Allerzielenviering 4 november 2001

Openingslied: koor

Inleiding:

Het thema van deze Allerzielenviering is: verdriet én dankbaarheid. Het zijn haast tegengestelde gevoelens maar je komt ze bij elke afscheid tegen.
Verdriet vanwege de pijn van de scheiding, de pijn van het gemis, maar ook dankbaarheid voor alles wat je samen beleven mocht, dankbaarheid voor alle fijne dingen die er waren.
Rond de dood gaan verdriet en dankbaarheid en dus een soort blijheid haast altijd samen. Een lach en een traan zijn een diep menselijke ervaring. Ik heb d siergroep gevraagd twee bloemstukken te maken: een die verdriet uitbeeldt en een ander die dankbaarheid uitdrukt. U ziet ze hier naast de paaskaars.
Rond het sterven en de eerste tijd erna overheerst het verdriet. Het heeft je in zijn macht, het verlamt je. Je hebt het gevoel: ik verdrink in mijn verdriet. Dat wordt treffend uitgedrukt in de tekst die nu wordt voorgelezen door NN.

Verdriet:
Verdriet is als de golven
van een verraderlijke zee.
Soms, als je denkt te kunnen zwemmen,
sleept alweer een golf je mee.
Er zijn wel betere momenten,
dan denk je: ik heb weer kracht,
je moet toch verder leven?
maar dan voel je weer die macht
die radeloosheid heet,
die trekt je in een diepte
waarvan geen ander weet.
Want zij die naast je leven,
zien slechts wat zij zelf wensen,
dat je doorzwemt en het wel redt,
als de meeste andere mensen.
Verdriet is als de golven
van een verraderlijke zee,
vaak wil je niet meer zwemmen
maar, het sleept je net niet mee.

Verdriet verlamt je, dreigt je mee te sleuren in de diepte, maar bijna altijd kun je toch net het hoofd boven water houden. Maar dat realiseer je je meestal pas achteraf, als je met de tijd toch weer wat grip op je leven hebt gekregen. Een grote hulp in dat rouwproces is je gevoel van dankbaarheid.
Het bloemstuk dat verdriet uitdrukt staat lager dan het bloemstuk dat dankbaarheid verbeeldt. Ook dat heeft een symbolische betekenis. In het begin is het verdriet allesoverheersend. Maar na verloop van tijd komt toch de dankbaarheid naar boven, dat is in elk geval te hopen, het is belangrijk om verder te kunnen.
De twee bloemstukken staan naast de paaskaars. Het licht is ook een belangrijk symbool rond het sterven van mensen. We hopen immers dat de doden na de donkere tunnel van de dood nieuw licht hebben bereikt, licht dat nooit meer gedoofd kan worden.
Maar de paaskaars moet ook symbool zijn van onze goede wil om licht te zijn voor elkaar, m.n. voor hen die door hun verdriet in het duister lopen. Dat zo belangrijke gevoel van dankbaarheid betreft niet alleen het voorbije leven van een dierbare, maar ook de steun en troost, ontvangen van eigen gezin en familie, van vrienden en kennissen, van heel de gemeenschap. Ook die dankbaarheid is belangrijk. Maar boven staat toch dat gevoel van dankbaarheid naar de overledene toe Dat wordt treffend uitgedrukt in de tekst die NN nu gaat voorlezen.

DANKBAARHEID ONDANKS VERDRIET
Ook nu, of misschien juist nu wij verdrietig zijn,
juist nu we elkaars warmte en genegenheid zo missen,
willen wij ruimte maken om te danken.

We zijn dankbaar,
denkend aan wat we ontvangen hebben:
die gewone dingen die ons vertrouwen schonken,
die kleine attenties die ons dagen kleur gaven,
die gesprekken over koetjes en kalfjes
die we nu zo missen.

We zijn dankbaar,
denkend aan waar we samen gewoond hebben,
aan de liefde en de zorg, de saamhorigheid
die ons huis tot een echt thuis maakten,
voor onszelf en anderen.

We zijn dankbaar,
denkend aan de lentes van ons leven,
toen we dachten alles te kunnen,
aan de zomers van ons leven
met zijn lange dagen van hard werken,
aan de herfst met zijn schaduwen
maar ook met zijn prachtige kleuren.

We zijn dankbaar,
denkend aan alles dat we samen beleefd hebben,
alle goeds waar we van genoten hebben,
alle pijn die we samen deelden.
Mogen wij onze dankbaarheid
de last van ons verdriet verlichten. Zang: koor

Dodenherdenking:

Verdriet en dankbaarheid, duisternis en licht gaan samen in het leven. Meer dan ooit voelen we dat op dit moment nu wij onze dierbare overledenen gedenken.
We gaan nu een kaars opsteken voor iedere overledenen van het voorbije jaar. Die kaars symboliseert het licht dat zij voor ons waren in hun leven, voor alle blije dagen die we samen beleefd hebben.
Die kaars is ook een teken van onze dankbaarheid voor alles wat onze gestorven partner, ons vader, ons moeder, onze broer of zus, onze goed vriend of vriendin voor ons betekend en gedaan hebben.
Die kaars is ook een symbool van ons geloof dat God zijn eeuwig licht aan hen geschonken heeft, dat onze overledenen in de eeuwige zon van zijn liefde voor altijd vrede en vreugde gevonden hebben.

(5 overledenen worden nu met name genoemd)

Zang:

Herinner U de namen, God, van wie gestorven zijn,
hun vreugde en hun levenslot, hun werken en hun pijn.
Temidden van hun dood zijt Gij, als licht voorbij gegaan.
en sinds die ochtend leven zij ontwaakt en opgestaan.

(5 overledenen worden met name genoemd)

Zang:

Herinner U hun namen, God, vergeet hun leven niet,
dat ieder nu uw licht aanschouwt, uw volle glorie ziet.
Temidden van de dood zijt Gij ons aller vaderhuis,
uw liefde maakt hen immer blij, bij U zijn zij nu thuis.

(5 overledenen worden met name genoemd)

zang:

Herinner U hun namen, God, neem hen in liefde aan,
laat allen delen in uw licht, geef zin aan hun bestaan.
Temidden van de dood zijt Gij de hoop die toekomst biedt,
schenk hun uw vrede, maak hen vrij, uw vreugde in 't verschiet.

(6 overledenen worden met namen genoemd)

zang:

Herinner U hun namen, God, vergeet ook ons nu niet,
de leegte en de eenzaamheid, ons rouwen en verdriet.
Temidden in de dood zijt Gij een bron van troost en kracht,
uw licht verdrijft de duisternis, uw zon verlicht de nacht.

Wij gedenken alle overledenen die ons dierbaar zijn, hen wier dood ons nog vers in het geheugen ligt, hen die al langer geleden gestorven zijn. De speciale plek die zij hadden in ons hart blijven ze innemen. Voor allen houden we nu een minuut stilte.

Gebed:

God, Vader van alle mensen, wees voor iedereen een veilig thuis, wees licht en leven ook voor hen die achterbleven, voor de partners, de ouders de kinderen, de broers en zussen, de vrienden, die elke dag weer de pijn van het gemis voelen.
Wees licht voor hen in donkere uren, dat zij hun verdriet kunnen dragen zonder zich erin te verliezen, dat zij de scheiding van de dood kunnen verwerken zonder verbitterd of. opstandig te worden.
Wees licht voor hen in en door mensen in hun omgeving die hen troosten en ondersteunen. Dat vragen wij U in Jezus' naam. Amen

(prentjes uitdelen en zang door het koor)

Slottekst: LICHT EN SCHADUW

Ons leven kent licht en schaduw,
vreugde en verdriet ,
opstandigheid en tevredenheid.
Soms is het donker van de schaduwen
soms is het zo licht als de zon.
Juist zoals nacht en dag horen tot ons leefpatroon,
zo moeten we het donker evenzo aanvaarden als het licht
ons verdriet evenzo ondergaan als onze vreugde.
Je kunt de nacht niet overslaan
om alleen maar in de dag te leven.
Je moet wel proberen achter de wolken toch de zon zien,
in de schaduwen het licht niet uit het oog te verliezen,
in je verdriet toch dankbaar te zijn voor wat er was.
Dan laten de schaduwen toch licht door.
Dan kent je verdriet toch vreugde.
Dan ervaar je in je opstandigheid toch vrede.
Dan kan God je zijn vrede geven,
zoals Hij zijn eeuwige vrede geschonken heeft
aan hen om wie wij treuren.
Op zijn vrede wachten immers levenden en doden.

Tot besluit van ons samenzijn hier in de kerk zingen we het lied dat achter op de prentjes staat: Op een God die door de tijden.

Op een God die door de tijden Op een God die door de tijden
om Zijn trouw bezongen is,
wachten mensen met hun lijden
tot Zijn uur gekomen is.
Op een God die zij vertrouwen
die hun hoop gebleven is,
wachten mensen die nu rouwen
tot Zijn licht verschenen is.

Op een God die voor de mensen
nieuwe toekomst doet ontstaan
wachten allen met hun wensen
tot Zijn liefde op zal gaan.
Op een God die alle namen
heeft geschreven in Zijn hand
wachten mensen die geloven,
op het eens beloofde land.

Op een God die leven baarde,
licht en donker heeft bereid,
wachten wij op deze aarde
tot Zijn stem ook ons bevrijdt.
Op een God die in Zijn armen
ruimte heeft voor ieder mens,
wachten wij om ons te warmen
aan de zon van Zijn bestaan.
Op het kerkhof

Een nieuw begin

De dood is een steen die rollen kan,
een pad door de zee voor alleman,
een nacht met een morgen in 't verschiet,
een nieuw begin, een ander lied.

Een afscheid voor eeuwig zo zeggen de meesten,
een avond, maar zonder een morgen op til.
Maar biddend staan wij rond 'n graf want wij weten
dat God niet de doden maar de levenden wil.

Geen nacht als een ijskoude steen op je lichaam,
geen tolgeld aan 't ijzeren noodlot betaald,
want God zal als morgenlicht over je opgaan
een heden dat niet meer naar gisteren taalt.

De dood is een steen die rollen kan,
een pad door de zee voor alleman,
een nacht met een morgen in 't verschiet,
een nieuw begin, een ander lied.

(zegening van de graven)

Slotgebed op het kerkhof:

God, Heer van levenden en doden. alle namen staan geschreven in de palm van uw hand, geen mens wordt door U vergeten.
Ook wij vergeten onze doden niet. De vele bloemen op deze dodenakker en onze aanwezigheid hier getuigen daarvan. Zo willen wij hen eren om de mensen die ze waren en hen bedanken voor alles wat zij voor ons betekend hebben.
Onze bloemen zijn ook tekenen van onze hoop dat zij nu een vaste plaats gekregen hebben in de tuin van uw hemelse heerlijkheid, waar geen koude of droogte, geen storm of noodweer hen nog kan deren, waar zij voor eeuwig geborgen zijn in uw grenzeloze liefde. Zie ook ons verdriet en rouw, de pijn van het gemis
en laat ook ons de kracht van uw liefde ervaren, opdat wij hoopvol en zinvol verder kunnen in ons leven. Wees met hen, wees met ons, als een God van leven, vandaag en alle dagen, tot in uw eeuwigheid. Amen

Onze Vader . . .

Wees gegroet . . . .

Heer schenk hen allen uw eeuwige rust en het eeuwige licht verlichte hen. Mogen allen die hier begraven liggen of zijn bijgezet in de urnenmuur door uw barmhartigheid rusten in vrede. Amen