Viering bij gelegenheid van de bedevaart van de KBO naar St. Jozef
in Smakt 2007
Thema: Geloven en zien
Openingslied: WIJ ZOEKEN U
Wij zoeken U als wij samen komen,
hopen dat Gij aanwezig zijt,
hopen dat het er eens van zal komen:
mensen in vrede vandaag en altijd.
Wij horen U in oude woorden,
hopen dat wij uw stem verstaan,
hopen dat zij voor ons gaan verwoorden
waarheid en leven, de bron van bestaan.
Wij breken brood en delen het samen,
hopen dat het wonder geschiedt,
hopen dat wij op Hem gaan gelijken
die ons dit teken als spijs achterliet.
Wij vragen U om behoud en zegen,
hopen dat Gij ons bidden hoort,
hopen dat Gij ons adem zult geven:
geestkracht die mensen tot vrede bekoort.
Inleiding: Op zoek naar God
Ik zocht naar de hemel, ik vloog hemelhoog,
doorzocht de ruimte, vinden deed ik Hem niet,
het was er koud.
Onder in de zee, zou Hij daar zijn?
Het was er donker en vinden deed ik Hem niet,
het was koud.
Ik liep de hele wereld door, op zoek naar God,
naar een stukje hemel, op zoek naar geluk.
Vinden deed ik niet, het was koud.
Op een dag vond ik Hem, of althans iets van zijn hemel,
in het blije gezicht van een kind,
in de warme lach van een moeder,
de goede zorgen van een verpleegster.
Op die dag voelde ik me heerlijk,
ik kon de wereld aan, want mijn ogen waren opengegaan.
Vinden doe ik nu iedere dag, met een warme lach.
Gebed om vergeving:
Vg. Er is een weg van de kleine goedheid van mens tot mens:
bereidheid tot luisteren, attentie en aandacht. Een weg die wij niet
altijd gaan en daardoor waren er door onze tekorten minder gelukkige
mensen.
Al. Heer onze God, wij vergeven elkaar,
vergeef ook onze schuld.
Vg. Er is een weg van de dagelijkse taak, doen wat gedaan moet worden:
samenwerken om iets nieuws tot stand te brengen; een weg die wij niet
altijd gaan. Daardoor is er minder tot stand gekomen waarvoor toch op
ons gerekend werd.
Al. Heer onze God, wij vergeven elkaar,
vergeef ook onze schuld.
Vg. Er is een weg naar de grote wereld, inzet voor maatschappij en
kerk, voor de mens dichtbij en veraf. Een weg die wij niet altijd gaan,
en zo komt het dat anderen dubbele inzet moeten geven.
Al. Heer onze God, wij vergeven elkaar,
vergeef ook onze schuld.
Vg. God, die barmhartig is, ontferme zich over ons, vergeve onze zonden
en geleide ons naar het eeuwige leven. Amen
Koor: Kyrie/Heer, ontferm u
Gebed
Jozef, mijn vriend,
men noemt je de rechtvaardige,
de timmerman, de stille;
Ik wil je "mijn vriend" noemen.
Met Jezus, jouw zoon en zoon van God,
met Maria, jouw vrouw en mijn Moeder.
heb je een plaats in mijn hart,
heb je een plaats in mijn leven.
Jozef, mijn vriend,
jij die door licht en schaduw op weg ging,
leer me de Heer ontmoeten
in het alledaagse van het leven;
jij, de verwonderde getuige
van het werk van de Geest,
help me zijn wonderdaden te herkennen
en Hem onderdanig te zijn;
jij, de grote aandachtige,
voor de noden van Maria en Jezus,
houd mijn hart en mijn handen
wijd open gespreid. Amen
Lied
Eerste lezing: Even de hemel zien
Hij had haar in het park ontmoet,
een lieve, oude dame
en eigenlijk tezelfdertijd
ze bij het bankje kwamen.
Hij, jong, soms zoekend naar een God,
zij, door de tijd gebogen
en toen hij haar eens goed bekeek,
zag hij twee zachte ogen.
Hij bood haar iets te drinken aan,
wat hij had meegenomen.
Ze zijn er door een diep gesprek
dicht bij elkaar gekomen.
Het leek, als werd de hemel wijd
geopend door hun woorden.
Er was iets lief'lijks in hun stem
dat ze maar weinig hoorden.
Toen hij weer thuis bij moeder was,
zei hij ietwat verlegen:
"Zeg mam, vandaag kwam ik in 't park
zomaar ineens God tegen,
wel ouder dan ik had verwacht!
En zij sprak diep bewogen:
"Ik heb vanmiddag God gezien,
Hij heeft heel jonge ogen!"
Zo samen iets van Vader zien,
al is het maar in ogen
of in een vriendelijk gebaar,
afkomstig uit den hoge!
Wat wordt het leven dan een feest,
een hemel in het kleine.
Dan gaat dwars door een wolkenlaag
het gouden zonlicht schijnen!
Tussenzang: HOORT HOE GOD MET MENSEN OMGAAT
Hoort hoe God met mensen omgaat,
hoe Hij zijn belofte houdt,
die de mens van den beginne
adem geeft en gaande houdt.
Hoort hoe God met mensen omgaat,
hoe Hij van zich spreken laat,
die bij monde van profeten
met ons is in woord en daad.
Hoort hoe God met mensen omgaat,
hoe Hij ons een Dienaar zond,
die met liefde als zijn wapen
ons voorgoed aan zich verbond.
Hoort hoe God met mensen omgaat,
hoe wij Hem ter harte gaan,
die ook hier tot ons zal spreken
als wij vragen naar zijn Naam.
Evangelie: Johannes 14,6-11
Jezus zei : 'Ik ben de weg, en de waarheid en het leven. Alleen door
Mij heeft men toegang tot de Vader. Als jullie Mij hebben leren kennen,
zul je ook mijn Vader leren kennen. Sterker, nu al kennen jullie Hem en
heb je Hem gezien.'
Hierop zei Filippus: 'Laat ons de Vader zien, Heer, dan zijn we
tevreden!' En Jezus weer: `Ik ben al zo lang bij jullie, Filippus, en
je hebt Me nog niet leren kennen? Wie Mij gezien heeft, heeft de Vader
gezien. Hoe kun je dan nog zeggen: Laat ons de Vader zien?
Geloof je niet dat Ik in de Vader ben en de Vader in Mij? De woorden
die Ik tot jullie spreek, spreek Ik niet uit Mijzelf: het zijn daden
van de Vader, die in Mij blijft. Geloof Me toch: Ik ben in de Vader en
de Vader is in Mij; of geloof het anders op grond van de daden.
Overweging -
Wat zouden we allemaal graag iets van God zien.
Dan zou ons gelovig zijn veel gemakkelijker worden.
Misschien denken we wel eens:
wat waren Maria en Jozef toch bevoorrechte mensen,
ze zaten er a.h.w. met hun neus boven op:
hun kind Jezus wordt toch zoon van God genoemd.
In hem is God toch in de wereld verschenen.
Misschien denken we wel eens met een vleugje jaloezie:
wat moet geloven voor hen toch gemakkelijk zijn geweest.
Maar het is een heel grote vraag of dat wel zo was.
We weten praktisch niets over de eerste dertig jaren van Jezus' leven.
Er wordt in de evangelieverhalen alleen verteld
dat hij op twaalfjarige leeftijd stiekem in Jeruzalem achterbleef,
terwijl zijn familie weer terug naar huis ging.
Ik vind dat nogal een bedenkelijk verhaal.
Wat Jezus daar deed was regelrechte ongehoorzaamheid,
en wat zijn ouders deden, namelijk een hele dag zonder zoonlief op weg
zijn
en dan pas ontdekken dat hij er niet bij was, dat getuigt ook niet
van ouderlijke zorgzaamheid.
Ik denk dat er in Jezus niets goddelijks te zien was,
dat hij een heel gewone jongen is geweest,
die op zijn tijd best wel kattenkwaad heeft uitgehaald.
En Jozef zal er best eens om gelachen hebben.
Het besef dat in Jezus iets van God zichtbaar werd, kwam pas veel
later, eigenlijk pas na zijn dood,
toen men ging nadenken over zijn woorden en daden.
Wat zouden we graag iets van God zien,
dan zouden we super gelovige mensen worden.
Eerst zien en dan geloven, wordt vaak gezegd,
in navolging van de zogenaamde ongelovige Thomas,
toen de anderen hem vertelden dat zij Jezus gezien hadden na zijn dood.
Eerst zien en dan geloven, maar in feite is het precies andersom:
eerst geloven en dan zien.
Als je gelovig bent, kun je iets van God zien
in een pasgeboren kindje, dat wonder van leven.
Dan kun je iets van God zien in de levenslust van jonge mensen.
Dan kun je iets van God zien in de levenswijsheid van oudere mensen.
Dan kun je iets van God zien is al die vrijwilligers
die op allerlei gebied zich inzetten voor de gemeenschap,
voor jongeren en ouderen, voor gezonden en zieken.
Als je gelovig bent dan kun je iets van God zien
in de prachtige natuur, in de lente als de natuur weer tot leven komt,
in de zomer als alles in bloei staat, in de herfst als we de vruchten
kunnen plukken
en zelfs in de winter in ijs en sneeuw, ook al zijn die wel eens
lastig.
In feite kun je overal iets van God zien, als je gelovig bent.
Misschien denkt U; aan dat soort zien heb ik niets,
ik zou iets van God zelf willen zien, iets van zijn hemels licht of zo.
Daar heb ik maar een antwoord op: dan moet je eerst doodgaan,
en dat willen we nog helemaal niet.
We moeten het nu doen de kleine dingen waarin iets van hem zichtbaar
wordt,
als we er tenminste gelovig oog voor hebben.
Nog een ding.
Van jongs af aan hebben we eerbied voor God ingeprent gekregen,
maar diezelfde eerbied moeten we ook beleven naar iedereen en alles
waarin we iets van God kunnen zien.
Eerbied voor de natuur en er niet nonchalant mee omspringen,
eerbied voor de medemens en hem niet tekort doen,
maar zorg een aandacht voor hem hebben.
Dat heeft Jezus ons in woord en daad voorgehouden,
en daarom precies wordt hij genoemd: de zoon van God.
Voorbede
Ik bid voor alle mensen wier leven door ouderdom of ziekte
een last geworden is, waar ze zwaar aan tillen.
Ik bid voor allen die niet meer thuis kunnen zijn
omdat ze geheel afhankelijk zijn van andermans zorgen.
Mogen zij mensen om zich heen hebben
die met hun hartelijkheid en zorgzaamheid licht zijn in hun duistere
dagen.
Ik bid voor alle mensen die op zoek zijn naar God,
die hopen iets van zijn licht te zien,
dat zij steeds gelovig oog hebben voor al die kleine dingen
waarin we iets van God kunnen ontdekken:
in het wonder van de natuur, in het wonder van het leven,
in het goede dat mensen doen voor elkaar.
Mogen anderen ook iets van God ontdekken
in hun manier van leven.
Ik bid voor alle leden van de Bond van ouderen,
dat ze steeds weer elkaar zin in het leven geven,
door de goede zorgen die zij geven in moeilijke dagen,
door de verbondenheid die zij met elkaar beleven,
door de gezelligheid die zij elkaar schenken,
door de plezierige dingen die zij samen kunnen doen.
Heer, wil hun verbondenheid versterken.
Ik denk ook aan alle overleden leden van de bond van ouderen,
met name hen die het afgelopen jaar gestorven zijn.
Moge hun hoop op God eeuwige vrede en vreugde nu vervuld zijn.
Heer, laat hen delen in uw hemels licht.
Barmhartige God, uw liefde gaat uit naar alle mensen, niemand
uitgezonderd. Moge uw liefde en barmhartigheid ook zichtbaar worden in
de zorg die wij elkaar geven,
onze tijd en aandacht die we delen met anderen
Geef dat wij mensen zijn die licht brengen en licht zijn
voor allen die in het duister zitten,
op voorspraak van sint Jozef en omwille van Jezus Christus,
uw Zoon en onze Heer. Amen
Tafelgebed
Pr. De Heer zal bij U zijn.
Al. De Heer zal u bewaren.
Pr. Verheft uw hart.
Al. Wij zijn met ons hart bij de Heer.
Pr. Brengen wij dank aan de Heer onze God.
Al. Hij is onze dankbaarheid waardig.
Pr. Heilige Vader, almachtige God, terecht brengen wij u lof en dank. U
bent de Vader van de mensen, begin en einde van al wat leeft. U hebt de
mensen gemaakt om voor elkaar te zorgen, om voor elkaar een steun te
zijn. Liefde hebt U in hun hart gelegd, leven aan hen toevertrouwd. Zo
werd de mens een beeld van u. U bent het leven en de liefde zelf,
voorgoed aan ons verschenen in de mens der mensen, Jezus Christus, onze
Heer. Door hem willen wij U prijzen en samen met uw hele koninkrijk
steeds dankbaar blijven zingen:
Koor: Sanctus/heilig, heilig
Pr. God, U hebt de aarde gemaakt tot woonplaats voor de mensen. Samen
zullen wij hier het leven delen en bestaan voor elkaar. Door anderen
lief te hebben, verheerlijken wij uw naam. Wij danken U voor deze
aarde, voor het geluk dat wij er vinden in vriendschap en samenzijn.
Op de avond voor zijn lijden en dood
heeft hij het brood in zijn handen genomen en zijn ogen opgeslagen naar
u, God, zijn almachtige Vader, de zegen uitgesproken, het brood
gebroken en aan zijn leerlingen gegeven met de woorden: Neemt en eet
hiervan, gij allen, want dit is mijn lichaam, dat voor u gegeven wordt.
Zo nam hij ook, toen zij gegeten hadden, de beker in zijn handen. Hij
sprak de zegen en het dankgebed, reikte de beker over aan zijn
leerlingen en zei: Neemt deze beker en drinkt hier allen uit, want dit
is de beker van het nieuwe altijddurende verbond, dit is mijn bloed dat
voor u en alle mensen wordt vergoten
tot vergeving van de zonden.
Telkens als u hiervan eet en drinkt, zult u het doen tot mijn
gedachtenis.
Al. Als wij dan eten van dit brood en drinken uit deze beker
verkondigen wij de dood des Heren totdat hij komt.
Pr. Zend uw Geest, God, in ons midden,
uw Geest van vriendschap en waarheid, van liefde en leven in overvloed.
Maak dat we leven als broeders en zusters van elkaar. Dat ons hart vol
zorgzaamheid en meeleven openstaat voor ieder ander. Dat onze handen
liefdevol zorgend bezig zijn. Dat onze monden woorden van troost en
steun spreken. Laat zo uw rijk kome, een nieuwe schepping, waarin U
licht bent voor ons en alle mensen, door Jezus Christus, uw zoon en
onze broeder.
Al. Door hem en met hem en in hem zal uw naam geprezen zijn Heer onze
God, almachtige Vader, in de eenheid van de heilige Geest, hier en nu,
tot in de eeuwen der eeuwen. Amen
Vg. Bidden wij tot God onze Vader met de woorden die Jezus ons gegeven
heeft.
Al. Onze Vader
Pr. Verlos ons, Heer, van alle kwaad, geef vrede in onze dagen dat wij,
gesteund door uw barmhartigheid, vrij mogen zijn van zonden en
beveiligd tegen alle onrust, hoopvol wachtend op de komst van Jezus,
Messias, uw zoon.
Al Want van U is het koninkrijk en de kracht
en de heerlijkheid in eeuwigheid. Amen
Vredewens
Koor: Agnus Dei/Lam Gods
Communie
Slottekst: God is een kunstenaar
God is een kunstenaar.
Zijn palet kent een oneindig aantal kleuren.
Met puur licht schildert Hij.
Zijn composities zijn de wonderlijkste,
die je ooit gezien hebt.
Als je ze ooit gezien hebt.
Na de nacht schildert Hij de dag,
na de winter bedenkt Hij de lente,
na de angst de hoop, na de dood de liefde.
En jij bent zijn model,
dat hem inspireert tot meesterwerken
van kleurentaal en vormkracht.
Niet inlijsten of ophangen, dit werk,
niet wegstoppen in donkere gebouwen.
Maar leven, zo onder het penseel vandaan.
Wij zijn samen de banier van de mensheid.
En God zal ons zien
en denken aan het altijddurende verbond
tussen Hem en alle levende wezens
alles wat op aarde leeft
Slotlied