Gezinsviering met het thema: Advent

verzorgd door de Stap voor Stap groepen

    Zondag 2 december 2007
Openingslied : Kijken naar wat komt
    Advent is kijken naar wat komt,
    hoewel er weinig zicht is.
    Je steekt een kaars aan in de nacht,
    omdat je iets van God verwacht:
    een wereld waar het licht is.

    Advent is kijken naar wat komt,
    zoals toen, lang geleden.
    Er werd een kind van God verwacht,
    een kind van licht, een kind vol kracht.
    Een kind dat zorgt voor vrede.

    Advent is kijken naar wat komt.
    Advent is durven hopen.
    Het kerstkind is een nieuw begin.
    We slaan een weg van vrede in.
    Die moet je verder lopen.

    Advent is kijken naar wat komt.
    Advent is durven dromen.
    Is licht zien in de duisternis,
    geloven dat God met ons is
    en dat zijn rijk zal komen.
Inleiding (pastoor)
    Vandaag begint de advent.
    Het is een tijd van wachten en verwachten.
    Een tijd van nieuw begin,
    Een tijd om aan de slag te gaan,
    met hart en handen.

    Tijd om jezelf aan te pakken en te kiezen.
    Je wilt Jezus volgen - of niet.
    Je kiest voor hem - of niet.
    Je keuze heeft alles te maken met je manier van leven.

    Advent is toegroeien naar vrede,
    met de anderen en met onszelf.

    We steken, vier weken lang, een kaars aan.
    Vier weken lang willen we actief uitkijken
    naar licht en vrede in onze kleine en grote wereld.
    advent...is even stil blijven staan
Aansteken eerste adventskaars (door Myrthe)
    We dromen van het licht dat komt.
    De eerste kaars mag aan.
    We wensen, we wensen:
    Geen oorlog en geen ruzie meer,
    maar vrede voor de mensen.
    Zie jij het ook?
    Eén kaars is aan.
    Hoever is kerst van ons vandaan?
    Wij tellen nu de weken af
    die we moeten gaan:
    Eén, twee, drie vier!
Openingsgebed (door Vera)
    De dagen voor Kerstmis zijn vaak erg donker.
    Voor veel mensen om ons heen is het ook donker.
    Die mensen verlangen niet naar het feest van Kerstmis.
    Voor hen zijn het donkere dagen.
    Maar wij kunnen het licht maken voor deze mensen.
    Wij brengen hun een bezoekje.
    Wij sturen een zelfgemaakte kaart.
    Wij gaan boodschappen voor hen halen.
    Helpen een zware tas dragen.
    Zo wordt het vaak een beetje licht,
    een beetje prettig voor deze mensen.
    Want waar geluk en vriendschap is,
    daar is ook het licht voor Kerstmis.
    Het licht van deze kaars zegt aan iedereen:
    er is een feest op komst en de duisternis verdwijnt.
Gebed om vergeving
    Pastoor:
      Wachten kan verlammend werken, maar wachten kan ook hoop betekenen.
    John:
      Hoop geeft kleur aan onze wereld. Als deze flikkerende vlammetjes dansen. Het is een plezier om ze te zien. Jezus wil ook dat we als lichtjes zijn. Dat is niet altijd gemakkelijk. Soms zijn we wel eens fout.
    Allen:
      Lieve Heer, vergeef het ons.
    Tom:
      Grote mensen en kinderen houden niet altijd van licht. Soms kijken ze zuur, mopperen ze over kleine dingen en doven zo het licht in hun hart. En don wordt alles donker als de nacht.
    Allen:
      Lieve Heer, vergeef het ons.
    Bryanne:
      Grote mensen en kinderen houden niet altijd van licht. Soms zien ze niet meer dat een ander hen nodig heeft of een pleziertje wil en doven zo het licht in hun hart. En dan wordt alles donker als de nacht.
    Allen:
      Lieve Heer, vergeef het ons.
    Lars:
      Grote mensen en kinderen houden niet steeds van licht. Soms doen ze de deuren van hun hart dicht voor de mensen om hen heen en doven zo het licht. Dan komt er geen licht meer binnen en blijft alles donker.
    Allen:
      Lieve Heer, vergeef het ons.
Eerste lezing: het verhaal van de vier kaarsen (door Ria Arts)
    Heel langzaam brandden eens vier kaarsen. De omgeving was zo rustig dat men ze kon horen spreken.
    De eerste kaars zei: "Ik ben de VREDE. Ik deed zolang mijn best opdat mensen geen ruzie zouden maken, dat ze geen wapens zouden gebruiken, dat ze niet zouden slaan voor een meningsverschil. Maar er blijft oorlog overal, en waar mensen in groepen samenkomen blijven er twisten ontstaan. Wat heeft het voor zin dat ik voor hen brand? Niemand, kan mij beletten dat ik uitdoof." Haar vlammetje werd vlug kleiner en doofde uit.

    De tweede kaars zei: "Ik ben het VERTROUWEN. Meestal kan ik gemist worden. Dus heeft het geen zin meer dat ik blijf branden. Want ik leer mensen om te geloven in het leven zelf en in elkaar. Ik leer hen dat ze samen iets moois kunnen maken, maar ze luisteren niet. Hun vertrouwen is zo klein. Ze geloven alleen wat simpel is en in dromen die wegvliegen als een veertje. Mensen vertrouwen niet eens meer hun eigen hart, en geloven niet in het waarom van hun bestaan." Wanneer ze stopte met praten blies ze zichzelf met een laatste zuchtje uit.

    Op haar beurt sprak zachtjes de derde kaars: "Ik ben de LIEFDE. Ik heb de kracht niet gekregen om te blijven branden. De mensen negeren me. Ze vergeten zelfs hun naasten te beminnen. Ik had zo gehoopt dat ik mensen kon helpen om elkaar warmte te geven, en het gevoel dat er altijd Iemand ook van hen hield - zelfs al wist men dat niet." Ze wachtte niet langer en doofde uit. Plots kwam er een kind aan en zag de drie gedoofde kaarsen. Het keek naar de vrede waarvan het licht verdwenen was, en naar het vertrouwen dat het nodig had om groot te worden en om moedig te zijn, en naar de liefde omdat het kind niet alleen wilde zijn. "Waarom branden jullie niet langer?" riep het kind vol onzekerheid uit. De drie kaarsen spraken en vertelden hoe slecht het met hen ging. Nadat dit alles gezegd was begon het kind te wenen.

    Toen zei de vierde kaars: "Wees niet bang, mijn kind. Nu ik nog brand kunnen we de andere kaarsen weer aansteken. Want ik ben de HOOP!" Met glanzende ogen nam het kind de kaars van de hoop en stak de andere kaarsen weer aan. Het vlammetje van de hoop wilde het kind nooit uit het leven laten verdwijnen. Laten ook wij allemaal de HOOP, het VERTROUWEN, de VREDE en de LIEFDE bewaren en koesteren!!! Dan groeit het grote licht dat Kerstmis is voor vandaag, voor morgen en altijd!
Lied van het licht, een adventslied
    Mensen kijken in het donker
    Naar een wereld vol verdriet.
    Steek een kaars aan. Die vertelt je
    Van het Licht dat je straks ziet.

    Refrein
      Het wordt anders. Het wordt lichter.
      Het wordt licht voor jou en mij
      en voor iedereen op aarde.
      Het wordt Kerst. God is dichtbij.

    Mensen kijken naar de sterren.
    Maar dat licht is ver en koud.
    Steek een kaars aan. Die vertelt je
    van het Licht dat van ons houdt. Refrein

    Mensen dromen mooie dromen.
    van een wereld, licht en fijn.
    Steek een kaars aan. Die vertelt je
    hoe de wereld eens zal zijn. Refrein

    Mensen gaan een beetje stralen,
    want het Licht raakt hun nu aan.
    Je ziet lichtjes in hun ogen
    als ze bij het Kerstkind staan.
Tweede lezing (Marcus 13,33-37)
    Op een keer vertelde Jezus aan zijn leerlingen het volgende verhaal:
    Er was eens een man die naar het buitenland ging. Hij moest alles achterlaten en daarom riep hij zijn personeel bij elkaar en zei: 'Ik moet een tijdje weg voor zaken in het buitenland en ik geef jullie nu alles in handen, mijn bedrijf.....mijn huis....mijn tuin.... Zorg er goed voor en waak over alles.' 'Wanneer denkt u dat u terugkomt?'vroeg één van hen. 'Dat weet ik nog niet precies: het kan een maand zijn, maar het kan ook langer duren!' De man vertrok.
    Wat denk je dat die mensen die achterblijven nu gaan doen? Gaan ze lekker vakantie nemen en lui zitten wachten tot hun baas terugkomt? Dat kan toch niet! Ze moeten er rekening mee houden dat hun baas iedere dag kan terugkomen. En dan moet alles in orde zijn. En als die mensen van hun baas en van hun werk houden, dan zullen ze dat ook zeker doen.
    Na dit verhaal sprak Jezus: 'Wees op je hoede, wees waakzaam, want je weet maar nooit wanneer het zo ver is dat ik terugkom. Weet dat jullie de aarde, met alles wat erop leeft, in bruikleen hebben. Jullie zijn hoeders of herders en hebben de zorg voor deze aarde, om haar bewoonbaar te maken en bewoonbaar te houden. Zodat de aarde een thuis is voor iedereen: Wees waakzaam! Niet inslapen dus en denken dat anderen het wel zullen doen.'

Overweging

Geloofsbelijdenis
    Wij geloven in God die alles gemaakt heeft.
    Hij is een goede Vader.
    Hij is voor ons liefde, hoop en vergeving.
    Hij helpt ons altijd.
    Hij laat ons niet in de steek.

    Wij geloven in Jezus die altijd bij ons is.
    Hij is door God gezonden om ons
    te tonen hoe we moeten leven.
    Hij is ons grote voorbeeld.
    Wij geloven in de mensen die zoals hij willen leven
    en die hun geloof ook willen doorgeven aan anderen.

    Wij geloven dat wij zelf zoals Jezus
    kunnen meebouwen aan een wereld
    van vrede, vertrouwen, liefde en hoop voor iedereen.
Voorbeden
    Inge:
    Jezus, wij bidden om vrede:
    Dat het licht van vrede niet wordt gedoofd
    doordat we ruzie met alkaar maken
    doordat we niet naar elkaar willen luisteren
    maar alleen onze eigen zin willen doen.
    Wij bidden dat er altijd vrede in ons leven zal zijn.
    Laat ons bidden

    Marissa:
    Jezus, wij bidden om vertrouwen:
    Dat het licht van vertrouwen niet wordt gedoofd
    omdat wij niet meer in elkaar geloven
    omdat wij niet meer naar ons eigen hart durven te luisteren
    en geloven dat we anderen kunnen vertrouwen.
    Wij bidden om vertrouwen omdat we het niet kunnen missen.
    Laat ons bidden.

    Bryanne:
    Jezus, wij bidden om liefde:
    dat het licht van de liefde niet wordt gedoofd
    omdat wij vergeten onze naaste lief te hebben
    omdat wij vergeten elkaar warmte te geven maar elkaar negeren.
    Wij bidden dat wij altijd weten dat iemand van ons houdt.
    Laat ons bidden.

    Myrthe:
    Jezus, tenslotte bidden wij om hoop:
    hoop zorgt ervoor dat we blijven proberen vrede te stichten
    hoop zorgt ervoor dat we elkaar durven vertrouwen
    hoop zorgt ervoor dat we weten dat iemand van ons houdt.
    Wij bidden dat we de hoop nooit verliezen.
    Laat ons bidden.

    Pastoor:
    Jezus, jij die je leven hebt gegeven
    om vrede, vertrouwen en liefde voor ons te bewaren,
    laat ons ook ons best doen te zorgen
    dat deze drie nooit verdwijnen uit ons leven.
    Maar help ons vooral de hoop levend te houden
    Want zonder hoop wordt het leven donker en koud. Amen

Collecte

Lied: Op zoek naar houvast.
    Als je struikelt, als je wankelt,
    als je in het donker tast,
    Dan probeer je steun te vinden
    aan iets stevigs, een houvast.
    En dan vind je soms een hand
    van een mens die stevig staat.
    Die jou uit de modder trekt en je
    steunt met raad en daad.

    Als je struikelt, als je wankelt,
    als je naar beneden glijdt,
    Pak je alles waar je bij kunt,
    want je zoekt naar zekerheid.
    Maar de strohalm biedt geen steun
    en het touw blijkt los te zijn.
    En dan val je soms nog meer,
    want je houvast blijkt maar schijn.

    Als je struikelt, als je wankelt,
    als je bang bent of alleen,
    Dan probeer je troost te vinden
    bij de mensen om je heen.
    En dan voel je soms een kracht
    - God mag weten waar vandaan -
    Als een windvlaag in je rug,
    als een steun om door te gaan.
Tafelgebed
    God, als het ooit kan, kan het nu:
    vrede brengen waar we wonen,
    een warm licht zijn in deze koude/donkere wereld,
    een uitgestoken hand voor vriend en voor vijand,
    voor de kinderen en leraren op school
    en voor iedereen thuis.
    Iedereen mag mee aan Uw tafel
    van vrede, vertrouwen, liefde en hoop,
    niemand te groot, niemand te klein.
    God neem deze gaven van ons aan.
    En dankbaar zeggen wij

    Heilig, heilig, heilig …

    Ja, God, U bent Heilig en U bent goed
    voor ons en alle mensen.
    Wij danken U vooral voor Jezus Christus, uw Zoon.
    Hij kwam in de wereld,
    omdat de mensen U verlaten hadden
    en vreemden waren voor elkaar.
    Hij heeft onze ogen en onze oren geopend
    en ons gezegd wie wij zijn:
    broers en zusters van elkaar,
    kinderen van U, onze Vader.
    Op dit ogenblik brengt Hij ons samen
    rond deze éne tafel om te doen wat Hij heeft voorgedaan.
    Want op de avond voordat Hij zijn leven voor ons gaf,
    was Hij met zijn vrienden voor het laatst aan tafel.
    Hij nam brood, dankte U, brak het, gaf het hun en zei:
    Neemt en eet hiervan, gij allen,
    want dit is mijn Lichaam, dat voor u gegeven wordt.
    Zo nam Hij ook de beker met wijn,
    Hij dankte U, gaf hem aan zijn leerlingen en zei:
    Neemt deze beker en drinkt hier allen uit,
    want dit is de beker van het altijddurende verbond,
    dit is mijn Bloed dat voor u en alle mensen
    wordt vergoten tot vergeving van de zonden.
    Daarna zei Hij tot hen: Blijft dit doen om Mij te gedenken.

    En om Jezus nooit te vergeten zijn wij samen hier aan tafel.
    Hij geeft ons dit brood en deze beker die hier op tafel staan.
    Wij willen ervan eten en drinken om te laten zien
    dat wij bij elkaar horen.

    Dan bidden wij nu samen het gebed dat Jezus ons geleerd heeft:
    Onze Vader die in de hemel zijt,
    Uw naam worde geheiligd,
    Uw koninkrijk kome,
    Uw wil geschiedde op aarde zoals in de hemel
    Geef ons heden ons dagelijks brood
    En vergeef ons onze schuld
    Zoals ook wij aan anderen hun schuld vergeven
    En leid ons niet in bekoring
    Maar verlos ons van het kwade.

    Vredeswens
    Ik wens je een liedje van vrede,
    Een liedje van hoop en geluk.
    Aanvaard deze boodschap van vrede,
    En onze droom kan niet meer stuk.

Communie

Communielied: Samen Delen
    Er zijn zoveel kleine kinderen,
    in verre vreemde landen.
    Ze staan daar langs de weg,
    ze staan met lege handen,
    ze hebben honger.
    Maar niemand geeft ze eten,
    niemand geeft ze water,
    ze krijgen buikpijn van de honger
    en ze worden heel erg mager,
    dat kan toch niet !
    Wij hebben alles wat we willen,
    en zij hebben niets,
    dat kan toch niet.

    Refrein
      We moeten samen delen, samen delen
      Alle werelddelen moeten samen delen
      Samen delen, samen delen
      Alles wat we hebben samen delen

    Ik heb een huis om in te wonen,
    ik heb een bed om in te slapen.
    Ik haal mijn broodjes bij de bakker,
    ik koop mijn vlees bij de slager,
    ik heb geen honger.
    Maar er zijn nog zoveel kinderen,
    zonder speelgoed om te spelen.
    Zonder bed om in te slapen,
    zonder brood om op te eten,
    en dat kan toch niet.

    Wij hebben alles wat we willen,
    en zij hebben niets.
    Dat kan toch niet !
    Refrein 2x
Slottekst : Ik droom van licht (door Tom)
    Het is advent

    De wereld is soms donker.
    De wereld is soms koud.
    Je wordt er soms wanhopig van.
    Er gaat nog zoveel fout...
    Gods licht is als een kind zo klein,
    maar eenmaal zal het groter zijn.
    We kijken uit naar dat moment.
    Het is advent

    Je leest het in de kranten.
    Het komt op het journaal.
    Je ziet een kind dat honger heeft.
    Dat raakt ons allemaal.
    Gods licht is als een kind zo klein,
    maar eenmaal zal het groter zijn.
    We kijken uit naar dat moment.
    Het is advent.

    Er is nog zoveel ruzie.
    Er is nog zoveel pijn.
    Je ziet veel mensen om je heen,
    die ongelukkig zijn...
    Gods licht is als een kind zo klein,
    maar eenmaal zal het groter zijn.
    We kijken uit naar dat moment.
    Het is advent.

    We kunnen ervan dromen:
    een wereld vol met licht.
    Het kerstverhaal vertelt ervan:
    het is een vergezicht.
    Gods licht komt verder dan die stal
    en eenmaal schijnt het overal.
    We kijken uit naar dat moment. Het is advent.
Zegen en wegzending
    Advent
    er brandt nu één kaars op de adventskrans.
    Nog drie en we vieren de herinnering
    aan de geboorte van het kind Jezus.
    Ik hoop, dat we het licht van de kaars in ons voelen.
    Ik hoop dat wij allen van binnen
    in vuur en vlam staan voor de droom
    en het ideaal van Jesaja en Jezus.
    Dat die vlammen nooit worden geblust
    door teleurstelling of door narigheid,
    maar dat we die droom ondanks alles goed bewaren.
    Zo zegene ons de almachtige God, die is
    Vader, Zoon en heilige Geest. Amen.
Slotlied: Vrede.
    Witte wolken water en lucht,
    Een lachend kind in vogelvlucht,
    Huis in de zon, groen in de wei,
    Vogelenzang, en dat is voor mij,

    Refrein:
      Vrede, Vrede, Vrede
      Voor mij en iedereen,
      Vrede, Vrede, open je ogen
      Vrede om ons heen

    Een stille wenk een lief gebaar,
    Woorden van troost voor hem en voor haar,
    Een kleine dienst, dat maakt je blij
    Een goed gesprek, en dat is voor mij
    Refrein

    Een fijne kerk een stralend licht,
    Een goed gebed een blij gezicht,
    Het samenzijn, niet ik maar wij,
    Dat is voor U, en dat is voor mij
    Refrein (2x)


Weetje
    Het woord 'advent' is afgeleid van het Latijn: adventus (= komst, er aan komen) en advenire (= naartoe komen). Letterlijk betekent Advent: God komt naar ons toe.