Gebeden op de zevenentwintigste zondag
door het jaar
Inleiding:
We zijn hier samen als gelovige mensen,
om samen te vieren dat we geloven in meer dan we zien en horen.
Over het geloof gaat het ook in het evangelie vandaag.
Maar hét geloof bestaat niet, je hebt wel mensen die gelovig zijn
en mensen zijn gelovig in allerlei gradaties en in allerlei vormen.
Toch spreken we vaak over hét geloof en dan denken we aan allerlei
tradities,
allerlei uiterlijke vormen waarin gelovig zijn gestalte kan krijgen,
volgens sommige ook gestalte moet krijgen, zo niet dan ben je in hun
ogen niet gelovig.
Te vaak wordt vergeten dat geloven minder te maken heeft met allerlei
leerstellingen en meer met in beweging zijn
in de geest van het evangelie, in de geest van Jezus.
Hij wees ons een weg door het leven
en gelovige mensen proberen die weg zo goed mogelijk te gaan.
Daar willen we in deze viering even over nadenken.
Openingsgebed:
God, onbereikbaar als we alleen naar
onszelf kijken,
de grote afwezige, als we alleen aardse belangen nalopen, open ons hart
voor de schoonheid van de natuur,
open onze ogen voor het goede in mensen
en geef dat wij U daarin herkennen en ontmoeten.
Wees ook aanwezig in ons biddend samenzijn van dit uur
opdat wij, gesterkt door uw nabijheid, durven geloven in uw bedoelingen
en steeds uw wegen kunnen en durven gaan.
Dat vragen wij U in Jezus' naam. Amen
Gebed over de gaven:
God, ver weg en toch heel dichtbij. Waar wij ons laten raken door het
wonder van het leven,
waar wij ons in beweging laten zetten door idealen,
waar wij ons aan mensen durven toevertrouwen,
daar mogen wij U in geloof ontmoeten.
U bent hier ook aanwezig in dit brood en deze wijn,
de tekenen van Jezus' liefde en trouw tot in de dood.
Wil ons sterken door deze gaven om trouw te zijn aan zijn idealen
en deze waar te maken in ons leven.
Dat vragen wij U in Jezus' naam. Amen
Slotgebed:
God, onzichtbaar ons nabij, alleen te
ontmoeten in een geest van
geloof,
uw stem alleen te horen als we van binnen heel stil worden, wij bidden
U:
versterk ons schamel geloof dat onderhevig is aan sleur en gewenning,
maak ons hart leeg opdat het gevuld kan worden met uw aanwezigheid
opdat wij uw kracht ervaren en daardoor gedragen samen de weg gaan
ons gewezen door Jezus Christus, uw zoon en onze leidsman ten leven.
Amen
Voorbede:
Heer, geef ons meer geloof,
als we ons machteloos voelen
bij het zien negatieve ontwikkelingen in onze samenleving
als we als we ons zorgen maken over de toekomst van kerk en
maatschappij.
Heer, geef ons meer geloof,
als we dreigen toe te geven aan de neiging
alle hoop op een betere wereld te laten varen,
als we, misschien te gauw, denken
dat we er toch niets aan kunnen doen.
Heer, geef ons meer geloof,
als we wat passief aan de kant blijven staan
en te gauw denken dat er voor ons geen taak is weggelegd,
als we ons te weinig verdiepen in vragen rond leven en geloven.
Heer, geef ons meer geloof,
als we het bidden verleerd zijn,
als we niet meer echt stil durven zijn
om uw stem in het diepst van ons hart te horen.
Heer, geef ons meer geloof, als we verdrietig zijn
omdat we een dierbare aan de dood moesten afstaan.
Schenk de volheid van uw leven aan alle overledenen
die wij in deze viering gedenken.
Heer, geef ons meer geloof,
opdat wij in deze verwarrende wereld steeds houvast mogen vinden bij U,
en steun bij alle andere gelovige mensen
in onze hoop op een betere wereld,
dat wij inspiratie putten uit het voorbeeld
van Jezus Christus, uw zoon en onze Heer. Amen
Teksten, gebeden, gedichten bij de zevenentwintigste zondag door het
jaar
GELOOF, HOOP EN LIEFDE
geloof kom je niet te boven
zonder te geloven
in het wonder om je heen
hoop gaat ten onder
als je leeft zonder het wonder
om je heen
liefde valt in duigen
als je niet kunt getuigen
van het wonder om je heen
verwonder je
het wonder kan niet
zonder je geloof, hoop en liefde
om je heen
Geloven in de God die partners zoekt
We geloven in de God van liefde
die ons vraagt om alle afgoden
uit ons midden op te ruimen,
die gemeenschap wil met ons.
We geloven in de God der schepping
die ons tot partners roept
bij het vormgeven van een toekomst
van gerechtigheid, vrede en vreugde.
We geloven in de God die niet veraf is,
die het leven van de wereld deelt,
die de hoop van mensen tot de Zijne maakt
en 's werelds pijnen voelt.
We geloven in de God
die zich verenigt met wie arm is en onderdrukt,
met wie snakt naar echt geloof,
en smeekt om medestanders.
We geloven in de God
die kwetsbaar is en pijn lijdt om zijn volk,
maar wiens verbond met hen voor eeuwig
onbreekbaar blijft en sterk.
Geloven
Geloven in een wereld
vol van geweld,
van cynisme,
van liefdeloosheid
is zijn als een wereldvreemde.
Geloven in een wereld
die vol is met mooie woorden
en grote beloften
en tegelijk vol van armen, vluchtelingen,
vereenzaamde en miskende mensen,
lijkt weinig geloofwaardig.
Het is niet vreemd om
niet te kunnen geloven
in een God die liefde is,
en van mensen houdt.
Het is eenvoudiger om te zeggen
dat God niet bestaat.
En toch is er dat eeuwige verlangen van mensen,
om te geloven dat het anders
en beter kan worden.
Dat verlangen wordt tot een kracht
in de geloofwaardige inzet
van de ene mens voor de ander.
God laat zich niet anders zien
dan in mensen die
handen en voeten geven
aan menselijkheid.
Dankgebed
Goddank, er zijn bloemen en bomen, vogels en vlinders
en als de bladeren vallen,
wordt de grond een mozaïek van kleuren.
Goddank, de zon schijnt, de maan en de sterren.
Het regent en het sneeuwt,
blauwe linten in een groen landschap, heuvels en dalen.
Goddank, er zijn mensen, lieve mensen,
ouders, broers en zussen, vrienden en vriendinnen.
Goddank, er worden mensen verliefd,
er zijn zoveel mensen die van elkaar houden.
Goddank, U houdt van ons, is dat allemaal niet wonderlijk?
P. Berkien
Geloven in
'Geloven in' wordt werkelijkheid.
Niet in jezelf geloven geeft moeilijkheden.
Geloven in 'iets-niet-kunnen' en je zult het niet kunnen.
Geloof in dingen die je van waarde zijn.
Geloof dat zij hun waarde laten zien.
Als een boom die leven wil
wordt jou iets opgedragen
Geef water uit plichtsbesef
of geloof in de waarde ervan.
Waarom doe je dingen uit plichtsbesef
zonder waarde voor jou?
Misschien dat hij die het opdraagt
wel gelooft in jou.
M. de Groot
Geloof
Geloof is een onrustig ding.
Dat heeft een groot gelovige eens gezegd
en hij heeft gelijk.
Geloven in Jezus Christus is onrust-barend;
als dat niet zo is,
moeten we ons geloof wantrouwen
en kritisch onderzoeken.
Zoals alle levenshoudingen
kan geloof aan slijtage onderhevig zijn
en verwateren tot sleur en gezapigheid.
Als het geloof geen eisen meer stelt,
maar goedkoop en gemakkelijk is geworden
in de zin van 'alles kan en alles mag'
of comfortabel, zodat je het op je sloffen af kunt,
dan is dat niet het geloof, dat Jezus vraagt,
dan is dat een verwerpelijk compromis.
Als geloof gelijk staat met 'we zullen wel zien'
en sacramenten worden ontvangen in de geest van
'baat het niet, dan schaadt het niet',
dan is dat niet het geloof,
dat in de kerk beleden wordt.
Als het geloof niet prikkelt
tot handen vouwen in gebed
en handen uit de mouwen steken
om medemensen te helpen,
dan is dat geloof niet levend, maar dood.
Echt geloof is geen compromis,
maar een radicale keuze.
Het is als een horzel, die je geen rust laat.
Je krijgt geen kans om in te dutten.
Th. v,d, Vossenberg,
Inspringen; Abdij van Berne, Heeswijk-Dinther.
Geloven binnen de kring
Geloven op je dooie eentje,
of met zijn tweetjes
dat gaat eigenlijk niet.
Als gelovige kun je nooit solist zijn.
Je zult altijd zoeken
naar verbondenheid met anderen,
naar een of andere vorm van gemeenschap.
Geloven betekent altijd:
meegeloven met anderen.
Ons geloof is niet levend
als we het niet met elkaar delen.
Ook mijn twijfel
en mijn gevecht om God
en mijn steeds verdergaande vragen
ze zijn alleen maar uit te houden,
alleen maar vol te houden
als ik die kan beleven
binnen de kring.
te midden van mijn broeders en zusters,
in de ruimte waar ik thuis hoor:
in de gemeenschap
van de gelovigen.
L. Loosen sj: Kerkbalans 1982.
Als ik ...
Als ik alleen maar was
een kop op een karkas
had mijn bestaan geen zin
goddank, zit er iets in
ik weet niet hoe het heet
een ziel? een kern? een pit ?
mijn moeder zei: "t is God,
die ergens in ons zit . . . .'
maar ik voel me soms zo leeg
en onze lieve Heer
van wie mij werd verteld
vind ik dan nergens meer
maar als ik op een dag
wat. naar de bloemen kijk
dan denk ik telkens weer . . .
mijn moeder had gelijk!
Toon Hermans
Geloof
Geloof wil niet alleen zijn
heeft niet genoeg aan zichzelf
heeft te veel aan zichzelf
geloof zoekt altijd een samen
steekt altijd een handen uit
een gelovige is een boom
maar ook een tak ook een blad
een gelovige is een huis
maar ook een muur ook een steen
een gelovige is een gedicht
maar ook een zin ook een woord
geloof zoekt altijd een samen een warmte
geloven is samen bij God zijn
een boom van lofzang
een huis van ontmoeting
een gedicht van aanbidding
geloven alleen is
maar een stem uit het lied
een lid van het lichaam
is maar een kruimel van het brood
een flits van de bruid
is maar onvoltooid maar eenzaam zijn
geloven is wereldwijd
is een lied zijn over de aarde
een lichaam van gemeenschap
is brood zijn voor de mensen
bruid voor God.
LIED VAN ROEPING: OVER EN WEER
De Geest wil in de harten wonen.
Van jong tot oud, van laag tot hoog
spelen wij in op wat gaat komen.
Pijlen van vrede op Gods boog.
Wij mogen sprekend op God lijken.
Hij brengt ons samen in een kring,
waar wij elkaar de handen reiken:
de laatste wordt steeds eersteling.
De rollen zijn ons voorgeschreven:
de koning komt als één die dient
om machtigen de les te lezen,
de armen delen in de winst.
Wij scholen samen rond de Schriften.
de weg wordt vóór ons uitgelegd,
woorden doorbreken onze driften.
Mens Gods, uit duister opgedregd.
Vermenigvuldig dan de vreugde
waarmee gij rijk gezegend zijt,
om in de wereld te getuigen
van liefde en gerechtigheid.
Henk Abma
HEER, U GAF ONS HANDEN
Heer, U gaf ons handen
om te geven van onze overvloed,
U gaf ons voeten
om te lopen naar de ander toe,
U gaf ons ogen
om te zien waar geleden wordt,
U gaf ons oren
om te luisteren naar een overvol gemoed,
U gaf ons schouders
om te helpen dragen zorgen, angst en pijn,
U gaf ons een hart om te branden van liefde.
Dit alles en nog meer, kregen wij te leen.
Vergeef ons Heer,
wij hebben er zo weinig mee gedaan,
wij hebben mensen in de kou laten staan,
wij hebben uw kloppen niet willen horen,
niets mocht onze rust verstoren.
Wij wilden niet geven, gaan, zien,
horen, helpen, dragen,
wij wilden enkel onszelf behagen
en nu staan wij als een bedelaar aan uw deur.
Vergeef mij Heer,
ik stelde zovelen teleur,
help mij weer te gaan
de weg die door Jezus werd bereid,
de weg die door mensen tot U leidt.
ZEGENWENS
Gezegend handen die leven aanraken
gezegend handen die krachtig zijn
gezegend handen die pijn voelen
gezegend handen die aarde tot een tuin maken
gezegend handen die open zijn van vreugde
gezegend handen die gebald zijn van woede
gezegend handen die herstellen en schoonmaken
gezegend handen die spelen
gezegend handen die getekend zijn door leeftijd
gezegend handen die strelen en opbeuren
gezegend handen die recht doen
gezegend handen die belofte van toekomst dragen
gezegend, Onuitsprekelijke God,
het werk van uw handen!
Jan van Opbergen
Geloof jij in die onzin?
-Ik kan volgende week niet mee naar Feijenoord, want dan moeten we met
ons jongerenkoor zingen.
-Wat? Zing jij in het jongerenkoor? Zingen die niet altijd in de kerk?
Geloof jij aan die onzin?
-Ja, eerlijk gezegd ben ik indertijd alleen erbij gegaan, omdat
Marjolein er ook bij zat. Toen die verkering kreeg met Evert, heb ik
even gedacht om er weer mee te stoppen. Maar ja, intussen had ik de
smaak van het zingen behoorlijk te pakken en ze komen daar altijd
jongens te kort. Zodoende...
-Ja maar, die larie die ze daar vertellen, geloof je daar dan in? -Nou
ja, er zijn wel een aantal zaken waar ik moeite mee heb. Maar dat Jezus
geleefd heeft en dat Hij een door en door goed mens was die een
speciale band met God had, daarin geloof ik wel. Zo'n levensverhaal
vertel je geen 2000 jaren verder, als er niet iets bijzonders met die
man aan de hand was geweest.
-Meen je dat nou? Ik heb eens gehoord dat Jezus zelf nooit een letter
op papier heeft gezet en dat alles wat er over Hem in de Bijbel staat
pas na zijn dood is opgeschreven.
-Ja, dat klopt. Maar weet je wat me aan het denken heeft gezet? Wij
hadden eens een Afrikaan in onze parochie te gast. Hij was in de
hoofdstad van zijn eigen land professor voor taalkunde geweest, maar
geboren was hij in een dorpje aan de rand van de woestijn, waar behalve
zijn vader niemand kon lezen en schrijven. Die man vertelde: 'In ons
dorp zijn de meeste verhalen die we aan elkaar vertellen, al eeuwen
oud. Elke generatie voegt een klein stukje aan het verhaal toe, maar er
vraagt nooit iemand naar de waarheid. Dat komt, omdat die verhalen voor
ons zo waardevol zijn: ze vertellen de geschiedenis van onze stam. Hier
bij jullie worden dagelijks stapels 'kranten en tijdschriften vol
gedrukt met roddels en sensatieberichten. En omdat niemand de waarde
van die verhalen snapt, gaan mensen zich afvragen of ze dan wel waar
zijn'.
Zie je, en toen was het voor mij opeens niet meer zo interessant of de
Bijbel wel waar is. Hij is in ieder geval van waarde voor mijn leven.
En daar gaat het wat mij betreft om.
M. Houben
De koorddanser
Er kwam eens een koorddanser in een dorp. Hij ging een touw spannen
tussen de kerktoren en een hoge boom. Een heleboel mensen werden
nieuwsgierig wat die waaghals zou gaan uithalen en kwamen kijken naar
zijn kunsten.
Bij het begin van de voorstelling vroeg de koorddanser aan de
omstanders: "Geloven jullie dat ik met deze evenwichtsstok in mijn hand
over het koord kan lopen?" Dat geloofden ze zonder meer, dus in een
koor riepen ze: "Jaa".
Bijna moeiteloos liep de koorddanser over het koord. Groot applaus. Hij
gooide de stok naar beneden en riep: "Kan ik het ook zonder stok?" Ook
dat geloofden de mensen, en zo gebeurde het. Enorm applaus. Hij pakte
een kruiwagen en vroeg: "Wat denk je: zou ik met deze kruiwagen naar de
overkant kunnen?" En al die enthousiaste mensen riepen terug: "Ja,
natuurlijk kun je dat." En het lukte, zonder mankeren. Langdurig
applaus.
Toen werd het stil. Iedereen was benieuwd wat er nu zou komen. De
koorddanser keek naar beneden alsof hij iemand zocht, en zei toen:
"Geloven jullie dat ik over dit koord kan lopen met iemand in die
kruiwagen?" Alle mensen stonden te juichen, wat een stunt zou dat zijn.
"Goed," zei de man, "Wie komt er dan nu naar boven om met mij mee te
doen?" Toen werd het doodstil. Driemaal vroeg hij het, maar niemand
durfde het aan, ook al geloofden zij dat die koorddanser buitengewoon
goed was. De een na de ander ging stilletjes naar huis. En toen de
koorddanser 's avonds thuis kwam bij zei vrouw, zei hij teleurgesteld:
"Alweer niemand die mee wilde doen. Ze geloofden het wel, maar meer ook
niet."
Parel in de oester
Op de bodem van de oceaan ontdekte een oester in een spleet tussen twee
rotsen een parel. Met veel moeite slaagde de oester er tenslotte in de
parel boven te halen en boven op een blad te deponeren. Hij was op de
hoogte van het feit dat mensen op zoek zijn naar parels.
Deze parel, dacht hij, zal de mensen in verleiding brengen en ze zullen
mij met rust laten.
Maar de parelduiker die even later langskwam, was getraind op het
ontdekken van oesters, niet van parels. En dus greep hij naar de oester
die verder niets verborgen hield, en hij veroorzaakte zoveel deining
dat de parel weer tussen de rotsen verloren gleed.
Anthony de Mello, Het gebed van de kikker, Lannoo
terug naar de overweging