Derde zondag van de advent
In de 'wegenbouw'
Monique en Hanneke maken zich zorgen: gistermiddag, toen zij naar de
hut gingen, is Fatima gestruikeld over een boomstronk en heeft haar
enkel verstuikt. Dat doet nog steeds erg veel pijn, maar Fatima moet
van haar moeder blijven lopen, weliswaar met een stevig verband om haar
enkel en.......een tot een smalle das gevouwen driekante doek, die
zowel om haar voet als om haar schoen zit. Zo kan ze toch lopen. Nu
zijn Hanneke en Monique bang, dat ook Svetlana zal struikelen over een
boomstammetje of over een dikke tak. Dat zou heel erg zijn, want
Svetlana is niet zo jong meer en dan komt alles altijd veel harder aan
dan wanneer je nog héél jong bent.
Bovendien moet Svetlana heel vaak naar de w.c., want het kindje neemt
veel plaats in in haar buik en daardoor moet Svetlana vaak plassen. 's
Morgens heeft Svetlana het vaak nog moeilijker, want dan is ze ook heel
misselijk; de kinderen van het 14 Oktoberplein begrijpen soms niet dat
Svetlana het zo fijn vindt dat ze in verwachting is: het lijkt hen toch
echt niet gemakkelijk om een baby in jouw buik te moeten dragen.
Wanneer Svetlana zou vallen, zou al die moeite wel eens voor niks
geweest kunnen zijn en dat zou het heel vervelend zijn, want misschien
gebeurt er dan wel iets waardoor het kindje dood kan gaan.
Hanneke en Monique moeten daar niet aan denken, maar ze besluiten toch
met de anderen eens te overleggen of er geen oplossing te bedenken valt.
Bas en Boris vinden het helemaal geen
probleem. Bas zegt: "Dat is toch heel eenvoudig, we gaan gewoon een
keurig paadje aanleggen en dan halen we alle boomstronken en dikke
takken weg." "Maar dan ziet iedereen dat er een pad is en dan worden de
mensen misschien nieuwsgierig waar dat pad naartoe gaat," zegt Monique.
"Dan vindt iedereen zó de hut," zegt Fatima. "Welnee," zegt Boris, "we
maken geen erg net pad, het moet gewoon vol blijven liggen met kleine
takjes en een heleboel bladeren; dan zie je het niet." "We ruimen
alleen de dingen op, waarover je je nek kan breken," zegt Bas.
Gerustgesteld vinden Hanneke en Monique dat het een goed idee is en...
dat moet maar zo gauw mogelijk uitgevoerd worden.
Omdat het woensdagmiddag is, gaan de kinderen met z’n allen naar het
bos. Hans komt aanlopen met een grote kruiwagen die vol zand zit. "Wat
wil je daarmee doen," vraagt Bert. "Dit gooien we op het pad en dan
doen we er bladeren overheen, dan glijden de bladeren niet zo
gemakkelijk, want door glibberbladeren kan Svetlana ook een flinke smak
maken," antwoordt Hans. IJverig gaan de kinderen aan het werk. Vooral
het uit de grond halen van boomstronken is een zware klus; wat hebben
die dingen een bende wortels. De meeste boomstronken moeten helemaal
uitgegraven worden. De kinderen stapelen alle boomstronken op rondom de
w.c.; zo is dat ding gelijk wat beter verstopt. Met een schoffel wordt
het paadje mooi gelijk gemaakt. "Eigenlijk moesten we zo’n zware roller
hebben om het pad goed aan te stampen," zegt Hans. "Dat kunnen we toch
zelf wel," vindt Bas, "als wij op dat pad gaan dansen, wordt het vast
mooi aangestampt."
Bas en Boris beginnen direct met een soort Indianendans en al gauw
lopen alle kinderen te springen en te stampen. Het lukt inderdaad om
het pad stevig aangestampt te krijgen. Nu gooit Hans het zand er
overheen en verdeelt dat netjes gelijkmatig. "Zo, nu nog wat bladeren
en kleine takjes er overheen en dan ziet niemand meer dat hier een pad
loopt," zegt Hans heel tevreden.
Intussen hebben Hanneke en Monique aan Svetlana en Achim verteld, wat
ze aan het doen zijn. Svetlana is er heel blij mee, want ze heeft het
vaak heel griezelig gevonden om door het bos te moeten lopen. Ze heeft
wel een zaklantaarn, maar met die dikke buik van haar, kan ze maar
moeilijk precies zien waar ze loopt.
Als het pad klaar is worden Svetlana en Achim geroepen om te komen
kijken. Svetlana probeert het paadje eens uit en is heel tevreden. "Wat
fijn dat jullie dat voor mijn kindje doen," zegt Svetlana. "O, maar we
doen het niet alleen voor jouw kindje," vindt Bas; "straks, als jullie
weer in een gewoon huis wonen, dan hebben wij tenminste ook een fijn
paadje en dan hoeven wij niet meer naar huis te rennen als we naar de
w.c. moeten." "Hoe moet dat nu, als die baby komt," vraagt Hanneke.
"Dan heb jij toch hulp nodig," zegt Monique, "dat kan nooit zonder een
dokter." "Natuurlijk kan dat wel zonder een dokter," vindt Bas, "als er
bij ons in de stal een kalfje geboren wordt, helpt mijn vader altijd en
die is ook geen dokter." "Een baby is toch geen kalfje," stuift Hanneke
verontwaardigd op, "hoe kan jij nu zoiets doms zeggen." "Het gaat toch
gewoon hetzelfde," zegt Boris, "tenminste dat heeft Patrick me altijd
verteld." "Het is vast niet moeilijk," vindt Bas, "als je maar zorgt
dat je een heleboel warm water bij de hand hebt en veel zeep, dan gaat
het vanzelf." "Zo’n kalfje glibbert er gewoon uit," legt Boris uit, "en
als het geen zin heeft om geboren te worden, dan bindt mijn vader
gewoon een paar touwen aan de poten van het kalf en dan trekt hij; zo
lukt het altijd!" "De koe doet de rest," vertelt Bas, "die likt het
kalfje mooi schoon." "Geboren worden is heel gemakkelijk," vindt Boris,
"maar het geeft wel een heleboel rommel." "Maar met wat stro is
dat zo op te ruimen; we moeten gewoon zorgen dat er een paar balen stro
in de hut zijn, dan is er niks aan de hand," vindt Bas. Helaas zijn de
meisjes het helemaal niet met de tweeling eens; een baby met een kalfje
vergelijken, dat is toch veel te gek; dat kun je niet maken. "Bij een
mens gaat dat toch heel anders," zegt Suzan, "daar gebruik je in ieder
geval geen touwen bij!" "En een moeder likt echt haar baby'tje niet
schoon," vindt Fatima. "Mijn moeder is verpleegster," zegt Hanneke,
"misschien kan zij wel helpen. Onze vader is dokter," zegt Helga, "we
kunnen hem toch vragen om te helpen. "Dat kan niet," vindt Bas, "dat
zijn allemaal volwassenen en die verraden vast dat Svetlana en Achim
hier zitten." "We moeten gewoon wachten tot het zover is," vindt
Hanneke, "dan kunnen we altijd hulp halen."
Intussen heeft Suzan, die het best Duits kan
praten aan Svetlana en Achim verteld waar de kinderen het over hebben.
Achim vindt het goed idee om tot het laatste moment te wachten; dan
hebben ze in ieder geval zo lang mogelijk rust gehad. De twee
vluchtelingen zien er veel beter uit dan toen de kinderen hen de eerste
keer zagen. Rust is kennelijk heel belangrijk als je een kindje krijgt.
"Zullen wij dan nu maar naar huis gaan," zegt Fatima, "dan hebben
jullie weer helemaal rust." Dat hoeft echt niet en Svetlana heeft een
grote pan met chocolademelk gemaakt. Hiervoor heeft zij de
chocoladerepen gebruikt, die de kinderen met het "zakkammentjesorkest"
verdiend hebben. Achim is 's morgens vroeg, naar een weiland gegaan
waar nog koeien buitenstonden. Hij heeft een koe gemolken en zo kunnen
ze samen genieten van lekkere, warme chocolademelk, die heel welkom is,
na al dat zware werk aan het pad. "Deze melk smaakt net zo lekker als
die we bij oom Matje altijd krijgen," zegt Ron. "Melk van een koe is
veel lekkerder dan melk van de supermarkt," zegt Bas.
Achim is echter niet van plan om dat koeien
melken vaak te doen; hij vindt het veel te gevaarlijk. Stel je voor dat
zo’n boer in de gaten zou hebben dat er iedere dag een koe gemolken
werd; die zou wel eens op zoek kunnen gaan naar de dader. "Maar voor de
baby moeten jullie straks toch ook melk hebben," zegt Willeke. Dat is
volgens Svetlana helemaal niet nodig; zij denkt dat zij het kindje wel
zelf zal kunnen voeden; dat is veel handiger. Na nog een tijdje
gezellig in de hut bij Achim en Svetlana gekletst te hebben, gaan de
kinderen naar huis. Bas moet nog even het nieuwe pad proberen en is
apentrots dat hij er zo gemakkelijk overheen kan lopen.