MEEDOEN

Stan is al heel lang bij de voetbalclub.
Op woensdagavond is het trainen en zaterdags is er een wedstrijd.
Zeker als het een uitwedstrijd is, vindt hij het leuk.
De ene keer rijdt zijn vader met vier kinderen in de auto
en de andere keer de moeder van een van de jongens.
Stan vindt het maar wat gezellig om samen wat te keten onderweg.
Als ze verloren hebben, en dat gebeurt wel eens,
dan zijn ze bij het naar huis gaan wel wat stiller
of ze zitten te mopperen op de scheidsrechter
die niet goed gefloten zou hebben.
Maar na een poosje waren ze dat toch weer vergeten.
Want Steven wist ze altijd wel weer aan het lachen te maken.

Eens per jaar gaan ze een weekend op kamp.
Daar zien ze allemaal naar uit, dat is dolle pret.
Zaterdagmorgen om negen uur is het verzamelen bij de kantine.
Een heleboel jongens zijn er al heel vroeg,
alsof ze bang zijn dat ze de bus zullen missen.
Als Stan komt, is hij bijna de laatste.
Al zijn vriendjes zijn er al.

Terwijl ze staan te wachten, komt er een auto aangereden,
en wie komt daaruit: Brian.
De jongens stoten elkaar aan:
Daar heb je Brian. Heb je ooit van je leven!
Brian is in het begin van het jaar ook lid geworden van de voetbalclub,
maar hij kwam nooit naar de training.
Als er een wedstrijd was wilde hij wel meespelen.
In het begin vroeg de trainer hem
waarom hij niet bij de training was geweest,
en dan had hij altijd wel eens of ander smoesje.
Na een paar weken zei de trainer tegen hem:
"Hoor eens hier, Brian, als jij niet naar de training komt,
stel ik je ook niet meer op voor een wedstrijd."
Brian was toen heel boos weggelopen
en had zich nooit meer laten zien.

Tot verbazing van al de andere kinderen
kwam hij nu wel opdagen om mee op kamp te gaan.
Hij kreeg meteen de wind van voren van Stan.
"Hoe durf jij? Nooit komen maar wel meewillen op kamp.
Als je bij de trainingen niet mee wil doen,
hoef je nou ook niet mee te doen."
Brian haalde zijn schouders op en zei: "Maak je niet druk.
Ik heb toch voor het lidmaatschap van de club betaald,
en dus heb ik het recht om mee te gaan."
De jongens zagen dat de trainer naar de vader van Brian toeliep
en met hem ging praten.
Wat er gezegd werd, konden ze niet verstaan
maar ze zagen wel dat de vader van Brian heel boos werd.
Daarna kwam de trainer naar Brian toe en zei:
"Sorry, Brian. Als je nooit naar de trainingen komt,
kun je ook niet mee op kamp.
Alleen de leuke dingen meedoen en nooit de gewone dingen
dat kan echt niet. Dat heb ik ook tegen je vader gezegd."

Alle jongens waren het helemaal eens met de trainer.
Ze hadden er wel lol in dat die verwaande Brian niet mee mocht.
Die pakte met een boos gezicht zijn rugzak
en liep naar de auto van zijn vader.
Toen kwam de bus en met een hoop kabaal stapten ze allemaal in
om een gezellig weekend tegemoet te gaan.