Tweeéntwintigste zondag door het jaar

Een raar feestje

Helga en Willeke hebben er de smoor in: ze moeten thuisblijven, omdat hun moeder een feestje geeft voor haar vriendinnen. Net als de moeder van Helga en Willeke zijn die vriendinnen allemaal héél nette dames; zó netjes dat het zelfs Helga en Willeke een beetje al te dol is. De twee meisjes hebben aan hun vriendjes verteld, dat zij die middag moeten opzitten en pootjes geven, maar dat ze, zo gauw ze de kans krijgen, de benen zullen nemen. Die kans doet zich voor als de meisjes de gebruikte theekopjes naar de keuken moeten brengen; vlug glippen ze weg door de keukendeur en rennen naar de hut.
In de hut is het heel gezellig: er ligt een groot ganzenbordspel op de grond en alle vriendjes van Helga en Willeke zijn verwoed aan het spelen. "Hoi," zegt Bas, "hielden jullie het niet meer uit?" "Nee," zegt Helga, "het was echt vreselijk, ik moest keurig op mijn stoel blijven zitten, met mijn benen naast elkaar en ik mocht alleen antwoord geven als mij iets gevraagd werd." "Die dames vroegen alleen maar naar onze punten op school," vult Willeke aan, "en dan vertelden zij steeds dat hun zoontjes en dochters véél betere punten haalden." "En die dames praatten zo gek," vertelt Helga en ze probeert iemand na te doen die heel deftig praat. "Dat is echt erg," zegt Boris, "maar missen ze jullie nu niet? "Eigenlijk hadden we de theekopjes moeten afwassen en toastjes moeten maken," vertelt Helga, "dus mijn moeder zal het straks wel in de gaten hebben, dat we weg zijn." "Wij gaan met jullie mee," stelt Bas voor; "dan doen wij samen de afwas en maken toastjes."
De gezichtjes van Helga en Willeke klaren op; nu wordt het in ieder geval in de keuken een stuk plezieriger. De vijftien kinderen rennen naar het huis van Helga en Willeke; ze schrikken als ze de berg afwas in de keuken ontdekken. "Hebben jullie geen afwasmachine?" vraagt Hanneke. "Ja, die hebben we wel," antwoordt Helga, "maar mama vindt dat het veel te lang duurt en ze heeft straks de kopjes weer nodig." "Nu krijgen die dames een glaasje likeur en voordat ze naar huis gaan krijgen ze weer koffie," legt Willeke uit. "Dan lopen ze dus niet teut over de straat te waggelen," begrijpt Bas. "Moeten die toastjes bij de likeur gegeven worden," vraagt Hanneke, "dan moeten we die eerst maar klaarmaken."
Gelukkig zijn Hanneke, Monique en Fatima handig in het fabriceren van toastjes; alle spullen om die dingen te maken staan klaar op de tafel. Bert, Ron, Eddy en Hans beginnen alvast aan de afwas; de anderen ruimen de keuken een beetje op; zó lijkt het niet zoveel werk meer. Wanneer er vier schalen met toastjes klaar zijn, zegt Boris: "Kom, Bas, die brengen wij wel even rond."
De tweeling pakt de schalen en loopt naar de huiskamer; ze zetten ieder één schaal op de tafel, die midden in de kamer staat en met de andere gaan ze langs de dames. De tweeling stopt iedere mevrouw een toastje in haar hand en zegt: "Hier is een toastje, gauw opeten anders knoeit u." Het wordt doodstil in de kamer, want de dames zitten allemaal hun toastje te eten.
Bas en Boris pakken nu de andere schalen en gaan nog een keertje rond. Wanneer de vier schalen leeg zijn, lopen ze terug naar de keuken. "Hebben jullie nog meer toastjes?" vraagt Bas, "die dingen gaan erin als koek." De spullen om toastjes te maken zijn helaas op en Helga zegt dat ze geen toastjes meer kunnen maken. "O, dat lukt best," vindt Boris en hij kijkt eens in de keukenkastjes. "Toastjes met pindakaas zijn ook heel lekker," vindt Boris, "vooral als je daar chocoladehagelslag op doet." "Toastjes met huisvuil smaken ook wel," vindt Bas en hij pakt een pot sandwichspread.
Vlug maken de meisjes weer een heleboel toastjes klaar en Bas en Boris lopen naar de huiskamer; daar worden ze tegengehouden door de moeder van Helga en Willeke, die vol afschuw naar de nieuwe toastjes kijkt. "Ga gauw terug naar de keuken," zegt moeder, "dit kan echt niet; en waar zijn mijn dochters?" "In de keuken," antwoordt Bas, "en wij zijn een handje aan het helpen." "Zo zijn Helga en Willeke tenminste gauw klaar en kunnen lekker samen nog een poosje naar de beek, want nu schijnt de zon," legt Boris uit. "Hanneke is al koffie aan het zetten," vertelt Bas nog even, "dus er hoeft straks niemand lazerus naar huis."
De vriendinnen van Helga en Willekes moeder zitten met spanning te luisteren naar wat de tweeling beweert. "Maar wij drinken maar twee glaasjes likeur," zegt een van de dames, "daar hebben wij heus geen last van." "Dat is heel sterke troep," zegt Boris, die naar de verzameling flessen heeft gekeken, die intussen op de tafel staat, "Daar word je hartstikke teut van." "Ja," legt Bas nog even uit, "dat hebben we een keertje geprobeerd en dat was helemaal niet leuk."
Helga's moeder wordt steeds wanhopiger en ze probeert de tweeling nu toch echt de huiskamer uit te krijgen; "Ga maar een glaasje limonade in de keuken drinken," zegt ze, "en dan moeten jullie maar vlug naar de beek gaan; zorg er wel voor, dat je daar niet nat wordt." "O, dat geeft niks," merkt Bas op, " we spelen bij de beek altijd in onze onderbroek, dat geeft niet als die nat wordt." "Dat doen mijn dochters toch zeker niet," zegt moeder. "O, jawel hoor," antwoordt Boris, "we doen dat allemaal; dat is veel handiger dan met natte kleren thuiskomen." "Maar dat is toch niet netjes," zegt Helga's moeder, "je kunt toch niet in je onderbroek lopen." "Dat gaat best,'' vindt Bas, "dat is veel netter dan in je blote kont lopen." "Dat heeft Edwin een keer gedaan, maar dat doet hij nu ook niet meer," vult Boris aan. "Ga nu, alsjeblieft naar de keuken," zegt moeder. "Moeten jullie dan geen lekkere toastjes meer?" vraagt Bas. "Die zijn zalig," merkt Boris op; "er zit pindakaas met hagelslag op en we hebben ook toastjes met huisvuil!" "Die eten jullie zelf maar op," zegt moeder. "O, dat is fijn," vindt Boris en nu rennen de broertjes vlug naar de keuken. "Ze lusten daarbinnen geen toastjes meer; die mogen we zelf opeten," zegt Bas tegen de andere kinderen. "En we mogen limonade hebben en dan naar de beek gaan," voegt Boris eraan toe. In een mum van tijd zijn de schalen met toastjes leeg; Helga heeft de limonade ingeschonken en het lijkt wel feest in de keuken. "Hier is het veel gezelliger dan in de huiskamer," zegt Bas, "daar zat iedereen maar stom te kijken." "Die dames snappen niet eens dat het veel handiger is om bij de beek in je onderbroek te lopen," vertelt Boris, "het zijn wel oenen, hoor!"
Wanneer alle toastjes op zijn en er geen druppel limonade meer te vinden is, gaan de kinderen van het 14 Oktoberplein vlug naar de beek. Van de toastjes met pindakaas en hagelslag hebben de kinderen weer heel veel energie gekregen en ze spelen tot het echt tijd is voor het avondeten.
De moeder van Helga en Willeke is heel boos op haar dochters, omdat die hun vriendjes in haar keuken hebben uitgenodigd. "Onze vriendjes kwamen alleen maar helpen," verdedigt Helga zich. "We hebben toch lekkere toastjes gemaakt," vindt Willeke. "Maar ik stond wel voor gek tegenover mijn vriendinnen," zeg moeder. "Dan hebben die tenminste iets om over te praten," zegt Helga.
Intussen is ook vader thuisgekomen en hij krijgt het hele verhaal te horen; moeder verwacht dat hij het wel met haar eens zal zijn. Niets is minder waar; haar man vindt de vriendinnen van moeder ook een stelletje verwaande dames en hij lacht zich slap. Voor Helga en Willeke loopt het gelukkig goed af en ze krijgen geen straf. Moeder neemt zich voor haar dochters nooit meer te laten helpen bij een feestje.