Octaaf: sommige grote feesten in de Kerk, hebben aan een of twee dagen niet genoeg. Bij voorbeeld Kerstmis, Pasen en Pinksteren. Dit feest wordt dan acht dagen lang gevierd, dit is een octaaf. Octo is Latijn en betekent acht. In de muziek heten acht tonen die bij elkaar horen ook een octaaf!
Oecumene: dit is streven naar eenheid onder de christenen. Heel graag zouden de verschillende geloven, die allemaal in Jezus geloven, weer tot een eenheid willen komen, maar dit is natuurlijk best moeilijk, want er zijn in de loop van de eeuwen nogal wat verschillen ontstaan en de heibel waarom er een ander geloof ontstaan is, is soms nog steeds niet opgelost. Daarbij komt ook nog dat binnen de verschillende godsdiensten ook nog een heleboel verschillen ontstaan zijn. Zo zijn er een heleboel verschillende protestanten, die verschillende allemaal een heel klein beetje van elkaar. Het is dus een moeilijke zaak, maar wel een die de moeite waard is en ieder stapje in de goede richting is een zaak om blij om te zijn.
Offer: vroeger werden er dieren geofferd aan God. Zij werden gedood en op een offeraltaar verbrand. De Joden deden dit ook in de tempel. Nu offeren zij niet meer op deze manier, want ze hebben geen tempel meer. In andere geloven komen dierenoffers nog wel voor, men offert ook vaak de vruchten van het land. Zelfs zijn er wel mensen offers voorgekomen. Helaas gebeurt dit in India nog wel. Jezus heeft aan al dit soort offers een einde gemaakt en Hij heeft zichzelf als offer gegeven door op het kruis te sterven. Dit offer vieren wij in de eucharistieviering en daarom noemen wij dit ook wel het Misoffer. Als wij iets offeren is dat meestal geld of........je inspannen voor een goede zaak.
Offeraltaar: op zo’n altaar werden de geofferde dieren verbrand.
Offerande: dit is een deel van de eucharistieviering, waarin het altaar klaar gemaakt wordt voor de consecratie, de kelk wordt klaargemaakt: er wordt wijn in geschonken en een druppeltje water wordt daarbij gedaan, de hosties worden klaar gezet en....er wordt een collecte gehouden zodat iedereen ook zijn offertje kan bijdragen.
Offerbusje: dit zijn meestal zwarte busjes die in de kerk hangen. Hierin doe je het geld als je een kaars wil opsteken of soms doe je er alleen maar geld in, wanneer er op staat dat dit voor de armen bestemd is.
Offerdier: zo’n dier werd gedood en verbrand als offer aan God. Deze dieren konden de mensen kopen bij de tempel, als je arm was gaf je duiven, die waren het goedkoopst, rijke mensen gaven schapen en koeien!!!! Het meest voorkomende offerdier was een schaap. Vandaar dat Jezus vergeleken wordt met een Offerlam.
Offergave: een offer is een geschenk aan God, vandaar dat een offer een gift genoemd wordt.
Oksaal: dit is het balkon in een kerk, waar meestal een orgel staat en waar soms een koor zingt. Omdat dit hoog zit, klinkt het geluid veel sterker en had men geen microfoons nodig. Helaas wordt ook gerommel en gestommel versterkt, vandaar dat men vaak veel liever beneden in de kerk zingt.
Olie: daar kun je meer mee, als alleen maar Frites bakken. Het wordt ook gebruikt als een geneesmiddel, om pijn van wonden te verzachten en....om je huid te beschermen tegen de zon. Dit was natuurlijk in een land als Israël heel hard nodig. In de kerk wordt olie bij verschillende sacramenten gebruikt om je te zalven: bij het Doopsel, bij het Vormsel en bij het Sacrament van de Zieken, ook bij het Priesterschap, wordt een priester gezalfd. Deze olie is gewijd en het is altijd olijfolie. Olijfolie bevat geen suikers en kan daarom zelfs op wondjes gebruikt worden.
Olijfberg: deze berg ligt ten oosten van Jeruzalem. Het dal tussen de Olijfberg en de stad Jeruzalem is het Kedrondal. Hier lag een bron en op de laaggelegen helling ligt de Hof van Olijven. Wat hoger op de helling ligt de kerk die de plaat aangeeft, waar Jezus weende over de stad, omdat Hij voorzag dat deze stad geheel verwoest zou worden. Nog hoger ligt de kerk van het Onze Vader, hier zou Jezus ons geleerd hebben hoe wij moeten bidden. Kortom deze berg is heel belangrijk omdat Jezus hier vaak was of er overheen trok naar het dorpje Bethanië wat aan de andere kant van de berg ligt.
Omega: dit is de laatste letter van het Griekse alfabet. Jezus wordt wel genoemd: de Alpha en de Omega, de eerste en de laatste.
Onderricht: wat oubollig woord voor les.
Onnozele Kinderen : dit feest wordt gevierd op 28 december. Dan herdenken we al die kinderen die door Koning Herodes gedood werden omdat hij bang was dat de "Nieuwe Koning" hem van zijn macht zou beroven.
Onrein: wil eigenlijk zeggen " niet kosjer". Vlees kan onrein zijn, bij voorbeeld varkensvlees, maar ook mensen kunnen onrein zijn, melaatsen waren onrein en moesten, wanneer ze genezen waren door de priesters " rein" verklaard worden. Van oorsprong waren het regels en wetten, die Mozes uitgevaardigd heeft om zo de gezondheid van het hem toevertrouwde volk te beschermen. Veel van deze regels waren best logisch; varkensvlees bedierf in zo’n warm land heel vlug en dan was ( is!) het gevaarlijk. De melaatsheid besmettelijk was, wist men, hoe die besmetting gebeurde wist men niet, men had dan ook maar een oplossing voor dit probleem, deze mensen ver weghouden van de anderen. Dit gebeurde op de hele wereld totdat men de medicijnen uitgevonden heeft, die melaatsheid kunnen genezen.
Ontwikkelingshulp: hulp aan landen met een lager ( soms alleen maar ander!) ontwikkelingspeil noemt men tegenwoordig ontwikkelingshulp. Vroeger vond er ook wel ontwikkelinghulp plaats en noemde men dit de Missie. Men probeerde ijverig ( misschien wat al te ijverig) het geloof overal te verkondigen. Dit is soms ten koste gegaan van bestaande culturen. Omdat deze missionaire activiteiten soms gepaard gingen met het verwerven van land: kolonisatie, waren vooral in Amerika de gevolgen rampzalig. Met onze cultuur, brachten we daar ook onze ziektes heen en daar waren de mensen niet tegen bestand. De tegenwoordige ontwikkelingshulp probeert zoveel mogelijk aan te sluiten met wat de mensen in dat land kennen, gewend zijn en aan mogelijkheden hebben. Het is niet alleen maar een kwestie van geld.
Onze Lieve Heer : zo noemen we God soms ook wel. Ook wordt Jezus er vaak mee bedoeld. Daarom is het een verwarrend woord.
Onze Lieve Vrouw : hiermee wordt Maria bedoeld. Dit is dus ook een soort troetelnaam.
Onze Vader : zo begint het gebed dat Jezus ons heeft geleerd. In de Joodse traditie bestaat een gebed dat veel ouder is, dat hier veel op lijkt, Jezus kende dit waarschijnlijk en heeft het aangepast.
Oorlog: dit is het grootste kwaad op aarde. Rechtvaardige oorlogen bestaan niet! ( Oorlog hoort echt in een Museum thuis!!!!!!!!)
Openingsgebed: dit is het eerste gebed in een viering, hierin wordt het "thema" al een beetje aangegeven.
Opofferen: iemand kan ter wille van een persoon of een goede zaak een stapje bij zetten of juist een stapje terug doen. Je doet dan iets waar je eigenlijk niet zo’n zin in hebt, maar voor een ander heb je dit over. Dan breng je een offer. Soms kan dit op offeren heel ver gaan en kan het jou het leven kosten. Dit overkwam Jezus, maar ook sommige martelaren.
Ordeskruisje: kruisjes heb je in alle soorten en maten. Soms heeft een kloosterorde of congregatie een kruisje gekozen, dat door alle leden gedragen wordt, zo kun je daaraan zien dat ze lid zijn van die bepaalde orde, of dat ze veel sympathie hebben voor deze orde.
Ordo: dit is een boekje, waarin precies staat op welke dag, welk feest gevierd wordt. Het wordt ieder jaar opnieuw gedrukt, want soms verschilt het nog al eens.
Organist: zeer belangrijk iemand in de kerk, door zijn spel gaat het zingen veel gemakkelijker.
Orgel: dit is een blaasinstrument, omdat niemand voldoende lucht heeft om zulke grote pijpen aan te blazen wordt dit mechanisch gedaan. Dit geldt natuurlijk alleen als het een pijporgel is, zoals dat vaak in kerken staat. Vroeger moest er altijd iemand trappen om blaasbalgen aan hun lucht te helpen, zwaar werk! Oorspronkelijk komt het orgel uit het oosten en was het maar een klein instrument, hierop werd in de harems gespeeld.
Orthodox: dit betekend echt, waarachtig. Wat echt en wat waarachtig is, is natuurlijk altijd een vraag, meestal bedoelt men dat men zich stelt achter het officiële gezag. Het kan nog verder gaan, dan wil men terug naar wat er vroeger als goed en waarachtig beleefd werd.
Os: dit dier hoort bij de kerststal. Of hij echt aanwezig is geweest bij de geboorte van Jezus is een vraag. Men denkt wel dat dit dier, samen met de ezel, het gewone volk voorstelde. Os en ezel heten samen schorriemorrie en dat is het hele gewone volk. Maar het kan natuurlijk heel goed dat er echt een os was, want deze dieren werden veel gebruikt als trekdieren om de velden te bewerken. Een os is eigenlijk een stier, die helaas een boel plezier moet missen en daardoor veel beter te hanteren is.
Oud Katholieken : bisschop Jansenius kreeg ruzie met de paus en erkende deze niet meer. Toen begon hij dus een eigen kerk, die de oud katholieke kerk genoemd wordt. Leden van de Oud Katholieke kerk noemt men ook wel Jansenisten. Hun priesters en bisschoppen mogen wel trouwen. Omdat Jansenius gewijd was als bisschop zijn de wijdingen in de oud katholieke kerk wel geldig. Zo is ook de consecratie echt de consecratie net als bij ons. Het is heel moeilijk om het verschil te zien als je naar een oud katholieke kerk gaan, het lijkt heel veel op een kerk als die van ons.
Oude Testament : dit zijn de boeken van de Bijbel vóór de komst van Jezus. Men spreekt ook van het Oude Verbond of Eerste Verbond. Ons Oude Testament valt (grotendeels) samen met de Bijbel van de joden.
Overtreden: soms voelt iemand zich in een klooster niet helemaal gelukkig en gaat dan naar een andere orde of congregatie, dit noem je overtreden.
Overwegen: dit is nadenken, het kan hardop maar ook gewoon voor je zelf. Meestal denk je dan over gelovige dingen.