De kinderen zijn helemaal opgewonden, want vanmiddag zal de nieuwe
zaal, die aan de school gebouwd is, geopend worden. Omdat in deze zaal
ook muziekles gegeven gaat worden, komt er een heel bekende zanger:
Misty heet hij, omdat hij zo'n hese stem heeft. Hij zingt bij een band
die "The Cloudy Sunbeams" heet. Zonnestraaltjes achter de wolken dus.
Vera is helemaal wèg van Misty. Op haar kamertje heeft ze veel posters
van hem aan de muur hangen. Ook draait ze graag zijn muziek en kent een
heleboel songs uit haar hoofd. Nu zal ze Misty eindelijk eens echt
zien.
Om drie uur is het zover. Er rijdt een grote auto de straat binnen,
alle kinderen, die op straat voor de school staan, beginnen te roepen
en te zwaaien. Ze rekken zich uit om zo gauw mogelijk Misty te kunnen
zien. De zanger stapt uit. Hij ziet er maar gewoontjes uit. Hij heeft
een spijkerbroek aan en een leren jasje met allemaal flabbers. Op zijn
hoofd heeft hij een grote hoed met een enorme rand. Hij draagt een
zonnebril, terwijl er geen straaltje zon te zien valt.
Vlug loopt hij naar binnen, waar het hoofd van
de school hem begroet. Alle kinderen zijn achter hem aan gelopen en nu
staan ze in de hal van de school bij de deur naar de nieuwe ruimte.
Voor die deur is een breed rood lint gespannen. Marja staat een beetje
opzij, zij heeft een groot kussen in haar handjes. Op dat kussen ligt
een schaar, dat mag ze straks Misty aanbieden. Vera is wel een beetje
jaloers, dat Marja dat mag doen. Ze hebben eerlijk geloot wie de schaar
zou mogen aanbieden en Marja heeft gewonnen. Vera staart Misty aan en
droomt een beetje. O, wat vindt ze dit een fantastische man. Met hem
zou ze willen trouwen, hij lijkt haar nog geweldiger dan haar vader, en
daar houdt ze al zo van!
Peter stoot Vera aan en zegt: "Moet je kijken, hij heeft niet eens zijn
schoenen gepoetst!" "Daar zal hij wel geen tijd voor gehad hebben, hij
heeft het vreselijk druk," verdedigt Vera haar idool. "Dat is anders
helemaal niet zoveel werk," houdt Peter vol. Bart bemoeit zich er nu
ook mee: "Ik vind het maar raar dat hij zijn zonnebril ophoudt," meent
hij, "dat is toch niet beleefd. Ik mag van mijn moeder nooit met een
zonnebril op in huis lopen en ik moet hem zeker afzetten als ik met
iemand ga praten." "Sssssst", klinkt het, want het hoofd van de school
gaat nu een toespraak houden.
De kinderen zuchten eens, want het "hoofd" kan vreselijk lang kletsen
en dat vinden ze meestal een beetje vervelend. Ze horen veel liever hun
eigen meester praten, die snappen ze tenminste, het "Hoofd" praat
altijd ze deftig en gebruikt van die dure woorden. Hij zegt dat het een
hele eer voor de school is dat Misty het nieuwe lokaal zal gaan openen
en hij hoopt dat de kinderen in dat lokaal veel plezier zullen hebben
en ook veel zullen leren. "Laat Misty maar wat zingen," fluistert Vera,
Magda in het oor. "Dat kan hij toch niet zonder een geluidsversterker,"
fluistert Jan, die ook gehoord heeft wat Vera zei. "Hij zingt gewoon zo
zachtjes dat je hem niet kunt verstaan, daar heb je een microfoon voor
nodig." "Hij kan helemaal niet zingen," zegt Peter, "hij doet alleen
maar reuze gek en daar krijgt hij een boel geld voor." "Het is een
ingebeelde snoeshaan," zegt Bart. "Dat is niet waar," zegt Vera," hij
is de geweldigste zanger op de hele wereld!!!!!!! Niemand kan zo mooi
zingen als hij!" "Wat je maar mooi vindt," bromt Peter.
Intussen is het "hoofd" klaar met zijn toespraak en mag Marja met het
kussen naar voren komen. Misty pakt de schaar, knipt het lint door en
loopt het lokaal binnen. Daar staat een tafel klaar met koffie en voor
de kinderen limonade. Vera volgt Misty met haar ogen en mist geen ene
beweging van hem. Ze ziet dat het "hoofd" hem koffie aanbiedt,
maar.......Misty wil geen koffie, hij zegt iets tegen het "hoofd", die
knikt en loopt weg. "Wat is dat nu," denkt Vera. Even later komt het
"Hoofd" terug met . . . . een flesje bier en een glas. Misty pakt het
flesje en zet het aan zijn mond. "Moet je nu kijken," zegt Peter, "hij
drinkt zomaar uit de fles. Het is nu toch feest, dan drink je toch
netjes uit een glas!" Intussen heeft Misty zijn flesje leeg en....maakt
een beweging, dat lijkt wel een groet of zoiets. Dat kan toch niet, het
feest is nog lang niet afgelopen, dat begint pas. Maar Misty loopt naar
de deur en. vertrekt.
Vera en nog een paar kinderen lopen hem achterna en zien, heel
teleurgesteld hoe hij in de auto stapt en wegrijdt. "Hij zal het wel
verschrikkelijk druk hebben en ergens moeten gaan optreden," zegt Vera
tegen de anderen die ook met grote ogen staan te kijken. Ze lopen naar
binnen, waar Peter en Bart op Vera staan te wachten. Ze vinden Misty
maar een kwal, maar omdat Vera hun vriendinnetje is, willen ze haar
toch een beetje troosten.
Het hoofd van de school is hevig aan het overleggen met de andere
onderwijzers. Kennelijk is het voor hen ook niet geweest, wat ze
verwacht hadden. Van een "ster" verwacht je nu eenmaal, dat die zich
als "ster" gedraagt en ook een beetje aandacht heeft voor zijn
bewonderaars. Dat had Misty helemaal niet.
Het hoofd gaat weer iets zeggen: "Kinderen, jullie zijn misschien wel
een beetje teleurgesteld, maar Misty moest dringend naar een optreden.
Het was dus al een hele eer dat hij nog even is geweest, laten we daar
dankbaar voor zijn en nu vrolijk verder feesten."
Een van de onderwijzeressen kruipt achter het "nieuwe" keyboard en
begint een vrolijk liedje te spelen. "Hè," zegt Peter, "waarom speelt
ze nu geen liedje van Misty, dat zou toch heel mooi zijn." De meeste
kinderen hebben hun buik vol van deze " ster" en zingen vrolijk mee met
de liedjes die er gespeeld worden. Zo wordt het toch nog een leuk
feest.
De volgende morgen zit de vader van Vera bij het ontbijt de krant te
lezen. Ineens kijkt hij op en zegt: "Moet je nu horen. Die popster, die
gisteren bij jullie op school was, is door de politie opgepakt. Hij had
een heleboel drugs bij zich die hij naar iemand bracht om te
verhandelen. Hij blijkt de baas te zijn van een grote bende."
Vera schrikt zich naar, dit was het laatste wat ze had verwacht. Dus
daarom had Misty gisteren zo'n haast: hij moest niet naar een optreden,
maar hij moest drugs gaan verhandelen. Ze neemt zich voor, voorlopig
maar niet meer helemaal dol te worden op popsterren, want je weet het
maar nooit!!!!! In het vervolg droomt ze maar weer liever van de
boomhut, dat is veiliger.
(Marcus 10, 32 -34; 11, 1-10.)
Doel: Laten zien dat Jezus heel iets anders was dan wat voor "ster" dan ook!!!!!!!!
Jezus is waarschijnlijk via de oostelijke poort, de zo genaamde "Gouden Poort" Jeruzalem binnen gegaan. Deze poort ligt recht tegenover de Olijfberg en er is nog een stijle weg, die mogelijk het pad zou zijn, waar Jezus gereden heeft. Het pad gaat door het Kedrondal en langs de hof van Olijven.
De "Gouden Poort is nu gesloten, maar je kunt wel zien waar hij gezeten heeft. Hij steekt maar met de helft nog boven de grond uit.
Achter de Gouden Poort lag het tempelkomplex (nu de El Aksamoskee).
Hosanna betekent niet: de Heer zij geprezen, zoals men meestal denkt, maar: "Heer, ontferm U over ons!
Het was dus hetzelfde gebed wat wij altijd in de eucharistieviering bidden het Heer ontferm u, of, wat hetzelfde is het Kyrie Eleison. Dit laatste is geen Latijn, maar Grieks. Kyrie betekent gewoon mijnheer!!!!!
Het neerleggen van kleren om daar iemand over te laten lopen, was een gewoonte die men alleen voor zeer hooggeplaatste personen gebruikte. Ook wij kennen zoiets: alleen de koningin mag over een gildevlag lopen!!!!!
Bij plechtige gelegenheden worden nog steeds lopers op straat gelegd.
Het wuiven met palmtakken is duidelijk hetzelfde als ons zwaaien met vlaggetjes.
Jezus probeert zijn leerlingen voor te bereiden op wat er gaat gebeuren, dit dringt dus niet zo best door.
Het leek ook zo geweldig, Jezus als Redder, als bevrijder, als een nieuwe koning, dat was waar men op hoopte. Niet op de ellende die Jezus voorspelde. Een mens is nu eenmaal geneigd dat wat hij niet wil begrijpen, wat té erg is, dat hoort hij niet.
1. Palmzondag is de laatste zondag voor Pasen. Hiermee begint de Goede week. Een week, waarin we het lijden van Jezus herdenken.
Op Palmzondag worden er palmtakjes gewijd en uitgedeeld in de kerk. Dit is geen echte palm, maar buxus. Echte palm kennen wij in ons land alleen als kamerplant en dan zou het veel te duur worden.
Palmbladeren zijn heel groot, soms wel vijf meter. Neem een palmplantje mee, misschien heb je er thuis wel een staan. De palmbomen in Israël zijn dadelpalmen. Het zijn hoge bomen, die veel zon en weinig water nodig hebben. Deze bomen groeien rond de Middellandse zee.
Laat de kinderen ook een takje buxus zien. De gewijde takjes worden mee naar huis genomen en vaak achter het kruisbeeld gestopt om zó ook het huis te zegenen.
Vroeger gingen de mensen het huis, soms ook de stallen en de akkers rond om met een palmtakje wijwater te sprekelen. Zo vroegen zij God om zegen.
Ook met onweer werd het huis op deze manier gezegend om zo bescherming te krijgen. (En ze riepen Sint Donatus aan, want dat is de hemelse bliksemafleider!) Als je erg bang was, werd je er wel een stukje rustiger van.
2. Met Palmpasen worden er mooi versierde Palmpaasstokken gemaakt. Bovenop hoort een haantje. Dat haantje hebben we te danken aan Petrus want hij heeft voordat de haan kraaide, drie keer gezegd dat hij Jezus niet kende. De stok wordt verder versierd met snoep en fruit en.......met palmtakjes.
Maak met de kinderen eens een Palmpasenstok! Het is een al heel lang bestaand gebruik, dat deze stokken op Palmzondag naar zieke mensen of naar mensen die het heel moeilijk hebben, worden gebracht.
Vroeger gebeurde dit na een processie door het dorp of door de stad.
3. Broodhaantjes kun je bij de bakker kopen, maar het is natuurlijk veel leuker om die met de kinderen samen zelf te gaan bakken. Het deeg wel van tevoren klaarmaken en laten rijzen, anders duurt het veel te lang!!!
4. Aan een Palmpasen horen geen eieren. (Legt een haan niet!) en in de Vasten kreeg men geen eieren. Vandaar dat er soms gezongen werd:
5. Jezus reed Jeruzalem binnen op een ezel, niet op een paard of een kameel. De ezel was het rijdier van de gewone mens. Hij laat zien dat hij bij het gewone volk hoort. Dat is natuurlijk een groot verschil met mensen die nu heel hooggeplaatst zijn. Die rijden in dure autoos en...je kunt bijna niet bij hen komen. Bij Jezus kon je dus wel komen, je kon hem gewoon aanraken.
Maak met de kinderen een een lijst van overeenkomsten en verschillen tussen Jezus en een popster.
Misschien twee vellen, die je in de vorm van palmbladeren knipt. (groen karton!)
6. Toch zijn er mensen die Jezus als een soort super ster zien. Dit wordt heel duidelijk uitgebeeld in de film / musical Jesus Christ Superstar. Laat daar wat stukje zien, die op de intocht in Jeruzalem slaan. (niet de hele film, duurt veel te lang.)
7. Als je een viering rond Palmpasen houdt, kun je ook samen met de kinderen een poort bouwen. Van lege dozen, tempex of ander licht materiaal. Schrijf dan op de stenen, wat de mensen riepen toen Jezus Jeruzalem binnen reed. Want - het staat wel niet in dit stukje evangelie - maar de apostelen wilden dat de mensen ophielde met roepen. Jezus zei toen:" Als zij ophouden met roepen, zullen de muren en de stenen gaan roepen."