Viering op sacramentsdag
b.g.v. van de afsluiting van de Lourdesreis
op zondag 5 juni 2005

Openingslied: Waar je woont op deze wereld
    Waar je woont op deze wereld tussen bloemen of beton,
    elke dag is er nieuw leven, elke dag een nieuwe zon.
    Elke dag een nieuwe kans om opnieuw op weg te gaan
    en te zoeken naar het wonder, naar de God in ons bestaan.

    Waar je woont op deze wereld tussen bloemen of beton,
    tussen haat of tussen liefde, elke dag is er een zon.
    Elke dag een nieuwe kans het woord van Christus te verstaan
    door de ogen van de ander kijkt de Heer ons steeds weer aan.

    Waar je woont op deze wereld tussen bloemen of beton,
    tussen twijfel tussen hoop, elke dag is er een zon.
    Elke dag een nieuwe kans samen weer op weg te gaan
    samenwerken in zijn liefde, samenwerken in zijn naam.

Verwelkoming en inleiding

Schuldbelijdenis:
    Al. Ik belijd voor de almachtige God, en voor u allen,
    dat ik gezondigd heb in woord en gedachte,
    in doen en laten, door mijn schuld, door mijn schuld,
    door mijn grote schuld.
    Daarom smeek ik de heilige Maria,
    altijd maagd alle engelen en heiligen
    en u, broeders en zusters voor mij te bidden tot de Heer, onze God.

    Pr. Moge de almachtige God zich over ons ontfermen,
    onze zonden vergeven en ons geleiden tot het eeuwig leven. Amen.
Kyrie:
    Heer, ontferm u over ons. Heer, ontferm u over ons
    Christus, ontferm u over ons. Christus, ontferm u over ons.
    Heer, ontferm u over ons. Heer, ontferm u over ons.
Gloria:
    Eer aan God in den hoge,
    en vrede op aarde aan de mensen die Hij liefheeft
    Wij loven U.
    Wij prijzen en aanbidden U.
    Wij verheerlijken U en zeggen U dank voor uw grote heerlijkheid.
    Heer God, hemelse Koning, God, almachtige Vader
    Heer, eniggeboren Zoon, Jezus Christus
    Heer God, Lam Gods, Zoon van de Vader
    Gij die wegneemt de zonden der wereld, ontferm U over ons
    Gij die wegneemt de zonde der wereld, aanvaard ons gebed
    Gij die zit aan de rechterhand van de Vader, ontferm U over ons
    Want Gij alleen zijt de Heilige
    Gij alleen de Heer.
    Gij alleen de Allerhoogste: Jezus Christus
    met de heilige Geest in de heerlijkheid van God de Vader, Amen.
Lied: Wees gegroet Maria (mel. Wees gegroet, o Sterre)
    Wees gegroet Maria, vrouwe vol genade,
    Trouwe dienstmaagd van de Heer,
    Hij zag teder op u neer.
    Wees gegroet, wees gegroet, Maria.

    Moeder, hoog verheven, zorg hebt U gegeven
    Aan uw Kind, de Zoon van God,
    Liefde was zijn hoofdgebod.
    Wees gegroet, wees gegroet, Maria.

    Rijk door God gezegend, liefdevol bejegend,
    Staande voor Zijn aangezicht,
    Schenk ook ons uw zorg en licht.
    Wees gegroet, wees gegroet, Maria.
Tekst: Bedankt, Maria,
    Bedankt, Maria, dat je 'ja' hebt gezegd
    terwijl je voelde dat er veel van je gevraagd werd.
    Bedankt, Maria, dat je 'ja' hebt gezegd
    en je zo tot dienstmeisje hebt willen maken van God.
    Bedankt, Maria, dat je 'ja' hebt gezegd
    en zo hebt gekozen voor Gods bedoelingen.
    Wij vragen je: help ons ook 'ja' te zeggen,
    want jouw verhaal is ook ons verhaal,
    omdat ook wij in het kleine leven van elke dag
    Gods bedoelingen mogen en moeten waar maken,
    in de naam van uw kind Jezus.
Zegening van de Lourdeskaars:
    Heer van alle leven en van alle hoop,
    laat uw zegen rusten op deze kaars,
    deze herinnering aan Lourdes,
    dit symbool van de saamhorigheid
    tussen zieken en gezonden, tussen jong en oud,
    zo kenmerkend voor Lourdes.
    Moge deze kaars ons herinneren aan de dienstbaarheid van Maria,
    en ons oproepen om ons dienstbaar te maken aan anderen.
    Moge deze kaars zegen brengen aan alle Lourdesgangers,
    zegen brengen aan de Overloonse bedevaartgroep.
    Heer, zegen deze kaars,
    in de naam van de Vader en de Zoon en de heilige Geest. Amen
Lied: Magnificat
    Zegen nu Maria, zegen nu Uw kind
    dat ik hier de vrede, ginds de hemel vind:
    zegen al mijn danken, zegen al mijn werk.
    houd mij door Uw zegen altijd altijd sterk.

      refrein
      Magnificat anima mea dominum
      Magnificat anima mea dominum

    Zegen nu Maria, allen die ik min
    door uw moederzegen, houd ze vroom van zin
    Spreid uw moederhanden, geef hen kracht naar kruis.
    Zegen alle harten, zegen ieder huis. Refrein

    Zegen ons Maria, als wij sterven gaan.
    zegen ons bij 'teinde van ons aards bestaan.
    Uwe hand Maria, sluit ons d'ogen dicht,
    als wij eenmaal opgaan naar Gods Glorie. Refrein
Eerste lezing: Handen vol zegen
    Kijk eens naar je handen.
    Je eigen handen. Ze zijn met je meegegroeid.
    Kostbare handen.
    Werkhanden.
    Brood op tafel.
    Een bewoonbare wereld.
    Maar ook handen,teder en lief,
    zorgend en verzorgend.
    Handen die troosten.
    Handen tastend in het donker,
    nat van tranen.
    Handen vol spijt om het kwaad wat ze deden.
    Een gebalde vuist.
    Revanche.
    Of ook:ik worstel me er door heen.
    Door het verdriet heen, door de pijn heen.
    Dan weer gaan ze open:
    Overgave
    God ik wil het dragen
    Biddende handen
    Handen van jou,
    maar ook handen van God,
    aan jou gegeven,aan jou toevertrouwd.
    Mensen toevertrouwd aan jouw handen,
    aan jouw biddende handen, aan jouw gebed voor hen.
    Zo waren de handen van je vader, moeder en van Jezus,
    Lief, helpend, troostend en biddend.
    Handen vol zegen. VREDE
Lied: Handen heb je om te geven
    Handen heb je om te geven, van je eigen overvloed
    en een hart om te vergeven, wat een ander jou misdoet.

      refrein:
      Open uw oren om te horen
      Open uw hart voor alleman.

    Ogen heb je om te zoeken, naar wat mensen nog ontbreekt
    en een hart om uit te zeggen, wat een ander moed inspreekt. Refrein

    Schouders heb je om te dragen, zorg en pijn van alleman
    en een hart om te aanvaarden, wat een ander beter kan. Refrein
    Voeten heb je om te lopen, naar de mens die eenzaam is
    en een hart om waar te maken, dat geen mens een eiland is. Refrein

    Oren heb je om te horen, naar de mens die vrede is
    en een hart om te geloven, in zijn God die liefde is. Refrein
Evangelie volgens Johannes 6, 51-58
    Ik ben het brood dat leven geeft. Uw voorouders hebben in de woestijn manna gegeten en toch zijn zij gestorven. Maar dit is het brood dat uit de hemel is neergedaald; wie dit eet sterft niet. Ik ben het levende brood dat uit de hemel is neergedaald; wanneer iemand dit brood eet zal hij eeuwig leven. En het brood dat ik zal geven voor het leven van de wereld, is mijn lichaam.'
    Nu begonnen de Joden heftig met elkaar te discussiëren: 'Hoe kan die man ons zijn lichaam te eten geven!' Daarop zei Jezus: 'Waarachtig, ik verzeker u: als u het lichaam van de Mensenzoon niet eet en zijn bloed niet drinkt, hebt u geen leven in u. Wie mijn lichaam eet en mijn bloed drinkt, heeft eeuwig leven en hem zal ik op de laatste dag uit de dood opwekken.
    Mijn lichaam is het ware voedsel en mijn bloed is de ware drank. Wie mijn lichaam eet en mijn bloed drinkt, blijft in mij en ik blijf in hem. De levende Vader heeft mij gezonden, en ik leef door de Vader; zo zal wie mij eet, leven door mij.
    Dit is het brood dat uit de hemel is neergedaald. Het is niet het brood dat uw voorouders aten; zij zijn gestorven, maar wie dit brood eet zal eeuwig leven.'
    Dit alles zei hij in de synagoge van Kafarnaüm toen hij daar onderricht gaf.
Acclamatie:
    Gelukkig die het woord hoort en beleeft.
    Gelukkig is die mens, Heer Jezus, wij danken U.
Overweging:
    Een aantal van de Lourdesreizigers heeft op de laatste zondag de musical "de ontmoeting" gezien. Ik heb er alleen maar heel enthousiaste geluiden van gehoord. Er was een lied bij met de titel: Monument. Het eerste couplet ging als volgt:
    Richt geen monument op voor de dood.
    Richt een monument op voor het leven.
    Ook al was het maar even,
    ook al was het niet zo groot.
    Richt geen monument op voor de dood.
    Een monument is een gedenkteken, een beeld, uitbeelding van iets in steen of ijzer of ander materiaal. Bij een gedenkteken voor de dood denken we al gauw aan de steen of kruis op het graf. Maar een gedenkteken kan ook een handeling zijn die iets uitbeeld, die bepaalde herinneringen oproept.
    Jezus heeft ons ook een gedenkteken van zijn dood nagelaten. Het kruis kun je zien als zo'n monument, maar ik denk aan een veel voornamer gedenkteken, namelijk de eucharistie:in die handeling gedenken wij zijn dood maar de eucharistie is veel meer dan dat.
    Eucharistie is samen vieren, samen luisteren naar Jezus' boodschap, samen het brood en wijn breken en delen als herinnering aan zijn dood maar nog veel meer als herinnering aan zijn leven hoe hij zich gaf voor de medemens, hoe hij hart had voor iedereen. Daarom is de eucharistie op de eerste plaats een monument voor het leven, een gedenkteken dat mensen samen vieren om zijn leven centraal te stellen.
    Vandaag vieren we sacramentsdag, een beetje een verwarrend woord. Als we in het verleden spraken over het H. Sacrament dachten we op de eerste plaats aan de heilige hostie, zoals die bijvoorbeeld uitgesteld wordt bij het lof. Die heilige hostie verdient natuurlijk alle eerbied, maar het wezen van het sacrament ligt in heel die handeling van breken en delen in heel de viering waarin we Jezus' leven gedenken niet alleen als puur terugdenken aan iemand in het verre verleden maar ook om hier en nu door Hem geïnspireerd te worden om daadwerkelijk te doen wat Hij ons heeft voorgehouden en voorgeleefd.
    Dan alleen is de eucharistie een monument van het leven. een monument dat vraagt om toepassing in het concrete leven. En dat precies heb ik gezien in Lourdes. Dan denk ik niet zozeer aan de talloze eucharistievieringen die er plaatsvonden in allerlei talen, bij de grot en in allerlei kerken. Ik weet niet hoeveel eucharistievieringen er elke dag in Lourdes plaats vinden, maar ik denk tientallen.
    Maar het monument voor het leven heb ik gezien in al die mensen die daar in de weer waren voor zieken en invaliden, in al die mensen, het merendeel jongeren, die rolstoelen aan het duwen waren of wagentjes van de ene plek naar de andere brachten. Het monument voor het leven heb ik gezien gewoon in de aandacht die mensen hebben voor elkaar, voor zieken en gezonden.
    De eerste lezing van deze viering ging over handen, handen die kwaad kunnen doen maar ook heel veel goed handen die lief, helpend, troostend en biddend kunnen zijn. En daarna hebben we gezongen handen heb je om te geven en een hart om lief te hebben.
    Daar ligt het monument voor het leven. In al die mensen die hart hebben voor de zieke en eenzame medemens, in al die mensen die de handen uit de mouwen steken daar komt Jezus' boodschap tot leven, daar leeft de geloofsgemeenschap van zijn volgelingen.
    Dat monument is geen kant en klaar beeld, iets waar je naar kijken kunt. Dat monument daagt je uit om in beweging te komen, met hart en handen, aan dat gedenkteken moeten we samen aan bouwen, in ons gewone leven van alle dag.
    Dat is het wezen van het sacrament van de eucharistie, dat is voor mij de voornaamste boodschap van Lourdes.
Geloofsbelijdenis:
    Vg. Ik geloof in God, die liefde is
    en de aarde heeft toevertrouwd aan alle mensen.

    Al. Ik geloof in Jezus Christus die gekomen is
    om ons de weg te wijzen naar het Rijk van God,
    waarin Gods bedoelingen waar gemaakt worden.

    Vg. Ik geloof in de Geest van God
    die werkt in en door allen
    die zich toekeren naar de waarheid
    en de boodschap van het evangelie beamen.

    Al. Ik geloof in de gemeenschap van gelovigen
    die geroepen is tot dienst aan alle mensen.

    Vg. Ik geloof in de belofte van God
    dat Hij uiteindelijk zal vernietigen
    de macht van de zonde in ons allen.

    Al. Ik geloof dat in Zijn naam en in Zijn kracht
    het rijk van gerechtigheid en vrede
    werkelijkheid kan worden voor de hele mensheid. Amen
Voorbeden

Collecte:

Offerandelied: Ik bied U dit brood
    Ik bied U dit brood, 't is als gave niet groot,
    neem mijzelf, neem mijn hart, mijn verstand,
    want in wijn en in brood kom ik los van de dood,
    reikt de hemel de aarde de hand.
    Heer, Heer, neem het aan,
    neem mijzelf, neem mijn hart, mijn verstand,
    want in wijn en in brood kom ik los van de dood,
    reikt de hemel de aarde de hand.

    Ik bied U de wijn, die een teken moet zijn
    van een nieuw en een eeuwig verbond:
    waarin Gij hebt hersteld wat door zondig geweld
    ook in mij door het kwaad werd gewond.
    Heer, Heer, neem het aan,
    neem mijzelf, neem mijn hart, mijn verstand,
    want in wijn en in brood kom ik los van de dood,
    reikt de hemel de aarde de hand.
Tafelgebed:
    Pr. De Heer zal bij u zijn.
    Al. De Heer zal u bewaren
    Pr. Verheft uw hart
    Al. Wij zijn met ons hart bij de Heer.
    Pr. Brengen wij dank aan de Heer, onze God.
    Al. Hij is onze dankbaarheid waardig.

    Pr. Wij danken U, barmhartige Vader, getrouwe God, omwille van Jezus, uw Zoon, onze Heer en broeder. Armen en zieken, zondaars en wie uitgestoten waren heeft Hij van harte liefgehad; deelgenoot was Hij in alle menselijke nood. De boodschap van zijn leven heeft ons doen verstaan dat U begaan bent met uw mensen, en vriendelijke zorg voor hen draagt, zoals een vader voor zijn kinderen doet. Daarom loven en prijzen U de hemel en de aarde en verkondigen wij uw goedheid en uw trouw. Met de engelen en heiligen heffen wij de lofzang aan voor uw grote heerlijkheid:

    Al. Heilig, heilig, heilig, de Heer, de God der hemelse machten.
    Vol zijn hemel en aarde van uw heerlijkheid.
    Hosanna in den hoge.
    Gezegend Hij die komt in de naam des Heren.
    Hosanna in den hoge.

    Pr. Heer, onze God, Gij zijt heilig en goed, en zo bekend met ons, dat onze namen staan geschreven in uw hand. Geen mens zult Gij vergeten dankzij Jezus Christus, uw Zoon, die Gij hebt voortgebracht, en uitgezonden hebt om tranen te drogen van mensen die geslagen zijn, om het hart te helen van mensen die gebroken zijn, om brood te worden voor vandaag, en de vrede zelf te zijn.

    Al. Wij danken U, dat Hij ons ruimte geeft, en vrijheid schept.
    Wij danken U, dat Hij de naam geworden is voor heel ons leven, ten einde toe.

    Pr. Heilig deze gaven met de dauw van uw heilige Geest; dat zij voor ons worden tot Lichaam en Bloed van Jezus Christus, onze Heer.
    Want in de nacht dat Hij zijn leven gaf, nam Hij brood in zijn handen. Hij zegende U, Hij brak het, en gaf het aan zijn leerlingen, met de woorden: "Neemt en eet hiervan, jullie allemaal, want dit is mijn Lichaam, dat voor u gegeven wordt."
    Ook nam Hij de beker, zegende U weer, en gaf hem aan zijn leerlingen, met de woorden: "Neemt deze beker, en drinkt hier allemaal uit, want dit is de beker van het nieuwe, altijddurende verbond; dit is mijn Bloed, dat voor jullie en alle mensen wordt vergoten tot vergeving van de zonden.
    Blijft dit doen om Mij te gedenken".
    Verkondigen wij het mysterie van het geloof.

    Al. Als wij dan eten van dit brood, en drinken uit deze beker,
    verkondigen wij de dood des Heren totdat Hij komt.

    Pr. Heer, onze God, zo gedenken wij Hem die weet wat lijden is, en die de dood heeft gezien, die Gij hebt opgewekt, en naam gegeven hebt hoog boven alle namen. Jezus, de Heer is Hij, die is en blijven zal - uw rechterhand - , en tot Hij komt verkondigen wij Hem door deze levensbeker, en door dit brood dat wordt gedeeld.

    Al. Wij bidden U: zend dan Uw Geest in ons, die over deze wereld gaat,
    en maak ons tot een volk dat recht doet om gerechtigheid.

    Pr. Maak leven en welzijn toch groter en sterker dan oorlog en dood; en laat ons mensen zijn die woningen bouwen voor uw stad van vrede; breek het geweld in ons, en breng ons thuis bij U uit kracht van Hem, de mensenzoon, hier in ons midden. Bevestig uw kerk, die in ballingschap is, en maak haar één in liefde en geloof, tezamen met onze paus en met alle bisschoppen. Samen met Maria, altijd maagd, de moeder van de Heer, met apostelen, martelaren, en met al uw heiligen vragen wij om uw barmhartigheid voor levenden en doden, erkennen wij uw grootheid, en brengen wij U onze dank.

    Al. Door Hem, en met Hem, en in Hem zal uw naam geprezen zijn, Heer, onze God, almachtige Vader, in de eenheid van de heilige Geest, hier en nu, en tot in eeuwigheid. Amen.

    Pr. Laten wij bidden tot God onze Vader met de woorden die Jezus ons gegeven heeft.

    Al. Onze Vader, die in de hemel zijt
    Uw naam worde geheiligd, uw rijk kome,
    uw wil geschiede, op aarde zoals in de hemel
    Geef ons heden ons dagelijks brood
    en vergeef ons onze schuld,
    zoals ook wij aan anderen hun schuld vergeven
    En leidt ons niet in bekoring,
    maar verlos ons van het kwade.

    Pr. Verlos ons, Heer, van alle kwaad, geef vrede in onze dagen. Dat wij, gesteund door uw barmhartigheid, vrij mogen zijn van zonde en beveiligd tegen alle onrust hoopvol, wachtend op de komst van Jezus, Messias, uw Zoon.

    Al. Want van U is het koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid in eeuwigheid. Amen.

    Pr. Heer Jezus Christus, Gij hebt aan uw apostelen gezegd: "Vrede laat Ik u, mijn vrede geef Ik u", Let niet op onze zonden, maar op het geloof van uw kerk; vervul uw belofte. Geef vrede in uw naam en maak ons één. Gij die leeft in eeuwigheid.
    Al. Amen.

    Pr. De vrede des Heren zij altijd met u
    Al. En met uw geest.

    Al. Lam Gods, dat wegneemt de zonder der wereld,
    ontferm U over ons.
    Lam Gods, dat wegneemt de zonder der wereld,
    ontferm U over ons.
    Lam Gods, dat wegneemt de zonder der wereld, geef ons de vrede.

    Al. Heer, ik ben niet waardig dat Gij tot mij komt
    maar spreek en ik zal gezond worden.
Communie

Lied: Ave Maria

Slottekst: Het lied van Bernadette
    Ik zing het lied van Bernadette
    Eenvoudig meisje uit de streek
    Die doelbewust haar zin doorzette
    Niets dat haar nog kon beletten
    Die simpelweg voor niemand week.

    Ik zie het beeld van Bernadette
    Geknield bij het water uit de bron
    Hoe ze daarmee de wonden bette
    En daarmee bergen verzette
    En hoe het allemaal begon.

    Ik hoor de stem van Bernadette
    En hoe ze haar verhaal vertelt
    Ik wil op elk woord gaan letten
    Ik ben een visser met haar netten
    De herder die zijn schapen telt

    Ik zie de lach van Bernadette
    En hoe ze troost brengt aan ons al
    't Geluk kent eigenlijk geen wetten
    Zij is de Lauden en de Metten
    Zij is een ster in ons heelal
Slotlied: Te Lourdes op de bergen
    Te Lourd' op de bergen verscheen in een grot,
    vol glans en vol luister de Moeder van God.
    Ave, ave, ave Maria! Ave, ave, ave Maria!

    Zij riep Bernadette, een nederig kind,
    "Wie zijt Gij" vroeg 't meisje, "die u daar bevindt?"
    Ave, ave, ave Maria! Ave, ave, ave Maria!

    "Ik ben de onbevlekte en zuivere maagd;
    gans vrij van de zonde heb ik God behaagd."
    Ave, ave, ave Maria! Ave,ave, ave Maria!

    Toen deed zij ontspringen een heldere fontein,
    met helende waat'ren, als waar medicijn.
    Ave, ave, ave Maria! Ave, ave, ave Maria!

    De talen der volkeren verheffen haar naam,
    Zij smelten in 't ave Maria tesaam:
    Ave, ave, ave Maria! Ave, ave, ave Maria!

    Aanvaard dan de hulde, o Moeder zo goed
    de huld' uwer kinderen, aanhoor onze groet:
    Ave, ave, ave Maria! Ave, ave, ave Maria!