Marialiederen
O MOEDER VAN JEZUS
mel. O reinste der schepselen
O Moeder van Jezus, Maria, U bent
als moeder aanbeden, in U wordt herkend:
het lijden, de zorg, het verdriet om uw Zoon,
de hemel voor eeuwig en altijd uw loon.
Maria, U bent doorheen alle tijd,
de Moeder der mensen, aan God toegewijd.
Toen Jezus Zijn weg ging, wist U niet waarheen,
in denken en spreken stond Hij vaak alleen,
U volgde op afstand, wie kende de pijn,
het bange vermoeden dat waar bleek te zijn.
Maria, U bent doorheen alle tijd,
de Moeder der mensen, aan God toegewijd.
Maria, U leeft door de liefde van God
de dood overstegen, het menselijk lot,
U bent ons een voorbeeld in nood en verdriet,
voor U zingen de mensen al eeuwen dit lied.
Maria, U bent doorheen alle tijd,
de Moeder der mensen, aan God toegewijd.
WEES GEGROET MARIA
mel. Wees gegroet, o Sterre
Wees gegroet Maria, vrouwe vol genade,
trouwe dienstmaagd van de Heer,
Hij zag teder op u neer.
Wees gegroet, wees gegroet, Maria.
Moeder, hoog verheven, zorg hebt u gegeven
aan uw Kind, de Zoon van God,
liefde was zijn hoofdgebod.
Wees gegroet, wees gegroet, Maria.
Rijk door God gezegend, liefdevol bejegend,
staande voor Zijn aangezicht,
schenk ook ons uw zorg en licht.
Wees gegroet, wees gegroet, Maria.
WIJ EREN U, MARIA
mel. God groet u zuiv're bloeme
Wij eren U, Maria, en wat U hebt doorstaan,
U bent als Jezus' moeder in trouw Hem voorgegaan,
al ging Hij eigen wegen, U raakte niet verward,
Zijn kruis hebt U gedragen, zo is een moederhart.
Maria, wij geloven dat U ook bent waar Hij
het leven mag voltooien: de Eeuwige nabij,
wij bidden om uw liefde en om uw ned'righeid.
God, maak ons als Maria tot dienstbaarheid bereid.
Maria, grote Vrouwe, van U is toch dit lied:
de machtigen, zij winnen het van de kleinen niet,
want God zal zelf verheffen wie hier vernederd wordt.
Wie daar op durft vertrouwen, die overstijgt het lot.
DE EEUWEN DOOR GEGEVEN
mel. God groet u zuiv're bloeme
De eeuwen door gegeven,
Maria, is jouw naam,
want God is in jouw leven
een nieuwe weg gegaan:
wat goeds kon er nog komen,
alleen maar van een vrouw?
Maar God heeft op jouw dromen,
een nieuw begin gebouwd.
De plannen van de mensen
heeft God teniet gedaan,
hun hoogmoed en hun wensen,
is God voorbij gegaan.
De machtigen der aarde,
zij worden niet geteld,
want boven vuur en zwaarden
heeft God een vrouw gesteld.
Die niet wordt onderworpen
aan macht van man en staat,
maar rechtop, vastberaden,
het leven komen laat,
ach mochten wij geloven,
dat geestkracht, groot en klein,
de mensen uittilt boven
de tobbers die wij zijn.