Presentatieviering communicanten 2006

thema: vriendschap

Openingslied: De wereld is een toverbal.

Openingstekst: door kinderen
    Dag papa, dag mama, dag iedereen.
    Wij zijn blij dat u hier bent
    om met ons mee te doen.
    Het is gezellig met veel mensen bij elkaar.

    Het is net of we vrienden van elkaar zijn.
    Misschien zijn we dat ook wel,
    of misschien kunnen we het wel worden.
    We hopen dat we samen een hele mooie viering hebben.

Openingswoord: Pastoor

Lied en voorstellen van de communicanten (in vier groepen)
    Melodie: Heb je al gehoord.
      Alle communicanten samen:
        Heb je al gehoord van de vierde groepers?
        Heb je al gehoord van het hele stel?
        Wij zijn vanmorgen hier bijeen,
        en wie we zijn hoort u meteen.
        Stel je voor, stel je voor.
Eerste Lezing: door de kinderen
    Een vriend is iemand die om je geeft.
    Het kan een jongen zijn, het kan een meisje zijn,
    een poes of een hond of een witte muis.

    Een boom kan ook je vriend zijn.
    Hij praat wel niet tegen je maar je weet dat hij om je geeft
    omdat je appels van hem krijgt, of peren, of kersen,
    of soms een sterke tak om aan te schommelen.

    Soms weet je helemaal niet wie je vrienden zijn.
    Soms zijn ze er wel, maar je loopt ze zo voorbij
    en je merkt niet, dat ze op een heel speciale manier
    om je geven en dan denk je, dat je geen vrienden hebt.

    Je moet niet zo rennen en hollen,
    maar héél langzaam lopen en
    goed uitkijken of er niet iemand
    op een speciale manier tegen je lacht.
    Of er niet een hondje kwispelt.
    Of er niet een boom is, die je makkelijk
    in zijn takken laat klimmen.

    Soms heb je ruzie met een vriendje,
    maar dat gaat ook weer over,
    want je bent immers vrienden
    en het fijnste van een vriend is,
    dat je lekker met hem kunt lachen
    over dingen die hij en jij leuk vinden.
    Maar ook, dat je elkaar troost als je verdriet hebt.
    Dan weet je tenminste dat het een echte vriend is.

    Sommige mensen hebben veel vrienden.
    Sommige mensen hebben maar een paar vrienden.
    maar iedereeen ………
    iedereen op de wereld heeft minstens één vriend.
    Heb jij de jouwe al gevonden?

Lied: Hand in hand.

Tweede lezing, vrij naar Lucas
    Kleine David had één grote wens: hij wilde zo graag Jezus zien. Maar er stonden altijd zoveel mensen om Hem heen en die grote mensen hadden zulke brede ruggen. Hij had Hem wel horen spreken, maar gezien had hij Hem nog nooit.
    Er waren nog meer kinderen die graag hetzelfde wilden als David. Dat waren Benjamin, Mirjam, Sara, Ismaël, Ruth en nog een heleboel meer. Toen spraken ze samen af, dat ze allemaal tegelijk naar Jezus zouden gaan. Hun moeders die van het plan hoorden, zeiden: "Dan gaan wij ook en wij nemen de kleintjes op de arm mee. Dan vragen we of Jezus ze wil zegenen."
    Jezus stond op het marktplein. Hij was bezig een zieke man beter te maken. De mensen drongen om Hem heen. Zijn leerlingen stonden rondom, om ervoor te zorgen dat allles netjes en goed verliep.
    "Kijk eens, wat een kinderen daar aankomen, Petrus! Wat zouden ze willen?" zei Judas. "We moeten ze wegjagen. Jezus kan ze niet gebruiken!" riep Andreas. Maar de kinderen en de moeders lieten zich zomaar niet wegjagen.
    "Jezus heeft het veel te druk. Hij heeft nu geen tijd voor jullie, zeiden de leerlingen. Maar de kinderen lieten zich niet afschepen. Vlug glipten ze tussen de grote mensen door. Kijk, David stond al bij Jezus en Sara hield hij bij de hand.
    Jezus keek gelukkig helemaal niet boos. Het was net of Hij er plezier in had. Hij hoorde dat de leerlingen bezig waren de moeders en Ruth, Ismaël en Mirjam weg te jagen.
    Luid riep Hij naar de leerlingen: "Laat de kinderen toch bij Mij komen en houdt ze niet tegen. Ik ben toch voor hen gekomen! Kinderen zijn zo lief. Ik wil dat ze allemaal bij Mij komen. Ach, volwassenen zouden zo eenvoudig moeten worden als kinderen."
    De kinderen pakten elkaar allemaal bij de hand en samen liepen ze naar Jezus. Eén voor één vroeg Jezus hun naam en zegende ze. Ook de allerkleinste bij de moeders op de arm. Voor iedereen had Hij tijd.
    Wat voelde kleine David zich blij. Eindelijk was zijn wens vervuld.

Overweging:

Geloofsbelijdenis

Voorbeden: door kinderen
    Lieve God, wij vinden het leuk dat er zoveel verschillende dieren zijn en dat de natuur zo mooi kan zijn. Laat de mensen er goed voor zorgen en dat de nieuwe mensen die op de aarde komen, er ook van kunnen genieten.

    Allen: Lieve Jezus, hiervoor bidden wij.

    Lieve God, ik dank U dat ik mag leven en dat ik de communie mag doen. Ik vind het fijn dat ik familie heb en opa's en oma's en vriendjes en vriendinnetjes. Ik dank U dat ik kan lachen en zingen, lopen en springen.

    Allen: Lieve Jezus, hiervoor bidden wij.

    Ik bedank God, omdat wij gezond zijn. Ik wens dat de zieke mensen weer beter worden. Ik bedank God voor deze wereld.

    Allen: Lieve Jezus, hiervoor bidden wij.

    Ik wil voor alle mensen bidden die gestorven of gehandicapt of ziek zijn. Ik bid ook voor onze opa's en oma's die in de hemel zijn.

    Allen: Lieve Jezus, hiervoor bidden wij,

    Ik bid voor vrede op deze wereld. Dat er geen oorlog meer zal zijn en dat iedereen te eten heeft.

    Allen: Lieve Jezus, hiervoor bidden wij.

Collectelied: door Cantiloon

Tafelgebed:
    Pastoor: Vader God, U wil, dat alle mensen gelukkig zijn. U vindt het erg, als iemand helemaal alleen is. Wij doen niet wat U wilt. Als wij mensen uitschelden of pijn doen, als wij ruzie maken en oorlog voeren.
    Wij danken U voor Jezus. Hij deed wel wat U wilde. Hij keek vooral naar de zieken, de zwakken. Hij had wel oor voor de eenzamen, de gehandicapten, voor de oude en versleten mensen. Daarom nam Hij - op het eind van zijn leven - brood in Zijn handen, brak en zei: NEEMT EN EET HIERVAN, WANT DIT IS MIJN LICHAAM DAT VOOR JULLIE WORDT GEGEVEN.
    Toen nam Hij ook de beker met wijn. En toen Hij die aan zijn vrienden gaf, zei Hij: NEEM OOK DEZE BEKER EN DRINKT ERUIT, WANT DIT IS DE BEKER VAN MIJN BLIJVENDE VRIENDSCHAP MET JULLIE ALLEMAAL. DIT IS MIJN BLOED DAT VOOR JULLIE EN ALLE MENSEN WORDT VERGOTEN, ZODAT JE FOUTEN EN ZONDEN VOOR ALTIJD VERGEVEN WORDEN.
    Iedere keer als jullie zo samen komen, moeten jullie maar aan Mij denken. Dan blijf ik in jullie midden.

    Vader, God, laat ons dan doen, zoals Jezus deed. Dan worden wij zelf een goed mens. Dan worden andere mensen gelukkig. Dan wordt de hele wereld van U en kunnen alle mensen bidden:
    Onze Vader, die in de hemel zijt.
    Uw naam worde geheiligd, Uw rijk kome.
    Uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel.
    Geef ons heden ons dagelijks brood
    en vergeef ons onze schuld
    zoals ook wij aan anderen hun schuld vergeven.
    En leid ons niet in bekoring, maar verlos ons van het kwade. Amen.
Uitnodiging tot de communie:
    Jezus zegt nu tot ons:
    Kom maar aan mijn tafel eten,
    en weest vrienden en vriendinnen onder elkaar.
    En jullie, jongens en meisjes van groep 4,
    zijn nu ook hier, maar vandaag gaan jullie nog niet te communie.
    Maar jullie zijn wel bezig met de voorbereiding voor die grote dag.
    En over een tijdje mogen jullie helemaal meedoen.
    Dus jullie moeten nog even wachten.
    Kijk maar eens hoe de grote mensen en kinderen te communie gaan,
    of het Heilig Brood komen halen, dan kunnen jullie dat een beetje van hen leren.

    Bidden wij nu samen:
    Heer ik ben niet waardig,
    dat Gij tot mij komt.
    Maar spreek slechts een woord
    en ik zal gezond worden.

Communielied: door Cantiloon

Slottekst: door de kinderen
    Soms denk je, ik sta overal alleen voor.
    Soms denk je, iedereen laat me stikken.
    Soms denk je, ik weet niet wat ik wil.
    En dan ineens zijn er mensen die tegen je zeggen:
    Kom je er ook bij?

    Je staat stil, je denkt na.
    En als je dan die weg opgaat,
    vind je ineens allemaal mensen om je heen.
    Ze gaan dezelfde kant op als jij.
    Je hoort bij hen en zij horen bij jou.
    Samen kom je verder!
Slotlied