die "heilig" zijn? In ieder geval zijn het voorbeelden van mensen die iets bijzonders maken van hun leven, die zich inzetten voor hun naaste en daardoor ook voor God. Want wat jij voor de mensen hebt gedaan, zegt Jezus, heb je voor mij gedaan.

Binnenkomst: Wildhorn door drumshowband van het gilde

Verwelkoming: door hoofdman Bas van Wieringen

Inleiding: door Pastoor Tolboom en Myrthe v.d. Burgt
    Myrthe: Er zijn een heleboel heiligen maar wat zijn dat eigenlijk voor mensen?

    P: Het zijn GSM's !

    Myrthe: GSM's, dat zijn toch mobiele telefoons. Die zijn toch niet heilig.
    Of kun je soms daarmee met heiligen telefoneren?

    P: Weet je wel waar GSM voor staat?
    Dat staat voor Global System for Mobile communication.
    Heiligen zijn mensen door wie God met ons communiceert,
    in hun leven kun je Gods stem horen.
    Ze vertellen je hoe je goed moet leven.
    En ze zijn dag en nacht bereikbaar.

    Myrthe: He, wat klinkt dat ingewikkeld. Ik snap er niets van.
    En wat heiligen zijn weet ik ook nog niet
    Kun je met een GSM een heilige bellen,
    dan kan die me misschien vertellen
    wat heilig zijn eigenlijk betekent?

    P: GSM betekent ook nog iets anders,
    namelijk:Gelovige Sociale Mensen.
    Heiligen zijn gelovige mensen die heel sociaal voelend zijn.
    En dat zijn lang niet alle mensen.
Schuldbelijdenis:
    P: Er zijn soms ook asociale mensen
    die zich niets aantrekken van anderen
    en alleen doen wat ze zelf leuk vinden.
    God roept ons steeds weer op
    om oog en hart te hebben voor anderen.
    Hij rinkelt steeds weer in ons achterhoofd.
    Maar vaak doen we net alsof we niet thuis zijn.
    En GSM staat dan ook voor asociale dingen in het leven.

    Bram v.d. Rest: We hebben U nodig, Heer, om ons te beschermen
    tegen de G's van grootheidswaanzin en gierigheid,
    tegen een gulzige globalisatie die dagelijks duizenden slachtoffers maakt,
    tegen het gewiekst goedpraten van grof geldgewin.

    Allen: Heer, ontferm U over ons.

    John Koenen: We hebben U nodig, Heer, om ons te beschermen
    tegen de S van suffe sleur die ons tot stomme slaven maakt,
    tegen het schrikbewind van schaamteloze sensatie
    en het succes van stoere solo-spelers.

    Allen. Heer, ontferm U over ons.

    Mark Jans: We hebben U nodig, Heer, om ons te beschermen
    tegen de M van misbaksels en mallemolens in ons dagelijks leven,
    tegen de machten die met mateloze minachting neerkijken
    op wat zij de domme massa noemen.
    Bescherm ook alle mensen in uw schepping, Vader,
    tegen moord en mishandeling in naam van meedogenloze militaire moordpartijen.

    Allen. Heer, ontferm U over ons.
    P. Heer, leer ons luisteren naar uw oproep,
    om het leven te delen met elkaar in vriendschap en liefde.
    Help ons om in onze eigen kring gelovige sociale mensen te zijn,
    in het voetspoor van Jezus Christus uw zoon en onze Heer.
Lied: Ga je mee, zeg niet nee.
    Refrein:
      Ga je mee, zeg niet nee, maar sta op en doe mee,
      zet je voetstappen in die van mij,
      Volg het spoor en ga door, of ja jij liever voor,
      Hup kom op, sluit je aan in de rij.

    Welke weg wil je gaan en waar wil je naar toe?
    Blijf niet zitten waar je zit, ook al voel je je moe. Refrein

    Is de weg soms te lang, zak je weg in het zand,
    Er zijn hobbels op het pad Maar ik geef je een hand. Refrein

    Loopt de weg bijna dood, zie je nergens een spoor?
    In de verte wordt het licht, gaat de weg, daar soms door? Refrein
Eerste lezing (door Herman Kroef)
    Ja, met Theobaldus, ja die van jullie kerk hier en van het gilde. Ik wil wel wat over mezelf vertellen. Toen ik jong was, had ik een goed leven. Mijn ouders waren rijk en van adel, en ik kreeg alles wat mijn hartje begeerde. We woonden in een groot kasteel en ik droeg elke dag heel mooie kleren.
    Mijn moeder was een heel lieve vrouw, ze heeft wat afgebeden in haar leven. Mijn vader droomde ervan dat ik ridder zou worden en bevelhebber van een leger. Hij verwachtte ook dat ik zou trouwen met een rijke prinses. Al mijn leeftijdgenoten waren een beetje jaloers op mij.
    Maar het zat me toch niet lekker. Als ik om me heen keek, dan zag ik een hoop jaloezie en na-ijver. De mensen waren hard voor elkaar en onverdraagzaam. Ik vond dat maar niets. In zo'n wereld wilde ik niet leven.
    Ik heb heel wat nachten liggen piekeren in bed en ik heb er uren over gesproken met Walter, mijn schildknaap, maar ook mijn beste vriend. En geleidelijk aan kwam ik steeds meer tot de conclusie dat ik weg moest uit deze schijnwereld. En Walter vroeg meteen: Als jij hier weggaat, mag ik dan met je mee? Dat vond ik heel fijn, want het was toch wel een beetje griezelig om het kasteel te verlaten en een ander leven te gaan leiden.
    Op een gegeven dag zijn Walter en ik echt weggegaan. We lieten onze mooie kleren achter in een klooster en als twee bedelaars gingen we de wijde wereld in.
    Dat was wel even wennen. Op je blote voeten lopen met wat lompen aan je lijf. Dat was keihard, vooral in het begin. Ik merkte al gauw dat het niet meevalt om arm te zijn.
    Ik was ook niet gewend om met mijn handen te werken, en nu moest ik allerlei klusjes doen: steen en kalk sjouwen, en houtskool maken voor de smederijen.
    Ik was 's avonds meestal doodmoe en Walter ook. Thuis waren we eigenlijk deftige mensen, maar nu werkten we met allerlei ruwe typen die hemel en aarde bij elkaar vloekten.
    Een keer kreeg ik een vreselijk pak slaag van de baas bij wie we op dat moment werkten. We kregen wel in de gaten dat dit soort werk te zwaar was voor ons, en daarom zijn we toen op pelgrimstocht gegaan naar Spanje. En later zijn we nog naar Rome geweest.
    Maar altijd op weg zijn is ook niet alles. Daarom zijn we als kluizenaars gaan leven bij een oude vervallen kapel. Maar ja, dat is allemaal al heel lang geleden, al bijna duizend jaar geleden. En nu ben ik al weer heel lang jullie patroonheilige.

Drumshowband: Queen in Concert

Tweede lezing: uit het evangelie volgens Matteüs (20, 20-28)
    Op een keer kwam de moeder van de zonen van Zebedeüs bij Jezus, samen met haar zonen; ze viel voor Hem op de knieën om Hem iets te vragen. Hij zei tegen haar: 'Wat wil je?'
    Ze antwoordde: 'Zeg dat deze twee zonen van mij een plaats krijgen in uw koninkrijk, één rechts en één links van U.'
    Maar Jezus antwoordde: 'Jullie weten niet wat je vraagt. Kunnen jullie de beker drinken die Ik zal drinken?'
    Ze zeiden Hem: 'Ja, dat kunnen we.'
    Hij zei hun: 'Mijn beker zullen jullie drinken, maar rechts en links van Mij zitten? Het is niet aan Mij om dat te vergeven. Dat wordt aan diegenen gegeven, voor wie dat door mijn Vader is weggelegd.'
    Toen de tien anderen dat hoorden, ergerden zij zich aan de twee broers.
    Maar Jezus riep hen bij zich en zei: 'Jullie weten dat de leiders van de volken heerschappij voeren over hen en de grote mannen hun gezag laten gelden. Zo moet het onder jullie niet zijn. Integendeel, wie groot wil worden onder jullie, moet jullie dienaar zijn, en wie onder jullie de eerste wil zijn, moet jullie slaaf zijn. Zoals de Mensenzoon niet gekomen is om gediend te worden, maar om te dienen, en om zijn leven te geven als losgeld voor velen.'
Overweging
    Bestaan er nog heiligen? is de titel van deze viering. Ik zou zeggen: volop, er bestaan nog volop heiligen, alleen weten ze het zelf niet, of willen ze het zelf niet weten.
    Bij heiligen denken we meestal aan mensen die op een voetstuk staan, mensen die door een bijzonder leven boven anderen uitsteken, en dat soort heiligen zijn er natuurlijk ook. Maar echte heiligen staan juist niet op een voetstuk en willen dat ook niet.
    Van Franciscus van Sales, zelf een heilige van lang geleden, wordt verteld dat hij eens een klooster van zusters bezocht. Moeder Overste vertelde hem vol trots dat daar een heilige zuster woonde. Nou, die wilde Franciscus wel eens ontmoeten. De zuster werd geroepen en Franciscus vroeg haar: Is het waar dat u een heilige bent? Ja monseigneur, antwoordde de zuster met ingetogen stem. Het commentaar van Franciscus was kort en bondig: Ik weet niet wat zij is, maar heilig in elk geval niet.
    Echte heiligen zijn altijd nederige mensen die zichzelf echt niet op een voetstuk plaatsen. En als ze op de een of andere manier wat hoger staan dan anderen, dan stappen ze juist van hun voetstuk af. Dat hebben we zojuist gehoord in het verhaal van Theobaldus. Als zoon van een rijke ridder stond hij ver boven het gewone volk, maar hij stapte af van zijn bevoorrechte positie en ging het onzekere leven van de armen leiden. Dat viel niet mee voor deze toch verwende jongeman, maar hij heeft zich echt geen heilige gevoeld.
    Een tijd geleden hebben de jeugdleden van het Overloons toneel een stuk gepresenteerd met de titel "het schoolplein". Op dat schoolplein liepen een paar pestkoppen rond en dat zijn echt geen heiligen want die maken vaak veel kapot. Maar er waren op dat schoolplein ook enkele jongeren die deze pestkoppen aanspraken op hun gedrag, en veel bijdroegen aan een goede sfeer in de groep.
    Dat waren echte heiligen. Als je dat tegen hen zou zeggen, dan zouden zij zich doodschamen en hun mond niet meer open durven doen. Maar in feite waren zij het wel.
    In het woord heilig zit heel, en heiligen zijn mensen die heel maken waar anderen stukken maken, of die alles doen om te voorkomen dat er brokken vallen. En mensen die helend, heel makend in de samenleving staan, dat zijn echte heiligen, ook al willen ze dat zelf niet weten.
    Het probleem is dat het woord heilig meestal gezien wordt als superbraaf, en vaak heeft het een negatieve klank. Als we van iemand zeggen dat hij een heilig boontje is, dan is het echt geen compliment. Het woord heilig wordt ook meestal gelijkgesteld met volmaakt, en wie van zichzelf zegt dat hij volmaakt is, zit er meestal heel ver naast. Maar de allermeeste heiligen zijn echt geen volmaakte mensen, ze hebben allemaal wel hun fouten en gebreken, maar ze dragen wel bij aan een goede sfeer in de samenleving.
    Afgelopen week is in Amsterdam Pater van Kilsdonk overleden. Hij zal wel nooit heilig verklaard worden, daarvoor was hij een veel te rebelse priester, maar hij was met hart en ziel betrokken bij de jongeren en de studenten in Amsterdam en heel veel aids-patienten hebben in hem een grote steun gevonden. In mijn ogen is hij een heilige, en zo zijn er nog veel meer: gewone onopvallende mensen die echt zorg en aandacht hebben medemensen die het moeilijk hebben. Maar zeg niet tegen hen dat ze heiligen zijn want dan gaan ze steigeren.
    Bestaan er nog heiligen? Ja, volop, maar ze dragen geen aureool zoals het beeld van de heilige Theobaldus hier, maar ze zijn wel helend, heilzaam, aanwezig in onze samenleving.
    In die zin hebben we allemaal de opdracht om hele of halve heiligen te zijn, ieder van ons op zijn eigen manier, en naar zijn eigen mogelijkheden, zolang we onszelf maar niet op een voetstuk plaatsen.
Lied: Op zoek naar houvast.
    Als je struikelt, als je wankelt,
    als je in het donker tast,
    Dan probeer je steun te vinden
    aan iets stevigs, een houvast.
    En dan vind je soms een hand
    van een mens die stevig staat.
    Die jou uit de modder trekt en je
    steunt met raad en daad.

    Als je struikelt, als je wankelt,
    als je naar beneden glijdt,
    Pak je alles waar je bij kunt,
    want je zoekt naar zekerheid.
    Maar de strohalm biedt geen steun
    en het touw blijkt los te zijn.
    En dan val je soms nog meer,
    want je houvast blijkt maar schijn.

    Als je struikelt, als je wankelt,
    als je bang bent of alleen,
    Dan probeer je troost te vinden
    bij de mensen om je heen.
    En dan voel je soms een kracht
    - God mag weten waar vandaan -
    Als een windvlaag in je rug,
    als een steun om door te gaan.
Geloofsbelijdenis
    Wij geloven in God die alles gemaakt heeft.
    Hij is een goede Vader.
    Hij is voor ons liefde, hoop en vergeving.
    Hij helpt ons altijd.
    Hij laat ons niet in de steek.
    Wij geloven in Jezus die altijd bij ons is.
    Hij is door God gestuurd om ons
    te tonen hoe we moeten leven.
    Hij is ons grote voorbeeld.
    Wij geloven in de mensen die zoals hij willen leven
    en die hun geloof ook willen doorgeven aan anderen.
    Wij geloven dat wij zelf zoals Jezus
    kunnen meebouwen aan een wereld
    van vrede en geluk voor iedereen.
Voorbeden:
    Wesley Arts: We willen bidden voor mensen die nog durven getuigen van hun geloof, voor hen die glashelder en gedurfd de waarheid zeggen.
    Maar ook voor al die gewone mensen, die gezelligheid
    en geluk brengen waar ze komen.
    We bidden ook voor het gilde om een goede geest van broederschap en zusterschap.
    Laat ons bidden.

    Allen: Heer, ontferm U

    Bart Hofmans Wij bidden voor hen die sober, stil en solidair proberen te leven, maar tegelijk sterk en stevig opkomen voor hun overtuigingen.
    En voor al degenen die met sympathie en soepelheid proberen een steun te zijn voor anderen.
    We bidden ook voor alle kinderen die stap voor stap op weg zijn naar een samenleving waarin iedereen gelukkig kan zijn.
    Laat ons bidden.

    Allen: Heer, ontferm U

    Inge Martens: Voor iedereen die op een of andere manier een model of voorbeeld is, voor moeders in hun gezinnen of mediafiguren in de actualiteit. Dat ze moedig en tegelijk mild zijn voor hun medemensen.
    We bidden ook voor alle minder bedeelden voor hen die ook in onze maatschappij veel tekort komen.
    Laat ons bidden.

    Allen: Heer, ontferm U

    Chantal Arts: Goede God, met slaande trom en vliegend vaandel zijn wij in vol ornaat naar U toegekomen. Vandaag kampen wij weer om de hoogste titel van ons gilde. Dit is echter maar een spel. De echte belangrijke wedstrijd die wij te spelen hebben, is die van het bevorderen van welzijn en geluk voor elkaar. Wij bidden ook voor onze zieke medebroeders en zusters, die niet volledig kunnen delen in onze vreugde van vandaag. Sterk en begeleid hen op hun weg en geef hen vertrouwen in de toekomst.
    Tot slot gedenken wij alle overleden leden van het gilde, vooral voor hen die wij hebben gekend en ons zeer nabij waren.
    Laat ons bidden.

    Allen: Heer, ontferm U
Tafel klaar maken en collecte
    Gildeleden offeren "een silveren stuck"op de gildetrom. Enkele gildebroeders halen de gaven op bij de overige aanwezigen.
Lied: Dromen worden waar
    1. Jozef, Jozef,
    Hij droomt over schoven,
    die in een kring gaan staan.
    Ze buigen voor hem.
    't Is niet te geloven.
    Waar komt die droom vandaan?

    2. Jozef, Jozef.
    Hij moet zelf nog buigen.
    Zijn broers verraden hem.
    Hij zit in de put.
    Een droom valt in duigen.
    Wie hoort nu nog zijn stem?

    3. Jozef, Jozef,
    Zijn broers die verkopen
    hem aan een karavaan.
    Maar 't gaat Jozef goed.
    Hij mag weer gaan hopen.
    Zijn dromen wakk'ren aan.

    4. Jozef, Jozef,
    't is uit met zijn dromen.
    Hij komt zelfs in de cel.
    De farao droomt en Jozef mag komen.
    Dan stijgt zijn ster heel snel.

    5. Jozef, Jozef,
    Zijn broers zijn gekomen.
    Ze zijn weer bij elkaar.
    Ze buigen voor hem,
    zoals in zijn dromen.
    Die worden toch nog waar.

    Drumshowband: Yesterday
Gebed over de gaven
    God, de gildebroeders en - zusters hebben naar oude traditie geofferd op de gildetrom. Wij allen hebben bijgedragen om zo onze verbondenheid te tonen.
    Moge ons samenzijn rond brood en wijn ook een teken zijn van onze goede wil om samen te bouwen aan een nieuwe toekomst, aan een wereld waarin ieder zich thuis voelen kan, aan een land waarin vrede en geluk gewoon zijn. Dat vragen wij U omwille van Jezus Christus. Amen
Tafelgebed
    P. De Heer zal bij u zijn.
    Allen De Heer zal u bewaren.
    P. Verheft uw hart.
    Allen Wij zijn met ons hart bij de Heer.
    P. Brengen wij dank aan de Heer onze God.
    Allen Hij is onze dankbaarheid waardig.
    P. God, U die ongezien wilt blijven maar niet onbekend, wel uit het oog maar niet uit het hart. U, verborgen medespeler in ons mensenverhaal, wij danken U, dat U uw aanwezigheid overal doet vermoeden, waar licht schijnt in duisternis, waar hoop blijft gloren, waar mensen de handen ineen slaan om vrede en liefde te brengen in de gemeenschap.
    Wij danken U, dat U uw scheppingskracht laat ervaren overal waar lijden niet ontvlucht wordt en menselijke onmacht verkeert in liefdevolle solidariteit.
    Wij danken U, dat wij uw stem mogen horen in Jezus Christus, die ons uw naam heeft genoemd, die zich prijs heeft gegeven voor ons tot de dood toe, die de wereld toekomst geeft en óns samenzijn maakt tot een vreugdefeest door de kracht van zijn liefde, die zijn woorden en daden bezielt.

    Drumshowband: Zum Sanctus

    P. God, Uw naam leeft nog steeds onder ons. Wij hebben U nooit gezien, maar wij vermoeden uw aanwezigheid waar mensen elkaar ontmoeten. Want mensen komen elkaar steeds weer tegen, en trekken samen verder op, twee aan twee, spreken woorden van trouw en liefde. Mensen omhelzen elkaar, worden reisgenoot, voeten op dezelfde weg, handen naar elkaar toe, vol eerbied voor wie de ander is. Op het kruispunt van wegen, daar waar mensen elkaar ontmoeten, komen afspraken tot leven, wordt een gebaar tot woord van trouw, groeit het vermoeden dat er geen heil is in mens-alleen, in eenzaam bezit, in macht zonder dienstbaarheid.
    Wij hebben U nooit gezien, God, maar goedheid en liefde doen denken aan U, aan een reisgezel, zo goed als U, aan Jezus, mens onder de mensen. Hij is medemens geworden, helemaal, en is ons voorgegaan in leven en sterven.
    Op de avond voor zijn lijden en dood, heeft Hij, ten teken van de geest die Hem bezielde, het brood gebroken en het aan zijn leerlingen uitgedeeld, met de woorden: Neemt en eet hiervan, jullie allemaal, want dit is mijn lichaam dat voor jullie gegeven wordt.
    Zo heeft Hij ook de beker met wijn genomen en die rondgedeeld met de woorden: Neemt deze beker en drinkt hier allemaal uit, want dit is de beker van het nieuwe altijddurende verbond, dit is mijn bloed dat voor jullie en alle mensen wordt vergoten tot vergeving van de zonden. Blijft dit doen om Mij te gedenken.

    Zo vieren wij het verbond van God met de mensen.

    Allen: Als wij dan eten van dit brood en drinken uit deze beker verkondigen wij de dood des Heren totdat Hij komt.

    P. Wij bidden U, God, dat wij ons steeds blijven spiegelen aan zijn voorbeeld en elkander leven blijven geven, ook al kost het ons trouw en overgave.
    Zo zal door Jezus en met Hem en in Hem uw naam geprezen zijn, God onze Vader, in de eenheid met de heilige Geest, dit uur en altijd tot in eeuwigheid. Amen

    Dan zingen wij nu samen het gebed dat Jezus ons geleerd heeft:

    Onze Vader in de hemel, u staat zorgzaam om ons heen.
    Geef dat alle mensen weten: zoals u is er maar één.

    Doe ons telkens weer geloven in een wereld zonder pijn,
    in uw rijk dat eens zal komen en dat soms te zien kan zijn.
    Help ons samen goed te leven en te doen wat u graag wilt.
    Geef ons elke dag te eten tot de honger is gestild.
    En vergeef ons wat we fout doen,
    net als wij niet blijven staan bij de fouten van een ander,
    maar weer samen verder gaan.
    Help ons om te zien wat goed is en wat slecht is, boos of naar.
    Geef dat wij het juiste kiezen, dat we goed zijn voor elkaar.
    Onze Vader, wij geloven, dat u onze wereld leidt.
    Met uw licht helpt u ons verder.
    Hier en nu en straks. Altijd. Amen.

    Vredewens

    Kom en zet je hart nu maar open.
    Kom en wens het iedereen:
    Dat beetje blij zijn,
    Dat beetje gelukkig zijn;
    Dat beetje vrede.
Communie Lied: Het lied van Franciscus
    1. God, wij danken u voor een kring van dagen.
    Voor broeder Zon, voor zijn dagelijks licht.
    Voor zuster Maan en de sterren van verre,
    cadeau voor de nacht: wat een prachtig gezicht.

    2. God, wij danken u voor een kring van dagen.
    Voor broeder Wind, voor de stilte en storm.
    Voor zuster Water zo zuiver en helder,
    Eenvoudig en rein en haar kracht, zo enorm.

    3. Bedankt voor broeder Vuur, die de nacht in vuur en vlam zet.
    Bedankt voor moeder Aarde die verzorgt en voedsel geeft.
    Voor al haar kind'en, kleine en grote, voor al wat leeft!

    4. Bedankt voor de woestijn, voor de boomgaard en de bergen.
    Bedankt voor alle vruchten en de bloemen die u geeft.
    Voor alle vogels, vrolijke fluiters, voor al wat leeft.

    5. God, wij danken u voor alles wat we kregen.
    Wij willen u nog vragen: help ons God,
    Door die kring van dagen, door die kring van dagen.

    Drumshowband: Beat ride

Slottekst en zegen: door Pastoor Tolboom en Gildezusters

    P. De heiligen zijn Gods GSM's op aarde,
    door hen klinkt Zijn stem nog altijd door,
    hun leven klinkt als een boodschap.
    Het zijn Gelovige Sociale Mensen.

    Dianne Kusters: Het zijn in de eerste plaats Mensen,
    geboren in gewone gezinnen, opgevoed door gewone ouders.
    En toch is het juist in hun mens-zijn dat ze zo anders zijn, dat ze uitblinken,
    Het zijn 'mensen' zoals mensen op hun best kunnen zijn.

    Annie Verberk: Ten tweede zijn ze altijd ook Sociaal,
    dat wil zeggen verbonden met de societas, met de samenleving.
    Zij hebben meer dan anderen begrepen
    dat de Samenleving niet solo kan, maar solidariteit vraagt.
    Want de zwakste schakel bepaalt de sterkte van de ketting.

    Willeke Boom: En bovenal zijn het Gelovige mensen
    die zich laten leiden door Gods bedoelingen,
    die willen leven in zijn Geest.
    Die Geest geeft wat extra energie
    zodat heiligen gewoon een beetje uitsteken boven de middelmaat.
    en gewoon goed willen zijn voor anderen

    P.: Laat ons met die boodschap van hier vertrekken
    en samen het feest van de H. Theobaldus gaan vieren.
    Dat hij ook in de toekomst een belletje in ons laat rinkelen
    opdat ook wij gelovige, sociale mensen worden,
    en zo Gods droom waar maken op deze wereld.
    Daartoe zegene ons…...
Gezamenlijk Slotlied: Alle mensen worden broeders
    Alle mensen worden broeders,
    als zij naast elkaar gaan staan,
    Broeders zusters, mensen hoeders,
    vrij van elke eigenwaan.
    Samen met elkaar verbonden,
    één van hart en één van geest,
    helend naar elkaar gezonden
    naar de zwakken wel het meest.

    Samen leven, samen werken,
    samen bouwen, dag en nacht
    met de zwakken en de sterken
    in de eenheid zit de kracht.
    Allen zoekend naar de wegen
    die zij samen kunnen gaan,
    om de wereld hoop te geven
    op een goed en warm bestaan.

    Alle mensen worden broeders
    Als zij trouw zijn aan elkaar,
    broeders, zusters, mensen hoeders,
    samen maken zij het waar.
    Hiervan blijven allen dromen,
    't is de wens van alleman.
    Zal het daar wel ooit van komen,
    Blijf geloven dat het kan.
Gedicht: Het GildeKoningschap door Francien Janssen
    Door het toeval van het zoveelste schot,
    'n Koningschap, bepaald door 't lot.
    'n Koningschap zonder land, zonder troon,
    Zonder scepter, zwaard en zonder kroon.

    'n Koningschap in waardigheid met gildehonneur,
    Steeds weer naar buiten als 'n ambassadeur.
    Als zodanig aanspreekbaar, als zodanig present,
    Maar nooit en nimmer met macht als instrument.

    Wel met openheid als van 'n heldere lucht,
    Want "macht" is geen volharding maar 'n zucht.
    'n Koningschap, 'n wisselwerking in dienstbaarheid,
    Tot aandacht voor de ander steeds weer bereid.

    Theobalduszondag, Koningschieten, bepaald door het lot,
    Strijdend, in verbondenheid, tot het laatste schot.
    Samen met elkaar, zij aan zij, hand in hand,
    Ook nu nog voor God, Koningin en Vaderland
Overvendelen met Wilhelmus