titel: Wij gaan door!
Vooraf te lezen: Vrijwilliger zijn…..Verwelkoming en inleiding
De werkgroep heeft deze viering de titel meegeven: Wij gaan door.
Ik denk dat die titel wel een beetje samenhangt
met de aanstaande reorganisatie van de parochies in ons bisdom.
De meesten worden er niet vrolijk van.
Dan is het goed om te zeggen: wij gaan door,
we gaan door in onze eigen geloofsgemeenschap,
ook al worden we een onderdeel van een mammoetparochie.
Ook in de toekomst hebben we hier in Overloon mensen nodig
die zich willen inzetten voor de geloofsgemeenschap,
in welke vorm ook, op welk terrein ook.
Maar om door te gaan heb je wel geloof nodig,
geloof dat het zin heeft je in te zetten voor de gemeenschap,
geloof dat het zaad dat gezaaid is toch vrucht kan dragen,
ook al zie je nu nog niet hoe en wat.
Wij gaan door, dat betreft op de eerste plaats de vrijwilligers en
vrijwilligsters,
gelukkig zijn er velen actief in onze parochie.
Vrijwilligers zijn toch bijzondere mensen, of zoals ook in het boekje
staat:
Onlangs stond er weer zo'n berichtje in de krant. Een zakenman,
die het erg goed ging, had alles verkocht en was naar een
derdewereld-land geëmigreerd om zich daar in te zetten voor kwetsbare
mensen. Waarom doet zo iemand dat? Om zijn leven meer zin te geven,
zoals hij zelf aangeeft. Maar wat geeft zo'n man wel niet allemaal op?
Jezus vond status en rijkdom ook minder belangrijk. Ook hij zette zich
in voor andere mensen,. Hij zei: ik verzeker u: als een graan-korrel
niet in de aarde valt en sterft, blijf hij slechts één graankorrel.
Maar als hij sterft, brengt hij veel vrucht voort.
Over zo'n graankorrel bestaat een heel oud verhaal.
Een graankorrel bleef na de oogst op het veld liggen. Tot er een mier
kwam. Ze zag de korrel, nam hem op haar rug en ging richting
mierennest. Maar het leek wel of de korrel steeds groter en zwaarder
werd.
Ze hijgde er van. 'Waarom leg je me niet neer?' vroeg de graankor-rel.
De mier antwoordde dat ze voedsel verzamelde voor de komen-de winter.
'Ik ben niet gemaakt om zomaar opgegeten de worden', sputterde de
graankorrel. 'Ik ben een zaadje en ik zit vol leven. Ik kan uitgroeien
tot een grote plant. Laten we een contract afsluiten.'
De mier was blij de korrel even neer te kunnen leggen. De graankor-rel
zei: 'als je me hier op de akker laat liggen,dan zal ik je honderd
graankorrels schenken.' De mier dacht diep na. Honderd korrels in
plaats van één? Dat zou een wonder zijn. Nieuwsgierig als ze was,vroeg
ze: 'Hoe kan dat dan?' 'Dat is nou het geheim van het leven,'
antwoordde de graankorrel. 'Graaf nu een kuiltje in de grond, begraaf
me daarin en kom over een jaar maar terug.'Er ging een jaar voorbij en
de mier kwam terug. De graankorrel had zich aan zijn woord gehouden.
Pas nu hebben de leerlingen in de gaten wat Jezus bedoelde met
Zijn beeldspraak over de graankorrel die eerst moest sterven voor hij
vrucht kon dragen.
De leerlingen zijn bij elkaar. Van hun verdriet is niets meer over.
Overal zie je blijde gezichten. 'Waar Jezus mee begonnen is, daar gaan
we meer verder.' Jezus heeft ons van alles voorgedaan en wij proberen
op dezelfde manier door te gaan.
Weet je nog: Op een avond liepen we met Jezus op een pad tussen de
akkers. Overal stond het koren erg hoog. Toen vroegen we aan Jezus wie
hij nou eigenlijk was.
We begrepen er niets van, wat Jezus zei. 'En weet jij dat nu wel
Petrus?''Wacht nou even,' roept Petrus. 'Dan leg ik het uit.
Jezus vertelde over het wonder van een graankorrel, weet je nog? Je
stopt hem in de grond en dan is hij weg. Je denkt dat hij dood is en
dat het niks meer wordt. 'Maar dan opeens zei Jezus, breekt de aarde
open en komt er een stengel te voorschijn: een korenaar. En al gauw
groeien er nieuwe graankorrels. Veel meer dan je ooit had durven dromen.
En daarna vertelde Jezus dat het met hem net zo zou gaan als met die
graankorrel. Hij zei: 'ik ben net als die graankorrel die een tijdje
helemaal weg is en waarvan je denkt dat hij dood is. Maar onverwacht
komt er een stengel te voorschijn, die groeit en groeit, en die je niet
kunt tegenhouden. En bovenaan die stengel groeit dan een prachtige
nieuwe korenaar'.
Wat Jezus toen zei, dat zie je nu gebeuren. We dachten dat alles was
afgelopen, maar dat is het niet. Wij gaan veder met wat Jezus gezaaid
heeft. Die ene graankorrel kan weer uitgroeien tot wel honderden
korrels. En dus, moeten we hier niet blijven zitten. Maar we moeten de
wereld in. Om van die ene graankorrel een heleboel graankorrels te
maken.
Het zaad dat vrucht draagt en nieuwe zaadjes produceert
is een prachtig beeld uit onze natuur.
Vandaag heb je een zaadje, volgend jaar heb je er tien,
over twee jaar heb je er honderd en over drie jaar duizend,
een prachtig symbool van groeien en bloeien.
Het klinkt zo eenvoudig, het gaat vanzelf, zo lijkt het.
Tussen één enkel zaadje en tien zaadjes,
daar zit nog wel wat tussen, daar moet wel het een en ander gebeuren.
We kennen ook de gelijkenis van Jezus over het zaad dat op de rots valt
en tussen de dorens en distels en daarom geen vrucht draagt.
We weten ook dat de bloemen bevrucht moeten worden
want anders komen er geen vruchtbare zaadjes.
Die bevruchting gebeurt hoofdzakelijk door de wind en door de bijen
en al die andere insecten die van bloem naar bloem gaan.
Zo heeft Jezus van Nazaret zijn zaad gezaaid en het is gegroeid en
heeft gebloeid over heel de wereld.
De bloesem werd bevrucht door de wind van de H. Geest
en door al die nijvere bijtjes die zich voedden aan Jezus´boodschap
en deze daardoor weer vruchtbaar maakten voor anderen.
Dat is een heel mooi beeld van de kerk van Jezus
hoe die gegroeid is en gebloeid heeft door de eeuwen heen.
Als we echter naar die kerk in onze tijd en in onze streken kijken,
dan zie je meteen dat die een beetje staat te verpieteren.
Er wordt nog wel wat gezaaid, maar de vruchtbaarheid laat vaak te
wensen over.
Ik denk dat dit voor een deel komt omdat het niet genoeg waait in de
kerk.
In de natuur is de wind toch ook een belangrijke factor bij de
bestuiving van de bloemen.
En als in de kerk de wind van de Geest te weinig kans krijgt om te
waaien
komt ook hier de bestuiving en het vruchtbaar maken in de knel.
Als in de kerk steeds weer gehamerd wordt op de regels,
van zo moet het en niet anders, dan krijgt de wind geen kans om te
waaien.
Dan krijg je een somber beeld van een kerk die leegloopt
omdat mensen er geen inspiratie meer in vinden.
Anderzijds moeten we ook niet te somber worden.
Ik zie nog een heleboel positieve dingen ook in de kerk van vandaag.
Ik zie overal groepen nijvere bijtjes die niet in de korf blijven
zitten
maar er opuitgaan om zich te voeden aan Jezus' boodschap.
Ik zie bijtjes en vlinders en vliegjes van allerlei soort, grote en
kleine,
die van bloem naar bloem vliegen, die voortdurend in beweging zijn,
op zoek naar de zin van het leven, naar de zin van Jezus' boodschap
en die daardoor ook anderen weer in beweging zetten.
En die mensen in beweging, ieder apart en allemaal samen, zorgen toch
voor vruchtbaarheid,
zorgen ervoor dat het zaad dat Jezus gezaaid heeft zich vermenigvuldigt
zodat het ook in de toekomst kan zorgen voor vruchtbaarheid.
Velen zijn somber gestemd omtrent de kerk van Jezus,
en deels is daar wel reden voor: de kerken worden steeds leger,
het aantal priesters wordt steeds kleiner, er moeten noodgedwongen
parochies bij elkaar gevoegd worden.
Maar de vruchtbaarheid van Jezus' kerk kun je niet afmeten aan het
aantal kerkbezoekers, dat is geen goede maatstaf.
De vruchtbaarheid van de kerk hangt niet af van de pastoor
of een parochie nog een eigen priester heeft of die delen moet met
anderen.
De vruchtbaarheid hangt op de eerste plaats af
van de vrijwilligers in de kerkgemeenschappen,
vrijwilligers die als nijvere bijtjes op verschillende terreinen in
beweging zijn
en die zich zorgen voor een levendige gemeenschap.
Om een vruchtbare geloofsgemeenschap te zijn hebben we elkaar nodig.
Ik wil besluiten met een tekst die ik deze week tegenkwam:
AI roept men nog zo hard dat geloof en geluk ieders persoonlijke zaak
is, toch blijft staan dat beide net zoals stilte en rust alleen maar
gezamenlijk waargemaakt kunnen worden. Een mens is zichzelf maar wordt
alleen zichzelf aan de hand van anderen en in samenspel met medemensen.
Daarom zijn parochie en kerk, partijen en clubs nodig.
De strekking van deze tekst is duidelijk.
En daarom zeggen we met zijn allen: we gaan door.
Ook al weten we nog niet wat ons boven het hoofd hangt
door de aanstaande reorganisatie van de parochies,
wij gaan door in onze eigen geloofsgemeenschap.
Laat ons bidden voor iedereen hier in de kerk, en daar buiten. Dat wij een graankorrel kunnen zijn voor elkaar en met elkaar. Laat ons zingen bidden.
Antifoon: Daar waar vriendschap is en vrede,
daar waar liefde is, daar woont God.
Laat ons bidden voor de zorgen die met ons meedragen, dat er mensen om ons heen blijven, die ze met ons mee helpen dragen. Laat ons zingend bidden.
Antifoon: Daar waar vriendschap is en vrede,
daar waar liefde is, daar woont God.
Laat ons bidden voor mensen die op weg zijn, ver weg en dichtbij. Voor mensen die op de vlucht zijn, verdwaald zijn. Dat wij in beweging komen voor deze mensen om ze een veilige plek te geven. Laat ons zingend bidden.
Antifoon: Daar waar vriendschap is en vrede,
daar waar liefde is, daar woont God.
Laat ons bidden voor al die mensen die leiding geven aan de kerk, dat ze het geloof als een goede herder aan allerlei gelovigen blijven doorgeven. Laat ons zingend bidden.
Antifoon: Daar waar vriendschap is en vrede,
daar waar liefde is, daar woont God.
Laat ons bidden voor alle vrijwilligers niet alleen in de kerk, maar ook daarbuiten, dat zij zich geraakt blijven voelen in alle goeds dat ze aan anderen doorgeven. Laat ons zingend bidden.
Antifoon: Daar waar vriendschap is en vrede,
daar waar liefde is, daar woont God.
Pr Wij danken U, heilige en sterke God. De wereld draagt U in uw hand en U waakt over al uw mensen. U brengt ons bijeen in deze gemeenschap om uw woord te horen en met een toegewijd geloof te treden in het spoor van Uw Zoon. Hij is de weg die leidt naar U. Hij is de waarheid; geen andere waarheid maakt ons vrij; Hij is het leven dat ons van vreugde vervult. Wij danken U voor de liefde die u ons toedraagt in Jezus Christus. Wij voegen onze stem bij het gezang van alle gelovigen van alle tijden en wij prijzen uw heerlijkheid met deze woorden.
Al. Heilig, heilig, heilig is de Heer, de God der hemelse machten.Pr. God, Schepper en Vader, U roept ons om op weg te gaan, samen
met elkaar, om te bouwen aan uw rijk op aarde. U geeft ons ogen om
elkaar te zien en een mond om met elkaar te praten.
U legt de liefde in ons hart om niet alleen al het goede met elkaar te
delen, maar ook al wat moeilijk is.
Er zijn vele wegen te gaan, ieder gaat zijn eigen weg, maar welke weg
we ook gaan, steeds opnieuw komen we mensen tegen. En uw rijk op aarde
is ons gezamenlijke einddoel.
Pr. God, wij bidden U, dat we mogen groeien in het besef,
dat wij samen onderweg zijn, dat wij er zijn voor elkaar.
Wij willen in liefde en trouw optrekken met elkaar, zoals Jezus ons dat
heeft voorgedaan, toen Hij in ons midden leefde.
Op de avond voor zijn dood heeft Hij ons een heilig teken van
verbondenheid gegeven. Hij nam toen brood, sprak de zegen en een
dankgebed; brak het brood en gaf het aan zijn leerlingen, terwijl Hij
zei: Neemt en eet hiervan, jullie allemaal, dit ben Ik, dit is mijn
lichaam dat voor jullie gegeven wordt.
Zo nam Hij na de maaltijd ook de beker, dankte U en gaf de beker aan
zijn leerlingen met de woorden:
Neemt deze beker en drinkt hier allemaal uit, want dit is de beker van
het nieuwe altijddurende verbond; dit ben Ik, dit is mijn bloed, dat
voor jullie en alle mensen wordt vergoten tot vergeving van de zonden.
Blijft dit doen om Mij te gedenken.
Zo vieren wij het verbond van God met de mensen.
Al. Als wij dan eten van dit brood en drinken uit deze beker,
verkondigen wij de dood des Heren totdat Hij komt.
Pr. Terwijl wij hier doen wat Jezus ons heeft opgedragen, vragen wij U, onze God en Vader, laat dit samenzijn ons helpen om voor elkaar te zijn, wat Hij is geweest voor zijn omgeving. Dat ook wij heel maken wat stuk gegaan is, toekomst bieden waar men geen toekomst meer ziet, een blijde boodschap brengen in woord en daad waar somberheid en ver-driet heersen.
Al. Dan zal uw rijk op aarde werkelijkheid wordenPr. Leer ons daarom in Jezus' naam zorg en aandacht te hebben voor al onze medemensen, hier en overal in deze wereld; dat ze een huis hebben om in te wonen en brood om te eten; dat ze niet eenzaam of verbitterd worden, maar menselijkheid en liefde mogen ervaren. Dan zal er vreugde heersen op heel de aarde, dan zullen allen U loven en dan-ken, omwille van Jezus, die ons op deze weg is voorgegaan.
Al. Door Hem en met Hem en in Hem zal Uw naam geprezen zijn. Heer onze God, almachtige Vader, in de eenheid van de heilige Geest, hier en nu en tot in eeuwigheid. Amen.
Vredewens
Lam Gods
Uitnodiging tot de communie
Communielied: EET VAN HET BROODSlotwoord, zegen en wegzending.