Palmzondagviering 2008
Openingslied: JERUZALEM, STAD VAN GOD
Refrein:
Jeruzalem, stad van God,
hier komt uw Koning, hier komt uw Heer,
Jeruzalem, stad van mensen,
zing Hem ter eer.
Hier komt de koning van de vrede,
die toekomst scheppen zal,
Hij heeft zoveel voor ons geleden,
dat hoor je overal. Refrein
Hier komt een Koning zonder luister,
die men verguizen zal,
en toch: zijn licht verdrijft het duister,
dat hoor je overal. Refrein
Hij is een Koning in het kleine,
die men verraden zal,
en toch: zijn glorie zal verschijnen,
dat hoor je overal. Refrein
Hij is de Koning aller mensen,
die men verwerpen zal,
en toch: zijn liefde kent geen grenzen,
dat hoor je overal. Refrein
Inleiding: PALMZONDAG
De vredevorst komt op een ezel aan,
de mensen gaan allen voor Hem buigen;
zij maken nu voor Hem een vreugdebaan,
en zullen hosanna voor Hem juichen.
En zullen ook wij ergens langs de straten staan,
om van onze eerbied voor deze koning te getuigen?
Maar straks roept het hele volk in koor: kruisig Hem,
Zij willen Hem niet meer hun koning maken.
Hij geeft aan hun verlangen niet zijn stem
Zij willen macht en daaraan wil Hij verzaken.
En klinkt dan ook voor ons het requiem
of kan zijn dienstbaarheid ons toch nog raken?
Lezing uit het evangelie volgens Lucas
In die tijd trok Jezus verder en ging op naar Jeruzalem. Toen Hij
Betfage en Betanie naderde, zond Hij twee van zijn leerlingen met de
opdracht: "Gaat naar het dorp daar voor u. Bij uw binnenkomst zult ge
een veulen vinden dat vastgebonden staat en waarop nog nooit iemand
gezeten heeft; maakt het los en brengt het hier. Mocht iemand u vragen:
Waarom maakt ge het los? Dan moet ge zeggen: De Heer heeft het nodig."
Zij die gestuurd waren, gingen weg en bevonden het zoals Hij hun gezegd
had. Toen ze het veulen losmaakten, vroegen hun de eigenaars: "Waarom
maakt ge het veulen los?" Zij antwoordden: "De Heer heeft het nodig."
Ze brachten het veulen bij Jezus, wierpen er hun mantels over heen en
hielpen Jezus erop.
Terwijl Hij voorttrok, spreidden ze hun mantels op de weg uit. Toen Hij
de stad naderde, begon heel de menigte van zijn leerlingen, reeds op de
helling van de Olijfberg, opgetogen en met luider stem God te prijzen
wegens alle wonderen die zij gezien hadden; zij riepen: "Gezegend de
Koning, die komt in de Naam des Heren! Vrede in de hemel en eer in den
hoge!"
Enige Farizeeën on-der het volk zeiden tot Hem. "Meester, geef uw
leerlingen een terechtwijzing." Hij antwoordde: "Ik zeg u: Als zij
zwijgen zullen de stenen roepen."
En toen Hij naderbij kwam, liet Hij zijn blik over de stad gaan en
weende over haar, terwijl Hij zei: "Mocht ook gij op deze dag inzien
wat u tot vrede strekt! Maar nu is dat voor uw ogen verborgen. Er
zullen dagen over u komen, dat uw vijanden een wal tegen u opwerpen, u
omsingelen en u van alle kanten insluiten; zij zullen u met uw kinderen
die in u wonen, neersmakken en zij zullen in u geen steen op de andere
laten, omdat gij de tijd, waarin barmhartig op u werd neergezien, niet
hebt erkend."
Palmwijding
Kleine groene takjes, ze horen erbij vandaag. Ze vertellen op hun eigen
wijze het verhaal van deze dag. Ze zijn voor ons een heilig teken, een
herinnering aan Jezus van Nazaret, koning in dienstbaarheid.
Zo'n takje in de hand nemen, het een plaats in huis geven, is een teken
dat je kiest voor zijn manier van leven, is ons te binnen brengen dat
zijn weg van de dienende goedheid ook onze weg dient te zijn.
God, zegen deze groene takjes, die de winter overleven. Zij huldigen de
mens die zijn heil niet zocht in macht en geweld maar zijn kracht vond
in dienende goedheid.
Geef dat deze takjes, waar ze ook heengaan, opwekken tot zijn manier
van omgang met elkaar, tot vrede en verzoening en liefde wereldwijd.
Moge uw zegen rusten op deze takjes, op onze huizen, op onze akkers, op
ieder van ons. Amen
zang:
De koning van de vrede komt in de hoofdstad aan,
tezamen met zijn vrienden. Hij zal er binnengaan.
We zien een koning komen, die op een ezel rijdt,
de palmen van de bomen zijn op de weg gespreid.
De koning van de vrede, die mens zo echt en waar,
komt in de stad der steden, en daar loert het gevaar.
Vandaag klinkt het 'hosanna', in heel Jeruzalem,
vandaag is 't 'halleluja', maar morgen 'weg met Hem'.
Lezing: HET GETUIGENIS VAN JEZUS (Lucas 20,1-8)
Op een van die dagen dat Hij in de tempel onderricht gaf aan het volk
en de goede boodschap verkondigde, kwamen de hogepriesters en de
schriftgeleerden samen met de oudsten op Hem af en zeiden tegen Hem:
"Vertel ons eens, met welke bevoegdheid doet U dit? Of wie heeft U deze
bevoegdheid gegeven?" Hij gaf hun ten antwoord: "Ik zal u ook een vraag
stellen. Vertel Me eens, de doop van Johannes, kwam die van de hemel of
van de mensen?"
Zij overlegden met elkaar: "Antwoorden we: 'Van de hemel', dan zegt
Hij: 'Waarom hebt u hem dan geen geloof geschonken?' Maar antwoorden
we: 'Van de mensen', dan zal heel het volk ons stenigen, want ze zijn
ervan overtuigd dat Johannes een profeet was."
Ze antwoordden dus dat ze niet wisten waar die vandaan kwam. Daarop zei
Jezus tegen hen:"Dan zeg Ik u ook niet met welke bevoegdheid Ik dit
doe."
Zang:
De koning van de vrede, een koning zonder troon,
geen macht om te verdelen, geen pracht en praal en kroon.
Voor allen die Hem volgen is leven weggelegd,
maar geen gezag of glorie, Hij heeft het zelf gezegd.
De koning van de vrede, zo groot maar zonder macht,
gekomen om te dienen, de liefde was zijn kracht.
Zijn leven willen leiden, zijn weg van dienstbaarheid,
in goede, slechte tijden, zijn wij daartoe bereid?
Lezing: DE GELIJKENIS VAN DE WIJNGAARD (Lucas 20,9-19)
Hij richtte zich nu tot het volk met deze gelijkenis: "Iemand leg-de
eens een wijngaard aan; hij verpachtte hem aan wijnbouwers en ging voor
lange tijd naar het buitenland. Toen het er de tijd voor was, stuurde
hij een slaaf naar de wijnbouwers om zijn deel van de opbrengst van de
wijngaard in ontvangst te nemen. Maar de wijnbouwers gaven hem een pak
slaag en stuurden hem met lege handen terug.
Hij zond nog een andere slaaf, maar ook die gaven ze een pak slaag, ze
mishandelden hem en stuurden hem met lege handen terug. Hij zond nog
een derde, maar ook die takelden zij toe en ze gooiden hem de wijngaard
uit. "Wat moet ik nu doen?" zei de eigenaar van de wijngaard. "Ik zal
mijn liefste zoon zenden; hem zullen ze toch wel ontzien." Maar toen de
wijnbouwers hem zagen, zeiden ze tegen elkaar: "Dat is de erfgenaam.
Laten we hem doden, dan is de erfenis voor ons." Ze gooiden hem de
wijngaard uit en doodden hem. Wat zal de eigenaar van de wijngaard nu
met hen doen? Hij zal komen en die wijnbouwers ter dood brengen, en de
wijngaard zal hij aan anderen geven." Toen ze dat hoorden, zeiden ze:
"Dat nooit!"
Hij keek hen aan en zei: "Wat betekent dan dit schriftwoord: De steen
die de bouwlieden hadden afgekeurd, die is de hoeksteen geworden?
Iedereen die over deze steen valt, valt te pletter, en als hij op je
valt, word je vermorzeld."
De schriftgeleerden en de hogepriesters hadden Hem het liefst meteen
opgepakt, ook al waren ze bang voor het volk, want ze begrepen dat Hij
met die gelijkenis op hen had gedoeld.
Overweging
Palmzondag en heel de Goede Week
zijn een botsing tussen twee werelden:
de wereld van het idealisme en de wereld van de pragmatisme.
Jezus is een man met idealen,
met de droom van een betere wereld,
van een samenleving waarin mensen hart hebben voor elkaar.
Hij is een man met een visie: het rijk van God op aarde,
een rijk van vrede en liefde voor iedereen,
en voor dat rijk gaf hij zich helemaal.
Maar hij botst met de wereld van de joodse religieuze leiders,
die heel pragmatisch in gesteld zijn.
Hun wereld is niet gebouwd op idealen maar op regels,
en hun visie gaat niet verder dan eigen macht en invloed,
want zij zijn toch aangesteld om de orde te handhaven.
Profetische figuren zoals Jezus verstoren die orde
en dat is in hun ogen gevaarlijk voor de geordende samenleving.
Palmzondag: een botsing tussen twee werelden,
tussen dromers en zogenaamde realisten.
Velen herkennen in Jezus iets van hun dromen.
Droomt elke mens niet van een betere wereld.
Ze zien in hem een Messias, de brenger van een nieuwe toekomst.
Ze juichen hem toe: Hosanna in de hoge.
Maar die zogenaamde realisten vinden dat maar niets.
Geef ze een terechtwijzing, laat ze stoppen, zeggen ze tegen Jezus.
Maar die zegt: die droom is niet te stoppen,
als zij zwijgen zullen de stenen roepen.
Maar hij weet ook dat die droom nog ver weg is van verwerkelijking.
Hij voorziet moeilijke dagen voor Jeruzalem, de heilige stad.
Hij voorziet moeilijke dagen voor hemzelf,
want die zogenaamde realisten vinden toch dat hij moet zwijgen.
Die botsing tussen twee werelden, tussen idealisme en pragmatisme,
speelt zich niet alleen af tussen individuen en groepen,
maar die vindt ook plaats in ieder van ons.
Iedereen heeft toch wel iets van die droom van een ideale wereld,
een wereld zonder haat en nijd, zonder geweld en oorlog.
Dat willen we toch allemaal.
Maar, zeggen we dan al gauw: je moet wel realistisch blijven,
die droom kan toch niet gerealiseerd worden,
en dus kijken we wel uit onze nek uit te steken
en ons voor 100 % voor onze droom in te zetten.
Doe maar gewoon met de anderen mee,
dat is het veiligst voor iedereen.
En mensen die wel de moed en de bezieling opbrengen
om idealistisch bezig zijn in kerk en samenleving,
die komen bijna altijd in botsing met de autoriteiten in kerk en
samenleving.
In hun ogen verstoren zij de orde, ze gaan in tegen de regels.
Het is heel de geschiedenis door niet anders geweest.
De idealist Jezus van Nazareth was niet de eerste en niet de laatste
die in botsing kwam met het pragmatische gezagsapparaat.
En, gelukkig voor de mensheid, gebeurt het nog steeds.
Geloofsbelijdenis.
Vg Ik geloof in God onze Vader,
die ons zijn Zoon Jezus gezonden heeft
om zo de waarheid over de hemel en de aarde
aan ons bekend te maken.
Al. Wij geloven maar versterk ons zwakke geloof,
opdat wij zijn boodschap beter gaan verstaan
en met groter trouw zijn weg durven gaan.
Vg. Ik geloof in Jezus van Nazareth
die rondging om te dienen
en niet om gediend te worden
en die zo wilde werken aan een wereld,
die er koninklijk en prachtig zou gaan uitzien.
Al. Wij geloven maar versterk ons zwakke geloof
opdat wij ons dienstbaar maken, juist zoals Hij,
ook als we daarmee tegen de stroom in moeten gaan.
Vg. Ik geloof in de Heilige Geest,
die ons in deze viering op Palmzondag
zo kan vullen met zijn kracht en genade
dat wij er de bemoediging in vinden
om in navolging van Jezus
voor elkaar zo koninklijk en goed mogelijk te zijn.
Al. Wij geloven maar versterk ons zwakke geloof,
opdat we de kracht vinden ons geloof te beleven
in ons leven van alledag, in onze omgang met elkaar.
Amen.
Voorbede:
Wij bidden om de geest van wijsheid van Jezus van Nazaret,
dat wij de waanzin onderkennen van het recht van de sterkste,
dat wij groeien in het opkomen voor het recht van de zwakste,
dat wij oog en oor mogen hebben voor hen
die niet gezien en niet gehoord worden.
Dan kunnen ook wij Hem vandaag terecht toejuichen.
Antifoon: Hosanna, zoon van David, hosanna voor de Heer.
Hosanna, zoon van David en looft Hem altijd weer.
Wij bidden om de geest van geloof van Jezus van Nazaret,
dat wij de profetische droom van een betere wereld
niet prijsgeven voor de bekrompen zorg voor eigen belangen alleen;
dat ons geloof in bevrijding te zien is in onze manier van leven,
dat ons verlangen naar gerechtigheid af te lezen valt uit onze keuzes.
Dan kunnen ook wij Hem vandaag terecht toejuichen.
Antifoon: Hosanna, zoon van David, hosanna voor de Heer.
Hosanna, zoon van David en looft Hem altijd weer.
Wij bidden om de geest van trouw van Jezus van Nazaret,
dat we durven vasthouden aan onze overtuigingen
en ons niet laten leiden door menselijk opzicht,
dat wij ons niet laten ontmoedigen door het kwaad dat we zien,
maar steeds doorgaan met goed zijn en goed doen;
Dan kunnen ook wij Hem vandaag terecht toejuichen.
Antifoon: Hosanna, zoon van David, hosanna voor de Heer.
Hosanna, zoon van David en looft Hem altijd weer.
Wij bidden om de geest van liefde van Jezus van Nazaret,
dat wij ons niet laten leiden door egoïsme en gemakzucht,
maar ons ondergeschikt durven maken aan het geluk van anderen;
dat we altijd mild in ons oordeel zijn, en geduldig in onze omgang.
Dan kunnen ook wij Hem vandaag terecht toejuichen.
Antifoon: Hosanna, zoon van David, hosanna voor de Heer.
Hosanna, zoon van David en looft Hem altijd weer.
Offerandelied: WIE ALS EEN GOD WIL LEVEN . .
Wie als een God wil leven hier op aarde, (2x)
hij moet de weg van alle zaad
en zo vindt hij genade. (2x)
Hij gaat de weg van alle aardse dingen (2x)
en leeft zijn lot met hart en ziel
van alle stervelingen. (2x)
Hij wordt aan zon en regen prijsgegeven, (2x)
het kleinste zaad in weer en wind
moet sterven om te leven. (2x)
De mensen moeten sterven voor elkander, (2x)
het kleinste zaad wordt levend brood
zo voedt de een de ander. (2x)
En zo heeft onze God zich ook gedragen (2x)
en zo is Hij het leven zelf
voor iedereen op aarde (2x)
Gebed over de gaven:
Heer, in dit brood en deze wijn gedenken wij Jezus,
Zoon van David, Zoon van God, Koning en Dienaar.
Mogen deze gaven voor ons een bron van kracht zijn
om met Hem mee te gaan, door het aards Jerusalem,
op weg naar het nieuwe Jerusalem, Gods rijk op aarde,
waar vrede en vreugde is weggelegd voor alle mensen.
Dat vragen wij U omwille van Jezus, uw dienstknecht,
onze redder tot in eeuwigheid. Amen
Tafelgebed
Pr. De Heer zal bij u zijn.
Al. De Heer zal u bewaren.
Pr. Verheft uw hart.
Al. Wij zijn met ons hart bij de Heer.
Pr. Brengen wij dank aan de Heer onze God.
Al. Hij is onze dankbaarheid waardig.
Pr. Heilige Vader, God van mensen,
om recht te doen aan uw heerlijkheid,
om uw heil en verlossing te bezingen,
danken wij U altijd en overal voor Jezus,
de profeet van Nazaret.
Al. Gezegend Hij die kwam in uw Naam.
Hosanna in den hoge.
Pr. Alles heeft Hij welgedaan, zieken vonden bij Hem genezing en
zondaars kregen zijn vergeving. Toch werd Hij als een misdadiger
veroordeeld tot de dood.
Hij die zelf onschuldig was, heeft het lijden aanvaard voor hen die wel
schuldig waren.
Al. Gezegend Hij die kwam in uw Naam.
Hosanna in den hoge.
Pr. Hij is nu voor alle tijden uw woord dat mensen redt, de hand die U
zondaars reikt, de weg waarlangs uw liefde en vrede ons worden
aangeboden.
Hij roept ook ons weg uit het land van duisternis en uitzichtloosheid
en wijst ons de weg naar uw hemel op aarde.
Al. Gezegend Hij die kwam in uw Naam.
Hosanna in den hoge.
Sanctus/Heilig
Pr. God van mensen, wij gedenken Jezus, uw gezondene.
Hij die bestond in uw goddelijke majesteit heeft zich vernederd en is
ons aller dienaar geworden, om ons zo te bevrijden van de verlammende
macht van zonde en schuld.
Tijdens het laatste avondmaal dat Hij in Jeruzalem met zijn vrienden
hield, op die avond voor zijn dood, heeft Hij ons een heilig teken
gegeven opdat wij nooit zouden vergeten wat Hij ons heeft willen zeggen.
Hij nam brood, dankte U, brak het en deelde het rond met de woorden:
Neemt en eet hiervan, jullie allemaal, dit is mijn lichaam, dit is mijn
leven dat Ik voor jullie ga geven.
Zo nam Hij op die avond ook de beker met wijn, deelde die met zijn
vrienden met de woorden:
Neemt deze beker en drinkt hier allen uit, want dit is mijn bloed, dit
is mijn leven dat Ik voor jullie ga geven, dit is de beker van een
nieuw en altijddurend verbond. Blijf dit doen om Mij te gedenken.
Zo vieren wij het verbond van God met de mensen.
Al. Als wij dan eten van dit brood en drinken uit deze beker,
verkondigen wij de dood des Heren totdat Hij komt.
Pr. God van mensen, deze Jezus willen wij levend houden in ons midden.
Samen met Hem willen ook wij deze oude aarde vernieuwen en de macht van
het kwaad breken.
Naar zijn voorbeeld willen ook wij nieuwe wegen van goedheid banen,
paden van gerechtigheid en vrede, van geloof in de toekomst en
vertrouwen in elkaar.
Schenk ons uw Geest van kracht opdat ook wij in staat zijn Hem na te
volgen in zijn idealisme en trouw, in zijn menslievendheid en
dienstbaarheid.
Dan zal ook door ieder van ons uw rijk op aarde werke-lijkheid worden,
in zijn naam en in zijn kracht.
Al. Door Hem en met Hem en in Hem zal uw naam geprezen zijn,
Heer onze God, almachtige Vader, in de eenheid van de heilige Geest,
hier en nu en tot in eeuwigheid. Amen
Pr. Laten wij bidden tot God onze Vader met de woorden
die Jezus ons gegeven heeft:
Al. Onze Vader . . .
Pr. Verlos ons, Heer, van alle kwaad, geef vrede in onze dagen, dat
wij, gesteund door uw barmhartigheid, vrij mogen zijn van zonde en
beveiligd tegen alle onrust. Hoopvol wachtend op de komst van Jezus,
Messias, uw Zoon.
Al. Want van U is het koninkrijk en de kracht
en de heerlijkheid, in eeuwigheid. Amen
Vredewens
Sanctus/Lam Gods
Communie
Communielied
Communielied :JERUZALEM MIJN VADERSTAD mel. Auld lang syne
Jeruzalem, mijn vaderstad,
mijn moederstad, wanneer
zal ik u zien zoals gij zijt:
de bruid van onze Heer.
Daar is geen pijn en geen verdriet,
geen afgunst en geen nijd,
en angst en armoe zijn er niet,
maar altijd vrolijkheid.
God geve mij, Jeruzalem,
dat ik eens op een dag
een pelgrim aan uw poorten ben
en dat ik binnen mag.
De negers met hun loftrompet,
de joden met hun ster;
de laatste is de eerste hier,
al kwam hij ook van ver.
Van alle kanten komen zij,
de lange lanen door;
het is een eindeloze rij:
de kinderen gaan voor.
Jeruzalem, mijn vaderstad,
mijn moederhuis, wanneer
zal ik u zien zoals gij zijt:
de bruid van onze Heer.
Slottekst: DE EZEL
De ezel die Jezus draagt,
een lastdier, bestemd om anderen te dienen,
draagt nu een koning op z'n rug,
een koning in dienstbaarheid.
Op het eerste gezicht past het niet,
een koning hoort niet gedragen te worden door een simpele ezel,
bij een koning hoort een koninklijke zetel.
En toch misstaat die ezel niet bij deze man,
die zich ten dienste stelde van anderen,
een dienstbaarheid die de discussie
met de macht, de gewoonte en de traditie niet uit de weg ging.
En de ezel werd voor even zijn koninklijke zetel.
Slotgebed:
Heer, schenk ons de kracht om Jezus' weg te gaan,
met de eenvoud en het doorzettingsvermogen van een ezel.
Dat wij bereid zijn elkander te dragen
in een geest van liefde en dienstbaarheid,
zoals ons is voorgeleefd door de profeet van Nazaret
en de gekruisigde van Jeruzalem. Amen
Slotlied: HET LASTDIER VAN DE VREDE
(melodie: zo vriendelijk en veilig)
Het lastdier van de vrede droeg mijn Heer,
Gods knecht ten voeten uit reed bij ons binnen.
Neemt nu voorgoed de vijandschap een keer?
zal heel het volk echt aan Gods droom beginnen?
Gedragen worden, vrienden om je heen,
Komt hier ook draagkracht uit ons diepste binnen?
De eigenmacht van mensen is nog groot;
de blind- en doofheid door mijn eigen zorgen:
een huis, een tuin en werken voor mijn brood,
iemand te zijn, een grote naam, voor morgen...
Zo bloedt ons enthousiasme langzaam dood,
zo raakt Gods lijdensweg voor ons verborgen.
Door deze dagen heen voert ons de weg
van Hem, die toont hoe vrede bloeit uit lijden.
Hij wordt ons als de waarheid aangezegd
zelfs als verraad en leugen rond Hem strijden.
Zo is Hij koning, koning als een knecht,
door op een ezel naar de stad te rijden.