Gebeden op de derde zondag van Pasen

Openingsgebed:

God van onze vaderen, onze God, U hebt tot ons gesproken door uw profeten, bovenal kwam uw Woord tot ons in Jezus, die steeds weer tot leven komt waar mensen zijn idealen nastreven en in zijn naam en in zijn geest vrede en vrijheid brengen aan mensen in de verdrukking. Moge Hij ook tot leven komen in ieder van ons, vandaag en alle dagen. Amen

Gebed over de gaven.

God van onze Vaderen, onze God, in brood en wijn, in breken en delen mogen wij Jezus uw Zoon ontmoeten. Moge deze ontmoeting ons wankele geloof versterken opdat wij samen met elkaar wegen gaan die vrede en vrijheid brengen, aan al uw mensen, aan hen met wie we het dagelijks leven delen, maar ook met hen die elders in de wereld leven. Dat vragen wij U omwille van Jezus Christus, uw zoon en onze Heer. Amen

Slotgebed

God van vrede, geef ons inspiratie zodat we mensen van vrede mogen zijn, mensen die bedacht zijn op het welzijn van anderen. Geef ons kracht zodat we ons daadwerkelijk kunnen inzetten voor een wereld van vrede, vrijheid en gerechtigheid. Laat ons ervan doordrongen zijn dat vrede geen mooie droom is maar een opdracht. Dat wij steeds aan deze opdracht blijven werken, voor mensen ver weg maar ook heel dichtbij. Amen

Voorbede
    Wij bidden om vrede in de wereld,
    om politici die echt vrede willen en alles doen om geweld te stoppen,
    om profeten die hun stem verheffen tegen machtsmisbruik en onderdrukking,
    om idealisten die ondanks alles toch blijven geloven dat vrede mogelijk is.
    Moge door ieders inzet deze aarde toch bewoonbaar worden
    voor alle mensen. Laat ons bidden.

    Wij bidden om echte vrede in de wereld
    dat de opgehitste haat tussen de bevolkingsgroepen
    weer omgebogen wordt naar verdraagzaamheid en respect voor elkaar;
    dat iedereen weer naar zijn eigen thuis kan terugkeren,
    dat allen in vrijheid samen werken aan de wederopbouw van hun land.
    Moge zo hun land weer leefbaar worden voor al zijn bewoners.
    Laat ons bidden.

    Wij bidden om vrede in het land waarin Jezus weldoende rondtrok,
    een land dat verscheurd wordt door religieus fanatisme,
    door wederzijds onbegrip en wantrouwen, door haat en geweld.
    Mogen Joden en Palestijnen toch in staat zijn zich te bevrijden
    van alle tegenstellingen die door de jaren heen gegroeid zijn,
    dat zij zich samen in te zetten te komen tot een vreedzame samenleving
    Laat ons bidden.

    Wij bidden om ware vrede in onze eigen samenleving,
    dat de nieuwsmedia alle nieuws op een evenwichtige manier brengen,
    en nooit voeding geven tot vooroordelen en discriminatie;
    dat iedereen probeert mild te zijn in zijn oordeel over anderen,
    wie ze ook zijn, waar ze ook vandaan komen.
    Mogen wij zo samen bouwen aan een samenleving
    waarin ieder in vrijheid kan leven. Laat ons bidden.

    God, onze Vader in de hemel,
    moge uw rijk van vrede komen, in ons en door ons;
    open onze ogen en onze harten voor elkaar,
    dat wij anders gaan denken over onze verhouding met anderen,
    dat het welzijn van de ander steeds meer onze aandacht krijgt.
    God, dat vragen wij U in Jezus' naam. Amen
Teksten, gebeden, gedichten bij de derde zondag van Pasen
Wat ik geloof
    Ik geloof dat mijn leven, ons leven, het leven geen cirkelgang is,
    maar een lijn met een begin en een einde.
    Dat begin en einde ligt bij God.
    De God van mensen,
    de God die ik leer kennen in de bijbel,
    en in mensen om mij heen.
    De verborgen God, de ongekende Nabije
    die zich bekend maakt via de Mensenzoon Jezus van Nazareth.
    Hij laat in woord en daad zien hoe ik leven kan hebben
    temidden van de machten van de dood.
    Hij daagt me uit en inspireert me zijn weg te gaan
    en geeft me Geestkracht om die weg
    tot het eind vol te houden.
    Ik geloof in een hemel op aarde; deze wereld anders.
    God komt ons daartoe tegemoet totdat Hij is:
    'alles in allen',
    Ik geloof dat vernieuwing, verandering,
    bekering mogelijk en nodig is
    om steeds opnieuw gericht te worden op God
    en wat Hij wil voor deze wereld.

      (Ype Kingma)
Gebed
    God
    als mijn woorden verwaaien in lege lucht
    als mijn woorden hol klinken
    als mijn woorden loos zijn
    geef mij dan Uw Geest van kracht en waarheid
    en geef mij een lied
    om te zingen wat niet te zeggen is
    geef mij water
    voor mijn droge lippen om te kunnen fluisteren:
    liefde, liefde en opnieuw liefde.
Jezus leeft, ook nu
Bidden dat Jezus de kans krijgt verder te leven
Getuigen
    Getuigen verheffen hun stem,
    roepen tegen de wind in
    dingen waarover zij niet kunnen zwijgen:
    dat God gesproken heeft en nog spreekt
    dat Hij zich verbindt met mensen
    en ze richtingaanwijzers geeft
    om hun gang te gaan in het bestaan
    opdat ze niet verloren lopen

    Getuigen verheffen hun stem
    roepen tegen de wind in
    dingen waarover zij niet kunnen zwijgen:
    dat een Mens is gekomen
    om te laten zien dat menselijkheid mogelijk is
    in vrede en gerechtigheid
    door genade en vergeving
    maar dat wij Hem het zwijgen oplegden

    Getuigen verheffen hun stem
    roepen tegen de wind in
    dingen waarover zij niet kunnen zwijgen:
    dat die Mens de weg is gegaan
    van lijden en dood
    als verlossing voor velen
    maar is opgewekt
    en de banden van de dood heeft gebroken

    Getuigen verheffen hun stem
    roepen tegen de wind in
    dingen waarover zij niet kunnen zwijgen:
    dat mensen zich bekeren
    dat mensen tot inkeer komen
    dat mensen hun bestemming vinden
    en hun afkomst niet verloochenen
    dat mensen opnieuw geboren worden
    en de Geest van kracht en waarheid ervaren
    in hun doen en laten

    Getuigen verheffen hun stem
    roepen tegen de wind in
    dingen waarover zij niet kunnen zwijgen
    Maar wie luistert?
    Wie geeft gehoor?

      (Ype Kingma)
De weg van Jezus
    Wij gaan de weg van uw gerechtigheid
    met allen die in uw geheim geloven:
    stad van de Vrede, toekomst wereldwijd,
    oog voor de blinden, oren voor de doven.
    Wij delen uit van wat U ons bereidt:
    vrucht van uw Geest, op aarde volle schoven.

    Wij dragen stenen voor de vrede aan,
    volgen uw spoor door alle wereldtijden.
    Wij zien de weg die Jezus is gegaan,
    horen het roepen van wie weerloos lijden,
    delen de hoop, de oorlog afgedaan,
    zien in elkaar het volk van uw bevrijden.

    Wij zoeken de balans in ons bestaan:
    wat heeft gewicht en wie bepaalt de waarde?
    U laat ons leven meer dan voortbestaan,
    schenkt ons de gaven van uw goede aarde.
    Maak ons bereid, in trouw U toegedaan,
    te leven zoals U zich openbaarde.

      Ronald da Costa
Opstanding
    Opstanding is een groot woord,
    ik probeer het kleiner te zeggen,
    schaal één op tienduizend.
    Opstanding is wakker worden
    en de lijsters preken van de daken
    en de raven van de kansels: Jezus leeft!
    Opstanding is Luther
    die er niet meer tegenop kon
    en met grote letters op z'n tafel schreef:
    Vivit! Hij leeft!
    Opstanding is mijn moeder,
    ten dode opgeschreven door alle mogelijke doktoren
    en een razend knappe professor,
    maar kijk: ze leeft zo bedrijvig als een huismus.
    Opstanding is een berm vol bloemen,
    een poldersloot vol leven,
    beter geen vogel in de hand en tien in de lucht.
    Opstanding is de grafsteen van Martin Luther King
    en daarop de letters:
    God zij dank, ik ben eindelijk vrij.
    Opstanding is licht dat terugkeert naar de zon,
    regen naar de wolken, woorden terug in mijn mond.
    Opstanding is een wonder,
    een verwondering, je wrijft je ogen uit,
    het is klaarlichte nacht.
    Opstanding is een schaterlach van licht,
    de hoeken van je mond krullen om,
    je ogen gaan open en dicht
    van zoveel licht en zoveel waarom.

      Jaap Zijlstra
Lied van de Mensenzoon
    Zijn melodie was een duet:
    twee stemmen die tesamen zongen.
    Mensenzoon en Zoon van God,
    Zijn naam 'Jezus van Nazaret'.

    Hij zong een lied van hoop en vrede,
    van bevrijding en geloof.
    Hij zong een lied van eeuwig leven
    maar werd veroordeeld en vermoord.
    En toen gaf Hij zijn geest...

    En toen gaf Hij zijn Geest
    en zie, Hij leeft... Hij is verrezen!
    Zijn dood was niet zijn laatste woord,
    in zijn ogen, onze harten,
    leeft zijn melodie nog voort.

    Zie de wereld met zijn ogen,
    zie de mensen met zijn hart.
    Groet elkander met zijn woorden,
    loof de Vader met een lied.

    Zing zijn lied van hoop en vrede,
    van bevrijding en geloof,
    zing zijn lied van eeuwig leven,
    zonder grenzen, zonder dood.

    Want toen gaf Hij zijn Geest:
    de Geest waarin Hij heeft gesproken,
    de Geest waarvan Hij heeft geleefd,
    zijn Geest van liefde voor de Vader,
    zijn Geest van liefde voor de mens.
Het lied van de vredestichters
    God laat ons volop leven,
    wij komen aan het licht,
    Hij heelt wat heilloos is,
    Hij is een God van vrede.
    Wij mogen vrolijk vieren
    een onbedreigd bestaan,
    God heeft tenietgedaan
    de afstand die wij schiepen.

    God roept ons tot de orde
    van zijn barmhartigheid,
    wie eenmaal is bevrijd
    zal vredestichter worden.
    Verzoenend en genezend
    doen wij gerechtigheid,
    wij werken wereldwijd
    aan ongebroken leven.

    Zalig wie Jezus volgen,
    de grote vredevorst,
    Hij toont het hart van God,
    Hij is voor ons gestorven.
    Zoeken wij offervaardig
    de vrede die Hij vraagt,
    een vrede als een zwaard,
    het heil voor heel de aarde.
Hoop (Toon Hermans)
    Geef elkander hoop,
    dan gaat alles goed
    geef elkander hoop
    als j'elkaar ontmoet

    niet met dure woorden
    een rede of een preek,
    nee, zomaar bij de slager
    of in de apotheek

    op een café-terrasje
    of in de bioscoop
    al is het nog zo vluchtig,
    maar geef elkander hoop.
hoop
    Ik hoop op een nieuwe wereld,
    waar geen kind meer zal worden geslagen,
    waar geen vrouw meer zal worden misbruikt,
    waar vrouwen en mannen elkaar tot vreugde zijn.

    Ik hoop op een nieuwe wereld,
    waar niemand van tafel wordt uitgesloten,
    waar gastvrijheid de boventoon voert,
    waar samen delen heel gewoon wordt.

    Ik hoop op een nieuwe wereld,
    waar niemand meer bang hoeft te zijn,
    waar de dorst naar liefde en gerechtigheid wordt gelest,
    waar alle leed aan het licht zal komen,
    waar zij die gewond en gekwetst zijn, genezing vinden.

    Ik hoop op een nieuwe wereld,
    waar kinderen en ouderen vrolijk zijn,
    waar muziek klinkt uit de huizen,
    waar licht straalt uit de ogen van allen die er wonen.
Geloof, hoop en liefde
    Geloof als zodanig kom je nooit tegen;
    geloof ontmoet je alleen in gelovige mensen.
    Ook vertrouwen is nergens los verkrijgbaar;
    het bestaat alleen in mensen, die vertrouwen hebben.
    Een liefde bestaat alleen in liefhebbende mensen.
    Als realiteiten zijn geloof, hoop en liefde
    geïncarneerd in mensen van vlees en bloed,
    mens-geworden woorden.

    Strikt genomen zijn het werkwoorden,
    die mensen als werkers veronderstellen.
    Daardoor ontwerpen dezen zichzelf,
    geven zich een bepaalde bestaansvorm,
    bepalen hun leven.

    Omdat iemand uitstraalt, wat hij is,
    schept een gelovige een gelovig klimaat,
    is de hopende vertrouwen-wekkend
    en roept de liefhebbende mens liefde op.
    Daarom is spreken alleen nooit voldoende.
    Geloof, hoop en liefde moet je ontmoeten in levenden lijve.
    Je moet ervaren, hoe geweldig deze waarden zijn,
    hoe ze menselijk wel-zijn bevorderen.

    Zo krijgt iemand er de smaak van te pakken,
    om op zijn beurt weer
    geloof, hoop en liefde te worden,
    in levenden lijve.

      Th. v.d. Vossenberg
Geloven in de God die partners zoekt
    We geloven in de God van liefde
    die ons vraagt om alle afgoden
    uit ons midden op te ruimen,
    die gemeenschap wil met ons.

    We geloven in de God der schepping
    die ons tot partners roept
    bij het vormgeven van een toekomst
    van gerechtigheid, vrede en vreugde.

    We geloven in de God die niet veraf is,
    die het leven van de wereld deelt,
    die de hoop van mensen tot de Zijne maakt
    en 's werelds pijnen voelt.

    We geloven in de God
    die zich verenigt met wie arm is en onderdrukt,
    met wie snakt naar echt geloof,
    en smeekt om medestanders.

    We geloven in de God
    die kwetsbaar is en pijn lijdt om zijn volk,
    maar wiens verbond met hen voor eeuwig
    onbreekbaar blijft en sterk.
De oude perenboom
    Midden in een grote tuin, groeide eens een perenboom. Hij was al heel oud. De Top was er een keer afgeslagen door de bliksem, en de wind had al zo lang aan de boom getrokken en er tegenaan geduwd, dat de stam helemaal krom was gegroeid.
    Nee, zo heel lang zou de perenboom niet meer leven, dat voelde hij zelf ook wel. Toen hij nog jong was, hing hij ieder jaar vol peren, maar de laatste jaren kwamen er alleen nog maar blaadjes aan de takken.
    "Hè," zuchtte de perenboom op een dag. "Ik wou dat ik nog eens een keer een mooie peer aan mijn tak kreeg, ééntje maar, dat zou genoeg zijn."
    En ja hoor, in het voorjaar verscheen er een knopje aan een van de takken. En uit dat knopje kwam een bloemetje, en toen dat volgroeid was, groeide er op die plaats een hele mooie peer. Het werd de mooiste peer die de boom ooit gehad had. En hij was er verschrikkelijk trots op.
    Op een zondagmiddag kwam een jongetje de tuin in wandelen, samen met zijn opa. "Oh, opa, moet je eens zien!" riep het jongetje. "Wat een mooie peer is dat. Wil je hem voor mij plukken?" De opa keek en was verbaasd. "Hoe is het mogelijk," zei hij. "Al zo lang heeft de oude boom geen peren meer gegeven . . . en zo mooi en gezond als deze heb ik ze nog nooit gezien."
    De boom hoorde wat de opa tegen het jongetje zei en van trots probeerde hij krakend een beetje rechtop te staan.
    'Opa, pluk je hem voor mij?" vroeg het jongetje nog eens. "Nee," zei opa toen. "Dat doe ik niet. De boom heeft al zo veel jaren zoveel peren gegeven. Ik heb er altijd geplukt voor jou mamma, en voor tante Marieke, en voor oom Frank. En ze waren altijd heerlijk. Maar deze laatste peer mag de boom zelf houden . . . Gewoon omdat ik hem bedanken wil, snap je dat?""Ja," zei het jongetje, "dat snap ik."
    De boom hield de peer vast, zolang als hij kon. Maar toen het herfst werd en de wind begon te waaien en te rukken, viel de peer op de grond. Er dwarrelden blaadjes overheen en de peer zakte een beetje weg in de aarde. Het jaar daarop ging de oude perenboom dood.
    Maar toen opa en het jongetje weer eens in de tuin kwamen kijken, zagen ze dat op de plaats waar de peer gevallen was, een jong boompje begon te groeien. "Zie je dat?" zei de opa. "Zo moet dat gaan. Altijd maar weer, en altijd maar weer.
Het leven van de boom
    Er was eens een boom, een onbekende boom, ergens langs de waterkant. Geplant door niemand weet wie. Hij leefde daar breeduit met vele takken. Hij droeg de forse stem van de wind, of de doodse stilte van de avondlucht.
    's Winters was het leven kaal, en zwiepend op de harde wind en met zijn twijgen als toegeklemde vuisten, stond hij maar te wachten op de lente. Tot zijn takken weer vol groen en bloesems schoten van ingehouden leven!
    En, als de zomer kwam, maakte hij gratis schaduw voor iedereen, en soms een paraplu tegen de regen. Zo leefde die boom daar, jaar in, jaar uit, op en neer in vier seizoenen.
    Maar op een zekere dag kwam er een man, gewapend met een mes. Er was geen ontkomen meer aan: de mooiste tak werd afgesneden en de man nam hem mee naar huis. Een dode tak … voorgoed van het leven weggesneden. En straks natuurlijk vergeten.
    Drie dagen later kwam de man terug bij de boom. Die stond daar, doodstil van angst. Welke tak is vandaag aan de beurt?
    Maar kijk, de man ging zitten aan de voet van de boom en hij blies op de afgesneden tak. Hij blies het lied van de fluit. De boom hield al zijn ruisen in en verstond de fluit: "Horen jullie mij? Ik leef! Ik leef! En meer dan ooit tevoren. Ik leef! Ik fluit! Ik zing!"
      (Marinus van den Berg)
. Kennis van Jezus
    Een dialoog tussen een mens die zich pas tot Christus bekeerd heeft en een gelovige vriend: "Dus u bent christen geworden?" "Ja." "Dan moet u veel van Jezus af weten. Vertel me eens: in welke land werd hij geboren?" "Dat weet ik niet." "Op welke leeftijd stierf hij?" "Dat weet ik niet." "Hoeveel preken heeft hij gehouden?" "Dat weet ik niet." "U weet maar heel weinig voor een mens die beweert christen geworden te zijn." "U hebt gelijk. Ik schaam me dat ik zo weinig van Jezus af weet. Maar één ding weet ik wel. Drie jaar geleden was ik een echte dronkaard. Ik had heel veel schulden. Mijn gezin ging eraan ten gronde. Elke avond zaten mijn vrouw en kinderen in angst voor mijn thuiskomst. Maar nu ben ik van de drank af; ik heb mijn schulden afbetaald: we hebben nu een gelukkig gezin; mijn kinderen springen nu blij op als ik 's avonds thuis kom. Dit alles heb ik aan Jezus te danken. Zijn voorbeeld heeft me bekeerd. Ik wil voortaan leven zoals hij geleefd heeft. Dit alles weet ik wel van hem. Iemand echt kennen, dat is, beïnvloed worden door wie men kent.
terug naar de overweging