Licht zijn voor elkaar
Viering op Pinksterzaterdag, 28 mei 2007,
van de vijftigste verjaardag van het huidige kerkgebouw
Vooraf
Jij kunt een licht zijn
voor een mens struikelend in het donker.
Jij kunt een vuur zijn
voor een mens verkild in het leven.
Jij kunt een schouder zijn
voor de mens in verdriet en verlorenheid
Jij kunt een arm zijn
om een mens heen in de kou.
Kunnen we elkaar laten voelen:
jij mag er zijn,
jij bent goed,
jij kunt een schouder zijn,
jij kunt een arm zijn.
Kunnen we elkaar laten voelen:
ik ben een schouder voor jou,
ik ben een arm om je heen,
een licht op je levenspad:
er zal minder eenzaamheid zijn.
Openingslied :
HIER WORDT EEN HUIS VOOR GOD GEBOUWD
Hier wordt een huis voor God gebouwd
waar mensen samenkomen
en waar Hij zelf aanwezig is
om onder ons te wonen.
Hier wordt een boek opengelegd
en klinken nieuwe woorden
van God die van de mensen houdt
en die naar ons wil horen.
Hier wordt een tafel aangericht
om Jezus te gedenken,
die voor ons leven en geluk
zich weg heeft willen schenken.
Hier delen wij het levensbrood
en worden nieuwe mensen;
de aarde wordt een vredeshuis,
vervuld van oude wensen.
Verwelkoming en inleiding
Aansteken van vuurzuil
Vlam van de Geest
Vlam van de Geest, verwarm ons hart
dat wij onze naaste lief hebben.
Vlam van de Geest, verlicht ons pad
dat wij wandelen in de waarheid.
Vlam van de Geest, wakker in ons aan
de hartstocht voor de vrijheid.
Vlam van de Geest, smeed ons samen
tot een vierende gemeenschap.
Kyrië
Gebed
Vg: Heer onze God, kwetsbaar zijn we,
als de takken van de bomen,
die afgerukt worden
door de eerste de beste storm.
Als land achter de zeedijk,
dat onder dreigt te lopen
wanneer een zware Zuidwester
het water opzweept en opstuwt.
Al: Breekbaar zijn wij,
kleine, kwetsbare mensen.
Maar uw kracht houdt ons overeind.
Vg: De adem van Uw Geest
doet ons leven.
Uw geest is als de wind
die nieuwe energie levert
en de molen van ons leven
in beweging brengt.
Al: Uw geest is een bron
van duurzame energie,
die ons aanzet om uw wil te doen
en alle stormen te trotseren.
Vg: U bent ongrijpbaar als de wind,
maar we voelen uw kracht.
U bent het, Heer,
die de wereld draaiende houdt.
Glorialied: AANBIDT EN DANKT UW VADER
Eerste lezing: JE BENT EEN ENGEL
Engelen zijn mensen, die 'licht' doorgeven.
Waar ze komen, wordt alles helder en klaar.
Engelen zijn mensen die een soort oorspronkelijke vreugde
uit het paradijs hebben meegekregen.
Geloof me, engelen zijn wezens van vlees en bloed,
die op een onzichtbare wijze de wereld recht houden.
Diep in hen voel je iets van het mysterie
van een ondoorgrondelijke goedheid, die je zomaar omarmen wilt.
Ik voel God in deze mensen tot me komen
met zijn tederheid en zijn bezorgdheid.
Je bent met iets bezig. Je komt niet klaar.
En via een onzichtbare antenne krijgt ergens iemand een ingeving,
een soort bevel om je te benaderen en te helpen,
je een steun te zijn, je een duw te geven of om je te troosten.
'Je bent een engel,' zeg je dan tegen een man, een vrouw.
Het leven wordt licht en alle pijn is weg!
Maar engelen kun je niet krijgen op bestelling.
Ze komen dikwijls heel onverwacht, wijzen je de weg.
En verdwijnen weer! Naamloos, zonder te wachten op dank!
Er zijn nog engelen in de wereld!
Maar nog steeds te weinig, daarom is er nog zoveel duisternis.
God is op zoek naar engelen onder de mensen van nu.
Maar veel mensen zien Hem niet meer, horen Hem niet meer.
Ze hebben hun eigen antenne gestoord of afgebroken!
Kom, jij bent een engel en er zijn in je eigen omgeving
mensen genoeg voor wie jij een engel kunt zijn.
Tussenzang: GEEST DIE VUUR EN LIEFDE ZIJT
Evangelie volgens Johannes 20,19-23
In de avond van de eerste dag van de week, toen de deuren van de
verblijfplaats der leerlingen gesloten waren uit vrees voor de joden,
kwam Jezus binnen, ging in hun midden staan en zei: "Vrede zij u." Na
dit gezegd te hebben toonde hij hun zijn handen en zijn zijde. De
leerlingen waren vervuld van vreugde toen zij de Heer zagen. Nogmaals
zei Jezus tot hen: "Vrede zij u. Zoals de Vader mij gezonden heeft, zo
zend ik u." Na deze woorden blies hij over hen en zei: "Ontvang de
heilige Geest. Als gij iemand zonden vergeeft, dan zijn ze vergeven, en
als gij ze niet vergeeft, zijn ze niet vergeven."
Overweging
Bij de nieuwe fietsen die je tegenwoordig hebt,
gaat het licht automatisch aan als het donker wordt.
Bij de oudere fietsen moet je eerst de dynamo tegen de band duwen
om licht te krijgen en je moet fietsen, in de beweging zijn.
Als je stopt en stil staat, is het licht uit en sta je in het donker.
Licht speelt een heel belangrijke rol in onze christelijke traditie.
Kerstmis wordt met veel licht en lichtjes gevierd.
Pasen eveneens met zijn grote paaskaars en kleine paaskaarsjes.
En in het Pinksterverhaal is er sprake van vurige tongen,
kleine lichtjes voor de apostelen die weer uitzicht kregen
en niet meer moedeloos bij elkaar zaten.
Maar net als bij de fiets: dat licht is er alleen als je in beweging
bent,
als je contact houdt met de Jezus die toen de drijvende kracht was
en die dat nog steeds is voor elke echte gelovige.
En alleen als je in zijn geest in beweging bent, heb je licht,
ben je licht, voor jezelf en voor anderen.
Het Pinksterverhaal spreekt niet voor niets over een hevige wind,
en wind staat voor beweging, niet alleen van zeilboten en windmolens,
maar symbolisch ook voor mensen die in beweging zijn.
Dat groepje apostelen dat zich een beetje verborgen had gehouden,
kwamen opeens in beweging, ze gingen de straat op,
om hun licht, het licht van Jezus, uit te dragen aan vriend en
vreemdeling.
Het begin van de Jezus-beweging die zich door de jaren heen
verspreidde over heel de wereld.
Hevige wind, beweging, inspiratie en bezieling geeft dat er licht is.
Maar als de wind is gaan liggen, als de beweging eruit is,
als inspiratie en bezieling op een laag pitje staan,
dan verliest ook het licht zijn kracht en kan zelfs helemaal uitgaan.
En dat lijkt een beetje de werkelijkheid te zijn van onze tijd,
voor de kerk, de Jezus-beweging, in onze streken.
Niet zo lang geleden is er een rapport uitgekomen over het kerkelijk
leven in Nederland en dat was niet echt rooskleurig,
en ronduit somber voor de toekomst van de kerk van Jezus.
Toch denk ik dat we niet zo somber hoeven zijn.
Op veel punten ziet het er niet goed uit, maar er zijn ook hoopvolle
dingen.
Er waait nog veel wind in de kerk, soms meer als tegenwind,
soms heel stormachtig tussen behoudend en vooruitstrevend,
soms met hevige windstoten tussen gezagsdragers en gelovigen aan de
basis.
Dat soort stormachtige winden zijn niet altijd even plezierig,
maar als er helemaal geen wind zou zijn, dan was dat veel erger.
De beweging lijkt uit de kerk, de vaart is eruit, wordt wel gezegd.
Voor een deel is dat waar, voor een ander deel niet.
In de tijd van het rijke roomse leven was er veel beweging:
elke zondag trokken de mensen naar de kerk, twee of zelfs drie keer,
mensen trokken mee in processies en kerkelijke manifestaties.
Toch was dat soort beweging maar heel beperkt,
heel passief, aan de ontvangende kant.
Voor velen was het ook een soort meelopen,
iedereen deed het, dus om niet uit de toon te vallen deed men mee.
Die beweging naar het kerkgebouw toe die is voor de deel stil gevallen.
Maar veel belangrijker is de beweging van mensen naar elkaar toe,
daar ligt het wezen van Jezus' boodschap:
in beweging zijn voor elkaar, voor de gemeenschap,
dat soort beweging houdt het licht van Jezus brandend.
Als we naar onze eigen parochie kijken, dan moet je zeggen:
onze parochiekerk is veel te groot voor het geringe aantal mensen dat
in gewone weekenden meedoet aan de vieringen. In beweging komen naar de
kerk toe is ook hier erg afgenomen.
Die verplichting van vroeger wordt niet meer gevoeld.
Maar als ik het grote aantal vrijwilligers zie in de parochie,
al die mensen die op de een of andere manier bezig zijn
voor de kerk, voor de parochie, voor de gemeenschap,
dan zie ik nog volop beweging, een beweging die licht verspreidt,
licht dat aanstekelijk werkt, dat doorgegeven wordt.
Licht zijn voor elkaar, dat is de opdracht die Jezus ook ons geeft,
licht in de gewone dingen van alle dag,
licht voor mensen die duisternis ervaren.
Maar dat vraagt wel dat we steeds weer in beweging komen en blijven,
dat het altijd een beetje Pinksteren blijft.
Geloofsbelijdenis:
Pr. In God geloven wij,
die leven geeft aan mensen,
die ons koestert als zijn kinderen
en die er zijn zal, al onze dagen.
Al. In Jezus van Nazaret geloven wij
in wie God zichtbaar geworden is:
mens, onder de mensen geboren,
voor mensen geleefd en gestorven.
Pr. Hij was sterker dan de dood,
want Hij is opgestaan tot leven,
en Hij blijft voortleven onder ons,
zijn naam wordt niet uitgewist.
Al. In Gods Geest geloven wij,
die leven blaast in mensen,
die rondgaat als een storm,
en die ons in beweging zet.
Pr. Hij roept ons tot recht en vrede,
om te helen wat gebroken is,
om te troosten wie te lijden heeft,
hoop te bieden aan wie vertwijfeld zijn.
Al. Gods Geest van liefde en kracht
die mensen samenbrengt in liefde,
geeft zijn gaven aan ieder mens,
om daarmee allen van dienst te zijn
Pr. In de kerkgemeenschap geloven wij,
verbondenheid van mensen rond de Heer,
geroepen om zijn boodschap verder te dragen
en deze wereld van dienst te zijn.
Al. In het leven geloven wij,
leven dat sterker is dan dood,
en dat wij niet verloren zullen gaan
want God bewaart ons in zijn hand.
Voorbede: De zeven vlammen
De eerste vlam is een vlam voor het 50-jarig bestaan van ons
kerkgebouw.
De hoop, kracht en de bundeling van krachten die het mogelijk hebben
gemaakt om aan de slag te gaan om samen als gemeenschap een nieuwe kerk
te bouwen.
De tweede vlam is voor ons geloof dat we nog steeds hebben in onze
kerkgemeenschap. Dat wij onze droom niet prijsgeven over een
rechtvaardige wereld met respect voor elkaar.
De derde vlam is voor ons leven hier en nu, het leven straks en het
leven met elkaar. Om elkaar tot steun te zijn in goede en zware tijden.
De vierde vlam is de vlam van het licht. Het licht van Pinksteren en
het licht waar we vandaag in deze viering bij stilstaan. Het ware
licht, het licht in de nacht dat allen verlicht.
De vijfde vlam is de vlam van zijn woord dat ons samenbrengt en
vertroost. Zijn woord dat spreken en luisteren doet.
De zesde vlam is voor zijn enthousiasme dat nog steeds in de wereld
aanwezig is. Waarmee we elkaar kunnen aansteken om nieuwe dingen te
ontdekken, nieuwe oplossingen te zoeken, een nieuw begin te maken.
De zevende vlam en laatste vlam is voor zijn geest, waardoor mensen in
vuur en vlam raken, zijn geest die anderen in beweging zet, waardoor
mensen opstaan en willen werken aan een mooiere en betere wereld.
Offerande
Tafelgebed
Pr. God, die liefde is, moge met u zijn.
Al. En ook met u.
Pr. Open uw hart voor Hem.
Al. Wij zijn met ons hart bij de Heer.
Pr. Danken wij Hem om zijn grote liefde.
Al. Hij is onze dankbaarheid waardig.
Pr. Heilige God, dit is de dag waarop wij U zegenen om al wat leeft en
ademhaalt, om al wat zich vernieuwt door uw scheppende en reddende
macht.
Gezegend zijt Gij, die onze God en Vader zijt, die ons roept tot licht,
tot vrede en vrijheid, die ons toekomst schenkt en hoopvol leven.
Gezegend zijt Gij om Jezus, de Mensenzoon, om zijn blijde boodschap,
zijn aandacht en zorg voor de kleinen en zwakken.
Gezegend zijt Gij, om de heilige Geest, waarin U werkzaam blijft in
onze mensengemeenschap, die mensen in beweging houdt, die verwarmt wat
verkild is, recht maakt wat scheefgegroeid is.
Gezegend zijt Gij, om Uw heil en genade, die U ons steeds weer schenken
wilt. Samen met alle gelovigen ter wereld, willen wij U danken, loven
en prijzen, en wij zingen U toe:
Sanctus
Pr. God onze Vader, door Jezus Uw Zoon mocht het nog meer
zichtbaar worden dat U met ons bent in een altijddurend verbond. Wij
danken U voor Uw nabijheid in alle dagen van ons bestaan, in elk
landschap waarin wij komen te verkeren. Wij danken U, God die meetrekt,
God die meeviert, God die meelijdt, God die ons laat opbloeien en
groeien in liefde.
Antifoon:
Heer, onze Heer, hoe machtig is Uw Naam allerwegen op aarde.
Pr. Maar soms blijft de bloei uit omdat de wereld in en om ons heen te
duister is, mistig en bedroefd, bijna geen doorkomen aan. Soms komt ons
streven niet tot groei, omdat onze dagen eenzaam zijn, verdrietig en
betreurd, bijna geen reden tot bestaan. Daarom te meer zingen wij
elkaar toe:
Acclamatie:
Heer, onze Heer,
hoe machtig is Uw Naam allerwegen op aarde.
Pr. Kom dan, Heer, met Uw voedsel uit de hemel. Want Uw brood is hoop
tegen alle wanhoop in, moed tegen alle moedeloosheid in, vrede en rust
tegen alle onrust in.
Acclamatie:
Heer, onze Heer,
hoe machtig is Uw Naam allerwegen op aarde.
Pr. Goede God, we vieren vandaag het 50-jarig bestaan van deze kerk.
Haar bestaan vieren wij, dit trefpunt van onze parochie. Blijf ons
allen nabij, vandaag en alle dagen die nog komen gaan, en wij zingen U
toe:
Acclamatie:
Heer, onze Heer,
hoe machtig is Uw Naam allerwegen op aarde.
Pr. Wij danken U, God, voor Jezus, Uw Zoon, mens bij uitstek. Liefde en
vrede, moed en vertrouwen. Jezus, zelf manna,
zelf brood geworden uit de hemel, omwille van ons allen,
omwille van vertrouwen en moed voor ieder van ons.
Want op de avond voor Zijn lijden heeft Hij het brood in Zijn handen
genomen, het gezegend en uitgedeeld met de woorden:
Neemt en eet hiervan jullie allen, want dit is mijn lichaam, dat voor
jullie gegeven wordt.
Ook de beker nam Hij toen in Zijn handen, zegende hem en liet hem
rondgaan met de woorden:
Neemt en drinkt hier allen uit, dit is de beker van het nieuwe,
altijddurende verbond, dit is mijn bloed dat voor jullie en voor alle
mensen wordt vergoten tot vergeving van de zonden. Blijft dit doen om
Mij te gedenken.
Acclamatie:
Heer, onze Heer,
hoe machtig is Uw Naam allerwegen op aarde.
Pr. Dank uit de grond van ons hart om Jezus, om dit brood uit de hemel.
Dank om de kracht, ons in dit brood en deze wijn gegeven.
Mogen wij gevoed door deze gaven als hoopvolle mensen door ons
landschap trekken. Daartoe willen wij graag bidden in de Geest van
Jezus, onze Broeder:
Al. Onze Vader . . . .
Pr. Verlos ons, Heer, van alle kwaad. Geef vrede in onze dagen. Dat
wij, gesteund door uw barmhartigheid, vrij mogen zijn van zonde en
beveiligd tegen alle onrust, hoopvol wachtend op de komst van Jezus,
Messias, Uw Zoon.
Al. Want van U is het koninkrijk, en de kracht en de heerlijkheid in
eeuwigheid. Amen.
Vredewens
Agnus Dei
Communie
Slottekst:
Geest van Pinksteren,
er gebeurt pas iets in de wereld
als een windvlaag van enthousiasme
de grauwe massa wakker schudt.
Zo is het ook gegaan
met de volgelingen van Jezus
die zich door de eeuwen heen
hebben ingezet voor rechtvaardigheid
en ze de fakkel van de hoop
hebben doorgegeven. Schakel ons in
in die lange rij van mensen
die willen leven in Uw geest.
Mededelingen en zegen
Slotlied: SAMEN OP WEG
Samen op weg, zoekend naar liefde,
naast ieder ander willen staan.
Want kan een mens, zonder die ander
vreugde en vriendschap ondergaan?
Zo moeten mensen zijn voor elkaar:
een steun, een toeverlaat,
die niet verloren gaat.
Samen op weg, zoekend naar kansen,
naar elke nieuwe moog'lijkheid,
om voor elkaar leven te scheppen,
ja, Heer, maak ons daartoe bereid.
Wil bij ons zijn van uur tot uur,
ons leiden elk moment,
dat men Uw kerk herkent.
Samen op weg, zoekend naar leven,
speurend naar licht en dageraad,
mensen vol hoop, sterk en gedreven,
zingend en blij en zonder haat,
niemand alleen en allen tezaam,
van harte, heel gewoon,
ook hier in Overloon.
(Alle aanwezigen kregen een lichtje mee naar huis)
Laten we licht zijn voor elkaar.
Het licht dat aanwezig is in je hart,
dat licht van vriendschap en verbondenheid,
van stille vreugde en dankbaarheid,
deel het met elkaar.
Als je jouw licht deelt met een ander,
zul je er zelf warm van worden in je hart
en zul je het nimmer koud hebben;
dan wordt voor jou alles ook lichter
en zul je nooit meer bang zijn in het donker.
Maar deel je licht vooral met hen
voor wie het donker en koud geworden is
door wat ze meemaken in hun leven.
Dat kan voor hen het verschil uitmaken
tussen dag en nacht. Door jou!