Bidden
Bidden
Bidden is mij niet gegeven
als ik mensen zie die zonder werk
hun jonge leven moeten slijten
en het stille verwijt verduren
van liever lui dan moe.
Het vloekt in mij als ik daaraan denk.
Laat dan mijn vloeken maar mijn bidden zijn.
Bidden is mij niet gegeven
als ik kinderen zie verkracht
tot werken voor een hongerloon.
Het huilt in mij als ik daaraan denk.
Laat dan mijn huilen maar mijn bidden zijn.
Bidden is mij gegeven
als ik vloeken mag
als ik huilen kan
als ik breken leer
om zoveel onrecht, zoveel leed.
En als ik met liefde doe en met plezier
wat mij te doen staat:
niet meer en niet minder.
Bidden na De Bilt
Zoals vogels
zingen in de lente,
zwijgen in de winter;
bloemen open gaan
in de morgen
en zich sluiten
in de avond
zoals het licht wordt
in de ochtend
en donker in de nacht
zo zou ik
al mijn tijd met U
op en af moeten gaan.
Zoals de haan
de zon toekraait,
de leeuwerik
naar de hemel bidt
zoals de nachtegaal
de dag uitluidt
zo zou ik met U
mijn tijd moeten heiligen.
Zoals de kunstenaar zich verliest in zijn werk,
een kind opgaat in het spel
zoals het zaad vrucht wordt
zo bid ik, God,
mag mijn tijd verglijden
in Uw eeuwigheid.
Van u wil ik spreken
Van U wil ik spreken, God,
uw naam bezingen,
eeuwig duurt uw trouw.
Kom Gij ons tegemoet
Kom Gij ons tegemoet,
wek ons opnieuw tot leven
die ons weer leven doet,
Uw naam aan ons gegeven.
Zie uit uw hemel neer,
laat ons uw stem toch horen
wees Gij voor ons de Heer
dat wij U toebehoren.
Kom levend aan het licht,
breng ons opnieuw tezamen;
geef ons een nieuw gezicht
dat wij uw woord beamen.
Laat ons uw hart verstaan
en richt dan onze schreden,
dat wij uw weg opgaan
en leven in uw vrede.
Kom God van eeuwigheid
naar allen die U zoeken,
die leven in de tijd
en blijvend om U roepen.
Laat dan uw eigen Geest
in onze harten wonen,
zoals Gij zijt geweest
voor Israël, uw zonen.
K. Pannekoek en P. Bruggeman
Bij alles
Bij alle haast, dagelijks geboden,
bij alle spoed, die steeds weer moet -
jezelf blijven, aan jezelf toekomen.
Bidden.
Bij alle zucht naar kunnen en kennen,
bij alle lof voor hoge score, topprestatie -
vrede hebben met jezelf,
wat ook geworden, hoe ook gevaren.
Bidden.
Bij alle drang naar hebben en halen,
naar hogerop, meer en meer -
luisteren naar hart en adem,
het leven om niet gegeven
en van wie en wat het spreekt.
Bidden is goed
Voor wie het volhoudt om te zoeken naar de stilte,
gaat het Leven spreken.
Wie het licht wil vinden, zal zien wat verborgen is.
Wie benieuwd blijft naar hoe alles komt en gaat,
naar groei en verval, naar oorsprong en einde,
die zal meemaken dat het leven zijn geheimen prijsgeeft.
Voor wie ondanks alles in vertrouwen leeft,
in weer en wind zich geborgen weet,
komt Gij,. God, helder in zicht
en opent U voor ons tijd en eeuwigheid.
Bidden
Bidden is praten met God
horen wij maar al te vaak;
maar o, wat moet ik veel goeds missen,
als ik van het bidden alleen praten maak.
Bidden is veel meer dan praten,
het is ook een stil zijn bij de Heer;
waarbij we onze gedachten op Hem richten
om Hem te kennen meer en meer.
Bidden is niet slechts praten,
want dan is God geen sprekend persoon;
die in de simpelste dingen Zich kan openbaren
zonder visioenen of groot vertoon.
Bidden is ook veel luisteren
zodat je Zijn stem leert verstaan;
het is ook een mediteren over Zijn woord,
zodat je in Geest en Waarheid je weg kunt gaan.
Luister stil naar Gods gedachten
vraag bij alles: " Wat wilt U dat ik doe?"
Zodat je geen overbodige dingen onderneemt
want dan wordt je nodeloos moe.
Want een knecht die niet luisteren kan,
zal nooit goed voor zijn baas kunnen werken;
daarom, neem al Zijn woorden goed in acht,
en dan kan god veel door je bewerken!
Ik zoek U
Ik zoek U in den blinde
en tast de hemel af.
De lucht blijft leeg. Ik wacht
totdat Gij mij zult vinden
in dit verlaten land.
Ik zie U in de verte.
Gij komt steeds naderbij,
machtige majesteit.
Uw schaduw overdekt me
met troost en tederheid.
Gij, verre en nabije,
ik voel uw zachte bries
als Gij mij zoekt en ziet.
Gij aan de hemel, wijs me
uw hoopvol nieuw verschiet.
Draag mij op uw vleugels
de vrijheid tegemoet
Wij roepen tot God
Wij roepen tot God: ons leven verloopt!
Uw scheppingslicht wordt hier langzaam gedoofd.
Als ons zienderogen geen toekomst meer wacht,
wat rest er voor later nog anders dan nacht?
Hebt Gij niet vanouds uw grenzen gesteld
aan chaos en dood, aan wapengeweld?
Gij kiest voor ons leven en deelt onze zorg.
Gij staat voor de aarde met uw liefde borg.
Wij roepen om moed, om daadkracht die telt,
die weet van protest, die alle geweld
ontwapent met liefde, met hoop en geloof.
Zo hebt Gij de toekomst aan mensen beloofd.
Wij bidden voor hen die vóór moeten gaan:
dat waarheid alleen voor alles zal gaan.
Aan ieder die recht doet, alwie vrede sticht,
verpandt Gij uw hart en hen toont G'uw gezicht.
Gij die ons begin vanouds zijt geweest,
verhoor ons gebed en adem uw Geest
in allen die zoeken naar vrede en recht.
Houd ons aan het woord dat Gij hebt toegezegd!
Samen bidden
Samen bidden dan hoor je elkander tenminste,
want wie in het donker heelal is op horen bedacht?
De bomen misschien, de wolken misschien en de winden,
de sterren daar achter en achter de sterren de nacht,
en verder is nergens een oor of een antwoord te vinden.
Heelal het is maar een woord om de hemel te binden
aan ons en de aarde. Heelal is het maar een woord
voor de ruimte rondom waarin wij verdwalen als blinden
en voor de muziek van de sferen die nooit werd gehoord.
Het is alleen maar het duister van de beminden,
het niets dan een lege onmetelijke nacht en wij midden
erin en dicht bij elkaar samen kussen, fluisteren, bidden.
Blijven bidden
Een concertpianist zei:
'Wanneer ik één dag niet studeer, merk ik het.
Wanneer ik twee dagen niet studeer,
dan merken mijn vrienden het.
Wanneer ik drie dagen niet studeer,
dan merkt het publiek het.'
Voor mij geldt dat ook voor bidden:
Wanneer ik één dag niet bid, merkt God het.
Wanneer ik twee dagen niet bid, bespeur ik het in mezelf.
Wanneer ik drie dagen niet bid, merkt mijn omgeving het.
Biddend klim ik
Biddend klim ik op de heuvel,
zie ik welke wegen gaan,
door de wereld van mijn denken
van U af en op u aan.
Laat mij biddend woorden vinden,
voor wat in mijn denken woelt.
Laat mij stilaan dichter komen
tot zoals U mij bedoelt.
Biddend durf ik wel te leven,
want dan loop ik aan Uw hand,
vind ik houvast in vertrouwen,
wegen naar het nieuwe land.
Biddend tot bewustzijn komen,
dat God altijd om ons is,
dat Hij is in onze dromen
ons bezit en ons gemis.
Joke Verweerd
Uit: Houvast
God onze Vader
Mijn God, ik hoef niet naar de hemel te klimmen
om met U te spreken
en bij U mijn vreugde te vinden.
Ik moet mijn stem niet verheffen om met U te praten.
Al fluister ik heel zacht, U hoort mij reeds,
want U bent ik mij, ik draag U in mijn hart.
Om U te zoeken heb ik geen vleugels nodig,
ik heb me enkel stil te houden, in mezelf te kijken,
me niet verwijderen van een zo hoge Gast.
Als bij mijn broeder, mijn beste vriend,
mag ik bij U vertoeven, U zeggen wat me kwelt,
U vragen mij te helpen:
ik weet dat U mijn God en Vader bent en ik uw kind.
God.
God, als er iemand is,
die zou kunnen overweldigen,
die zou kunnen overmeesteren
en naar zijn hand zetten
moet Gij dat zijn.
Maar Gij doet het niet.
Gij weigert er te zijn als geweldenaar,
als dwingeland, als onderdrukker.
Gij laat maar geschieden
een langzaam-aan komen.
Gij hebt geduld.
Gij zijt niet in de storm
niet in de aardschokken.
Gij spreekt niet met 'vuur uit de hemel'.
Wel zijt Gij in de zachte bries,
waarin de mens zich veilig voelt
en bij zichzelf kan komen.
o Gij die anders zijt
dan wij vanuit ons mens-zijn
kunnen verwachten...
Jos van de Schoor, (Woorden met God, Patmos)
God vol vergeven
God vol vergeven, wees ons genadig:
zie hoe wij leven ver van uw licht.
God vol mededogen, zie hoe wij dwalen,
houd onze ogen op U gericht.
Wij zijn vergeten op wie wij lijken,
naar wie wij heten sinds onze doop.
Wij zijn verloren wat wij bezaten
sinds wij herboren leefden van hoop.
U, onze morgen, houd U niet langer
voor ons verborgen, keer bij ons weer.
Wees in ons midden met uw genaden:
leer ons weer bidden tot U als Heer
Michel van der Plas, De kleine bundel Gooi & Sticht
Even alleen met God
Ik trek mijn schoenen uit - mijn ambities,
doe mijn horloge af, - mijn planning,
zet mijn bril af, - mijn visies,
leg mijn pen weg, - mijn werk,
leg mijn sleutels neer, - mijn zekerheid,
om alleen te zijn met Jou, de enig ware God.
Nadat ik met Jou ben samen geweest
trek ik mijn schoenen aan ,om te gaan in Jouw spoor,
doe ik mijn horloge om, om te leven in Jouw tijd,
zet ik mijn bril op, om te kijken naar Jouw wereld,
steek ik mijn pen bij me, om Jouw gedachten op te schrijven,
pak ik mijn sleutels op, om Jouw deuren te openen.
Almachtig? Allemachtig!
'Almachtige God' bijna al jullie gebeden beginnen ermee.
mijn oren tuiten ervan en mijn afkeer groeit
als ik hoor hoe graag jullie willen dat ik alles kan:
stormen bedaren, branden blussen, banen bezorgen,
zieken genezen, vijanden doden.
Kom nou
ik ben niet almachtig, ik wil dat niet zijn.
Jullie begrijpen niets van mijn wezen als jullie mij almachtig noemen.
Het zegt veel van jullie wezen:
moet ik zijn waarvan jullie dromen?
moet ik heerser van hemel en aarde zijn omdat jullie zo graag ...
Een almachtige God is wel zo gemakkelijk voor jullie:
jullie schuld wordt mijn schuld, jullie ontrouw de mijne.
Een almachtige God:
een vrijbrief voor jullie drang naar macht een excuus voor oorlog
voor onderdrukking, voor onverdraagzaamheid, voor grenzeloosheid.
Een almachtige God: het voorbeeld voor een almachtige mens
Om die te voorkomen gaf ik mijn macht prijs
en deel haar met jullie.
ik perkte mijn vrijheid in toen ik jullie vrijheid gaf.
ik stelde grenzen aan mijn macht, ik perkte mijn vrijheid in
opdat jullie macht zouden houden over jullie macht,
grenzen zouden stellen aan jullie vrijheid.
Blij zal ik opkijken als jullie mij noemen:
Gij, die macht uit handen durft geven
Gij, die afhankelijk durft zijn en beperkt ..
Onvermoeibaar licht
Uw licht laat mij mijn schaduwen zien,
maar ik schrik of schaam mij niet.
Ik knik, koester mij opgelucht in uw gloed,
haal diep adem. Alles staat te kijk.
De kamer loopt vol met helderheid.
Uit alle hoeken wuift de morgen mij toe.
Ik durf opnieuw te hurken,
streel met mijn vingers de harde vloer.
Waarom raakt u nóg niet moe van mij?
Zo vaak eerder hebt u mij met licht doorstroomd.
Telkens gleed het uit mij weg.
Ik dorst u niets meet te beloven.
Nu komt uw licht wéér over mij.
Het klimt tegen mij op
zoals een kind dat spelen wil,
weerloos jong, brutaal.
Uw licht zit lachend op mijn schouders.
Onze Vader
Zeg niet vader,
als je geen kind kunt zijn.
Zeg niet onze,
als je slechts aan jezelf denkt.
Zeg niet hemelen,
als je slechts aardse zaken verlangt.
Zeg niet uw naam worde geheiligd,
als je voortdurend je eigen eer zoekt.
Zeg niet uw rijk kome,
als je hoopt er zelf beter van te worden.
Zeg niet uw wil geschiede,
als je geen tegenslag kunt dragen.
Bid niet voor het brood van vandaag,
als je niet voor de armen wilt opkomen.
Bid niet voor vergeving van schulden,
als je in wrok leeft met familie of buren.
Bid niet voor een leven zonder bekoringen,
als je voortdurend met het kwaad omgaat.
Bid niet voor een leven zonder kwaad,
als je niet op zoek bent naar het goede.
Zeg niet amen en zo zij het,
als je dit gebed niet ter harte neemt.
Hoe kan ik God danken?
Hoe kan ik God danken,
als Hij slechts mij te eten geeft?
Als mijn buurman honger lijdt,
hoe kan ik dan zeggen:
Heer, dank voor deze maaltijd?
Moet ik God soms loven
als Hij slechts mijn lichaam kleedt
en alleen mijn gezin een woning geeft?
Als mijn buurman naakt is en slapen moet op straat,
hoe kan ik dan zeggen:
Geloofd zij de goedheid van de Heer?
Moet ik God soms prijzen,
als Hij slechts mij gezondheid geeft
en alleen aan mij de vrijheid?
Als mijn buurman ziek is,
eenzaam of onderdrukt,
hoe kan ik dan zeggen:
Dank, God, om uw barmhartigheid?
Zou ik God kunnen danken,
omdat ik uitverkoren ben?
Miljoenen mensen leven nog
in duisternis en dood;
zou ik dan kunnen bidden:
Dank U, God, dank U voor uw keuze?
Waarom, God
Waarom, God, schenkt U oren om te horen?
De meeste mensen luisteren heel slecht.
En ook de allermooiste lieve ogen
die zien en kijken vaak niet echt.
Het moet U toch allang zijn opgevallen:
die ogen in en oren aan ons hoofd
begrijpen niets van liefde en ellende.
Ze zijn door vooroordeel verdoofd.
Daarom, God, schenk ons oren en ook ogen,
maar plant ze middenin ons hart.
Wellicht dat wij dan luisterend en kijkend
meer delen in geluk en smart.
God, ik ben niet hooghartig
God ik ben niet hooghartig
ik kijk niet op anderen neer
beeld mij niet in dat ik groot ben
droom geen geweldige dromen
ik heb mijn verlangens getemd
mijn ziel is tot rust gekomen
als een kind dat gedronken heeft
en rust aan de borst van zijn moeder
een kind dat gedronken heeft
zo is mijn ziel in mij
alles verwachten van Hem
nu en in eeuwigheid
Dromen
Als elke nacht zo zou zijn,
was ik niet zo bang in het donker.
Als iedere mens zo zou zijn,
was ik niet zo kwetsbaar, op mijn hoede.
Als ieder woord zo zou zijn,
was ik niet sprakeloos, soms zo verstomd.
Als elk geloof ook liefde was en hoop,
had ik de hemel op aarde.
Als goedheid trouw zou zijn en waarheid barmhartig,
was ik niet zo bang.
Als dromen licht doen stromen
God in mens dichtbij, ben ik niet zo bang.
En God zei Nee
Ik vroeg God om mijn trots weg te nemen,
en God zei, 'Nee'.
Hij zei dat dit niet voor hem was om weg te halen,
en ik het moest opgeven.
Ik vroeg God om mijn gehandicapt kind weer heel te maken,
en God zei, 'Nee'. -
Hij zei dat de Spirit van het kind heel is,
en het lichaam slechts tijdelijk.
Ik vroeg God om mij geduld te geven,
en God zei, 'Nee'.
Hij vertelt dat geduld een bijproduct is van tegenslagen.
Geduld wordt niet toegekend, je maakt het je eigen.
Ik vroeg God mij vreugde te schenken,
en God zei, 'Nee'.
Hij zei dat Hij mij zou zegenen,
en dat geluk in mijn eigen handen ligt.
Ik vroeg God om mij pijn te besparen,
en God zei, 'Nee'.
Hij verklaarde dat lijden je verwijdert van aardse gebondenheid
en dus dichter bij Hem brengt.
Ik vroeg God om mijn Spirit te laten groeien,
en God zei, 'Nee'.
Hij zei dat ik moest groeien door zelf beslissingen te nemen,
en dat Hij mij zal bemesten om vruchtbaar te zijn.
Ik vroeg aan God alles te scheppen
wat mij in dit leven vreugde kan geven,
en God zei, 'Nee'.
Hij zei, 'Ik geef je het leven,
Zodat je van alles kan genieten'.
Toen vroeg Ik God mij te helpen
om anderen lief te kunnen hebben,
en God zei, 'Oh, eindelijk heb je het door'!
Bron van melodieën
God, bron van melodieën
harmonieën doen zich horen
zetten zich vast op mijn netvlies
en ik zie soms even licht
ze trillen mijn binnenste open
zodat mededogen zich baan breekt
bespelen mijn hart en er ontgloeit warmte
mijn handen nemen hun cadans over
en strelen gezichten getekend door dood
mijn voeten horen het ritme en dansen het leven
God, openbaar je, je soms zo?
bron van melodieën, God
Dromen
God van de armen,
kom tot ons als die toegewijde vrouw
die twee muntstukken offerde.
God van de verlorenen,
kom tot ons als die behoedzame vrouw
die op zoek was naar een verloren penning.
God van buitenstaanders,
kom tot ons als die allochtone vrouw
die vroeg om de kruimels van de tafel.
God van de zieken,
kom tot ons als die bloedvloeiende vrouw
die greep naar een genezende aanraking.
God van de veroordeelden,
kom tot ons als die beschuldigde vrouw
die door haar aanklagers gestenigd zou worden.
God van de bezeerden,
kom tot ons als die liefhebbende vrouw
die met haar haren iemands voeten waste.
God van de stervenden,
kom tot ons als die rouwende vrouw
die verdriet had om haar broer.
Gij hebt ons bezocht door de vrouwen
die vervuld waren met uw Geest.
Gij hebt ons allen gezegend
met de dromen over een gezamenlijke toekomst
en met gaven voor een leven in gemeenschap,
maak ons in alle opzichten trouw
aan de boodschap van uw evangelie
dat wij samen als vrouwen en mannen
getuigen mogen van uw liefde in Jezus Christus.
Heer van dromen
Wij zwijgen niet!
Gij alleen zwijgt.
Wees toch een bedding
voor het protest en voor de hoop.
Want kijk, wij kunnen niet veel kiezen,
wij hebben alleen deze ene kans om,
wanneer alles gezegd is en gedaan,
in contact te komen met het mooie,
om met het bloed een heilige beker te vullen
waarmee de geest verkwikt wordt
en gesterkt, om te gaan terug
rechtstreeks naar de wereld.
Van U is de aarde
Van U is de aarde, God,
en dus van ons allen samen,
in Noord en Zuid, in Oost en West;
houd de onrust in ons levend
dat wij deel uitmaken van een minderheid
die op kosten van de schepping
zich te goed doet
aan wat Gij bestemd hebt
voor alle mensen.
en maak ons bereid te leren
ons leven zo te herzien
dat wat wij het onze noemen
ook ten goede komt
aan de meerderheid die minder heeft.
Gij die ons het levensbrood geeft,
wij roepen tot U
en wij blijven roepen uit deze wereld
die hongert en dorst naar de gerechtigheid
die snakt naar brood
en schreeuwt om water;
o God, maak ons eigen leven voedzaam als brood,
verkwikkend als water
en geef ons daartoe uw levensgeest.
Ik bad om sterkte
Ik bad God om sterkte,
maar Hij maakte mij zwak
om bescheidenheid en ootmoed te leren.
Ik riep zijn hulp in om grote daden te volbrengen,
maar Hij hield mij klein - om goede dingen te doen
Ik vroeg om rijkdom, om daarin gelukkig te zijn;
Hij maakte me arm in de hoop dat ik wijs zou worden
Ik bad om van alles om van het leven te kunnen genieten
Hij ga mij het leven om van alles te kunnen genieten
Ik kreeg niets van alles wat ik vroeg, maar alles wat goed voor mij
was. Mijns ondanks werden mijn gebeden verhoord:
ik ben een gezegend mens.
Gebed in eenvoud (naar een gebed van Franciscus)
Heer, maak mij een instrument
van uw vrede.
Dat ik liefde zaai waar haat is
en vergeving waar gekwetst is.
Dat ik eenheid zaai waar onenigheid is
en vertrouwen bij twijfel.
Dat ik waarheid zaai waar droefheid is
en licht in de duisternis.
o goddelijke Meester laat mij toch troost brengen
in plaats van te vragen
om getroost te worden.
Laat mij liever begrijpen
dan begrepen worden,
en liever beminnen
dan bemind worden.
Want in het geven ontvangen wij,
en in het vergeven wordt ons vergeven.
En door te sterven worden wij geboren in eeuwigheid.
Hein Stufkens, Vrede voor jou, Dabar-Luyten
Gebed (naar moeder Teresa)
Ga met me me
naar de wereld van de armen
waar honger en dorst
dood en wanhoop alledaags zijn -
een onmenselijke wereld.
Ga met me mee
naar mensen zoals u en ik
die huilen en lachen
om medeleven vragen
en om hulp metterdaad.
Ga met me mee,
want
waar blijkt Uw trouw, God
als wij het niet zijn;
waar blijft Uw liefde
als wij die geen hand toesteken
waar en zolang wij kunnen.
Gij zijt mij overal nabij,
Gij zijt mij overal nabij,
In ieder ding, gij ziet naar mij.
Of ik u aanzie en herken,
En, een met u, gelukkig ben.
Wel blijf ik dikwijls blind voor u
En reis ik ver van hier en nu,
Of ergens 't veilig eiland is
Waar 'k troost of slaap vind voor gemis.
Maar soms ben 'k onverwacht weer thuis.
Gij roept mij zachtjes. In 't geruis.
Van wind en blaren langs het raam
Hoor ik de fluistring van mijn naam,
Of in een glinstering van het licht
Zie ik uw wachtend aangezicht.
Als ik dan schuchter tot u kom,
Wordt het zo wonder-stil rondom,
Zo vreemd en wonder-stil in mij,
Dan is er enkel ik en gij,
Neen, gij alleen en wat gij zijt:
Mijn eind van menigvuldigheid,
Mijn oorsprong waar ik ongedeerd
In liefde toe ben weergekeerd ...
Maar dan ontwaakt tot de oude droom,
Hoor ik de wind weer in de boom,
En zie de kleine dingen aan,
Die stil en ernstig voor mij staan,
Verzonken in hun eigen rust.
Zo, van ons diep verband bewust,
Heb ik hen lief en hoor tot hen
Met wie 'k in u gelukkig ben,
En tot die nieuwe zin gewijd
Wordt al wat nu is werkelijkheid.
Verhoord gebed
Ik vroeg om kracht
en God gaf me moeilijkheden
om me sterk te maken.
Ik vroeg om wijsheid
en God gaf me problemen
om te leren oplossen.
Ik vroeg om voorspoed
en God gaf me verstand en
spierkracht om mee te werken.
Ik vroeg om moed
en God gaf me gevaren om te overwinnen.
Ik vroeg om liefde
en God gaf me mensen om te helpen.
Ik ontving niets van wat ik vroeg
Ik ontving alles wat ik nodig had.