Eerste communieviering 23 en 30 april 2006

thema: Mag ik je vriend zijn

          Er is iets dat je nooit mag vergeten.
          Want heus dit is een waarheid als een koe.
          Echte vrienden heb je voor het leven.
          Dat weet je… dat voel je….
          Vraag mij niet hoe?
Muziek vooraf en bij binnenkomst: ensemble.

Welkomslied
    refrein:
      Welkom, welkom, kom erbij
      Jezus wacht op jou en mij
      Samen vieren is pas fijn,
      als ook jij er bij wil zijn!

    Hier is plaats voor iedereen,
    we vergeten er niet één
    Je hoeft niet rijk of sterk te zijn,
    al ben je jong, oud, groot of klein.

    Voel ook jij je soms alleen,
    zie je niemand om je heen.
    Blijf niet staan aan de kant
    want we reiken je de hand.

    Jezus houdt van ieder mens,
    dat is zijn grootste wens.
    Dat vieren wij elke keer,
    rond de tafel van de Heer.
Welkom door communicanten
    Het is vandaag een speciale dag.
    De hele kerk zit vol met mensen, papa's en mama's,
    broertjes en zusjes, opa's en oma's en alle andere familie.
    Ze zijn allemaal gekomen
    om er vandaag gezellig bij te zijn.
    Het is vandaag een belangrijke dag voor ons,
    want straks gaan we samen aan tafel bij Jezus.
    Het is voor ons de allereerste keer.
    Wij horen er dan helemaal bij.
    Net zoals de andere mensen.
    Tegen iedereen die hier in deze kerk is,
    zeggen wij daarom:

    Communicanten: HARTELIJK WELKOM ALLEMAAL
Welkom door Pastoor

Drempelgebed
    Pastoor
    Nu wij met Jezus aan tafel gaan,
    zeggen we eerst tegen elkaar
    dat we het soms verkeerd doen.
    Daarna kunnen we echt feest vieren met elkaar.

    Mariëlle:
    We zullen echt proberen goed te zijn voor iedereen.
    We willen graag vrienden zijn met iedereen,
    maar dat is niet altijd even gemakkelijk.
    Jezus, wilt u ons daarbij helpen?

    Renske:
    We denken er niet altijd aan,
    dat we anderen wel eens verdriet doen.
    Soms doen we net of we niet horen wat papa of mama zegt.

    Elna:
    Het kan zo leuk zijn om ons broertje of zusje te plagen
    of onze vriendjes of vriendinnetjes.
    Maar is dat wel zo leuk?

    Allen:
    Je kunt niet alles goed doen.
    Maar we willen het echt proberen.
    Wilt u ons daarbij helpen Jezus?
Lied: Voor mij is geluk…
    Voor mij is geluk, de wind om mijn oren,
    De zon in de lucht, languit in het gras
    Voor mij is geluk, de stilte te horen
    Om te ontdekken, hoe het ooit was.

    Voor mij is geluk, het leven te delen
    Een hand om mijn hand en samen op pad
    Voor mij is geluk, een arm om te huilen
    En zachtjes te horen, jij bent mijn schat.

    Voor mij is geluk, om samen te spelen,
    Bij ons in de klas, bij ons in de straat
    Voor mij is geluk, elkaar niet vervelen.
    Je kunt elkaar helpen, waar je ook staat.

    Voor mij is geluk, in Jezus te geloven
    Want Jezus liet zien, hoe fijn samen is,
    Voor mij is geluk, een vriend om te delen
    Plezier en verdriet, en dat is niet mis!
1e lezing: hallo vriend!
    Janneke:
    Hallo egel, wil je mijn vriend zijn? Vraagt de leeuw.
    Je hebt zulke mooie stekels,
    die passen goed bij mijn manen.

    Ruben:
    Ik zou graag je vriend zijn, leeuw.
    Als je wat meer op een toekan leek.
    Ik vind de toekan leuker dan alle andere dieren.

    Janneke:
    Hallo toekan, wil je mijn vriend zijn? Vraagt de egel.

    Ruben:
    Ach egel, als je stekels net zo kleurig waren
    als de kameleon…. dan wel.

    Janneke:
    De toekan komt tijdens zijn vlucht door de lucht een kameleon tegen.
    Hallo kameleon wil jij mijn vriend zijn? Vraagt de toekan.

    Ruben:
    Als je me net zo goed kon beschermen als de olifant…
    Ja toekan, dan zouden we vrienden kunnen worden.

    Janneke:
    De kameleon in zijn allermooiste schutkleuren sluipt
    door het oerwoud en komt daar de olifant tegen.
    Wil jij mijn vriend zijn? Vraagt de kameleon.

    Ruben:
    Ik vind je aardig hoor, kameleon.
    Maar je bent een beetje klein.
    Als je nou ooievaarspoten had.

    Janneke:
    Plots vliegt er een ooievaar door de lucht
    die landt op de rug van de olifant.
    Hallo ooievaar, wil jij mijn vriend zijn? Vraagt de olifant.

    Ruben:
    Als je zo'n lekkere buidel had, net als de kangoeroe,
    dan kon ik daarin wegkruipen.

    Janneke:
    Hallo kangoeroe, wil je mijn vriend zijn? Vraagt de ooievaar.

    Ruben:
    Als je leeuwenmanen had, beste ooievaar,
    dan zouden we misschien vrienden kunnen zijn.

    Myrthe:
    Die avond komen alle dieren bij elkaar.
    De leeuw hoort wat de wens van de kangoeroe is.
    Dat is bijna net zo grappig als een leeuw
    met de snavel van een toekan, zegt hij.
    Hij knipoogt naar de egel.
    Of een kameleon met ooievaarspoten grinnikt de kameleon.
    Nu vertelt elk dier wat zijn wens is.
    Ze moeten er allemaal om lachen.
    En de dag wordt besloten met een groot feest.
    Een feest van vrienden onder elkaar.
Lied: Wie is mijn vriend?
    Refrein:
      Een vriend, een vriend, wie is mijn vriend?
      Dat voel je diep van binnen.
      Een vriend, een vriend, wie is mijn vriend?
      Dat voel je in je hart.


    Een vriend voelt als een warme zon
    Als een deken in de kou
    Een vriend als bloemen in de wei
    "ik voel me fijn bij jou".

    Samen vliegen door de lucht
    en praten, dag en nacht
    Hij helpt je als je verdrietig bent
    "jij geeft mij nieuwe kracht"

    Een vriend is niet je spiegelbeeld,
    Hij is niet precies als jij,
    Je kent elkaar wel heel erg goed
    Je maakt elkaar ook blij.

    Vandaag heb je een nieuwe vriend,
    Je mag met Jezus mee
    Met heel veel mensen om je heen
    Je maakt elkaar tevree.
2e lezing door pastoor
    Jezus droomde van een wereld waarin alle mensen vrienden zouden zijn, maar hij zag ook dat er nog zoveel ruzie was. Daar moest hij iets aan doen, vond hij. En hij begon te reizen en overal aan de mensen te vertellen hoe het beter zou moeten gaan.
    Het koninkrijk van God komt er aan als we anders gaan leven, vertelde hij overal. Met dat koninkrijk van God bedoelde Jezus een wereld waarin alle mensen vrienden zouden zijn.
    Ik moet mensen zoeken die met me mee willen gaan. Ik heb vrienden nodig die me kunnen helpen.
    Op een dag zag hij twee mannen in een bootje op het meer. Ze waren aan het vissen. Lukt het? riep Jezus. Helemaal niet, schreeuwde één van de mannen. We hebben nog niets gevangen.
    Kom hier: riep Jezus. Ik weet een betere manier. Nieuwsgierig kwamen de vissers naar de kant. Wat zou die man te zeggen hebben? Ga met mij mee, zei Jezus. Dan zal ik jullie leren hoe je mensen kunt helpen.
    De mannen keken elkaar aan. Wie was die man? En waarom moesten ze mensen helpen? Ze snapten er niets van. Toch voelden ze dat er iets bijzonders was met die man. Misschien was het wel fijn om met hem mee te gaan. Goed, we komen er aan.
    Na een tijdje kamen ze nog twee vissers tegen. Ze waren hun netten aan het schoonmaken. Gaan jullie ook mee? vroeg Jezus. Ik ga overal vertellen over een wereld waarin alle mensen vrienden zijn en ik zoek mensen die me willen helpen.
    Na een poosje had Jezus 12 mannen bij elkaar, 12 leerlingen. Die mannen waren allemaal heel verschillend. Toch werden ze door een tijdje met Jezus op te trekken, echte vrienden.

Overweging door pastoor

Geloofsbelijdenis
    Denise:
    We zijn nog klein en weten niet goed wat geloven is.
    Maar wij weten wel Jezus dat u veel van ons houdt.
    Van grote mensen en van kleine mensen
    Van rijke mensen en van arme mensen
    Van lieve mensen en ook van stoute.

    Allen:
    Wij willen geloven in een wereld,
    waar iedereen vriend is met elkaar.
    Een wereld zoals God die geschapen heeft.
    Wij willen geloven,
    dat wij samen die wereld kunnen bouwen.
    Een groene wereld met bomen en bloemen.
    Met de zon en met mensen die doen zoals Jezus deed.
    Een wereld waar het fijn is om te wonen.
    Zonder ruzie, zonder verdriet.
    Wij willen geloven dat Jezus ons zal helpen
    om goede mensen te worden.
    Zodat het niet moeilijk is om vriendelijk te zijn
    en elkaar te helpen.
Voorbeden
    Kelly:
    Jezus, wij bidden voor de kinderen die gepest worden,
    die uit de kring gestoten worden.
    Dat zij een vriend of vriendin krijgen
    die hen er weer bijhaalt.
    Dat wij die vriend of vriendin mogen zijn.
    Laat ons samen zingen:

    Allen zingen:
      Geef mij je hand, geef mij ze allebei.
      En vertel me even, dat je niet kunt leven,
      zonder mij, zonder mij.

    Lisette:
    Jezus, wij hebben zoveel leuke dagen, thuis en op school. Als de zon schijnt, kunnen we lekker buiten spelen.
    Leer ons tevreden zijn met wat we hebben,
    en te delen met andere kinderen die niet zo rijk zijn. Laat ons samen zingen:

    Allen zingen:
      Geef mij je hand, geef mij ze allebei.
      En vertel me even, dat je niet kunt leven,
      zonder mij, zonder mij.

    Erik:
    Jezus, wij bidden voor onze papa's en mama's,
    broertjes en zusjes.
    Voor opa en oma en voor iedereen het nodig heeft.
    Maar ook willen wij denken aan alle mensen
    die er niet bij kunnen zijn.
    Laat ons samen zingen:

    Allen zingen:
      Geef mij je hand, geef mij ze allebei.
      En vertel me even, dat je niet kunt leven,
      zonder mij, zonder mij.

    Pastoor: intenties
Offerandelied: Ik geef je een mooi bloemetje.
    Ik geef je een mooi bloemetje dit bloemetje van mij
    Een bloem met heel veel kleuren, daarvan wordt je heel blij.
    Ik geef je een mooi bloemetje, al is het wel wat klein
    Omdat ik heel graag aardig ben, dat is heus geen geheim.

    Ik geef je een mooi bloemetje dit bloemetje aan jou
    Omdat we samen delen, ik deel heel graag met jou.
    Ik geef je een mooi bloemetje, al is het wel wat klein
    't Zou leuk zijn als we elke dag 2 dikke vrienden zijn.

    Ik geef je een mooi bloemetje dit bloemetje aan jou
    Omdat we de communie doen, omdat ik van je hou.
    Ik geef je een mooi bloemetje, al is het wel wat klein.
    Omdat we hier nu samen zijn, en dat is toch zo fijn.

Collecte door de kinderen

De tafel klaar maken

    Kim en Kevin brengen de tafel.

    Pastoor:
    Toen Jezus met zijn vrienden een groot feestmaal samen aan het voorbereiden was, hebben zijn leerlingen zelf de tafel gedekt. Nu gaan wij dat vandaag ook doen. Jullie zien wel dat de tafel nu leeg is. Wat hebben wij nodig om dit feestmaal te herdenken?

    Linda: Brood en wijn!

    Flohr Ja natuurlijk, maar eerst gaan we voor dit feest een mooi wit tafellaken op de tafel neerleggen.

    Mark en Harrie leggen het mooie tafellaken op de tafel.

    Pastoor:
    Het kruis waar Jezus aan is gestorven hoort erbij als teken dat Jezus zijn leven voor ons heeft gegeven.

    Lisa brengt het kruis op tafel.

    Jens: Hoe kunnen we de tafel versieren?

    Linda: Met bloemen die ons hart openen voor de liefde van Jezus.

    Tom zet een vrolijk bosje bloemen neer.

    Flohr: En met kaarsen die ons licht en vreugde schenken.

    Esther en Sanne brengen de kaarsen en steken deze aan

    Mirthe brengt het brood.

    Jens: Het brood is op tafel, zo de tafel is gedekt.

    Pastoor: Denk aan de wijn, die doen we in een gouden beker.

    Rob, Jos en Renske brengen de kelk en wijn en water

    Linda: Waarvoor is dat brood? Voor wie zou dat zijn? Kan er soms iemand met honger zijn?

    Pastoor
    Dat brood staat voor jou en mij. Jezus brak het brood en zei dit is mijn lichaam.
    Vandaag delen wij het brood met elkaar want wij horen erbij. We mogen met onze vrienden en vriendinnen aan de tafel van Jezus het brood delen. Iedereen kan erbij, groot en klein. Samen zijn we een grote familie.
    Daarna nam hij de beker wijn en gaf die rond aan zijn vrienden en zei: drink allemaal uit deze beker. Het is mijn bloed, het is mijn leven voor jullie gegeven. Blijft dit doen, dan zal ik in jullie midden zijn.
    Goede vader, wilt u uw zegen brengen over het brood en de wijn.
    Goede vader, wilt u uw zegen brengen over al deze jongens en meisjes die vandaag samen van het brood mogen eten. Jongens en meisjes, vandaag kies je om samen met Jezus verder te groeien.

    Flohr:
    Goede vader, wij hebben u nooit gezien. Toch weten wij van onze ouders, opa's en oma's, de mensen op school dat u heel goed voor ons bent.

    Pastoor:
    U hebt ons heel mooie dingen gegeven, die ons licht en warmte geven.

    Jens:
    Het water dat wij kunnen drinken en waarin wij kunnen zwemmen.

    Linda:
    De bomen in het bos, de bloemen en de planten.

    Communicanten:
    Dank U Jezus, dat wij kunnen horen, dat wij kunnen zingen en praten en dat wij kunnen zien. Dank U Jezus, voor alles.

    Allen:
    Jezus, wij willen U danken dat U altijd bij ons wil zijn om ons gelukkig te maken. U wilt het licht maken waar het donker is. U hebt ons geleerd dat wij samen moeten delen. Dat we vrienden van elkaar mogen zijn, met U en de mensen en de kinderen om mij heen. Dat we bij U antwoord mogen vinden op onze vragen.
    Jezus, help ons U toe te laten in ons hart. Laat het feest vandaag voor ons een teken zijn van een nieuwe wereld, waar het goed wonen is voor iedereen.

    Pastoor:
    Dan bidden we samen het gebed dat Jezus ons heeft geleerd:
      Onze vader die in de hemel zijt. Uw naam worde geheiligd, uw rijk kome. Uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel. Geef ons heden ons dagelijks brood en vergeef ons onze schuld. Zoals ook wij aan anderen hun schuld vergeven. En leid ons niet in bekoring, maar verlos ons van het kwade. Amen.

    Vredeswens

    Lam Gods

    Jezus is aan het kruis gestorven zonder zich te verzetten, om ons te helpen, om ons wakker te schudden. Zodat we op zoek gaan naar Jezus en vrienden met hem worden. Zie het Lam van God dat ons bevrijdt van onze schulden.

    Uitnodiging tot de communie:
    We zijn vandaag samen om te vieren dat Jezus binnen ons aanwezig is. Neem en eet van het brood, want dit is mijn lichaam dat voor jou gegeven wordt.

Muziek door ensemble

Communielied: Ik ben vandaag zo vrolijk
    Ik ben vandaag zo vrolijk, zo vrolijk, zo vrolijk.
    Ik ben vandaag zo vrolijk, zo vrolijk was ik nooit.
    Soms ben ik ook verdrietig, zo intens verdrietig
    Soms ben ik ook verdrietig, gelukkig niet zo vaak.

    Waarom ben je zo vrolijk, zo vrolijk, zo vrolijk.
    Waarom ben je zo vrolijk, zo vrolijk was je nooit.
    Wij zijn hier alle samen, met vrienden en familie,
    Wij zijn hier alle samen, en daarom zijn we blij.

    We doen nu de communie, communie, communie
    Wij doen nu de communie, hier in deze kerk.
    Daarom ben ik zo vrolijk, zo vrolijk, zo vrolijk.
    Daarom ben ik zo vrolijk, zo vrolijk was ik nooit.

    Ik ben vandaag zo vrolijk, zo vrolijk was ik nooit.
Slottekst door Juf Ilse
    Ik wens jullie vandaag een stukje hemel,
    blijf deze dag in je dromen geloven.
    Ik wens je de daarbij een zee van sterren,
    want ik geloof dat die nooit zullen doven.
    Ik wens je morgen handen vol zonlicht,
    om mee te nemen waarheen je ook gaat.
    Maar meer dan dit alles wens ik je God toe,
    die voor je uitgaat en achter je staat.
    Er is hard gewerkt om deze dag tot een mooie dag te maken.
    Thuis, op school en hier in de kerk zijn wij bezig geweest met de voorbereiding.
    Wij willen iedereen bedanken die ons geholpen heeft.

    Communicanten: BEDANKT ALLEMAAL

Wegzending en zegen door pastoor

Slotlied: Doe jij ook mee?
    Refrein:
      Doe jij, doe jij, doe jij ook mee?
      Ik doe dit …. …. ….. ….. …..
      Samen is feest.

    Soms ben je eens verdrietig, en zit het niet echt mee.
    Je voelt je dan wat eenzaam, bent liever met z'n twee.
    Dan zie je iemand komen, die zegt: "kom doe mee",
    Want samen is gezellig, het maakt een mens tevree,
    (refrein)

    Soms ben je heel gelukkig, bent vrolijk heel de dag
    Je wilt je pret graag delen, met iemand die je mag.
    Lekker samen lachen, is leuker dan alleen.
    Je krijgt een fijn gevoel, dus probeer het maar meteen!!
    (refrein)

    Maar samen gaat niet zomaar, daar werk je heel hard aan
    Want het is niet fijn om alleen te blijven staan.
    Leer elkaar te horen, leer elkaar te zien
    Leer elkaar te helpen, dan lukt het wel misschien.
    refrein

We verlaten de kerk onder de klanken van het ensemble.