Viering bij gelegenheid van de bedevaart van de KBO naar St. Jozef in Smakt 2008

Thema: Geloven doe je!

Openingslied: HANDEN HEB JE . . .

Inleiding: GELOVEN MET JE HANDEN
    Geloven op je dooie eentje, of met zijn tweetjes, dat gaat eigenlijk niet. Als gelovige kun je nooit solist zijn. Je zult altijd zoeken naar verbondenheid met anderen, naar een of andere vorm van gemeenschap.
    Geloven betekent altijd: meegeloven met anderen. Ons geloof is niet levend als we het niet met elkaar delen. Geloven moet ook altijd betekenen dat je die verbondenheid ook zichtbaar maakt in de dingen die je doet voor elkaar.
    Geloven zit voor een klein deel in ons hoofd, voor een heel groot deel in ons hart, maar het zit ook in onze handen, in de dingen die we doen.
    Ons geloof is niet levend als we niets over hebben voor de ander.
Gebed om vergeving:
    Vg. Er is een weg van de kleine goedheid van mens tot mens: bereidheid tot luisteren, attentie en aandacht. Een weg die wij niet altijd gaan en daardoor waren er door onze tekorten minder gelukkige mensen.

    Al. Heer onze God, wij vergeven elkaar, vergeef ook onze schuld.

    Vg. Er is een weg van de dagelijkse taak, doen wat gedaan moet worden: samenwerken om iets nieuws tot stand te brengen; een weg die wij niet altijd gaan. Daardoor is er minder tot stand gekomen waarvoor toch op ons gerekend werd.

    Al. Heer onze God, wij vergeven elkaar, vergeef ook onze schuld.

    Vg. Er is een weg naar de grote wereld, inzet voor maatschappij en kerk, voor de mens dichtbij en veraf. Een weg die wij niet altijd gaan, en zo komt het dat anderen dubbele inzet moeten geven.

    Al. Heer onze God, wij vergeven elkaar, vergeef ook onze schuld.

    Vg. God, die barmhartig is, ontferme zich over ons, vergeve onze zonden en geleide ons naar het eeuwige leven. Amen

Koor: Kyrie/Heer, ontferm u

Gebed
    Sint Jozef, man van groot geloof,
    bereid om Gods bedoelingen te aanvaarden.
    Als een trouwe en liefdevolle vader
    hebt u voor uw zoon Jezus en moeder Maria gezorgd.
    Misschien hebt u in uw hoofd veel vragen gehad,
    maar u hebt steeds uw hart laten spreken voor uw gezin.
    Help ons om in ons gelovig zijn een beetje op u te gelijken,
    opdat ook wij onze liefde voor uw zoon Jezus
    steeds gestalte geven in onze liefdevolle zorg voor elkaar.
    Help ons om juist als u bescheiden doe-mensen te zijn.
    Mogen wij zo het koninkrijk van de hemel een beetje naderbij brengen. Amen
Eerste lezing: JE HAND REIKEN
    Je hand reiken is een gave uit je hand,
    gewoon het geven van het beste uit jezelf,
    genegen en getrouw.
    Je hand reiken is een groeien met mensen
    in de broze en feilloze schakel
    die harten bindt en optilt.
    Je hand reiken is oog hebben voor elkaar,
    dienstbaar staan, ook ongelegen;
    het is een eenvoudig riskeren van jezelf.
    Je hand reiken is een levend antwoord zijn
    op doodgewone en diepzinnige vragen;
    het doet je dingen doen
    waar de andere strikt geen recht op heeft.
    Je hand reiken is de handen van de anderen vullen
    met wat je zelf mist; het is de ploeg mee voorttrekken
    waar een ander zal zaaien.
    Je hand reiken is rustig luisteren
    naar wat jong of oud je wil vertellen;
    het leert je gelovig buigen
    om samen een antwoord te zoeken.
    Het voltrekt beetje bij beetje het Rijk Gods
    waar Christus hardop van droomde.
    Je hand reiken is zorgen voor het haardvuur,
    dat warmte biedt en de andere verwacht;.
    Je hand reiken is de gestalte van een dienaar aannemen,
    Jezus' gelaat laten zien temidden van kleine mensen;
    het is de glimlachende aanwezigheid van Jezus' goedheid voor de mensen.
Tussenzang: SAMEN OP WEG
    Samen op weg, zoekend naar liefde,
    naast ieder ander willen staan.
    Want kan een mens, zonder die ander
    vreugde en vriendschap ondergaan?
    Zo moeten mensen zijn voor elkaar:
    een steun, een toeverlaat, die niet verloren gaat.

    Samen op weg, zoekend naar kansen,
    naar elke nieuwe moog'lijkheid,
    om voor elkaar leven te scheppen,
    ja, Heer, maak ons daartoe bereid.
    Wil bij ons zijn van uur tot uur,
    ons leiden elk moment, dat men uw kerk herkent.

    Samen op weg, zoekend naar leven,
    speurend naar licht en dageraad,
    mensen vol hoop, sterk en gedreven,
    zorgzaam en goed in woord en daad,
    niemand alleen en allen tezaam,
    zo gaat de boodschap voort van Jezus eens gehoord.
Evangelie Matteüs 7,21,24-27
    In die tijd zei Jezus: Niet iedereen die "Heer, Heer" tegen mij zegt, zal het koninkrijk van de hemel binnengaan, alleen wie handelt naar de wil van mijn hemelse Vader. Wie deze woorden van mij hoort en ernaar handelt, kan vergeleken worden met een verstandig man, die zijn huis bouwde op een rots. Toen het begon te regenen en de bergstromen zwollen, en er stormen opstaken en het huis van alle kanten belaagd werd, stortte het niet in, want het was gefundeerd op een rots. En wie deze woorden van mij hoort en er niet naar handelt, kan vergeleken worden met een onnadenkend man, die zijn huis bouwde op zand. Toen het begon te regenen en de bergstromen zwollen, en er stormen opstaken en er van alle kanten op het huis werd ingebeukt, stortte het in, en er bleef alleen een ruïne over.'
Overweging
    Ik wil eerst een verhaaltje vertellen. Er stonden eens drie mensen voor de hemelpoort. Ze waren er alle drie van overtuigd dat ze hoog in de hemel zouden komen, want waren toch altijd heel gelovige mensen geweest. Zoals u weet: aan de hemelpoort staat Petrus, want die heeft de sleutels van de poort gekregen. Petrus vroeg de drie: hebben jullie als gelovige mensen geleefd op aarde?
    De eerste zei: Ja zeker Petrus. Ik heb jarenlang theologie gestudeerd. Daar ben ik doctorandus in. Ik heb stapels theologische boeken gelezen, en ik heb er zelf ook een geschreven: "ons geloof in de drie-ene God".
    Petrus knikte eens en deed net of hij zeer onder de indruk was. "En wat heb je voor de mensen gedaan?" vroeg hij de theoloog. "Niet zoveel," zei de man. "Daar had ik ook geen tijd voor. Ik heb eigenlijk altijd met mijn hoofd in de boeken gezeten."
    "Zo zo", zei Petrus en wendde zich naar de tweede man aan de poort: "En jij, ben je gelovig geweest in je aardse leven?" "Ja zeker", antwoordde deze. "Het grootste deel van mijn leven heb ik in het klooster doorgebracht met bidden en mediteren over Gods grote mysteries. Dat heeft mijn geloof grote diepte gegeven."
    "En wat heb je voor de mensen gedaan?" vroeg Petrus hem. "Nou," zei de man. "Daar heb ik ook geen kans voor gehad. Ik heb in het klooster nooit veel met mensen te maken gehad, maar ik heb wel voor hen gebeden."
    Petrus knikte eens en keek vragend naar de derde man. Die stond een beetje zenuwachtig heen en weer te schuifelen. Hij zei: "Ik ben bang dat ik niet zo gelovig ben geweest. Ik heb nooit veel geleerd, en van al dat geleerde gepraat snap ik niets. Ik heb wel wat gebeden, maar niet zoveel als misschien zou moeten. Ik had al mijn tijd nodig om voor mijn ziekelijke vrouw te zorgen, en toen die gestorven was, ben ik bij de Zonnebloem gegaan om zieke en eenzame mensen te bezoeken. Maar verder heb ik eigenlijk niet veel gedaan", zei hij en keek een beetje benauwd.
    Maar Petrus zei tegen hem: "Waarde vriend, kom gauw binnen, jij hebt een plaats verdiend in de zevende hemel." En tegen de andere twee zei hij: "Jullie mogen wel naar binnen, maar je moet wel naar de kelder, daar is een speciale afdeling voor geleerde professoren en brave monniken. Jullie hebben wel geloof in je hoofd gehad maar niet veel in je handen en dat is het voornaamste in de ogen van de Heer."
    Tot zover dit verhaaltje n.a.v. het evangelie van deze viering. Eigenlijk gaat het daar niet om de hemel na dit leven, maar om het koninkrijk van de hemel in ons leven hier en nu. Dat koninkrijk binnengaan is de opdracht voor ons allemaal maar voorwaarde is wel dat je je geloof in Jezus' boodschap heel concreet handen en voeten geeft naar elkaar toe.
    Echt gelovig zijn heeft niets te maken met wetenschap, geleerdheid, ook al is het natuurlijk goed dat er geleerde heren en dames zijn die veel geloofszaken kunnen verklaren, uitleggen en verdiepen. Tegelijk moeten we beseffen dat we niet alles kunnen begrijpen en niet alles in ons geloof kunnen beredeneren.
    Echt gelovig zijn is ook niet hetzelfde als veel bidden, ook al is bidden heel belangrijk om de band met God en elkaar levend te houden en kracht te putten uit die verbondenheid. Voor mensen die nooit bidden, is gelovig zijn meestal ook een brug te ver. Maar echt gelovig zijn moet altijd zichtbaar worden in wat je doet voor elkaar, met name voor degenen die het moeilijk hebben op welke manier ook. Dat is het voorbeeld dat Jezus ons gegeven heeft. En als je dat heel concreet waar maakt in je leven, dan is je levenshuis stevig gebouwd, stevig gegrondvest en kun je tegen een stootje als het onverhoopt eens gaat stormen.
    Geloven doe je niet op je dooie eentje, maar altijd samen met anderen. En samen kun je sterk zijn.
Voorbede
    Wij bidden voor alle gelovige mensen,
    dat hun geloof in God een bron van kracht moge zijn;
    kracht om goed voor de mooie schepping te zorgen
    en meer nog om goed voor de medemens te zorgen,
    kracht ook om overeind te blijven in moeilijke dagen.
    Laat ons zingend bidden.

    Wij bidden voor alle christenen waar ook ter wereld,
    dat hun geloof in Jezus' boodschap meer is dan wat theorie
    maar dat zij zijn idealen ook in de praktijk waar proberen te maken;
    dat zij zich steeds weer geroepen zullen voelen
    om zich ook daadwerkelijk in te zetten voor het welzijn van medemensen,
    met name voor hen die het moeilijk hebben.
    Laat ons zingend bidden.

    Wij bidden voor alle leden van de Bond van ouderen,
    dat ze steeds weer elkaar zin in het leven geven,
    door de goede zorgen die zij geven in moeilijke dagen,
    door de verbondenheid die zij met elkaar beleven,
    door de gezelligheid die zij elkaar schenken,
    door de plezierige dingen die zij samen kunnen doen.
    Laat ons zingend bidden.

    Wij denken ook aan alle overleden leden van de bond van ouderen,
    met name hen die het afgelopen jaar gestorven zijn.
    Moge hun hoop op God eeuwige vrede en vreugde nu vervuld zijn.
    dat zij nu waarlijk thuis zijn in Gods hemels vaderhuis.
    Laat ons zingend bidden.

    Barmhartige God, uw liefde gaat uit naar alle mensen, niemand uitgezonderd. Moge uw liefde en barmhartigheid ook zichtbaar worden in de zorg die wij elkaar geven, onze tijd en aandacht die we delen met anderen Geef dat wij mensen zijn die licht brengen en licht zijn voor allen die in het duister zitten, op voorspraak van sint Jozef en omwille van Jezus Christus, uw Zoon en onze Heer. Amen

Offerande

Tafelgebed
    Pr. De Heer zal bij U zijn.
    Al. De Heer zal u bewaren.
    Pr. Verheft uw hart.
    Al. Wij zijn met ons hart bij de Heer.
    Pr. Brengen wij dank aan de Heer onze God.
    Al. Hij is onze dankbaarheid waardig.

    Pr. Heilige Vader, almachtige God, terecht brengen wij U lof en dank. U bent de Vader van de mensen, begin en einde van al wat leeft. U hebt de mensen gemaakt om voor elkaar te zorgen, om voor elkaar een steun te zijn. Liefde hebt U in hun hart gelegd, leven aan hen toevertrouwd. Zo werd de mens een beeld van U. U bent het leven en de liefde zelf, voorgoed aan ons verschenen in de mens der mensen, Jezus Christus, onze Heer. Door Hem willen wij U prijzen en samen met uw hele koninkrijk steeds dankbaar blijven zingen:

    Koor: Sanctus/heilig, heilig

    Pr. God, U hebt de aarde gemaakt tot woonplaats voor de mensen. Samen zullen wij hier het leven delen en bestaan voor elkaar. Door anderen lief te hebben, verheerlijken wij uw naam. Wij danken U voor deze aarde, voor het geluk dat wij er vinden in vriendschap en samenzijn. Op de avond voor zijn lijden en dood heeft hij het brood in zijn handen genomen en zijn ogen opgeslagen naar U, God, zijn almachtige Vader, de zegen uitgesproken, het brood gebroken en aan zijn leerlingen gegeven met de woorden: Neemt en eet hiervan, gij allen, want dit is mijn lichaam, dat voor u gegeven wordt.
    Zo nam Hij ook, toen zij gegeten hadden, de beker in zijn handen. Hij sprak de zegen en het dankgebed, reikte de beker over aan zijn leerlingen en zei: Neemt deze beker en drinkt hier allen uit, want dit is de beker van het nieuwe altijddurende verbond, dit is mijn bloed dat voor u en alle mensen wordt vergoten tot vergeving van de zonden. Telkens als u hiervan eet en drinkt, zult u het doen tot mijn gedachtenis.

    Al. Als wij dan eten van dit brood en drinken uit deze beker
    verkondigen wij de dood des Heren totdat Hij komt.

    Pr. Zend uw Geest, God, in ons midden, uw Geest van vriendschap en waarheid, van liefde en leven in overvloed. Maak dat we leven als broeders en zusters van elkaar. Dat ons hart vol zorgzaamheid en meeleven openstaat voor ieder ander. Dat onze handen liefdevol zorgend bezig zijn. Dat onze monden woorden van troost en steun spreken. Laat zo uw rijk kome, een nieuwe schepping, waarin U licht bent voor ons en alle mensen, door Jezus Christus, uw Zoon en onze broeder.

    Al. Door Hem en met Hem en in Hem zal uw naam geprezen zijn Heer onze God, almachtige Vader, in de eenheid van de heilige Geest, hier en nu, tot in de eeuwen der eeuwen. Amen

    Vg. Bidden wij tot God onze Vader met de woor-den die Jezus ons gegeven heeft.

    Al. Onze Vader

    Pr. Verlos ons, Heer, van alle kwaad, geef vrede in onze dagen dat wij, gesteund door uw barmhartigheid, vrij mogen zijn van zonden en beveiligd tegen alle onrust, hoopvol wachtend op de komst van Jezus, Messias, uw Zoon.

    Al Want van U is het koninkrijk en de kracht
    en de heerlijkheid in eeuwigheid. Amen

Vredewens

Koor: Agnus Dei/Lam Gods

Communie

Slottekst Mensen hebben mensen nodig
    Mensen hebben mensen nodig
    om elkaar te bevestigen en te helpen.
    We kunnen zoveel voor elkaar betekenen
    een luisterend oor, een helpende hand,
    een bemoedigende woord, een vriendelijke blik,
    een partner, een communicatiemiddel,
    een antwoord op een vraag.
    Maar we moeten wel onszelf blijven
    met onze fouten en gebreken,
    met onze gaven en talenten,
    en vooral mensen die niet boven anderen staan
    maar naast hen gaan op die lange weg
    die leven heet, die soms moeilijk begaanbaar is.
    Je mag je een gelukkig mens prijzen
    als er mensen om je heen zijn,
    die je niet in de steek laten.
    Je mag je een gelukkig mens prijzen,
    als er hartverwarmende mensen om je heen zijn,
    mensen die je verdriet zien,
    mensen die je ook optillen en opbeuren,
    mensen die je met hart en handen duidelijk maken
    dat ze je niet vergeten.
Slotlied