Liederen door het jaar
ALLE MENSEN WORDEN BROEDERS
mel.: Alle Menschen werden Brüder
Alle mensen worden broeders
als zij naast elkaar gaan staan,
broeders, zusters, mensenhoeders,
vrij van elke eigenwaan,
samen met elkaar verbonden,
één van hart en één van geest,
helend naar elkaar gezonden,
naar de zwakken wel het meest.
Samen leven, samen werken,
samen bouwen, dag en nacht,
met de zwakken, met de sterken,
in de eenheid zit de kracht.
Allen zoekend naar de wegen
die zij samen kunnen gaan,
om de wereld hoop te geven,
op een goed en warm bestaan.
Alle mensen worden broeders,
als zij trouw zijn aan elkaar,
broeders, zusters, mensenhoeders,
samen maken zij het waar.
Hiervan blijven allen dromen,
‘t is de wens van alleman,
zal het daar wel ooit van komen,
blijf geloven dat het kan.
BRUGGEN BOUWEN naar de vrede
mel.: Alle Menschen werden Brüder
Bruggen bouwen naar de vrede
in een wereld vol geweld,
waar steeds volop wordt gestreden
om de macht en om het geld.
Bruggen bouwen naar degenen,
die zo door een hel heen gaan,
die hun doden weer bewenen,
zonder hoop is hun bestaan.
Bruggen bouwen naar de vrede
in een wereld vol van haat,
in de dorpen, in de steden,
waar geen goede trouw bestaat.
Bruggen bouwen naar de velen
die elkander niet verstaan,
doof en blind door vooroordelen,
door bedrog en rassenwaan.
Bruggen bouwen naar de vrede
in een wereld vol verdriet
waar onnodig wordt geleden,
waar men zoveel tranen ziet.
Bruggen bouwen, handen geven,
teken van verbondenheid,
samen vrienden voor het leven,
weg met alle haat en nijd.
DIT IS HET HUIS
mel: Dit is de dag die de Heer heeft gemaakt.
Dit is het huis dat wij wilden om God te ontmoeten,
en waar de aarde en hemel elkander begroeten:
huis van 't verbond en met Gods liefde als grond
voor onze zoekende voeten.
Dit is het huis dat wij bouwden om samen te horen;
hier komen wij, met ons leven, elkander ter ore;
hier wordt gedeeld, hier wordt de vrede verbeeld
waarvoor we eens zijn geboren.
Dit is het huis dat wij houden om samen te eten,
om elke keer rond het heilige brood weer te weten:
Gij onze God, gaf ons als hoogste gebod
liefde die nooit zal vergeten.
EET VAN HET BROOD
mel. Zomaar een dak
Eet van het brood, voedsel voor velen,
al wie er breekt, doet mensen goed,
gaat in Zijn spoor: delen is helen,
een klein begin van overvloed;
sterven is leven, dood het begin
van opstaan, verdergaan,
nog enkel in Zijn Naam.
Drink van de wijn, beker tot weten
waartoe wij hier geroepen zijn:
zegen en heil! Drinken en eten
om er te zijn voor groot en klein.
Sterven is leven, dood het begin
van opstaan, verdergaan,
nog enkel in Zijn Naam.
Beker en Brood, zijn om te weten:
Hij wil voor altijd bij ons zijn.
Telkens wanneer wij het vergeten
horen wij weer bij Brood en Wijn:
sterven is leven, dood het begin
van opstaan, verdergaan,
nog enkel in Zijn Naam.
FEEST IN DE KERK
mel. Zomaar een dak
Feest in de kerk, feest bij de mensen,
blijde gezichten om je heen.
Vrolijk gelach, veel goede wensen,
niemand voelt zich vandaag alleen.
Fijn als je samen eten mag aan tafel
bij de Heer, vandaag en telkens weer.
Wij delen brood, met alle mensen,
op deze feestdag met elkaar.
Zoals de Heer deed met zijn vrienden,
toen bij het laatste avondmaal.
Hij brak het brood en zegende wijn,
en deelde het allen rond,
als zijn nieuwe verbond.
Zingt met elkaar opdat wij samen,
straks aan zijn tafel zullen gaan.
En bidden dan, voor alle mensen,
dat wij gelukkig mogen zijn.
Wij zijn zijn kinderen, Hij onze Heer,
Hij nodigt ons bijeen, vergeten wordt niet één.
GEROEPEN OM JEZUS’ WEG TE GAAN
mel. Zomaar een dak . . .
God onze Heer, Schepper van leven,
Vader van ieder mensenkind.
U wilt uw zorg, uw liefde geven,
groten noch kleinen onbemind.
Dus roept U mensen van oudshér
in uw naam op te staan
en Jezus' weg te gaan.
Wapengeweld zult U niet kiezen,
machten en krachten winnen niet!
Eens komt de tijd dat zij verliezen,
U wilt geluk en geen verdriet.
Dus zoekt U mensen naar uw hart
in uw naam op te staan
en Jezus' weg te gaan.
Steeds roept U ons: kies toch voor vrijheid,
maak u toch los van min geweld
leg af de haat, zoek toch de waarheid,
heb al uw hoop op Mij gesteld.
Zo wijst U mensen op hun taak,
in uw naam op te staan
en Jezus' weg te gaan.
GOD LAAT ONS NIET STAAN.
mel. Suze Naanje
Horen door alle woorden heen,
wensen van mensen; en wie heeft er geen?
Vrijheid en blijheid, wij kiezen ervoor.
Door alle lijden ging Hij ons voor!
Wie wil dat verstaan?
Spreken door alle zwijgen heen,
lijdenden strijden niet langer alleen;
machten en krachten, zij winnen het niet,
omdat God in het verborgene ziet.
Wie kijkt mensen aan?
Kijken om de horizon heen,
dromenden komen in het land van geen
oorlog maar vrede, een pracht visioen,
zichtbaar: onzichtbaar als wij niets doen!
Wie durft op te staan?
Leven over het leven heen
stervenden erven de hemel alleen.
Maar wie de grens van de dood over gaat,
weet dat de deur altijd open staat.
God laat ons niet alleen.
GOD ROEPT....
mel. Uit vuur en ijzer
God roept de mens in ied’re tijd
en spreekt tot hem van eeuwigheid;
Hij geeft niet om vrijblijvendheid,
maar vraagt zichzelf te geven.
Te horen naar wat Hij zegt
Zijn woord in ieders hart gelegd,
tezamen een taal die zegt
dat liefde staat voor delen.
Wie oren om te horen heeft
en handen om te geven heeft,
wie liefde voor het leven heeft
kan delen met elk ander.
Al werkend aan wat God wil
wordt ieder mens een beetje stil
en ziet door een nieuwe bril
het leven als geen ander.
Niet ieder die het roepen hoort,
Zijn Stem wordt vaak de mond gesnoerd.
Gods Zoon bracht ons een helder woord
dat zelfs een kind kan horen.
Al lopend aan Jezus' hand
krijgt duisternis een lichte kant,
wordt zichtbaar een hoop die brandt:
Gods vrede zal daar gloren!
HIJ HEEFT ONS NIET VERGETEN
(m. Gij zijt in glans verschenen)
Hij heeft ons niet vergeten,
Hij schreef ons in zijn hand.
Hij gaat met ons zijn wegen
door nacht naar morgenland.
Hij heeft ons leed doorleden,
ging met ons door de dood,
zijn lichaam prijsgegeven,
gedeeld, gebroken brood.
Als Hij ons heeft gezegend,
wie zal dan tegen zijn?
Hij leeft in ons zijn leven
aan nacht en dood voorbij.
Gij hebt uw volk geroepen
met U op weg te gaan.
Zoudt Gij ons niet behoeden:
God-met-ons is uw naam.
Gij hebt uw woord gesproken,
uw ja ons toegezegd,
uw brood met ons gebroken,
Gijzelf zijt onze weg.
Zult Gij ons niet voltooien,
met ons op weg gegaan
tot wij in vrede wonen,
bezegeld met uw naam?
KIJK OM JE HEEN
mel. zomaar een dak.
Kijk om je heen, kijk naar het leven,
dat ons verwondert dag na dag,
dat niet alleen ons wordt gegeven,
maar waarin ieder delen mag.
Leven op aard, bewondering waard,
van ieder groot en klein
die deel daarvan mag zijn.
Kijk om je heen, dank voor de dingen,
die ons het leven steeds weer geeft,
die iedereen daaglijks omringen
waarin de mens gelukkig leeft.
Breek nimmer af wat God aan ons gaf,
eerbiedig het bestaan,
geef iedereen ruim baan.
Kijk om je heen om mee te werken
aan wat het leven leefbaar maakt.
Wij niet alleen, ieder moet merken
dat onze zorg het leven raakt.
Alles wat leeft, wat ademtocht heeft,
vraagt naar zijn Scheppers wens
om eerbied van de mens.
MENSEN ZOEKEN WEGEN (mel.: land of hope and glory)
Mensen zoeken wegen, naar veel levensvreugd,
naar Gods beste zegen, liefde, goede deugd.
Laat ons Hem aanbidden, Bron van ons bestaan.
Heer, blijf in ons midden, wees met ons begaan.
(2x)
Kleine, grote mensen, dromen van geluk,
allen hebben wensen, velen lopen stuk.
Heer van alle leven, goed en groot zijt Gij.
wil ons vreugde geven, maak ons vrij en blij. (2x)
PELGRIMS ZIJN WIJ MENSEN
(mel.: land of hope and glory)
Pelgrims zijn wij mensen, trekkers naar Gods woord,
onvervulde wensen drijven allen voort.
Wie verhoort ons bidden? Wie ziet naar ons om.
Wie trekt in ons midden? Kom, Heer Jezus, kom. (2x)
Leid ons, goede herder, sterk ons dag na dag,
zingend gaan wij verder, zeker van uw kracht.
U blijft ons vertrouwen, nu en immermeer,
tot wij U aanschouwen, onze God en Heer. (2x)
NU DOEN DE MENSEN NOG KWAAD
Refr.
Stil maar wacht maar, alles wordt nieuw
de hemel en de aarde. (2x)
Nu doen de mensen nog kwaad,
nu gooien zij met stenen,
dan zal men gratie verlenen,
dan is voorbij de haat. Refrein
Nu doet men anderen pijn,
nu gooit men nog met stenen,
dan zal er niemand meer wenen,
dan zal er vrede zijn. Refrein
Nu lopen mensen gevaar,
nu worden zij gestenigd,
dan zijn de volken verenigd,
dan hoeden zij elkaar. Refrein
Nu worden mensen gedood,
nu worden zij gestenigd,
dan zijn de noden gelenigd,
delen zij 't daaglijks brood. Refrein
SAMEN OP WEG
mel.: Zomaar een dak
Samen op weg, zoekend naar liefde,
naast ieder ander willen staan.
Want kan een mens, zonder die ander
vreugde en vriendschap ondergaan?
Zo moeten mensen zijn voor elkaar:
een steun, een toeverlaat,
die niet verloren gaat.
Samen op weg, zoekend naar kansen,
naar elke nieuwe moog'lijkheid,
om voor elkaar leven te scheppen,
ja, Heer, maak ons daartoe bereid.
Wil bij ons zijn van uur tot uur,
ons leiden elk moment,
dat men uw kerk herkent.
Samen op weg, zoekend naar leven,
speurend naar licht en dageraad,
mensen vol hoop, sterk en gedreven,
zorgzaam en goed in woord en daad,
niemand alleen en allen tezaam,
zo gaat de boodschap voort
van Jezus eens gehoord.
TAFELLIED
mel. Zolang er mensen zijn op aarde
Zolang het graan van moeder aarde
geen voedsel is voor al wat leeft,
zolang roept Hij ons aan de tafel
te doen wat Hij bevolen heeft.
Zolang de vruchten van de wijnstok
alleen de rijken vreugde biedt,
zolang gaat Hij ons voor in delen,
zal klinken het: “vergeet me niet!”
Zolang wij mensen brood en beker
niet delen zoals Hij het deed,
zolang zal vrede in de wereld
niet overwinnen alle leed.
Heer, leer ons breken, leer ons delen
het brood en ook de beker wijn.
Heer, laat ons in uw naam verzameld
elkanders broers en zusters zijn.
KOM, LAAT HET IEDER HOREN –
(Melodie: Go tell it on the mountain)
Refrein: Kom, laat het ieder horen.
Zorg, dat het ook de blinden zien.
Kom, laat het ieder horen.
De Heer is hier bij ons.
Wees bereid tot luist'ren
en hou je toch niet doof,
want ieder die wil horen,
verstaat: de Heer is hier. Ja! Refrein
Allen zijn wij mensen,
wij horen bij elkaar
en wie zijn broeder lief heeft,
die is de Heer nabij, Ja! Refrein
Geef je brood aan armen,
je naaste is in nood.
Zo gauw je't hebt gegeven,
zal Christus bij je staan. Ja! Refrein
Breng Hem alle gaven,
vertrouw je aan Hem toe.
Zijn liefde zal ons helpen,
want Hij trekt met ons mee. Ja! Refrein
VREDE VOOR JOU
mel. Zomaar een dak
Vrede voor jou hierheen gekomen
zoekend met ons om mens te zijn.
Jij maar alleen, jij met je vrienden,
jij met je last, verborgen pijn:
vrede, genade, God om je heen,
vergeving, nieuwe moed,
voor jou en iedereen.
Niemand komt hier vrij van het kwade
niemand gaat hier straks weer vrijuit.
Niemand teveel, niemand te weinig,
niemand te groot, geen één te klein:
dit wordt verbeeld in woord en gebaar,
tot ooit en overal wij leven van elkaar.
Jij die ons kent, Jij die ons aanvoelt,
Jij die de hele wereld draagt,
kom naar ons toe, leer ons te leven
help ons te zien wat ieder vraagt:
tijd om te leven, kans om te zijn;
een plek om, nu en ooit,
gezien, aanvaard te zijn.
WATER IS EEN BRON VAN LEVEN (bij een doopviering)
Melodie: Hoort hoe God met mensen omgaat
Water is een bron van leven voor de mens die dorstig is.
Water kan weer krachten geven aan wie zwak en weerloos is.
Water is een bron van leven voor een kind dat leven gaat,
dat nog naar geluk moet streven en geen goed kent en geen kwaad.
Water is een bron van leven, wie gelooft in Jezus' woord,
in zijn boodschap, toen geschreven, die zet nu zijn heilswerk voort.
Water is een bron van leven, wie gedoopt is in zijn naam,
wie zijn licht is doorgegeven, die kan hoopvol verder gaan.