Tweede Pinksterdag 2005

Openingslied: AAN WAT OP AARDE LEEFT
    Aan wat op aarde leeft, geeft Gij hetzelfde brood,
    en wie er U om smeekt, wordt met uw Geest gedoopt.
    Geef ons dezelfde taal om uw woord te verstaan,
    bewaar ons in uw hand, bewaar ons in uw naam.

    Wie in uw vlees gelooft, geeft Gij uw eeuwig woord.
    Omdat Gij zijt gedood, bestaan wij eeuwig voort.
    Leid al wie leven wil, uw woning tegemoet,
    omwille van uw dood, omwille van uw bloed.

    O Geest, die levend maakt en voegt het al aaneen,
    wij zijn verstrooid geraakt, maar Gij houdt ons bijeen.
    Weersta toch aan de macht die onze harten scheidt,
    o alvermogend woord, o licht van eeuwigheid.
Inleiding: LEVEND WATER
    In een jachtige wereld hebben mensen geen rust
    om hun bronnen te ontdekken.
    In een wereld die leeft van geld en goed
    heeft de buitenkant slechts waarde.
    In een wereld waarin mensen hun eigen leefmilieu verknoeien,
    is weinig helder water te vinden.
    In een kerk die mensen bevoogdt, is de bron uitgedroogd.
    In een kerk die wetten stelt, wordt de mens bekneld.
    In een kerk die zeker weet kan de geest niet waaien.

    In een mens die rust en neerzit,
    zich opent voor wat de hemel te zeggen heeft;
    in een mens die de eigen bron kent,
    en luistert naar wat de aarde verlangt;
    in een mens die ziet van hart tot hart
    en hoort wat God te zeggen heeft,
    stroomt een bron van levend water
    steeds opnieuw de eeuwen door.
    Het is het verlangen van de mens
    een God te vinden die de dorst lest.
Schuldbelijdenis:
    De geest van deze tijd, de geest van ieder voor zich en God voor ons allen, heeft mensen verdeeld en vervreemd van elkaar. Voor zover wij die mensen zijn, bidden wij om vergeving.

    ALLEN: Heer, vergeef ons onze schuld zoals wij ook elkaar vergeven.

    De geest van deze tijd jaagt mensen op in een race van hebben en houden, in plaats van breken en delen. Voor zover wij die mensen zijn, bidden wij om vergeving.

    ALLEN: Heer, vergeef ons onze schuld zoals wij ook elkaar vergeven.

    De geest van deze tijd doet mensen geloven dat tijd geld is en stilte een overbodige luxe. Voor zover wij die mensen zijn, bidden wij om vergeving.

    ALLEN: Heer, vergeef ons onze schuld zoals wij ook elkaar vergeven.

    Vader God, tegen de geest van de tijd in bidden wij om rust en duur om ons hart open te stellen voor een nieuwe geest, uw goede geest, de Geest van Jezus die ons het ware leven heeft voorge-houden en voorgeleefd. Amen

Kyrie/Heer, ontferm u

Gebed
    Geest van God, Geest van Jezus,
    Geest van water en vuur,
    Geest van storm en wind,
    wees voor ons als een verfrissend bad
    opdat wij opstaan uit de slaap
    van sleur, van onverschilligheid.
    Vuur ons aan om in beweging te komen,
    opdat wij niet bang zijn onze nek uit te steken
    voor de zaak van Jezus van Nazaret,
    in onze geloofsgemeenschap.
    Geef ons inspiratie, geef ons kracht,
    vandaag en alle dagen. Amen

(Gloria)lied

Eerste lezing: OM IN TE GELOVEN
    Als de longen van de Amazone
    doorrookt zijn en van binnen zwart
    rest er dan nog zuurstof om te dromen.
    Als ieder bos is platgebrand
    als de ozonlaag vol gaten zit
    en de regen is verzuurd
    snak ik enkel naar een beetje adem
    bang dat het niet lang meer duurt.
    Geef ons iets om nog in te geloven.
    Niets is nog niets zoals het lijkt;
    bestaat dat groots mysterie boven
    of hebben doemdenkers gelijk?

    Als het water dat we laten stromen
    voor niemand nog te drinken is
    als de appels blozend aan de bomen
    gekleurd zijn met gevaarlijk gif.
    Als de zeeën eeuwig zwijgen
    en het water staat in brand
    en er vogels op de olie drijven
    hoe veilig is het dan aan land?
    Als de walvis die we gaan bevrijden
    door het pakijs wordt bedreigd
    en we leven op een berg van lijken
    is het dan beter dat men zwijgt.
    Als het eiland dat we droomden
    door een kernproef wordt verstoord
    vinden we dan nog een onderkomen
    dat de dromers toebehoort?
Tussenzang: WATER IS EEN BRON VAN LEVEN
    Water is een bron van leven voor de mens die dorstig is.
    Water kan weer krachten geven aan wie zwak en weerloos is.

    Water is een bron van leven voor een kind dat leven gaat,
    dat nog naar geluk moet streven en geen goed kent en geen kwaad.

    Water is een bron van leven, wie gelooft in Jezus' woord,
    in zijn boodschap, toen geschreven, die zet nu zijn heilswerk voort.

    Water is een bron van leven, wie gedoopt is in zijn naam,
    wie zijn licht is doorgegeven, die kan hoopvol verder gaan.
Lezing uit het evangelie volgens Johannes (7,37-39)
    Op de laatste en grootste dag van het feest stond Jezus daar en riep met luide stem: "Als iemand dorst heeft, hij kome tot mij. Wie in mij gelooft, hij drinke! Zoals de Schrift zegt: Stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien."
    Hiermee doelde hij op de Geest, die zij die in hem geloofden zouden ontvangen; want de Geest was er nog niet, omdat Jezus nog niet verheerlijkt was.
Overweging
    De ouderen onder u kennen paus Johannes XXIII nog wel. Toen die bisschop van Rome werd, toen ging er opeens een andere wind waaien. Hij zette de deuren en ramen van de Kerk open zodat de Geest er weer in kon, die stormwind van Pinksteren.
    Nou dat hebben ze geweten, in Rome en in heel de wereld. Velen hebben dat ervaren als een verademing, als een verfrissende douche: er kwam weer leefruimte.
    Veel anderen hebben het ervaren als enorm verwarrend, opeens begon er van alles te veranderen in die kerk, ze waren hun vastigheid kwijt, ze waren zo hun vaste gangetje gegaan, netjes volgens de regels, en nu opeens hoefde het niet meer.
    Velen in de kerk zijn zich een ongeluk geschrokken om wat er allemaal aan het gebeuren ging, de kerk verzuipt, riepen ze, we moeten het geloof redden. En met man en macht probeerde ze de ramen en deuren weer te sluiten. En dat proces is nog steeds gaande.
    Het is inderdaad levensgevaarlijk om de Geest los te laten, die waait uit hoeken waar je het niet van verwacht, die neemt je mee, maar je weet niet waar, en die onzekerheid is beangstigend.
    De Geest van God in je toelaten is gevaarlijk voor je gemoedsrust, want hij zet je in beweging: hij jaagt je uit je luie stoel, laat je dingen doen die je liever nalaat, omdat niet doen veel gemakkelijker is.
    De Geest van Jezus van Nazaret in je toelaten is verwarrend: je bent je zekerheid kwijt. Het is veel gemakkelijker om alle regeltjes die er zijn te volgen, want dan weet je dat je goed zit, en dat stukje vastigheid willen we graag. Het is veel gemakkelijker om te doen wat iedereen doet, wat men gewoon vindt. Maar als je je door de Geest laat meevoeren, dan krijg je gegarandeerd tegenwind, en dat vinden we niet leuk.
    En toch, gelukkig, zijn er alle tijden door mensen geweest die de Geest in zich toelieten, mensen die tegen de stroom in durfden gaan, juist zoals Jezus van Nazaret.
    Gelukkig zijn er ook vandaag in de kerk, in Nederland, in Overloon, mensen die in beweging komen, die zich laten inspireren door die Geest, die wegen zoeken om samen inhoud te geven aan ons gelovig samen zijn.
    Hopelijk horen wij, u en ik, ook bij die mensen.
Geloofsbelijdenis:
    Pr. In God geloven wij,
    die leven geeft aan mensen,
    die ons koestert als zijn kinderen
    en die er zijn zal, al onze dagen.

    Al. In Jezus van Nazaret geloven wij
    in wie God zichtbaar geworden is:
    mens, onder de mensen geboren,
    voor mensen geleefd en gestorven.

    Pr. Hij was sterker dan de dood,
    want Hij is opgestaan tot leven,
    en Hij blijft voortleven onder ons,
    zijn naam wordt niet uitgewist.

    Al. In Gods Geest geloven wij,
    die leven blaast in mensen,
    die rondgaat als een storm,
    en die ons in beweging zet.

    Pr. Hij roept ons tot recht en vrede,
    om te helen wat gebroken is,
    om te troosten wie te lijden heeft,
    hoop te bieden aan wie vertwijfeld zijn.

    Al. Gods Geest van liefde en kracht
    die mensen samenbrengt in liefde,
    geeft zijn gaven aan ieder mens,
    om daarmee allen van dienst te zijn.

    Pr. In de kerkgemeenschap geloven wij,
    verbondenheid van mensen rond de Heer,
    geroepen om zijn boodschap verder te dragen
    en deze wereld van dienst te zijn.

    Al. In het leven geloven wij,
    leven dat sterker is dan dood,
    en dat wij niet verloren zullen gaan
    want God bewaart ons in zijn hand.
Voorbede:
    Heer, help mij te zijn als het water,
    dat in de rivieren klatert en door het oerwoud stroomt,
    dat velden vruchtbaar maakt en overal leven brengt.

    Heer, help mij te zijn als het water,
    dat alle boten draagt, vol mensen en hun lasten,
    om voor hen allemaal hun vaart te verlichten.

    Heer, help mij te zijn als het water,
    dat in uw richting stroomt, om in de wereld,
    overal uw opdracht waar te maken,
    meer mens te zijn voor iedereen.

    Heer, help mij te zijn als het water,
    dat al wat vies is wast,
    dat iedere mens, hoe hij ook heet,
    die heling en bevrijding zoekt
    weer hoop op toekomst geeft.

    Heer, help mij te zijn als het water,
    de bron van alle leven, dat alle mensen samenbrengt
    om samen, overal vandaan lief en leed te delen.

Offerande

Eucharistisch Gebed
    Pr. De Heer zal bij u zijn.
    Al. De Heer zal u bewaren.
    Pr. Verheft uw hart.
    Al. Wij zijn met ons hart bij de Heer.
    Pr. Brengen wij dank aan de Heer, onze God.
    Al. Hij is onze dankbaarheid waardig.

    Pr. Heilige God, dit is de dag waarop wij U zegenen om al wat leeft en ademhaalt, om al wat zich vernieuwt door uw scheppende en reddende macht.
    Gezegend zijt Gij, die onze God en Vader zijt, die ons roept tot licht, tot vrede en vrijheid, die ons toekomst schenkt en hoopvol leven.
    Gezegend zijt Gij om Jezus, de Mensenzoon, om zijn blijde boodschap, zijn aandacht en zorg voor de kleinen en zwakken.
    Gezegend zijt Gij, om de heilige Geest, waarin U werkzaam blijft in onze mensengemeenschap, die mensen in beweging houdt, die verwarmt wat verkild is, recht maakt wat scheefgegroeid is.
    Gezegend zijt Gij, om uw heil en genade, die U ons steeds weer schenken wilt. Samen met alle gelovigen ter wereld, willen wij U danken, loven en prijzen, en wij zingen U toe:

    Sanctus

    Pr. Heer onze God, heilige Vader, wij gedenken Jezus uw Zoon. Ons leven heeft Hij gedeeld vanaf geboorte tot in de dood, om zo ons aardse bestaan te verheffen en ons binnen te leiden in uw Rijk van vrede en liefde.

    Al. Wij danken U voor deze onvergetelijke mens,
    Hij is de grootste van al uw profeten.

    Pr. Hij die bestond in uw goddelijke majesteit, heeft zich vernederd en is ons aller dienaar geworden, om ons toe-komst en nieuwe levenskansen te geven.

    Al. Wij danken U voor zijn trouw en zelfvergeten liefde.
    Hij blijft voor ons: de weg, de waarheid en het leven.

    Pr. Tijdens het laatste avondmaal, op de vooravond van zijn dood heeft Hij ons een heilig teken gegeven opdat wij nooit zouden vergeten wat Hij ons heeft willen zeggen. Hij nam brood, dankte en zegende U, brak het en gaf het aan zijn vrienden met de woorden: Neemt en eet hiervan, jullie allemaal, want dit is mijn lichaam, mijn leven, dat voor jullie gegeven wordt.
    Zo nam hij op die avond ook de beker met wijn, reikte hem over aan zijn vrienden met de woorden: Neemt deze beker en drinkt hier allen uit, want dit is de beker van het nieuwe altijddurende verbond; dit is mijn leven, mijn bloed, dat voor jullie en alle mensen wordt vergoten tot vergeving van de zonden.
    Blijft dit doen om Mij te gedenken.

    Verkondigen wij het mysterie van het geloof.

    Al Als wij dan eten van dit brood en drinken uit deze beker
    verkondigen wij de dood des Heren totdat Hij komt.

    Pr. God onze Vader, Hij kwam in uw naam, gezonden om deze oude aarde te vernieuwen en de overmacht van zonde en dood te breken door het offer van zijn eigen leven.

    Al. Zend ook ons op weg in zijn geest,
    om het kwaad in de wereld te overwinnen.

    Pr. Dat wij naar zijn voorbeeld nieuwe wegen van goedheid banen, paden van gerechtigheid en vrede, van geloof in de toekomst en vertrouwen in elkaar.

    Al. Zend ook ons op weg in zijn geest,
    om juist als Hij weldoende rond te gaan.

    Pr. Dat wij Hem navolgen in zijn idealisme en trouw, in zijn oprechtheid en edelmoedigheid, in zijn menslievendheid en dienstbaarheid.

    Al. Zend ook ons op weg in zijn geest, om in deze tijd mensen van hoop te zijn.

    Pr. Dan zal door ieder van ons uw rijk op aarde werkelijkheid worden, in zijn naam en in zijn geest.

    Al. Door Hem en met Hem en in Hem zal uw naam geprezen zijn, Heer onze God, almachtige Vader, in de eenheid van de heilige Geest, hier en nu en tot in eeuwigheid. Amen.

    Pr. Laten wij bidden tot God onze Vader met de woorden die Jezus ons gegeven heeft.

    Al. Onze Vader . . .

    Pr. Verlos ons, Heer, van alle kwaad. Bevrijd ons van alle eigenwaan en zelfgenoegzaamheid, van alle egoïsme en gemakzucht. Geef vrede in onze dagen, omwille van Jezus, Messias, uw Zoon.

    Al. Want van U is het koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid tot in eeuwigheid. Amen

Communie

Slotgedachte: DE GEEST VAN SOLIDARITEIT
    De Geest van solidariteit vraagt
    dat we tegenover het recht van de sterkste,
    de rechten van de zwakken stellen;
    dat we tegenover het profijtbeginsel,
    steeds weer de menselijkheid benadrukken;
    dat we tegenover het neokolonialisme,
    het recht op eigenheid erkennen
    dat we tegenover de anonymisering,
    de participatie van mensen bevorderen;
    dat we tegenover de dominantie,
    steeds meer de dialoog bevorderen;
    dat we tegenover tariefmuren,
    werken aan een echt vrije markt;
    dat we tegenover de nivellerende wereldmarkt,
    oog hebben voor de rijkdom van lokale producten;
    dat we tegenover gesloten grenzen,
    bouwen aan een open en gastvrije wereld;
    dat we tegenover materialisme,
    steeds oog hebben voor de rijkdom van de levensbeschouwing;
    dat we tegenover onverdraagzaam nationalisme,
    de waarde zien van multiculturele rijkdom;
    dat we tegenover de oorlog,
    steeds de vrede stellen.
Slotlied: DE STEPPE ZAL BLOEIEN
    De steppe zal bloeien. De steppe zal lachen en juichen.
    De rotsen die staan vanaf de dagen der schepping,
    staan vol water, maar dicht, de rotsen gaan open.
    Het water zal stromen, het water zal tintelen
    stralen, dorstigen komen en drinken,
    de steppe zal drinken. De steppe zal bloeien.
    De steppe zal lachen en juichen.

    De ballingen keren. Zij keren met blinkende schoven.
    Die gingen in rouw tot aan de einden der aarde,
    één voor één en voorgoed, die keren in stoeten.
    Als beken vol water, als beken van toesnellend water,
    schietend omlaag van de bergen,
    als lachen en juichen. Die zaaiden in tranen,
    die keren met lachen en juichen.

    De dode zal leven. De dode zal horen: nu leven.
    Ten einde gegaan en onder stenen bedolven:
    dode, dode sta op, het licht van de morgen.
    Een hand zal ons wenken, een stem zal ons roepen:
    ik open hemel en aarde en afgrond,
    en wij zullen horen. En wij zullen opstaan
    en lachen en juichen en leven.