De surprise
In de klas hebben de kinderen lootjes voor surprises getrokken. Het is natuurlijk heel erg geheim, wie wie heeft. Marja kijkt heel beteuterd. "Die heeft vast een moeilijke," zegt Vera tegen Magda. Magda lacht eens en vindt dat ze maar eens moeten vragen of Marja soms hulp nodig heeft. "Heb jij soms de meester," zegt Vera, die dat de moeilijkste surprise zou vinden. "Ja," knikt Marja, "en ik weet echt niet wat ik voor hem moet maken, want dat moet wel heel goed zijn." "Zullen we van deze surprise maar een club-geheim maken," stelt Magda voor, "dan kunnen we jou allemaal helpen, want ik zou het ook niet alleen kunnen." Marja kijkt opgelucht en knikt, dit vindt ze een prachtig idee.
Peter, Jan en Bart zijn er intussen ook bij gekomen en worden in het geheim ingewijd . Die denken er eens diep over na en dan ineens weet Bart het: "We maken een nieuwe leerling!" "Kom zegt Peter, "laten we naar de boomhut gaan, dan hoort niemand waar we over praten en dan kunnen we een goed plan maken." Ze fietsen naar de hut. In de hut maken ze een lijstje van alle ideeën. De nieuwe leerling prijkt bovenaan. Jan zegt: "Maak een rollade, zo’n lekkere met groene zeep, stroop, stijfsel en watten." "Dat is ongelofelijk smerig," zegt Marja, "dat vindt de meester vast niet leuk." "Een worst is ook heel leuk," zegt Magda, "dan haal je bij de slager een paar darmen en die vul je met natgemaakte Brinta, meel, erwten, koffiebonen en helemaal in het midden stop je het cadeautje."
Marja rilt bij het idee alleen al. Wat een kliedertoestand en dan ook nog een echt darm, die ze vast moet houden, nee, daar moet ze niet al te lang over nadenken. "Een hele mooie grote drol in een po," stelt Peter voor, ‘ je kan schitterende drollen maken van ontbijtkoek met een beetje melk. Dat moet je goed kneden en dan is het net echt!!!" "Wat zijn jullie toch voor een stelletje viespeuken," zegt Marja, "ik denk dat ik maar een nieuwe leerling ga maken, dat lijkt me wel leuk." "Wat ga je de meester geven," vraagt Vera. "Een stel balpennen, want die is hij altijd kwijt," antwoordt Marja. "Als je nu eens een hele erge grote nieuwe leerling maakt en die pennen overal in verstopt, dan is de meester lekker lang aan het zoeken," vindt Bart.
Zo gaat het nog een poosje door. Besloten wordt uiteindelijk, dat ze een reus van een leerling gaan maken, en dat die leerling erg slordig is, die heeft tassen en rugzakken laten slingeren door het hele gebouw. In de leerling stoppen ze briefjes, waarop iedere keer staat, waar de meester een tas of een rugzak moet gaan zoeken. De volgende middag gaan de kinderen allemaal naar het huis van Marja om te helpen bij het maken van de pop. Marja heeft al een oude mallot van haar moeder, een hele grote onderbroek van haar oma, een oud T-shirt met lange mouwen van haar vader, een kussensloop, een paar handschoenen en een rok en bloesje, klaar gelegd. Bovendien heeft ze stapels oude kranten liggen.
Bart zegt: "Dat is niks, we kunnen veel beter het spul uit een papiervernietiger in stoppen, dat vult veel mooier. Ik heb een paar hele grote vuilniszakken vol met die troep bij me." "Hoe kom je daar nu weer aan," zegt Peter. "Gewoon aan de conciërge gevraagd, die had een heleboel zakken staan, het moest mee met het oud papier, maar ik mocht het ook wel hebben." Eerst worden de briefjes schreven, want die moeten het eerst in de "leerling" . In het puntje van een handschoen wordt een briefje gestopt met: "zoek in het fietsenhok." Als dat er in zit, beginnen Peter en Bart te vullen. Als de handschoen vol is, wordt door Vera een mouw van het T-Shirt eraan vastgenaaid.
Zo werken de kinderen ijverig verder en aan het eind van de middag zit er een lieve nieuwe "leerling" met haren, die verdacht veel op pannensponsjes lijken. De pennen zijn een voor een ingepakt en in tassen gedaan, die ook weer opgevuld zijn. Ziezo, Marja is klaar voor Sinterklaas, en de kinderen hebben een reuze leuke middag met een boel voorpret gehad. Als het eindelijk zover is, zit de hele club met spanning te wachten tot de meester zijn surprise krijgt. Dit vinden ze nog veel leuker dan hun eigen surprises. Dan is het zover. De meester krijgt een enorm pak.  
Als hij het uitpakt, ziet hij, de nieuwe leerling. Hij weet niet waar hij moet beginnen. Niemand helpt hem. Hij pakt een schaar en begint de leerling te ontleden. Al gauw ligt de hele klas vol met dunne draadjes papier. Eindelijk vindt de meester een briefje. Hij leest het en...loopt de klas uit, even later komt hij terug met een tas en maakt deze open. Weer draadjes papier, maar dan vindt hij de balpen. Hij denkt dat dit het is en wil ophouden met het ontleden van de "leerling. Daar steekt Peter een stokje voor. Pas als de meester de hele leerling leeggemaakt heeft, alle papiertjes gevonden heeft en de hele school is doorgelopen op zoek naar tassen en rugzakken, krijgt hij een beetje rust. De klas is een grote puinhoop, maar daar is het Sinterklaas voor, dan mag je iemand verrassen!!!!!

Het verhaal van Sint Nicolaas

Sint Nicolaas was bisschop van Myra, het tegenwoordige Demre aan de zuidkust van Turkye. Hij was geboren omstreeks het jaar 300. Zijn verering kwam in de negende en tiende eeuw tot grote bloei. Hij is patroon van de zeevaarders, want het gebeurde eens, dat er mensen op zee voeren, die in een hele gevaarlijke situatie kwamen te verkeren. Ze baden tot de heilige Nicolaas en riepen: " Nicolaas, jij knecht van God, als het waar is wat wij over je gehoord hebben, kom ons dan te hulp!" Onmiddellijk verscheen er iemand die antwoordde: "Jullie hebben mij geroepen? Hier ben ik!" Gelijk ging hij aan het werk met touwen en zeilen en hielp bij alles wat er gedaan moest worden. Spoedig ging ook de storm liggen. Toen de zeelieden weer veilig aan land kwamen, liepen ze gelijk naar de kerk van Nicolaas. Hoewel ze de bisschop niet persoonlijk kenden, herkenden ze hem wel direct. Hij was hun redder geweest. Toen ze hem bedankten zei Nicolaas:" Niet ik, maar uw geloof in Gods genade heeft jullie geholpen."
Nicolaas was ook een heel vrijgevig man. Zijn buurman was een goed mens, maar hij was erg arm en hij kon zijn drie dochters geen bruidschat geven. Hierdoor konden de meisjes niet trouwen zodat hen een heel naar leven te wachten stond. Nicolaas ging ‘s nachts naar buiten en wierp een in een doek gewikkeld klompje goud door het raam bij de buurman. Nu kon het oudste meisje trouwen. Nadat ze gelukkig getrouwd was, deed Nicolaas hetzelfde nog een keer. De buurman bleef nu achter met maar een dochter. Hij betrok de wacht bij zijn raam, want hij wilde weten wie de onbekende gever was, om hem zo te kunnen bedanken. Toen de heilige Nicolaas dan ook voor de derde maal, en wel twee keer zoveel goud, naar binnen wierp, volgde de buurman hem zo snel als hij kon. Hij riep: "Blijf staan en laat mij je gezicht zien." Toen de buurman, de onbekende ingehaald had, herkende hij Nicolaas, hij viel op zijn knieën en wilde de voeten van de bisschop kussen. Deze hield de man tegen en liet hem beloven dat hij nooit zou vertellen wie de goede gever was geweest.
Een ander wonder verrichtte St. Nicolaas bij een grote hongersnood in Myra. Er kwamen schepen vol met koren uit Alexandrië, die even aan legden in de haven, maar verder moesten met het koren. Men kwam dit aan de bisschop vertellen. Die ging dadelijk naar de haven om aan de kapiteins van ieder schip te vragen om honderd maten koren. De kapiteins antwoordden: "Vader, dat is onmogelijk. In Alexandrië is het koren gemeten en voordat het in de schuren van de keizer zal worden opgeslagen, zal het opnieuw gemeten worden. En wij zijn verantwoordelijk dat er dan niets aan ontbreken zal." Sint Nicolaas sprak: "Doe zoals ik je gevraagd heb en ik zweer jullie bij de kracht van God dat, wanneer de korenmeters komen, er geen koren ontbreken zal." De kapiteins gehoorzaamden toen aan het bevel van bisschop Nicolaas, En toen de korenmeters van de keizer kwamen, ontbrak er niets aan de hoeveelheid koren, die zij in Alexandrië ingeladen hadden. De kapiteins vertelden overal van dit wonder en prezen God omwille van Sint Nicolaas. Nicolaas verdeelde het koren onder het volk. Het bleek genoeg voor iedereen tijdens twee jaar. Er was ook genoeg om de akkers opnieuw in te zaaien. Sint Nicolaas heeft ook eens drie jongens weer tot leven gewekt. Deze waren door een boze herbergier naar binnen gelokt en gedood. Daarna had hij ze in stukken gesneden en in de pekel gezet. Sint Nicolaas kwam in deze herberg en wilde er eten. Hij wilde beslist vlees uit het vat hebben, waarin de drie jongens zaten. Toen viel de herbergier door de mand en bekende wat hij gedaan had. Sint Nicolaas heeft toen de drie jongens weer tot leven gewekt.

Voorbereiding
Informatie voor de begeleiding.

Dit zijn nog lang niet alle verhalen over wonderen die door Sint Nicolaas zijn gedaan. Ook de Russische kerk vereert Sint Nicolaas als een grote heilige. De overblijfselen van deze heilige zijn omstreeks 1087 naar Bari in Italie "verhuisd".

Het is in het verleden nogal eens gebeurd, dat overblijfselen van heiligen gestolen werden. Aan deze overblijfselen (relikwieën) werd meestal een wondere macht toegeschreven, zodat het heel aantrekkelijk was, de botjes van een heilige in jouw kerk te hebben.

Nicolaas is vooral de patroon van de barmhartigheid, goedgeefsheid en troost voor mensen die het moeilijk hebben. Hij is dus een brenger van LICHT. Daarom wordt zijn feest ook in het donkerste jaargetijde gevierd.

(Ook Sint Maarten en Sint Lucia, die vooral in Zweden erg vereerd wordt , zijn heiligen van het licht.)

De officiële theologen van de kerk in Rome, hebben niet zo veel waardering voor Sint Nicolaas. Men vindt hem een "volksheilige" en ze twijfelen aan zijn wonderen. Dat maakt hem voor ons echter niet minder belangrijk, uiteindelijk is hij een prima voorbeeld van hoe je met mensen om moet gaan.

Spanje was vroeger voor veel mensen het land aan het einde van de wereld, verder kon niet. Daarom kwam Sint Nicolaas uit Spanje, al is hij daar nooit geweest.

De herkomst van Zwarte Piet is misschien terug te voeren op de verhalen van de oude Germanen. Wodan (hun oppergod) ging af en toe ook de huizen van de mensen af om daar gaven te deponeren door de schoorsteen.

Hij werd vergezeld door twee zwarte raven, die luisterden aan de schoorstenen en erdoor naar binnen vlogen om gaven neer te leggen. Kortom ze gedroegen zich als onze Zwarte Piet.

De kleding van Zwarte Piet lijkt op de kleding van een page (jongste bediende) aan een Spaans hof. Daar waren soms ook negers als page aanwezig

Verwerking
Vragen, opdrachten en suggesties.

1. Als je een bijeenkomst met jouw groep houdt in de Sinterklaastijd, is het natuurlijk leuk samen, sinterklaas te vieren. Eventueel kun je ze voor elkaar surprises laten maken, zorg wel dat die klaar zijn voordat je het verhaal van Marja voorleest, anders kunnen er wel eens rare dingen gebeuren! Maar gewoon zorgen voor chocolademelk met speculaas en wat ander snoep, kan al voldoende zijn.

2. Sinterklaas is een bisschop. Wat is nu precies een bisschop. Dit is een priester die benoemd is als bestuurder (baas) over een bisdom. Een bisdom is een deel van Nederland (geldt voor alle andere landen op de wereld op de zelfde manier) , wat soms samenvalt met een provincie, maar meestal niet. Want we hebben minder bisdommen dan provincies.

    De bisschop is dus degene die in zijn bisdom kan zeggen wat er moet gebeuren en waar mensen zich aan moeten houden. Meestal zijn bisschoppen erg geleerd en praten ze met moeilijke woorden, daarom zijn er pastoors, die de moeilijke taal van een bisschop voor ons begrijpelijk maken en uitleggen.

    Er is een sacrament dat door de bisschop toegediend wordt: het Vormsel. Daarvoor komt hij, of iemand die door hem is aangewezen, naar de parochies om daar te "vormen".

    Alle bisschoppen van Nederland samen, zijn verantwoordelijk voor wat er gebeurd in de kerk in ons land. De voorzitter van zo’n vergadering van bisschoppen heet de aartsbisschop ( = is zeer belangrijke bisschop, net zoals een aartsengel een heel belangrijke engel is) . Maar het kan ook nog zijn dat die aartsbisschop de Paus advies mag geven en dan is hij een kardinaal.

    Een bisschop draagt als hij bij een viering is een mijter. Ook dit hoofddeksel is niet door de katholieke kerk zelf uitgevonden, maar overgenomen van de Romeinen. Romeinse priesters droegen zo'n hoed met twee punten bij de dienst voor Jupiter (hun oppergod).

    Onder de mijter draagt een bisschop een kalotje, (roze van kleur) als teken van zijn waardigheid. Ook dit is geen originele uitvinding: Joodse mannen dragen een "keppeltje" dat ziet er precies het zelfde uit, alleen is het zwart, of gehaakt in verschillende kleuren (meestal blauw, wit of blauw grijs.)

    Een bisschop draagt ook altijd een ring, soms met een zegel (hij heeft ook een schild met een wapenspreuk, zoals vroeger de adel en de ridders). Vroeger waren de mensen veel eerbiediger dan nu, als teken van eerbied, kusten zij de ring van de bisschop. (Om te ervaren hoe dat voelt, kunnen de kinderen het misschien eens proberen bij Sinterklaas, want de echte Sinterklazen, hebben ook altijd een ring. Je hoort daarbij wel te knielen. )

    De aanspreektitel van een bisschop is "Monseigneur" , dit betekend gewoon mijnheer in het Frans.

    Tegen een kardinaal zeg je "Eminentie". Een kardinaal heeft een paars kalotje en ook paars aan zijn toga.

    Het bijzondere van een kardinaal is, dat hij als een Paus sterft, mee mag helpen om een nieuwe paus te kiezen.

3. Als je de kinderen verteld hebt, over de relikwieën van Sint Nicolaas. Kun je ze misschien wat relikwieën laten zien. Misschien zijn er in de kerk zichtbaar aanwezig. (Anders hulptroepen).

    Onzichtbaar zijn ze er zeker, want in iedere altaarsteen zitten relikwieën, die worden er in gedaan als een kerk gewijd wordt. Ga eens op het altaar kijken of je die steen kunt vinden, waarschijnlijk in het midden van het altaar, onder de altaardwaal (d.i. het tafellaken).

    Vroeger werden relikwieën veel vereerd. Bijv. met Goede Vrijdag dan was er een stukje van het kruis van Jezus (of van het bos waar de boom gestaan heeft, die het kruis werd).

    Een priester hield dan een doosje vast, waar die relikwie in zat onder glas, je kon hem zien, dan moest je knielen en het glas kussen, dan poetste de priester het glas schoon met een lapje en dan was de volgende aan de beurt.

    Tegenwoordig doen we dit liever bij mensen en wordt er niet gepoetst. Wanneer?????? Weten de kinderen daar voorbeelden van ???? (televisie).

    Het is dus feitelijk heel gewoon, dat je iets / iemand die je eren wilt een zoen geeft. Hoe denken de kinderen daarover?

4. Praat eens over cadeautjes geven. Wat zijn de waardevolste????

    Moet een echt cadeau altijd duur zijn? Kan een cadeau ook iets zijn wat je voor iemand doet.

    Verzin met de kinderen eens wat "niet materiele cadeautjes" (dingen die ze voor een ander willen doen), schrijf die op papier en stop ze in een grote schoen of klomp, die je misschien ook samen met de kinderen hebt gemaakt van wat gekleurd karton.

    Dit kun je ook gebruiken voor een Sinterklaasviering in de kerk. De teksten in de schoen kun je dan gebruiken als voorbeden.

5 In welke stad in Nederland staat een beroemde St. Nicolaaskerk? (Amsterdam). Waarom? (Patroon van de zeelieden en Amsterdam is een havenstad, die al heel oud is.)

6. Bij het Sinterklaasfeest horen gedichtjes. Laat de kinderen eens een gedichtje schrijven over "Sinterklaas", als dat niet lukt, doe het dan samen. Voor een sinterklaasviering in de kerk is het ook leuk om de voorbeden op rijm te maken.

7. Sinterklaas is natuurlijk een zeer goede gelegenheid om iets te doen voor mensen die het moeilijk hebben. Maak eens een leuke attentie. Bespreek van tevoren met de kinderen, naar wie ze iets en wat ze willen brengen.