Sint Nicolaas was bisschop van Myra, het tegenwoordige Demre aan de
zuidkust van Turkye. Hij was geboren omstreeks het jaar 300. Zijn
verering kwam in de negende en tiende eeuw tot grote bloei. Hij is
patroon van de zeevaarders, want het gebeurde eens, dat er mensen op
zee voeren, die in een hele gevaarlijke situatie kwamen te verkeren. Ze
baden tot de heilige Nicolaas en riepen: " Nicolaas, jij knecht van
God, als het waar is wat wij over je gehoord hebben, kom ons dan te
hulp!" Onmiddellijk verscheen er iemand die antwoordde: "Jullie hebben
mij geroepen? Hier ben ik!" Gelijk ging hij aan het werk met touwen en
zeilen en hielp bij alles wat er gedaan moest worden. Spoedig ging ook
de storm liggen. Toen de zeelieden weer veilig aan land kwamen, liepen
ze gelijk naar de kerk van Nicolaas. Hoewel ze de bisschop niet
persoonlijk kenden, herkenden ze hem wel direct. Hij was hun redder
geweest. Toen ze hem bedankten zei Nicolaas:" Niet ik, maar uw geloof
in Gods genade heeft jullie geholpen."
Nicolaas was ook een heel vrijgevig man. Zijn buurman was een goed
mens, maar hij was erg arm en hij kon zijn drie dochters geen
bruidschat geven. Hierdoor konden de meisjes niet trouwen zodat hen een
heel naar leven te wachten stond. Nicolaas ging ‘s nachts naar buiten
en wierp een in een doek gewikkeld klompje goud door het raam bij de
buurman. Nu kon het oudste meisje trouwen. Nadat ze gelukkig getrouwd
was, deed Nicolaas hetzelfde nog een keer. De buurman bleef nu achter
met maar een dochter. Hij betrok de wacht bij zijn raam, want hij wilde
weten wie de onbekende gever was, om hem zo te kunnen bedanken. Toen de
heilige Nicolaas dan ook voor de derde maal, en wel twee keer zoveel
goud, naar binnen wierp, volgde de buurman hem zo snel als hij kon. Hij
riep: "Blijf staan en laat mij je gezicht zien." Toen de buurman, de
onbekende ingehaald had, herkende hij Nicolaas, hij viel op zijn knieën
en wilde de voeten van de bisschop kussen. Deze hield de man tegen en
liet hem beloven dat hij nooit zou vertellen wie de goede gever was
geweest.
Een ander wonder verrichtte St. Nicolaas bij een grote hongersnood in
Myra. Er kwamen schepen vol met koren uit Alexandrië, die even aan
legden in de haven, maar verder moesten met het koren. Men kwam dit aan
de bisschop vertellen. Die ging dadelijk naar de haven om aan de
kapiteins van ieder schip te vragen om honderd maten koren. De
kapiteins antwoordden: "Vader, dat is onmogelijk. In Alexandrië is het
koren gemeten en voordat het in de schuren van de keizer zal worden
opgeslagen, zal het opnieuw gemeten worden. En wij zijn
verantwoordelijk dat er dan niets aan ontbreken zal." Sint Nicolaas
sprak: "Doe zoals ik je gevraagd heb en ik zweer jullie bij de kracht
van God dat, wanneer de korenmeters komen, er geen koren ontbreken
zal." De kapiteins gehoorzaamden toen aan het bevel van bisschop
Nicolaas, En toen de korenmeters van de keizer kwamen, ontbrak er niets
aan de hoeveelheid koren, die zij in Alexandrië ingeladen hadden. De
kapiteins vertelden overal van dit wonder en prezen God omwille van
Sint Nicolaas. Nicolaas verdeelde het koren onder het volk. Het bleek
genoeg voor iedereen tijdens twee jaar. Er was ook genoeg om de akkers
opnieuw in te zaaien. Sint Nicolaas heeft ook eens drie jongens weer
tot leven gewekt. Deze waren door een boze herbergier naar binnen
gelokt en gedood. Daarna had hij ze in stukken gesneden en in de pekel
gezet. Sint Nicolaas kwam in deze herberg en wilde er eten. Hij wilde
beslist vlees uit het vat hebben, waarin de drie jongens zaten. Toen
viel de herbergier door de mand en bekende wat hij gedaan had. Sint
Nicolaas heeft toen de drie jongens weer tot leven gewekt.
Dit zijn nog lang niet alle verhalen over wonderen die door Sint Nicolaas zijn gedaan. Ook de Russische kerk vereert Sint Nicolaas als een grote heilige. De overblijfselen van deze heilige zijn omstreeks 1087 naar Bari in Italie "verhuisd".
Het is in het verleden nogal eens gebeurd, dat overblijfselen van heiligen gestolen werden. Aan deze overblijfselen (relikwieën) werd meestal een wondere macht toegeschreven, zodat het heel aantrekkelijk was, de botjes van een heilige in jouw kerk te hebben.
Nicolaas is vooral de patroon van de barmhartigheid, goedgeefsheid en troost voor mensen die het moeilijk hebben. Hij is dus een brenger van LICHT. Daarom wordt zijn feest ook in het donkerste jaargetijde gevierd.
(Ook Sint Maarten en Sint Lucia, die vooral in Zweden erg vereerd wordt , zijn heiligen van het licht.)
De officiële theologen van de kerk in Rome, hebben niet zo veel waardering voor Sint Nicolaas. Men vindt hem een "volksheilige" en ze twijfelen aan zijn wonderen. Dat maakt hem voor ons echter niet minder belangrijk, uiteindelijk is hij een prima voorbeeld van hoe je met mensen om moet gaan.
Spanje was vroeger voor veel mensen het land aan het einde van de wereld, verder kon niet. Daarom kwam Sint Nicolaas uit Spanje, al is hij daar nooit geweest.
De herkomst van Zwarte Piet is misschien terug te voeren op de verhalen van de oude Germanen. Wodan (hun oppergod) ging af en toe ook de huizen van de mensen af om daar gaven te deponeren door de schoorsteen.
Hij werd vergezeld door twee zwarte raven, die luisterden aan de schoorstenen en erdoor naar binnen vlogen om gaven neer te leggen. Kortom ze gedroegen zich als onze Zwarte Piet.
De kleding van Zwarte Piet lijkt op de kleding van een page (jongste bediende) aan een Spaans hof. Daar waren soms ook negers als page aanwezig
1. Als je een bijeenkomst met jouw groep houdt in de Sinterklaastijd, is het natuurlijk leuk samen, sinterklaas te vieren. Eventueel kun je ze voor elkaar surprises laten maken, zorg wel dat die klaar zijn voordat je het verhaal van Marja voorleest, anders kunnen er wel eens rare dingen gebeuren! Maar gewoon zorgen voor chocolademelk met speculaas en wat ander snoep, kan al voldoende zijn.
2. Sinterklaas is een bisschop. Wat is nu precies een bisschop. Dit is een priester die benoemd is als bestuurder (baas) over een bisdom. Een bisdom is een deel van Nederland (geldt voor alle andere landen op de wereld op de zelfde manier) , wat soms samenvalt met een provincie, maar meestal niet. Want we hebben minder bisdommen dan provincies.
Er is een sacrament dat door de bisschop toegediend wordt: het Vormsel. Daarvoor komt hij, of iemand die door hem is aangewezen, naar de parochies om daar te "vormen".
Alle bisschoppen van Nederland samen, zijn verantwoordelijk voor wat er gebeurd in de kerk in ons land. De voorzitter van zo’n vergadering van bisschoppen heet de aartsbisschop ( = is zeer belangrijke bisschop, net zoals een aartsengel een heel belangrijke engel is) . Maar het kan ook nog zijn dat die aartsbisschop de Paus advies mag geven en dan is hij een kardinaal.
Een bisschop draagt als hij bij een viering is een mijter. Ook dit hoofddeksel is niet door de katholieke kerk zelf uitgevonden, maar overgenomen van de Romeinen. Romeinse priesters droegen zo'n hoed met twee punten bij de dienst voor Jupiter (hun oppergod).
Onder de mijter draagt een bisschop een kalotje, (roze van kleur) als teken van zijn waardigheid. Ook dit is geen originele uitvinding: Joodse mannen dragen een "keppeltje" dat ziet er precies het zelfde uit, alleen is het zwart, of gehaakt in verschillende kleuren (meestal blauw, wit of blauw grijs.)
Een bisschop draagt ook altijd een ring, soms met een zegel (hij heeft ook een schild met een wapenspreuk, zoals vroeger de adel en de ridders). Vroeger waren de mensen veel eerbiediger dan nu, als teken van eerbied, kusten zij de ring van de bisschop. (Om te ervaren hoe dat voelt, kunnen de kinderen het misschien eens proberen bij Sinterklaas, want de echte Sinterklazen, hebben ook altijd een ring. Je hoort daarbij wel te knielen. )
De aanspreektitel van een bisschop is "Monseigneur" , dit betekend gewoon mijnheer in het Frans.
Tegen een kardinaal zeg je "Eminentie". Een kardinaal heeft een paars kalotje en ook paars aan zijn toga.
Het bijzondere van een kardinaal is, dat hij als een Paus sterft, mee mag helpen om een nieuwe paus te kiezen.
3. Als je de kinderen verteld hebt, over de relikwieën van Sint Nicolaas. Kun je ze misschien wat relikwieën laten zien. Misschien zijn er in de kerk zichtbaar aanwezig. (Anders hulptroepen).
Onzichtbaar zijn ze er zeker, want in iedere altaarsteen zitten relikwieën, die worden er in gedaan als een kerk gewijd wordt. Ga eens op het altaar kijken of je die steen kunt vinden, waarschijnlijk in het midden van het altaar, onder de altaardwaal (d.i. het tafellaken).
Vroeger werden relikwieën veel vereerd. Bijv. met Goede Vrijdag dan was er een stukje van het kruis van Jezus (of van het bos waar de boom gestaan heeft, die het kruis werd).
Een priester hield dan een doosje vast, waar die relikwie in zat onder glas, je kon hem zien, dan moest je knielen en het glas kussen, dan poetste de priester het glas schoon met een lapje en dan was de volgende aan de beurt.
Tegenwoordig doen we dit liever bij mensen en wordt er niet gepoetst. Wanneer?????? Weten de kinderen daar voorbeelden van ???? (televisie).
Het is dus feitelijk heel gewoon, dat je iets / iemand die je eren wilt een zoen geeft. Hoe denken de kinderen daarover?
4. Praat eens over cadeautjes geven. Wat zijn de waardevolste????
Verzin met de kinderen eens wat "niet materiele cadeautjes" (dingen die ze voor een ander willen doen), schrijf die op papier en stop ze in een grote schoen of klomp, die je misschien ook samen met de kinderen hebt gemaakt van wat gekleurd karton.
Dit kun je ook gebruiken voor een Sinterklaasviering in de kerk. De teksten in de schoen kun je dan gebruiken als voorbeden.
5 In welke stad in Nederland staat een beroemde St. Nicolaaskerk? (Amsterdam). Waarom? (Patroon van de zeelieden en Amsterdam is een havenstad, die al heel oud is.)
6. Bij het Sinterklaasfeest horen gedichtjes. Laat de kinderen eens een gedichtje schrijven over "Sinterklaas", als dat niet lukt, doe het dan samen. Voor een sinterklaasviering in de kerk is het ook leuk om de voorbeden op rijm te maken.
7. Sinterklaas is natuurlijk een zeer goede gelegenheid om iets te doen voor mensen die het moeilijk hebben. Maak eens een leuke attentie. Bespreek van tevoren met de kinderen, naar wie ze iets en wat ze willen brengen.