Kerst 2
Kerstwens
Zalig Kerstfeest aan de jongeren
die met elkaar op weg gaan
en zoeken naar zinvol samenleven.
Zij geven God een menselijk gezicht.
Zalig Kerstfeest aan de oudere mensen
die zich onvermoeid blijven inzetten voor anderen,
die hun vrije tijd beschikbaar stellen
om anderen te verzamelen tot gemeenschap.
Zij zijn vandaag Gods uitgestoken handen.
Zalig Kerstfeest aan de kerk die herboren wordt
in het geven van onderdak aan zwervers en daklozen,
in het opkomen voor de minsten,
in de zorg voor het welzijn van iedereen.
Zij maken Gods menswording zichtbaar.
Zalig Kerstfeest aan de vele mensen
die stilletjes en ongekend
gastvrijheid bieden aan een medemens
en in hun buurt mensen in nood nabij zijn.
Zij laten iets ervaren van Gods nabijheid.
Zalig Kerstfeest aan onze zieken
en allen die met respect en begrip
met zorg en liefde hen nabij zijn.
Zij stralen iets uit van de helende kracht van Jezus Messias.
Zalig Kerstfeest aan u allen
die samenkwam om Jezus te gedenken
en deel te nemen aan zijn eucharistie.
Wij willen Gods zegen voor de mensheid uitstralen.
Een huis van warmte en licht
Zie, twee mensen gaan door de nacht.
Ze zoeken een huis, wat warmte, een glimlach.
En geen deur gaat open, geen hand wordt uitgestoken.
Jozef, Maria.
Maar ze hebben duizend namen:
de naam van allen die op zoek zijn.
Want er is geen mens of hij is op weg,
met pijn misschien, maar ook met hoop
dat ooit de deur toch opengaat.
En toen ze een huis vonden, Jozef en Maria,
daar sloten vensters noch deuren.
En jullie die op weg zijn in deze wereld,
blootgesteld aan weer en wind,
bid voor het huis waar je woont,
verwarm dat huis met je hart,
verwarm het met goede woorden,
met tedere handen en ogen van licht,
verwarm het huis van deze wereld,
opdat onze jeugd er veilig mag wonen.
En er waren herders, zwervers zonder aanzien,
mensen aan de rand, een beetje verdacht volk.
Zij, juist zij horen de boodschap:
heden is u een Redder geboren.
Jullie, onaanzienlijke, kleine mensen,
maar toch mens voor God,
jullie die misschien het lied niet horen,
zelfs niet in deze dagen,
jullie die twijfelen aan de grote vreugde:
geduld, geduld, geloof het maar:
ook voor jullie komt God.
Een os kent zijn meester, roept Jesaja uit,
een ezel kent de krib van zijn heer.
Zwijgende dieren, door vindingrijke vroomheid
bij de kribbe geplaatst en ze herkennen hun Heer.
Voor allen die zwijgen willen we bidden,
voor hen die sprakeloos werden van ontzetting
en geen woord meer over hun lippen krijgen.
De koningen, de wijzen, zij kwamen van ver.
En hoe ver wij ook zijn, God,
kom ons zoeken in nacht en duister.
Hoe ver wij ook zijn,
laat een ster verschijnen
om ons de weg te wijzen.
Hoe ver wij ook zijn, zend iemand,
een engel, een mens, om ons terug te brengen.
Waarheen?
Je kunt er niet omheen:
kerst kruist je weg.
De kerstversiering
beheerst de straat.
Je wordt haast gedwongen,
om mee te doen
of je nu wilt of niet.
Gauw doorlopen,
denken sommige mensen.
Niet te lang bij stilstaan.
Vrede op aarde, geloof je dat?
De wereld is vol geweld.
Anderen zeggen:
Het is juist een kans
om je te bezinnen.
Anders hol je maar door,
vol van alles wat je moet.
Hoe gaan we verder?
Een nieuw jaar ligt voor ons.
Het is nog niet ingevuld
en kan nog alle kanten op.
Wie wijst ons de weg?
In welk licht zien we
de toekomst?
Greet Brokerhof - van der Waa
Feest
Kerst is voor de meeste mensen een feest
Maar als je daar ligt in de kou
Dan mis het nog het meest
Dat mensen niet denken aan jou
Met Kerst hoor je toch blij te zijn
Maar als je daar ligt in je eentje
Wil je toch geen pijn
Zelfs niet een heel klein beetje
Maar als je daar ligt alleen in de nacht
En niemand die je ziet
Dan denk je toch dat je de enige bent die niet lacht
Maar er zijn met Kerstmis veel te veel mensen met dat verdriet.
Met Kerst hoor je blij te zijn
Groot en klein
Cantate (door Alfred Valstar)
Op straat hoor ik de engelen zingen
- stoorzenders in een wankelbaar evenwicht -
terwijl santekramen worden opgericht
door handelaars die naar ruimte dingen.
Wervende waren zie ik in flakkerlicht:
"kom, koop, eet", er lopen mensen binnen,
maar waardoor raken mijn zinnen opgeschrikt?
Echo's blijven onverminderd klinken.
De vrije markt vliegt pijlsnel in excelsis.
"God rest ye merry gentlemen", vijf woorden
zoeken mijn weg, versneden, hoog en luid.
Ver weg gaat een wereld onderuit
want met Kerst gaat het nog steeds ergens mis.
Op huis aan loop ik met getroffen oren.
Voor iedereen.........
voor iedereen, die met de kerst alleen is
voor iedereen, waarvoor geen tafel is gedekt
voor iedereen, die voor zich uit moet staren
voor iedereen, die zich eenzaam voelt, net als de rest
voor iedereen, die hunkert naar wat liefde
naar wat warmte in het nest.
voor iedereen, die eenzaam is in deze dagen
voor iedereen die thuis zit, zo alleen
voor iedereen die zwerft door stille, kille straten
voor iedereen die tot het bot verkleumd is
voor iedereen met een hart van steen
voor iedereen die doelloos dwaalt
door feestelijk verlichtte straten
vouw ik m'n beide handen graag
voor Hem, intens ineen.
voor iedereen, heeft hij een beetje liefde
voor iedereen toont hij een ruim begrip
voor iedereen zet hij een mooie boom op
voor iedereen wenst hij een doos met strik
voor iedereen een open haard, een kampvuur
een maaltijd, bij lichtjes in een boom.
voor een vriend of vijand
een tante of een oom en voor een verre nicht
schreef ik, in opdracht van Hem,
voor haar en iedereen dit speciale kerstgedicht.
Alleen met kerstmis
alleen met kerstmis, alleen met mijn gedachten
gericht op het verleden
betekenen deze feestelijke dagen
helaas niets meer voor mij
't is alweer zo lang
zo heel erg lang geleden
dat kerstmis iets fantastisch was
toen waren wij nog samen
voor eeuwig, zij aan zij.
alleen met kerstmis, alleen met mijn gedachten
vervloek ik deze donkere dagen
en rijzen weer die vele vragen
waarop, waarom moet ik nog wachten
en zit ik hier weer zo te klagen.
alleen met kerstmis, alleen met mijn gedachten
wacht ik op dat beetje licht
wat een kerstster aan de hemel zal verstrooien
dan ineens het wonder
hij verlicht intens mijn hart als nooit tevoren
een lach verschijnt op mijn gezicht
ik weet: hij zal eeuwig op mij wachten
en engelen zingen nu in koren
mijn handen schrijven dit gedicht.
alleen met kerstmis, nooit meer alleen met jouw gedachten
er is altijd wel weer dat beetje licht
die onze pijn doet verzachten
gevat in woorden, gevat in een gedicht
voor hen die zich nu eenzaam voelen
kom, tover eens een lach
een lach op jouw gezicht.
Stille nacht
niets was er die nacht te horen
zo stil was toen die nacht
geen engelen in koren
en Maria kreunde zacht.
niets was er die nacht te horen
maar Jozef zuchtte zacht
het kindje werd geboren
om een uur of acht.
niets was er die nacht te horen
het kindje huilde zacht
en engelen in koren
zongen zacht die nacht.
niets was er die nacht te horen
niet in zuid, noord of west
en bij het ochtendgloren
arriveerde toen de rest.
veel was er toen daarna te horen
hij lijkt op jou
God, wat zijn z'n haartjes zacht
engelen en wijzen zongen
met de herdertjes in koren
en Jezus in zijn kribbe
ging in het stro verloren
en iedereen die danste
bij het licht der kerstster
in die kille nacht als nooit tevoren.
K
erst in -Kerst uit
Er zijn nog altijd zwervende mensen
ver weg, maar ook heel dichtbij,
in een hoekje diep verscholen,
beroofd van hoop, en vogelvrij.
Er zijn nog altijd vluchtende mensen
-hoe lang al lijden en kommeren zij? -
op weg naar de echte vrede
in een onvoorstelbaar lange rij.
Er zijn nog altijd zoekende mensen,
naar de stal waar kleur niet telt,
met blank, bruin, zwart tezamen,
waar géén recht der sterksten geldt.
Bepakt en zwaar beladen
.sjokken zij de eeuwen door
naar het Kind waarvoor de wereld
nimmer kracht en hoop verloor.
Kerstmis, opnieuw een sterk verlangen
naar een waarachtig thuisgevoel,
naar een warm zich veilig weten;
leen oerbelangrijk levensdoel!
Christianne van de Wal, Oirschot
Vrede op aarde
Ze hadden er lang op gerepeteerd,
de engelen uit den hoge.
Want Grieks of Latijn is zo gauw niet geleerd
en in het Hebreeuws staan de letters verkeerd.
En ze hadden zo ver nooit gevlogen.
Ze hadden de landkaart exact bestudeerd,
hun tanden gepoetst en hun vleugels gesmeerd
en hun opdracht zeer goed overwogen.
Een engel vloog voor en hij zong keer op keer
en de andere engelen herhaalden het weer:
ERE ZIJ GOD IN DEN HOGE.
Zij zagen drie koningen onderweg,
twee jonge en een bejaarde.
Die hadden te kampen met tulbandenpech;
de woestijnwind -zo waar als ik het zeg -
woei zelfs het haar uit hun baarden.
De tulband die rolde van heg naar steg.
De kamelen strekten hun halzen recht
en liepen sneller dan paarden.
In Betlehem was de wedloop beslecht
en saam met de herders hoorden zij echt:
VREDE OP AARDE.
Toen kwamen er drie schriftgeleerden aan,
gewapend met dikke boeken,
waarmee zij elkaar om de oren slaan
of elkaars oren strelen -dat ligt er maar aan -
wanneer zij de waarheid zoeken.
Ze zeiden: we hebben het niet verstaan;
dat koor is de boeken te buiten gegaan
en die koningen zijn abbetjoeken!
En zo zijn ze alle drie scheep gegaan,
wel ieder apart en zeer zelfvoldaan:
WANT DE VREDE IS VER TE ZOEKEN.
Zolang gewacht
Ik heb zolang op een lief woord gewacht
en precies vandaag zeg jij mij goedendag.
Ik heb al zo vaak de moed verloren;
eind'lijk ben jij bereid mijn verhaal te horen.
Telkens weer tracht ik mijzelf te verwarmen;
draag mijn zwakheid zachtjes in jouw armen.
Radeloos heb ik naar begrip gezocht;
jij schenkt mij warme koffie in een mok.
Dat ik arm ben, 'k wou dat je 't wist,
want ik heb zoveel menselijkheid gemist.
Als dat Kind toch even mij kon voelen,
zou 't zelfs het stro uit die kribbe woelen.
Lieve mens, toon mij jouw lieve God,
ik ben een hoopje ellende, totaal kapot.
Ook ik werd ooit als kind geboren,
dus droom ik van engelen die mij horen!
.
Zou zo de vraag van een arme klinken?
Ik heb gedurende het afgelopen jaar zoveel mensen ontmoet
op zoek naar wat begrip en steun
maar ik heb mij vaak zo hulpeloos gevoeld
omdat ik het hen niet steeds kon geven.
Zelfs eenvoudige dingen, waaraan we samen hebben gewerkt,
namen de hunker van deze mensen niet weg.
Toch spraken zij steeds maar weer van "och, 't is niet erg'
en "dankjewel"..., wat voelde ik mij klein in mijn vel!
Met Kerstmis probeer ik te dromen voor vrede almaar mee,
opdat ikzelf wat meer kan geven zoals die armen van de Heer.
Een dag God
Als ik één dag God zou kunnen zijn
Dan zorgde ik voor niet verontreinigde sneeuw
Dan stelpte ik de wonden en dempte de pijn
Dan klonk er nooit meer een angstschreeuw
Als ik Kerstman zou zijn voor een keer
Dan gaf ik iedereen te eten en te drinken
Dan geen restjes van de vuilnisbelt meer
Dan zou het lachen ook weer gaan klinken
Als ik mijn leven lang mens zou zijn
Dan zou ik mijn handen reiken om te helpen
En problemen helpen oplossen, als zijnde mijn
Dan zou ik de fanatici hun fanatisme stelpen
Als ik eens, was maar een droom vannacht
Maar dromen willen wel eens uitkomen
Als iedereen nou eens over deze droom nadacht
En als het even kan, er ook van gaat dromen
Tja, als ik toch eens mens zou zijn.
Hoop doet leven (van Koos Tersmette)
Als je de tijd kon vangen, vasthouden en omarmen
als je de tijd kon kneden en boetseren,
was dan tijd minder snel verleden tijd
en kon tijd alles misschien ten goede keren?
Tijd, 'n eeuwigheid, loopt zoals hij loopt,
is niet te vangen, te kneden of boetseren.
Alles en iedereen krijgt er iets van toebedeeld,
min of meer, dat zal de tijd ons leren.
Als je de vrede kon vasthouden en omarmen,
kon vangen, kneden of boetseren,
werd oorlog dan nooit meer realiteit,
was die verschrikking dan te keren.
Vrede is niet te vangen, te kneden, te boetseren.
De oorlog loopt haar in de weg in zoveel landen,
vraagt bovendien 'n verschrikkelijk hoge prijs
en ligt niet wakker van smerige, vuile handen.
Angst, onzekerheid en vrees om het naakt bestaan,
beklemt de harten van zovele mensen,
waar slachtoffers van oorlog, geweld, vluchtelingen,
allemaal vanuit het diepste 'Vrede' wensen.
Kerstfeest 2011, oorlogsgeweld en terrorisme zover weg,
overvloed, een vrij land om te wonen.
Laten we proberen om dichtbij heel mens te zijn,
om die ander, soms 'n vreemdeling, ons hart te tonen.
Vrede wordt geboren uit begrip voor het onbekende,
haat komt altijd voort uit onwetendheid en angst.
Als wij openstaan voor andere culturen
duurt niet de oorlog, maar de 'VREDE' toch 't langst?
'Kerstfeest 2011, een wereld onvoorspelbaar
en geen mens weet het antwoord op gestelde vragen.
Maar HOOP doet leven, hopelijk leven in 'VREDE'
De REDE toch, zal ooit aan de einder dagen.
Oorlog en vrede
Jij deelt niet mijn mening
Jij deelt niet mijn geloof
Jouw kleur staat mij niet aan
Wat is hier nu in het geding?
Is hier sprake van identiteitsroof?
Is het nu met de vrede gedaan?
Het is nu 2003 en het is kerst
Er is oorlog in landen hier dichtbij
Men berooft elkander van het ik zijn
Er is oorlog in landen van hier 't verst
Men gaat elkanders leven voorbij
Een wereld verscheurd door pijn
Het kan anders, ik leg het u uit
Respecteer het anders zijn van mensen
Sluit vrede en schud elkanders hand
Mensen van elke komaf, maak dat besluit
Dat wil ik iedereen toewensen
Dan zal er vrede zijn in het land
Voor elke tocht een ster
Voor elke tocht is er een ster,
een woord, een teken,
een weg, een uitweg,
een terugweg als net moet.
Voor elke tocht is er een ster,
een vriend, een hand,
een huis, een thuis,
een boek, een beeld,
een lied misschien.
Voor elke tocht is er een ster,
voor ieder mens,
voor oud en jong
die wijs wil heten,
voor iedereen die zoekt
naar redding en naar recht.
Voor elke tocht is er een ster,
die wijzen brengen zal
waar 't wonder van het leven
in eenvoud wordt getoond,
waar Gods liefdevol geven
in kinderogen woont.
Voor elke tocht is er een ster,
zoek niet te ver !...
Waarheen?
Je kunt er niet omheen:
kerst kruist je weg.
De kerstversiering
beheerst de straat.
Je wordt haast gedwongen,
om mee te doen
of je nu wilt of niet.
Gauw doorlopen,
denken sommige mensen.
Niet te lang bij stilstaan.
Vrede op aarde, geloof je dat?
De wereld is vol geweld.
Anderen zeggen:
Het is juist een kans
om je te bezinnen.
Anders hol je maar door,
vol van alles wat je moet.
Hoe gaan we verder?
Een nieuw jaar ligt voor ons.
Het is nog niet ingevuld
en kan nog alle kanten op.
Wie wijst ons de weg?
In welk licht zien we
de toekomst?
Greet Brokerhof - van der Waa
Waarom?
Waarom zou ik het zwakke minachten
als God het nu uitverkiest?
waarom zou ik het kleine niet eren
als God het nadrukkelijk prijst?
waarom zou ik niet levenslang zoeken
als God mij er zeker eens brengt?
waarom zou ik bang zijn en vrezen
als God toch mijn sterkte is?
waarom zou ik het arme niet kiezen
juist omdat mijn God het verkiest?
waarom zou ik het grote nog zoeken
als God in het kleine is?
waarom zou ik mijn kind - zijn ontkennen
als God dat het meeste bemint?
waarom steeds voor koningen kiezen
als God voor de herders is?
waarom in Jeruzalem wonen
als Hij ons in Betlehem bezoekt?
waarom zal ik toezien en zwijgen
terwijl Hem een engelenkoor zingt?
waarom nu nog langer treuren
terwijl ons zo'n vreugd is beloofd?
waarom is het Kerstmis geworden,
waarom, als ik niet dichter bij Hem kom,
naar Hem ga?
Wensen
We wensen je
dat je als het goud
het hele jaar door
iets van het goddelijke mag ervaren.
Dat je gelouterd blijft
zelfs doorheen het vuur van de beproeving.
dat je als de wierook
mag ervaren dat je af en toe
door anderen bewierookt wordt
en dat je zo anderen kan bewieroken.
dat je als de mirre
heling mag zijn voor gekwetste mensen.
dat je als de ster
toch kan blijven schitteren,
zelfs in het holst van de nacht.
Dat je licht mag zijn
voor mensen
die zoeken naar het licht op hun levenspad.
Dat jij schittert
voor hen
die niet de sterren
van onze tijd zijn.
Dat je als de koningen
je leven zelf in handen kan houden
en je niet laat domineren door anderen.
Dat je zo in harmonie kan leven met jezelf.
Dat je afstand kan nemen
van het beeld dat anderen van je hebben,
maar je laten raken door
het eigenlijke geheim van het leven.
Een vraag om licht
Zegen met Uw licht
onze ogen,
opdat zij
opengaan en het goede
zien in elke mens.
Zegen met Uw licht
onze monden,
opdat
zij woorden spreken
die goed doen
en vrede brengen.
Zegen met Uw licht
onze handen,
opdat
zij zich uitstrekken
naar de mens
die naar ons toekomt.
Zegen met Uw licht
onze voeten,
opdat
zij wegen van gerechtigheid
en van zorg om mensen gaan.
Zegen met Uw licht
heel ons menselijk bestaan
opdat er troost is
voor de verdrietige
hoop voor de wanhopige
opdat bitterheid mag wijken
voor mildheid
wantrouwen vlucht voor
vertrouwen.
Zegen met Uw licht
allen die kwetsbaar zijn
en gewond tot in hun ziel
opdat zij bescherming vinden
en geheel worden.
Bij de kaarsen
Als we met Kerstmis zoveel kaarsen ontsteken
Jezus is geboren als een simpel mensenkind
om te bewijzen dat mensen elkaars liefde nodig hebben.
We hebben elkaar meer nodig dan we laten blijken.
We hebben elkaar veel meer te bieden dan we gewoonlijk geven.
We hebben elkaar veel meer te zeggen dan we uitspreken.
We kunnen elkaar veel meer troosten dan we beseffen.
We kunnen elkaar veel meer danken dan we vermoeden.
We kunnen elkaar veel meer steunen dan we tot nu toe deden.
We zullen elkaar veel meer vergeven indien we onszelf kennen.
We zullen elkaar beter begrijpen indien we aandachtig zijn.
We zullen elkaar veel meer verdragen indien we rustig zijn.
We zouden elkaar meer moeten aanmoedigen in het goede.
We zouden elkaar veel meer moeten bewonderen in het schone.
We zouden elkaar veel meer moeten helpen in het moeilijke.
Dat kerstgevoel, dat onbestemde....
Een warm gevoel van binnen
Krijg je niet van al dat eten en cadeaus
Het is iets waar je zelf mee moet beginnen
Denk daar eens na bij die heerlijke bordeaux
Begint als je openstelt je hart
Voor mensen die je nooit kende
Eenzaam en gevuld met smart
Temidden van heel veel kleine ellende
Geef en je zult ontvangen
Dat is toch wat we hebben geleerd?
Geldt toch voor alle rangen
Dat te proberen is toch niet verkeerd?
Vrede op aarde voor alle mensen
Dat is te groot te kolossaal
Maar kunnen wij ons dan geen klein begin wensen?
Een minuscule start voor ons allemaal!
Het licht mogen zien
Het vredeskind (van Kees Pannekoek)
Het vredeskind, de Zoon van God,
kwam op de wereld in een grot;
daar knielden bij hun lieve Heer
de koningen en herders neer,
maar toen het kind moest slapen gaan
zijn ze de wereld ingegaan.
De herders vooraan in de rij,
die maakten alle paden vrij;
ze liepen zomaar zonder staf,
die gaven ze aan de kreupelen af,
en zat er iemand langs de kant,
dan namen ze die bij de hand.
In 't midden van de lange stoet
gingen de koningen te voet;
hun kronen waren ze al kwijt,
daar werden armen mee verblijd,
en naast hen droegen met geduld
kamelen kinderen op hun bult.
En ook schapen liepen mee,
ze volgden zachtjes twee aan twee,
ze gaven stukjes van hun vacht
aan mensen in de koude nacht.
En waar je deze stoet zag gaan
daar sloten zich de mensen aan.
De blijde boodschap uit hun mond
ging zo de hele wereld rond,
ze zongen van 'in terra pax',
de vrede nu, de vrede straks.
Mocht je hen soms voorbij zien gaan,
sluit je dan vrolijk bij hen aan.
Laat ons gaan zien...
Jezus is geboren, zo lang reeds geleden, 2000 jaar...
Maar zie ik het nog?
Gaan we nog zien?
Is Kerstmis niet het feest van het licht mogen zien?
Mogen zien waar goedheid, liefde en vrede geboren worden?
En mogen zien dat Jezus, dat God zelf
in die kleinheid van mensen tot leven komt?
Het licht mogen zien dat schittert in de ogen
van de man die zijn vrouw in liefde verrast en blij maakt,
het licht dat schittert in de ogen
van het meisje dat moeder om vergeving vragen kan.
Het licht mogen zien dat schittert in de ogen
van de zieke vrouw die bezoek kreeg
en hierin voelen mocht dat toch iemand aan haar dacht,
het licht in de ogen van de kleine
die zich in de zachte armen van pa opgevangen weet,
of in de zachte armen van ma geborgen.
Het licht dat schittert in de ogen van de priester
om het vertrouwen dat hij van mensen kreeg
en om de oprechte goedheid die hij in de jonge kerel vinden mag.
Het licht mogen zien...
Misschien moeten wij net als Maria en Jozef
een eindweegs verder gaan om dat wonder te zien.
Kerstfeest nabij
Als om mij heen de levenslichten doven,
het donker wordt, omdat ze niet meer zijn.
Dan zoek ik rust'loos in mijn diepst geloven
naar antwoord op verdriet en hartenpijn.
Ik kan 't gemis nog altijd niet doorgronden.
Dat leegte zulke rake wonden slaat!
Mijn plaats heb ik nog altijd niet gevonden
tussen mensen met al hun koude praat.
Ik wou, dat weer de zon volop ging schijnen,
dat al die kilte wegsmolt in 't bestaan.
Ik wou wel, dat het licht met al z'n lijnen
de levenslust terugbracht op mijn paân.
Er is geen tijd om warmte af te geven.
De mensen hebben het vandaag te druk.
Er is geen tijd om bij het licht te leven.
De mensen zoeken bij zichzelf geluk.
Als ik ontdek, dat al dat haastig voortgaan
gevoed wordt door een opgaan naar een feest.
Dan weet ik, dat met tassen overlaân
de mensen voor zichzelf zijn uit geweest.
Ik zoek naar het licht, wie kan het mij reiken?
De stad hangt vol, maar donker blijft de nacht.
Waar is het licht, dat mijn harte kan verrijken?
Dat warmte brengt, waarop ik toch zo wacht.
Er is een ster, die hoog in het hemelrond,
mijn leven aanraakt door haar helderheid.
Ze wijst mij 't Kind Jezus met een nieuw verbond,
dat Licht en troost geeft in mijn donkerheid.
Kerstlichtjes
Dit jaar is alweer bijna voorbij,
"gelukkig nieuwjaar", tis net of dat ik't gister zei.
Maar de schoorstenen ziede alweer roken,
want de winter is weer aangebroken.
De tijd van kerst is er, met al z'n sfeer,
al die lichtjes, 't worden d'r ieder jaar meer.
Ja, de donkere dagen, ze zijn hel verlicht,
ze vervangen zowaar, bekant het zonnelicht.
Kon het maar overal zo zijn, is mijn gedachte,
de vrede, is toch wat ze met kerst verwachten.
Oorlogen moeten stoppen en de wapens stil,
dat is eigenlijk toch de wens wat eenieder wil.
Zouden de grote wereldleiders met al hun macht,
nie efkes samen willen werken, zodat het geweld verzacht.
Als wij met z'n allen voor de vrede willen zorgen,
is er vast en zeker weer zonneschijn voor morgen.
Laat voor de arme medemens een extra kaarske branden,
dan zal dat lichtje schijnen in alle landen.
Want kerstmis is juist een feest voor iedereen,
nee, met deze dagen is niemand graag alleen.
Gewoon mekaar een beetje meer naar het leven staan,
dan kumt 't goed, daar kunde van opaan.
Laat met kerst haat en nijd verdwijnen,
dan kunde gerust die lichtjes laten schijnen.
Misschien wordt kerstmis dan weer net zo'n prachtig feest,
zoals het ook in vroeger jaren is geweest.
Samen bij de kerstboom wordt dan heel speciaal,
een fijne en gelukkige kerst wens ik u allemaal.
Kerstmis - vol verwachting
De kerstboom is weer ingekocht
De kinderen gieren van pret;
Het kookboek wordt weer opgezocht
De stal weer opgezet.
Ik haal het Kindje uit de doos
En voel me zo bijzonder;
Een baby, teer en hulpeloos
Zo klein, maar ècht een wonder.
Geluk vind je vaak in die kleine dingen
Het leven, dat je in je voelt;
Ik zou van geluk wel willen zingen
en weet, dat Hij 't zo heeft bedoeld.
Ook jij mag delen in dat gevoel
Kind van het Licht te zijn;
Een deeltje van het Groter Doel
al voel je je soms klein.
Kerstmis
Kerstmis, voor wie- voor hoeveel?
feest van warmte
feest van licht
de serene kaarsen verzuipen
in een orgie van lampen
de kassa's rinkelen
geen liefde- geen vriendschap
zonder duur cadootje
kerstmis
voor wie- voor hoeveel?
feest van warmte
feest van licht
feest van vrede
de mensen van goede wil
beleven harde tijden
kerstmis in ijzige tenten
kapotgeschoten huizen
wachtend op een uitwijzingsbevel
eenzame wanhoopsdood in container
kerstmis zonder licht,
zonder warmte, zonder feestmaal
de Drie Wijzen hebben sedert
lang hun verstand verloren
de Ster is de weg naar Bethlehem vergeten
ik hoef geen kerstboom dit jaar
enkel de nog onwetende blijheid
van een kind!
Lichte dagen komen
Lichte dagen komen
en het donker is geweest
lichte kinderogen dromen
naar het held're kaarsjesfeest.
Lichte stemmen zingen
in de zoete gloed;
nu komen al de hemelingen-:
'Maria, wees gegroet'.
Een suizen wordt vernomen,
een lichte vleugelslag,
een kindje is gekomen
dat in de kribbe lag.
De verten werden levend,
de nacht werd plots'ling hel,
en herders hoorden bevend
een hemels orgelspel.
En uitverkoren wijzen
met wierook, myrrh en goud,
hebben na lange reizen
het zuiv're kind aanschouwd.
Lichte kinderogen dromen
naar het held're kaarsjesfeest,
lichte dagen komen
en het donker is geweest.
Verwachtingen
Als je kijkt naar jezelf en andere mensen
ontdek je bij ieder heel persoonlijke wensen.
De een verlangt dit, de ander wil dat.
Zou God, toen Hij mens werd, dit ook hebben gehad?
En... Verwacht Hij misschien ook iets van jou en mij?
Ik zal Hem dat vragen, want 'vragen staat vrij!'
Wat Ik verwacht van jou en iedereen
is een liefdevol hart en niet van steen.
is bereidheid om te leven in vrede met elkaar,
is jouw bezit delen ook al valt het je soms zwaar,
is in droefheid en zorgen naast de ander blijven staan,
is respect voor de weg die je anderen ziet gaan,
is vergeten en vergeven wat de medemens misdoet,
is wachten met geduld en niet dwingen tot spoed,
is geloven en vertrouwen in het nieuwe begin,
is niet oordelen over de kinderen van Mijn gezin,
Want, dan weet Ik, dat mijn zoon nog leeft in jou, vandaag.
Dat verwacht ik met Kerst.
Beantwoord jij mijn vraag?
Kerstmis modern
Vanuit de diepte van mijn welvaartsstaat
roep ik tot U, tot Gij U vinden laat.
Want ik heb alles wat mijn hart begeert,
alleen het geloven heb ik afgeleerd.
De woorden van het oude kerstverhaal
spreken voor ons een onverstaanbare taal.
Want wie gelooft er in een engelenlied
als hij het duivelse op aarde ziet?
Wie Iaat er nu nog alles in de steek
alleen omdat hij naar de hemel keek?
Wij geven U geen mirre of wierook meer,
en 't goud kunnen wij zelf gebruiken, Heer.
Wanneer men nu de kinderen vermoordt
wordt er nog nauwelijks protest gehoord.
De herders vonden 't Kind en spraken over Hem,
Wij zwijgen nog na twintig eeuwen Bethlehem.
Wat moet het toch verdrietig voor U zijn
dat wij zo groot doen - want U werd zo klein.
Wij zijn kinderen van een harde, koude tijd,
maar Iaat ons zien, dat Gij toch onze Vader zijt.
Dat Gij ons zoekt in onze duisternis
omdat Uw liefde onveranderd is.
Een beetje Kerstmis (door Imme Dros)
De dag na Sinterklaas
staan er meteen kerstbomen
in de winkels, achter de ramen
in de tuinen. Met de lichtjes aan.
Ouwe oma heeft haar boom
ook al van zolder gehaald.
Een plastik boom uit de Hema
Handig, zegt oma. Nooit meer naalden.
Maar een echte kerstboom
is toch het mooiste, denkt Roosje.
Want als de boom binnenkomt
is het huis opeens een kersthuis.
Dan ruikt het overal naar boom
in de gang en op de trap
tot boven in het kamertje
van Roosje.
Voor mij hoeft het niet, zegt oma.
Een boom met lichtjes is gezellig
met de donkere dagen,
maar die naalden zijn een ellende.
Zeg dat wel, zucht mamma.
Ik kom ze het hele jaar tegen.
Op de gekste plaatsen.
Ze zitten
tot in mijn zonnejurk.
Roosje vindt dat juist spannend.
Tussen de naden in de vloer
liggen stokoude naalden.
Van alle jaren door elkaar.
Net als in de doos met ballen
en kerstkaarten.
Je weet nooit precies
van welke kerst zo'n naald is.
Kerstgedachte
Kerstmis vroeger bij ons thuis,
mijn hart vol weemoed en verlangen,
met z'n allen kort bij 't fornuis,
de kerstboom helemaal vol gehangen.
Liedjes klonken als een engelenkoor,
het stalletje heel zacht verlicht,
en tussen de dennentakjes door,
kwamen de drie koningen al in zicht.
Kerstmis gaf je toch een speciaal gevoel,
vandaag kun je dat niet zo intens beleven,
veel mensen weten wel wat ik bedoel,
de toekomst zal nu eenmaal anders leven.
Met een sneltreinvaart door de dagen heen,
mensen zijn druk bezig, tegelijk met vele dingen,
alleen de eenzame blijven weer alleen,
zij hebben wel tijd maar niemand om mee te zingen.
En in een tijd van jachten en jagen,
kijk je anders tegen de wereld aan,
kunnen mensen elkaar nog wel verdragen,
of moet ieder voor z'n eigen gaan.
Het vieren van kerst, zo zijn mijn gedachten,
moet altijd blijven, in elk gezin,
dit zal het harde in't leven verzachten,
dan krijgt men er weer vertrouwen in.
Laat daarom nu gerust een kaarsje branden,
voor ieder mens een goeie reden,
wat geldt voor hier en in alle landen,
Kerstmis, dat is echt een feest van vrede.
Eenzaam
Hoeveel mensen vieren nu kerst alleen,
Hoeveel mensen hebben nu pijn,
Omdat hun geliefde naar het hiernamaals verdween
waardoor ze de kerst zonder hun levensgezel zullen zijn?!
Natuurlijk zijn er nog familie, vrienden en kennissen,
Die ze op deze kerst welkom heten
Toch blijft er het missen
Wat hen niet mag worden verweten
We hebben het dan allemaal over liefde en vrede
Over goede voornemens in het nieuwe jaar
Overal in de wereld klinken dan de gebeden
Voor de gezondheid en het behoud van elkaar.
Deze mensen kunnen dat niet meer
Ze zijn hun geliefde namelijk al verloren aan de dood
Waardoor ze worstelen met een onmenselijk zeer.
Hun inwendige eenzaamheid is dan ook groot.
Voor deze mensen klinken de woorden gelukkig nieuw jaar
Als een verwensing en het moeten overleven
Nog een jaar zonder elkaar
Waarin ze al hun ervaringen in hun eentje zullen beleven.
Welke wens moeten we hun het volgende jaar meegeven?
Wat maakt dat zij nog iets inwendig geluk zullen voelen
Waaruit ze onze goede bedoelingen zullen beleven
En weten dat we het goed met ze bedoelen?!
Kerstoverpeinzingen
Ik heb zoveel duizenden vragen
Stel ze telkens weer
Juist in deze bijna kerstdagen
Wil ik een antwoord horen elke keer
Waarom is er nog steeds oorlog?
Hongersnood in overvloed
Zoveel verschil tussen arm en rijken
Zijn er zovelen zonder levensmoed?
We sluiten ons op in onze warme huizen
Kopen ons geweten met een gift af
Leven in een afgeschermde wereld
Maar is dit niet verschrikkelijk laf?
Is het dan zo moeilijk om te delen
Het hoeft heus niet veel te zijn
Even aandacht schenken kan wonden helen
Een aai verzacht al zoveel pijn
Hoop voor een wonder onder de mensen
Dat iedereen weet heeft van elkaar
Zoveel goeds om elkaar toe te wensen
Zou dat nog gebeuren in dit jaar?
Dat kerstgevoel, dat onbestemde....
Een warm gevoel van binnen
Krijg je niet van al dat eten en cadeaus
Het is iets waar je zelf mee moet beginnen
Denk daar eens na bij die heerlijke bordeaux
Begint als je openstelt je hart
Voor mensen die je nooit kende
Eenzaam en gevuld met smart
Temidden van heel veel kleine ellende
Geef en je zult ontvangen
Dat is toch wat we hebben geleerd?
Geldt toch voor alle rangen
Dat te proberen is toch niet verkeerd?
Vrede op aarde voor alle mensen
Dat is te groot te kolossaal
Maar kunnen wij ons dan geen klein begin wensen?
Een minuscule start voor ons allemaal!
Ik had het niet verwacht
God, ik had het niet verwacht
dat Gij als een gewone mens zoudt geboren worden,
in een grot zonder privacy, waar iedereen kan binnenvallen,
met een vader en een moeder die niet getrouwd waren
en al dagen op weg om in orde te zijn met de autoriteiten.
God, ik had het niet verwacht
dat Gij als een kind onder ons zoudt komen, weerloos en klein.
Gij waart van geen tel en moest nog alles krijgen en alles leren.
En uw leven was al bedreigd van de eerste dag.
God, ik had het niet verwacht dat Gij zoudt geboren worden
in de reuk van een mestvaalt tussen de dieren
en de brutaliteiten van herders: uitschot van de maatschappij.
Dat Gij zonder hygiëne uw intocht zoudt doen...
ik had het niet verwacht.
God, ik had het niet verwacht dat tovenaars uit het oosten
u op het spoor zouden komen en niet de priesters van de tempel.
Dat Gij, toen reeds, ontdekt werd door onbekende heidenen
en miskend door het volk van uw eigen voorkeur.
God, ik had het niet verwacht...omdat ik u niet heb verwacht,
omdat mijn hart nog nooit naar u heeft uitgekeken.
Omdat ik nog altijd genoeg heb aan mezelf en u niet nodig heb.
Moest ik ooit even weerloos worden en bedreigd,
en zonder privacy vallen en zonder hygiëne moeten leven,
dan zou ik het verstaan, dan zou ik kunnen zeggen:
'God, mijn goede vriend.'
Onze samenleving
Ons samenleven is hard.
Onze taal dikwijls vol dreiging en geweld.
We ontmenselijken ons samenleven
door het verliezen van alle respect
en alle fijngevoeligheid in onze menselijke verhoudingen.
We geloven nog altijd in macht.
We willen gelijk hebben
en proberen op alle mogelijke manieren de sterkste te zijn.
Ons gevoelsleven is verschraald en verarmd.
We hebben meer dan ooit behoefte aan zachtmoedigheid, aan tederheid.
Zachtmoedig word je, als je weet hoe breekbaar de dingen zijn,
en hoe eenzaam de mensen.
Denk aan de vele, vele mensen,
die door ziekte, gebrek, armoe, tegenslag
langzaam uit het leven worden weggeschoven.
Ze hunkeren naar een glimlach,
wachten op een goed woord,
verlangen naar vriendschap en meeleven.
Denk aan zieken en bejaarden, de gehandicapten,
die zelden of nooit een warme hand voelen,
die geen omhelzing meer kennen,
die in hun eigen eenzaamheid begraven zijn.
Denk aan de mensen die je vandaag hebt leren kennen.
Denk aan die verstotenen van de maatschappij
en denk er dikwijls aan.
Hou hen bij als een blijvende confrontatie met Jezus,
die bij de armsten der armen wordt geboren.
Bekleed je met tederheid en zachtmoedigheid
voor alle mensen om je heen,
en laat niemand meer in de kou staan.
Laat het iedere dag een beetje Kerstmis zijn.
Steek de kaarsen aan
Steek de kaarsen aan
laat het licht in je ogen schitteren
ook al is het donker in je hart
ook al is het duister op je wegen
steek de kaarsen aan
breng licht in deze wereld
ook al weet je dat er oorlog is
ook al besef je dat vrede een ijdel woord is
steek de kaarsen aan
laat de hoop branden
laat je verlangen opflakkeren
want
Hij is
in je droom in je honger in je traan in je lach
in je handen die reiken naar vrede in je diepe drang naar liefde
in je machteloos verdriet Hij is
in vandaag in gisteren en morgen
in wat is, wat was en zal zijn
Hij is!
God met ons
is Hij
hart van ons hart
licht in ons midden.